Jongere schreef:De 'eerste geloofsblik op Christus' is alleen mogelijk in de wedergeboorte, Luther. En een wedergeboorte verandert een mens volkomen. Het is onmogelijk wedergeboren te zijn en geen vrucht te dragen. Ik weet dat Luther aanvankelijk niet zoveel ophad met de brief van Jakobus, maar ook dat is voluit de bijbeltaal. Daarom wil ik niet als iemand vertelt over één ervaring daarover vervolgens ons oordeel vellen. Ik wil helemaal geen oordeel vellen. Maar ik wil wel met elkaar spreken over wat Bijbels is. En dan vind ik het heel moeilijk om te zien dat iemand blijkbaar een leven van ongeloof kan leiden (het gaat over woorden als onverlost, onverenigd, onverzoend - dat zijn geen kleine woorden - om die woorden draait het geloof toch?) na een geloofsblik op Christus. Ik zeg 'een leven' cursief want daar gaat het om. Ik zal de laatste zijn die zegt dat er nooit meer twijfel is, zeker over deze dingen.
Jongere, ik ben het met je eens. Misschien heb ik wat onduidelijkheid gelaten. Uiteraard wordt het geloof geplant in de wedergeboorte. Maar of de gelovige dat allemaal kan onderscheiden, waag ik te betwijfelen. Alleen al het zien op de verlorenheid aan eigen kant door eigen schuld, is al iets van Christus. Maar dat is nog wat anders dan de geoefende christen die door geloofsoefeningen steeds meer heeft mogen zien van Hem.
Als het gaat om het leven door en uit het geloof dan hebben we helaas ook het voorbeeld van Lot in de Bijbel. 't Is dat Petrus de man een rechtvaardige noemt, anders zouden wij dat niet gezegd hebben.
Tot slot: De woorden onverlost, onverenigd, onverzoend hebben ook een bepaald bevindelijk-dogmatisch gewicht gekregen. Zou het niet zo kunnen zijn dat Florijn wel weet van het geloofsgezicht op Christus, maar dat zijn verstand verduisterd blijft (ook door de beïnvloeding door ds. Du Marchie van Voorthuizen) dat je dan bij God vandaan verlost, verenigd met Christus en verzoend bent?
Even een voorbeeld: Er is ook zo'n uitdrukking "bedekte schuld is nog geen vergeven schuld". Zo kan een zondaar dat ervaren, maar die ervaring is bij God vandaan niet juist in Bijbels licht. In het Hebreeuws is het gebruikelijk om één zaak soms twee keer te zeggen in andere woorden, om daarop de klemtoon te laten vallen. Zo ook in ps. 32: 1: "Welgelukzalig is hij, wiens overtreding vergeven, wiens zonden bedekt zijn."
1. Of vergeven en bedekt zijn twee woorden voor één zaak.
2. Of (even in mijn woorden) zowel bedekte als vergeven schuld zorgt ervoor dat een mens welgelukzalig is.
Toch is die uitdrukking ontstaan 'bedekte schuld is nog geen vergeven schuld'. Nogmaals vanuit de beleving is dat te begrijpen. Maar er zijn ook mensen (lijkend op Florijn die nog ergens op wacht) die zeggen: Mijn schuld is wel bedekt geweest, maar de schuld moet nog vergeven worden. Ik ben nog onverzoend, onverlost en onverenigd.
Ik ga ervan uit, Florijn ook kennend uit andere verbanden, dat bovenstaande met de beste man aan de hand is.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)