Gods beloften in het verbond

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Gods beloften in het verbond

Bericht door Bert Mulder »

Zonderling schreef: De officiële lezing is welbekend.
Ds. Kok zou de beloften van het Genadeverbond hebben vereenzelvigd met het aanbod van genade.

De werkelijkheid was dat de meerderheid van predikanten niet wilde horen dat er beloften waren voor niet-uitverkorenen. Dit ondanks b.v. de Heidelbergse Catechismus die leert dat de beloften van het Genadeverbond - vergeving van zonden en de belofte van de Heilige Geest - ook aan de kinderen der gemeente worden toegezegd. (Zie het antwoord over de kinderdoop.)

Misschien is het echter beter hierover in een ander topic verder te gaan om de GGem'ers niet verder voor het hoofd te stoten.

M.vr.gr.
Zonderling

Zal ik dit keer hap zeggen.

Geachte Zonderling, zo houden wij vol dat er inderdaad beloften zijn voor de kinderen der gemeente (maar lees kinderen der gelovigen). Zoals we in de Schrift lezen,d at de belofte is aan ons en aan onze kinderen. Zoals je terecht stelt wordt dat ook in de Heidelberger geleerd, alsook ons doopformulier.

Alleen zijn de beloften niet hoofd voor hoofd, omdat de uitverkiezing bepaald wie in het verbond Gods besloten zijn.
Naar de duidelijke leer der Schrift kan er dus geen twijfel aan bestaan, of God richt ook in de nieuwe bedeling Zijn verbond op in de lijn der opeenvolgende geslachten. Met u en uw zaad na u! Dat is en blijft de regel ook voor ons.

Welnu, hier ligt ook de Schriftuurlijke grondslag voor de doop der kleine kinderen. De grond hiervoor kan en mag niet gezocht worden in de veronderstelling, dat die kleine kinderen wedergeboren zijn. Want in de eerste plaats kan op een veronderstelling ook nooit iets dan een veronderstelling rusten. En voor de kinderdoop moeten we zeker een vastere grond hebben dan een veronderstelling. Bovendien weten we met zekerheid, dat alle vleselijke kinderen niet wedergeboren zijn of worden, terwijl toch al de kinderen der gelovigen moeten worden gedoopt. Ook kan de grond voor de kinderdoop niet liggen in een belofte als wezen des verbonds. Dan wordt de vastigheid des verbonds verlegt uit God, die Zijn verbond opricht, in de mens, die het verbond straks inwilligt, in zijn vrije wil. Ook rust het recht en de plicht van de kinderdoop niet in het geloof der ouders, schoon deze zekerlijk hun geloof moeten belijden zullen ze hun kinderen ten doop kunnen heffen. Maar de vaste grond voor de doop der kleine kinderen der gemeente ligt eniglijk en alleen hierin, dat God Zijn verbond laat lopen in de lijn der opeenvolgende geslachten. De doop is teken en zegel van Gods verbond, veld- en merkteken dergenen, die in Christus Jezus zijn, die van Gods partij zijn in deze wereld. En waar God Zijn verbond opricht met de gelovigen en hun zaad in hun geslachten, daar volgt, dat ook die geslachten der gelovigen het teken van Gods verbond moeten ontvangen.

Zo was het in de oude bedeling met de besnijdenis. Gods volk, zoals dat uitwendig in de wereld bestond, de geslachten van Abraham, moest het teken der besnijdenis ontvangen. Wie weigerde dat teken te dragen, verbrak en ontheiligde Gods verbond. In de nieuwe bedeling is dat teken vervangen door de Heilige Doop, overeenkomstig het eigenaardig karakter van die bedeling. Er kan toch, in het licht der Schrift geen kwestie over bestaan, dat de doop wel terdege in de plaats der besnijdenis gekomen is. In de eerste plaats is ook dit eenvoudig een historisch feit. In de oude bedeling is de besnijdenis het teken, dat Gods volk draagt. Als Christus komt, die het Hoofd is van Zijn ene volk, beide van de oude en van de nieuwe dag, dan draagt Hij beide, het teken der besnijdenis en het teken des doops. In Hem zijn oude en nieuwe dag één en door Hem gaat de oude dag in de nieuwe, de besnijdenis in de doop over. Als de Heiland straks ten hemel gevaren is en Zijn Geest heeft uitgestort op alle vlees, dan worstelen, in kringen, waarin de besnijdenis altijd het teken des verbonds geweest was, besnijdenis en doop een tijdlang met elkander. De besnijdenis kan aanstonds niet begrijpen, dat ze haar tijd heeft uitgediend en dat ze thans opzij zal worden gedrongen door de doop. Doch in de worsteling heeft de laatste de overhand en de eerste verdwijnt. Het is een historisch feit, dat de besnijdenis is vervangen door de doop. Doch zo staat het ook letterlijk in de Heilige Schrift. Niet alleen, dat de apostel altijd waarschuwt, dat nu de doop gekomen is, de besnijdenis geen nut meer heeft, maar ook schrijft hij letterlijk aan de gemeente te Kolosse, Kol. 2:11-12:

In Welken gij ook besneden zijt met een besnijdenis, die zonder handen geschiedt, in de uitrekking van het lichaam der zonden des vleses, door de besnijdenis van Christus; zijnde met Hem begraven in de doop, in welke gij ook met Hem opgewekt zijt, door het geloof der werking Gods, Die Hem uit de doden opgewekt heeft.

Het is duidelijk, dat de apostel hier leert, dat de doop in de nieuwe bedeling teken is van hetzelfde als waarvan de besnijdenis teken was in de oude bedeling, zodat hij aan de gemeente kan schrijven: "Gij zijt besneden ... zijnde met Christus begraven in de doop."

Zo komen we dan tot deze slotsom, naar de duidelijke openbaring van Gods Woord:

1. God richt heel de geschiedenis door, beide in de oude en in de nieuwe bedeling Zijn verbond op in de lijn der opeenvolgende geslachten. De gelovigen gaan met hun zaad Gods verbond in.

2. God wil, dat de geslachten des verbonds het teken van dat verbond ontvangen.

3. Voor het teken der besnijdenis is in de nieuwe bedeling het teken des doops in de plaats gekomen.

4. De geslachten der gelovigen, en daarom ook de kleine kinderen behoren het teken des doops te ontvangen en te dragen in het midden der wereld.

Alleen als we dit alles hebben gezien, krijgt ook betekenis, wat we in de Schrift lezen aangaande het dopen van hele huisgezinnen. Op zichzelf genomen, los van de grote grondlijn der Heilige Schrift, hebben zulke bewijzen weinig kracht. Zeer gemakkelijk immers werpt de tegenstander van kinderdoop u tegen, dat ge nog moet bewijzen, dat er in zulke huisgezinnen ook kleine kinderen waren. Maar gans anders wordt het met zulke Schriftuurplaatsen, als ge eerst verstaat, dat de Heere God altijd Zijn verbond opricht in de lijn der opeenvolgende geslachten. Dan immers vindt ge in dit laatste de grond en de verklaring voor het feit, dat reeds in de tijd der apostelen hele huisgezinnen werden opgenomen in de lijn van Gods verbond op aarde. En dan krijgt ook betekenis, wat ge in de Schrift leest van de kinderen der gemeente, hoe de Heiland hen zegent, hoe de apostelen hen heilig verklaren, en altijd aan de gemeente schrijven op een wijze, die aantoont, dat ze de kinderen der gelovigen bij de gemeente als inbegrepen beschouwen. En dan zegt ge niet meer, dat de kleine kinderen der gelovigen wel mogen gedoopt worden, maar beschouwt ge de kinderdoop als een heilige plicht van het volk des verbonds.
Kun je Hier meer daarover lezen, in "Gelovigen en Hun Zaad"
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 24694
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Laat ik ook eens een citaatje neerleggen:
Brahé schreef:Eindelijk, laat men hier niet tegen in brengen, dat zo de weg wordt toegemuurd om het Evangelie aan allen die onder de bediening daarvan leven, te prediken, en de zaligheid in CHRISTUS algemeen uit te bieden, zonder enige aanzien van personen.Ik weet wel dat sommigen daarin vrij wat zwarigheid maken. Maar ik vind geen reden om hier een ogenblik in twijfel te staan, daar onzebevelbrief, uit Jezus’ Eigen mond opgeschreven,van deze inhoud is: gaat heen in de gehelewereld, PREDIKT HET EVANGELIE AAN ALLE CREATUREN. En om deze zaak, die onder rechtzinnigen onbetwistbaar behoort te zijn, en welker waarheid allen die zich aan de Dordtsecanones of regels houden, behoren te erkennen en te betrachten, nu niet verder uit te halen, zeg ik alleen dat ons die waarheid niet tegen, maar voor is. Want als wij CHRISTUS en de beloften van bekering en vergeving der zonden in Zijn Naam prediken aan allen, zelfs de grootste zondaren, en hen allen opwekken om in Hem als zodanig te geloven, zo maken wij aan allen, die ons horen, niet wijs dat CHRISTUS het Verbondshoofd van hen allen hoofd voor hoofd is, en dat zij dit zomaar bloot voor waarheid moeten houden en daarop gerust zijn. Verre daarvandaan! Wij prediken aan alleen een CHRISTUS Die voor hen nodig is, en proberen de mensen tot erkentenis daarvan te brengen door de ontdekking van hun ellendestaat. Wij prediken aan alleen een CHRISTUS, Die alleen genoegzaam en gepast is voor allen, zelfs de grootste zondaren; ja, Wiens verdiensten in zichzelf zo oneindig groot zijn, dat, als de Goddelijke maatregelen zo lagen, miljoenen werelden, zo gesteld als de onze, daardoor hadden kunnen verlost en behouden worden. En wij kunnen geen te grote noch te volle CHRISTUS prediken. Wij prediken verder een CHRISTUS, Die te gewillig Zich voor vloekwaardige zondaren in de bres stelde, en al de geëiste verbondsvoorwaarden vervulde, dan dat er bij Hem zo’n grimmigheid zou zijn, dat Hij een enige, zelfs de grootste zondaar, die tot Hem kwam, zou uitwerpen. En die gewilligheid kan nooit te groot worden uitgemeten, noch te lieflijk voorgesteld, en is ten hoogste geschikt, deels om de ongelovige te doen begrijpen dat zijn onwilligheid evenzeer als zijn onmacht hem veroordeelt; deels, om de onvrijmoedige aanmoediging te geven, door dat getrouw en aller aanneming waardige woord, dat Jezus Christus in de wereld gekomen is om zelfs de voornaamste zondaren zalig te maken. Nog eens, wij prediken algemeen een CHRISTUS aan allen die ons horen, niet omdat die allen hoofd voor hoofd waarlijk door Hem zijn aangenomen, maar opdat er plaats voor het geloof blijft, en niemand zou denken dat hij in de aanbieding zou zijn uitgesloten; dat in de ene losheid en in de andere vertwijfeling zou baren. Daarbij, wij prediken een CHRISTUS bij Wie alles gereed is, en Die eenvoudig laat nodigen, komt tot de bruiloft. Niet om de mens daardoor zorgeloos te maken, maar om hem tot een dadelijk en vrijmoedig komen en eten aan te zetten; om hem van alle eigen werken en geschiktheden af te trekken; om hem te doen zien dat de voorwaarden van Gods verbond niet in onszelf maar in de Borg te vinden zijn, en daar gezocht moeten worden; en om de hoogmoedige natuur zijn EIGEN IK, en het benauwde geweten zijn IK DURF NIET te benemen.Verder: wij prediken een CHRISTUS, teneinde men in Hem geloven zou en Hem aannemen. Niet opdat iemand het geloven tot een grond van zijn recht op Christus’ goederen zou maken; maar omdat ieder verplicht is, Gods gehele getuigenis in geloof aan te nemen, en omdat God een verband tussen het geloof en het genot van de zaligheid gelegd heeft. En zo zeggen wij in het algemeen: die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem, Joh. 3:36. Ook prediken wij een CHRISTUS, tot alles, en dus tot wijsheid, rechtvaardigmaking, heiligmaking en volkomen verlossing, teneinde vooreerst niemand deze dingen van elkaar scheiden zou, en bijvoorbeeld wel rechtvaardigmaking en verlossing bijChristus, maar bekering en heiligmaking buitenHem zoeken; en ten andere, teneinde niemand verkeerde rekening maken zou, en zich tot troost in Christus op valse gronden of langs verkeerde wegen toeëigenen. Eindelijk, wij prediken CHRISTUS zowel aan verworpelingen als uitverkorenen, om verschillende redenen. Neem eens, omdat onze last meebrengt het Evangelie aan alle creaturen te prediken; omdat wij ook in Gods verborgen raad niet hebben ingezien, noch volmacht gekregen hebben om CHRISTUS aan de mensen eerst aan te bieden, als zij nu naar onze zin diep genoeg vernederd zijn, of wij enige waarschijnlijkheden ontdekken dat ze onder het zegel van de verkiezing liggen. Wij stellen eenvoudig de weg voor, om op Gods aanbieding en bevel in Zijn verbond, in de Middelaar van het verbond, de tweede Adam, in te treden; en er door een levendig geloof de voordelen van te trekken. Die deze welmenende aanbiedingen verwerpt, heeft het voor zijn rekening. Daar tegenover staat deheilrijke vrucht daarvan, in allen die door Gods genade tot het geloof in Christus gebracht worden, in welken ook van achteren blijkt, dat zij in dat verbond van God met Christus waarlijk begrepen waren. En deze manier van prediken strijdt zomin tegen de waarheid van Gods eeuwig verbond in Christus, als de leer van de bijzondere verkiezing de algemene plichtsprediking wegneemt. Ja, het is veeleer de wijze ordinantie van de Heere Jezus, om alle verontschuldigingen aan de verworpelingen te benemen; en om tevens alle uitverkorenen, dievoor het gehoor van het Woord vatbaar zijn, op een redelijke, overredende en door de Heilige Geest krachtige wijze tot de gemeenschap aan dit verbond te brengen, en daarin te besturen, te vertroosten en te bewaren. En als wij hierin eenvoudig Jezus’ bevel, en het voorbeeld van Hem en Zijn apostelen volgen, dunkt mij dat wij het best aan onze plicht voldoen, de genadeleer het best staven, en volgens het ambt van evangeliedienaren, geen wettische predikers van het geloof zijn, maar echter predikers van de wet des geloofs blijven.
U zult misschien, WAARDE LEZER! Vragen waartoe deze langdradige redenering hier ter plaatse dient? En ik zal u antwoorden. Omdat de overweging van deze dingen mij de eerste aanleiding gegeven heeft tot het nader inzien van dit Goddelijke dichtstuk, daar niet onduidelijke deze zelfde gronden voorkomen, in de verhandeling van GODS VERBOND, dat GOD DE VADER hier verklaart, met Zijn Uitverkorene, Zijn Knecht, de tegenbeeldige DAVID te hebben opgericht, rakende Zijn hemels koninkrijk en geestelijk zaad. Zoals daarvan de afschaduwing in David, de zoon van Isaï, en zijn lichamelijk stamhuis en aardse troon, door God gemaakt was. Dit was voor enige jaren op een meer gezette wijze onder mijn oog, en hierdoor werd mijn lust opgewekt om de eerste verzen van deze Psalm voor mijn Vlissingse gemeente te verhandelen, als een nuttig stuk, daar mijn en hun onsterfelijke zielen een algemeen belang bij hebben. CHRISTUS toch, gegeven tot een Verbond des volks, de enige grondslag van geloof, rechtvaardigheid, heiligmaking, troost en eeuwige zaligheid, moet ook de enige grondslag van onze gehele prediking zijn. Is iemand zo ongelukkig dat Hij in dat tijdig en ontijdig aanhouden op deze grondslag geen smaak vindt, wanende dat dit in alle leerredenen niet te pas komt; en schudt hij wel eens met ongenoegen het hoofd op het horen van zulke voorstellingen, hebbende meer behagen in verheven en hoogdravende speculaties, of algemene zedelessen, of een praktijk en bevinding, daar het grote hoofdstuk, CHRISTUS, ontbreekt of weinig in aanmerking komt? Laat hij verkiezen wat hem gelust. Ik heb niets voorgenomen te weten dat Jezus Christus, en Dien gekruist. Terwijl ik nu niet onduidelijk bemerk dat deze stof niet onaangenaam noch zonder vrucht was, werd mijn lust opgewekt om de gehele Psalm stuksgewijze tot het einde toe te ontvouwen, en ik dank mijn goede God dat mijn gebrekkig werk niet beroofd is geweest van zijn onverdiende zegen. Verzoek en raad van vrienden heeft mij toen al verder gebracht, en zo ben ik gekomen tot het besluit, om mijn ontwerpen door de druk algemeen te maken. Zie daar al de verantwoording die ik thans heb, nopens de aanleiding tot de uitgave van mijn verhandeling. Die reeds vroeger gebeurd zou zijn, als ik in die tussentijd niet gebracht was geweest in de dringende noodzakelijkheid om over een ander hoofdstuk van de genadeleer de pen te voeren.
--------------
Voorts ben ik van mening dat portretten van oudvaders, reformatoren en andere theologen niet zouden moeten worden toegestaan als avatar.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Jammer dat mijn 'naam' voorkomt in de titel van dit topic.
Bert, misschien wil je dat aanpassen, dat lijkt mij niet de bedoeling?

Overigens, het ging mij niet alleen om de beloften in relatie tot de kinderen, maar om de belofteprediking in zijn algemeenheid. Dit naar aanleiding van de kwestie Ds. Kok.

Laat ik ook een citaat inbrengen, uit de vragen en antwoorden over de Westminster Catechismus door Ralph Erskine, Ebenezer Erskine en James Fisher (De Kennis der Zaligheid).

Bij het hoofdstuk Verbond der genade (vr. 20 Westminster Catechismus) vinden we onder andere:
80. Aan wie werd deze belofte van het eeuwige leven [waarin alle beloften van het Genadeverbond besloten liggen] gegeven?
Antwoord: In de eerste plaats aan Christus en zo in de tweede plaats in en door Hem aan de uitverkorenen, zoals blijkt uit Titus 1:2 vergeleken met 1 Joh. 2:25.
81. Aan wie worden de beloften van het verbond voorgesteld?
Aan allen die het Evangelie horen mét hun zaad, Hand. 2:39: "U komt de belofte toe en uw kinderen".
82. Welk recht hebben zij, die het Evangelie horen, op de beloften als ze hun zo in het algemeen overgemaakt worden?
Een recht van aanneming van de beloften en van al de goederen die erin vervat zijn, zodat ze daardoor niet te verontschuldigen zijn, als ze niet geloven, Joh. 3:18.
83. Welk recht geeft het geloof of de daad van het geloven op de beloften?
Een recht van bezit, uit kracht van de vereniging met Christus in Wie al de beloften "Ja en amen" zijn. Johannes 3:36: "Hij die gelooft ... heeft het eeuwige leven."
Ik meen dat het deze vragen en antwoorden waren die ds. Kok op de Synode van 1950 had willen voorlezen maar wat op de Synode verhinderd werd.
ds. R. Kok schreef:Toen ik de uitspraak van de Synode hoorde, greep ik het boekje van E. en R. Erskine en J. Fisher uit mijn tas, om daaruit wat voor te lezen ten bewijze dat de beloften Gods aan allen die onder het Evangelie zijn, gepredikt moeten worden. Op dit gedeelte had ik de Synode willen wijzen... Het voorlezen en toelichten werd mij echter niet toegestaan.
(Geciteerd door ds. Harinck in 'De prediking van het Evangelie', 2002, blz. 241.

Ds. Kok hield staande dat het bezit van de beloften alleen voor de uitverkorenen was, maar dat de beloften aan allen die onder het Evangelie leven worden aangeboden. Daarbij maakte hij geen onderscheid tussen Evangeliebeloften en Verbondsbeloften. Zijn tegenstanders maakten dit verschil ook niet, dat verschil dateert in de leer van de GGem namelijk uit later tijd en werd in 1950 nog niet gehanteerd (evenmin als het gehanteerd werd door onze vaderen). Alle Evangeliebeloften komen namelijk op uit het Verbond. En alle Verbondsbeloften - geen uitgezonderd - worden in het Evangelie voorgesteld en aangeboden.

Waarom werd ds. Kok afgezet? Omdat zijn tegenstanders een scheiding wilden aanbrengen tussen aanbod en beloften. Beloften zijn er alleen voor de uitverkorenen, zo stelden zij (in navolging van Steenblok). De verdediging van ds. Kok dat ook de Heidelbergse Catechismus spreekt van "toegezegd worden" als het gaat om de beloften aan de kinderen des Verbonds, mocht niet baten. Evenmin mocht baten het onderscheid 'recht van toegang' en 'recht van bezit' op de beloften, welk onderscheid ds. Kok voluit erkende.

M.vr.gr.,
Zonderling
Gebruikersavatar
Tiberius
Administrator
Berichten: 34749
Lid geworden op: 12 jan 2006, 09:49
Locatie: Breda

Bericht door Tiberius »

Zonderling schreef:Jammer dat mijn 'naam' voorkomt in de titel van dit topic.
Bert, misschien wil je dat aanpassen, dat lijkt mij niet de bedoeling?
Daar heb je gelijk in.
Ik zal het wel even aanpassen, want Bert zal nog wel op één oor liggen.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Bert Mulder schreef:
entiteitxx schreef:De Erskines zouden ook zijn geschorst
Zijn ze ook. Hoewel niet door de GG, maar door de Presbyteriaanse Kerk van Schotland....
[Uit topic 100-jarig bestaan GG.]

Bert, je doelt op de Marrow controverse.
Het is echter niet juist dat de Erskines en de andere predikanten die de Marrow steunden, geschorst zijn. De afgescheiden kerk van o.a. de Erskines ontstond pas in 1733 en was NIET het gevolg van de veroordeling van The Marrow door de Schotse Presbyteriaanse Kerk in 1722.

Overigens: Wat jij de Erskines en de andere Marrow men verwijt (namelijk de leer van een algemeen aanbod op grond van de algenoegzaamheid van de verdienste van Christus), vind je exact ook zo in de acta van de Dordtse Synode, onder meer bij de Nederlandse professoren die als het 'summum' van rechtzinnigheid bekend stonden. (Gomarus, Walaeus, Thysius, Polyander, Lubbertus). Ik heb je dat al meerdere malen voorgehouden, maar helaas tevergeefs.

M.vr.gr.,
Zonderling
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Zonderling schreef:
Bert Mulder schreef:
entiteitxx schreef:De Erskines zouden ook zijn geschorst
Zijn ze ook. Hoewel niet door de GG, maar door de Presbyteriaanse Kerk van Schotland....
[Uit topic 100-jarig bestaan GG.]

Bert, je doelt op de Marrow controverse.
Het is echter niet juist dat de Erskines en de andere predikanten die de Marrow steunden, geschorst zijn. De afgescheiden kerk van o.a. de Erskines ontstond pas in 1733 en was NIET het gevolg van de veroordeling van The Marrow door de Schotse Presbyteriaanse Kerk in 1722.

Overigens: Wat jij de Erskines en de andere Marrow men verwijt (namelijk de leer van een algemeen aanbod op grond van de algenoegzaamheid van de verdienste van Christus), vind je exact ook zo in de acta van de Dordtse Synode, onder meer bij de Nederlandse professoren die als het 'summum' van rechtzinnigheid bekend stonden. (Gomarus, Walaeus, Thysius, Polyander, Lubbertus). Ik heb je dat al meerdere malen voorgehouden, maar helaas tevergeefs.

M.vr.gr.,
Zonderling
Geef toe dat je gelijk hebt over de schorsing. De Erskines, hoewel hun dwaling door de synode afgewezen werd, zijn niet geschorst geweest door de synode.

Verder, over Dordt en het aanbod, daar zullen we het, helaas, denk ik wel nooit helemaal eens over worden.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Bert Mulder schreef:Verder, over Dordt en het aanbod, daar zullen we het, helaas, denk ik wel nooit helemaal eens over worden.
Toch ben je helaas nooit ingegaan op wat ik enkele malen geciteerd heb van de Nederlandse professoren over het tweede artikel (zie Acta Dordtse Synode). Ben je het met mij niet eens, of ben je het ook met de Nederlandse professoren niet eens? Wanneer je consequent bent, zul je moeten zeggen dat je het met de professoren op de Dordtse Synode niet eens bent. En dat zul je niet graag doen...

De twee lijnen die de Marrow-men trekken zijn toch echt dezelfde lijnen die ook op de Dordtse Synode getrokken werden (althans, door genoemde Nederlandse professoren en ook door diverse buitenlandse afvaardigingen). Maar helaas, jij maakt van de Marrow-men een karikatuur, terwijl zij niet minder dan de Dordtse Synode de particuliere verzoening zeer duidelijk hebben geleerd.

M.vr.gr.,
Zonderling
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Bericht door Bert Mulder »

Zonderling schreef:
Bert Mulder schreef:Verder, over Dordt en het aanbod, daar zullen we het, helaas, denk ik wel nooit helemaal eens over worden.
Toch ben je helaas nooit ingegaan op wat ik enkele malen geciteerd heb van de Nederlandse professoren over het tweede artikel (zie Acta Dordtse Synode). Ben je het met mij niet eens, of ben je het ook met de Nederlandse professoren niet eens? Wanneer je consequent bent, zul je moeten zeggen dat je het met de professoren op de Dordtse Synode niet eens bent. En dat zul je niet graag doen...

De twee lijnen die de Marrow-men trekken zijn toch echt dezelfde lijnen die ook op de Dordtse Synode getrokken werden (althans, door genoemde Nederlandse professoren en ook door diverse buitenlandse afvaardigingen). Maar helaas, jij maakt van de Marrow-men een karikatuur, terwijl zij niet minder dan de Dordtse Synode de particuliere verzoening zeer duidelijk hebben geleerd.

M.vr.gr.,
Zonderling
Geachte Zonderling, helaas zie ik dat niet zo, en zie ik een kloof tussen de professoren op Dordt en de Marrowmen. Maar ziende dat we het 'aanbod' al ad infinitum gediscussieerd hebben, denk ik niet dat het stichtend is er over door te gaan in dit forum.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Bert Mulder schreef:Geachte Zonderling, helaas zie ik dat niet zo, en zie ik een kloof tussen de professoren op Dordt en de Marrowmen. Maar ziende dat we het 'aanbod' al ad infinitum gediscussieerd hebben, denk ik niet dat het stichtend is er over door te gaan in dit forum.
O.k., het is niet mijn bedoeling om over het aanbod te discussiëren. Maar wel wil ik opnieuw benadrukken dat de Marrow men de particuliere genade zeer duidelijk hebben gehandhaafd (de leer dat de verzoening zich in kracht alleen uitstrekt tot de uitverkorenen).

Eerder op dit forum plaatste ik (topic: Wie waren de Marrow men) de volgende citaten van de Erskines, naast Boston de bekendste vertegenwoordigers van de Marrow men. Deze citaten wil ik nogmaals naar voren brengen.
Uit: De kennis der zaligheid (vragen over de Westminster Catechismus) door E. Erskine, R. Erskine en J. Fisher, 2e deel, blz. 53:
26. Hoe bewijst ge, dat alleen de uitverkorenen en niet alle mensen door Christus verlost werden?
De Vader heeft ze Hem van eeuwigheid gegeven, Joh. 17:6; Hij vertegenwoordigde hen in Zijn dood, Joh. 10:11, en in het heiligdom hierboven bidt Hij voor hen alleen, Joh. 17:9: "Ik bid voor hen; Ik bid niet voor de wereld; maar voor degenen, die Gij mij gegeven hebt".
27. Strekken de verwerving en de voorbede van Christus zich precies even ver uit?
Zeer zeker; want, daar Zijn voorbede gegrond is op Zijn verwerving en daarin bestaat, dat Hij de verdienste daarvan voor de troon voorstelt, Hebr. 9:24; volgt daar duidelijk uit, dat Zijn voorbede zich niet verder kan uitstrekken dan Zijn verwerving, Joh. 17:24: "Vader! Ik wil, dat waar Ik ben, ook die bij Mij zijn, die Gij Mij gegeven hebt".
28. Hoe moeten dan die schriftuurplaatsen verklaard worden, die van een algemene loskoping van alle mensen schijnen te spreken, zoals bijv., dat Christus voor allen gestorven is, 2 Kor. 5:15; dat Hij voor allen de dood gesmaakt heeft, Hebr. 2:9; dat Hij een verzoening is voor de zonden der gehele wereld, 1 Joh. 2:2; en dergelijke?
Zij moeten in een beperkte zin verklaard worden, als te gelden van slechts sommigen; niet van ieder afzonderlijk lid van het menselijk geslacht, zoals dergelijke algemene uitspraken ook ongetwijfeld verstaan moeten worden in andere plaatsen van de Heilige Schrift, zoals bijv. Kol. 1:6 en Openb. 13:3; want indien beweerd wordt, dat de eerst-aangehaalde teksten een algemene verzoening bewijzen, kan men om dezelfde reden zeggen, dat zij ook een algemene toepassing van die verzoening bewijzen en dat zullen weinigen beweren.
Idem van ALLE Marrow-men in hun gezamenlijke verantwoording, schreef ik eerder:
Dit citaat is genomen uit de verantwoording van de 12 Marrow-men aan de onderzoekscommissie van de Schotse Synode, maart 1722.
Marrow men schreef:Hoewel wij geloven, dat de KOPING,
zowel als de VERZOENING
ALLEEN de UITVERKORENEN aangaat
,
die de Vader aan Christus gegeven heeft in de Raad des Vredes,
zo is toch de volmacht [= "warrant"] om Hem aan te nemen aan allen gegeven.
De leraars is, uit kracht van de zending die zij hebben ontvangen van hun grote Heere en Meester, macht en last gegeven, om heen te gaan en het Evangelie te prediken aan alle creaturen, dit is, om een volle, vrije en onbeperkte aanbieding te doen van Hem, Zijn genade en gerechtigheid en zaligheid, aan iedere redelijke ziel, tot welke zij gelegenheid krijgen te spreken.
Zij leerden dus inderdaad dat de verwerving en de verzoening door Christus PARTICULIER is en níet ALGEMEEN.
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Ten slotte wil ik in relatie tot de Marrow men nog aantonen dat hun leer van het aanbod overeenkomt met b.v. de Nederlandse professoren op de Dordtse Synode. Daartoe herhaal ik wat ik eerder geschreven en geplaatst had in het onderwerp over de Marrow-men:

De Marrow-men hanteerden twee lijnen:

(a) De lijn van de verkiezing - particuliere verzoening - de zaligheid alleen voor de uitverkorenen.
(b) De lijn van de algenoegzaamheid van de dood van Christus - het algemeen aanbod aan alle hoorders van Evangelie.

De grond voor het algemeen aanbod was voor hen de algenoegzaamheid van de dood van Christus.

Opmerkelijk is dat precies dezelfde twee lijnen - en op dezelfde manier verwoord - ook voorkomen in het oordeel van de Nederlandse professoren in hun oordeel over het tweede artikel van de Remonstranten tijdens de Synode van Dordrecht. (Overigens ook bij diverse andere afgevaardigden, met name die uit het buitenland.)

De stellingen van de Nederlandse professoren wat betreft de tweede lijn (de lijn van de algenoegzaamheid en het aanbod) laat ik hieronder volgen.

N.B. deze professoren waren Gomarus, Walaeus, Thysius, Polyander en Lubbertus. Zij stonden in hoog aanzien en waren van onvervalste rechtzinnigheid. (Al gold deze reputatie wat minder voor Gomarus vanwege zijn supralapsarische denkwijze die door bijna niemand op de Synode van Dordrecht gedeeld werd.)
Nederlandse professoren Synode Dordrecht schreef:I. Wij belijden, dat de verdienste en de kracht van den dood en de voldoening van Christus zoo waardig is en van zoo grooten prijs, zoo vanwege de volkomenheid er van, als vanwege de oneindige waardigheid zijns persoons, dat hetzelve niet alleen genoegzaam zij om aller menschen zonden, zelfs de allergrootste, uit te wisschen, maar ook om alle de nakomelingen Adams, al ware het, dat er veel meer waren, zalig te maken, indien ze datzelve slechts met het ware geloof omhelsden.

II. Daar is ook niet aan te twijfelen, of dit is de meening en het voorgestelde oogmerk geweest van God den Vader, zijnen Zoon overgevende; en van Christus, zichzelven opofferende; dat Hij zoodanig en zoo groot een rantsoen zoude betalen. Want al hetgeen Christus door zijnen dood gedaan heeft, dat heeft Hij volgens zijns Vaders, en zijn eigen voornemen en oogmerk gedaan.

III. En zulks is ook van de rechtgevoelenden nooit ontkend geweest, dat men aan het Christenvolk, en aan alle degenen, dien het Evangelie verkondigd wordt, ditzelve rantsoen van Christus, als zoodanig zonder onderscheid behoore te verkondigen, en in den naam van Christus aan te bieden, en datzelve ernstiglijk en volgens den raad des Vaders (#), Gode ondertusschen zijne verborgene oordeelen overlatende, die deze genade uitdeelt en toeeigent, beide zoo verre en zooveel Hij wil, en aan wien Hij wil.
(#) N.B. Met de raad des Vaders in stelling III wordt bedoeld, de raad des Vaders die in stelling II is behandeld om een offer te brengen dat genoeg is voor de zonden van de gehele wereld. Hier wordt met de raad des Vaders dus níet de verkiezing bedoeld! Wat daarop volgt, namelijk "Gode Zijn verborgen oordelen overlatende", ziet vervolgens wél op de particuliere toepassing en des Vaders welbehagen.

N.B. Hier wordt dus gezegd dat de aanbieding aan allen in de Naam van Christus en volgens de raad des Vaders plaatsvindt. Dit op grond van de algenoegzaamheid van de offerande van Christus.

Hieruit mag dus voldoende blijken dat de Marrow-men met hun leer van het algemeen aanbod op grond van de algenoegzaamheid van de dood van Christus zich wel degelijk op de Synode van Dordrecht konden beroepen.
Gebruikersavatar
Afgewezen
Berichten: 17323
Lid geworden op: 12 mei 2005, 21:50

Bericht door Afgewezen »

Bert Mulder schreef:Geachte Zonderling, helaas zie ik dat niet zo, en zie ik een kloof tussen de professoren op Dordt en de Marrowmen. Maar ziende dat we het 'aanbod' al ad infinitum gediscussieerd hebben, denk ik niet dat het stichtend is er over door te gaan in dit forum.
Dat komt denk ik doordat jij de in de discussies niet op de aangedragen argumenten ingaat. Je stelt er slechts een ander verhaal tegenover. Dan komt er ook nooit een goed gesprek van de grond.
Dus hier je kans, Bert.
Plaats reactie