Nasrani schreef:huisman schreef:Als een HHK predikant andere predikanten die zijn theologie niet delen gezanten van de satan noemt vind jij dat geen schelden?
Laat het duidelijk zijn dat ik ook de wijze van reageren van ds. Schultink afkeur .
Wij zijn als gezin ooit bevriend geraakt met een predikant ( uiterst rechterkant gereformeerde gezindte) die volgens ds. van den Brink wel een gezant van de satan zou zijn.
Een zeer amiable man die theologisch best ver van mijn inzichten afstaat maar waar ik goede en diepgaande gesprekken mee heb gehad. Mijn mening is dat hij het Evangelie wat eenzijdig brengt maar daar zou ik nooit de populistische kwalificatie ‘gezant van de satan’ op durven plakken.
Wij bevinden ons op een vierkante centimeter van de wereldwijde kerk en als je dan zulke grote (scheld)woorden spreekt tegen predikanten binnen diezelfde vierkante centimeter ben je onnodig grievend bezig.
Ds vd Brink wijst er in zijn lezing op dat een predikant gezant is van Christus wege.. dat God door hen bid laat je met God verzoenen.
Zoals ik het dan verder interpreteer breng je struikelblokken of belemmeringen aan zodat er verhindering in Gods verlossingwerk is, dan ben je op dat moment geen gezant van Christus. Denk aan Petrus die Jezus wilde verhinderen om te lijden en te sterven. Dan spreekt Jezus de scherpe woorden: Ga achter Mij satan. Daarmee is Petrus geen gezant van satan, maar wel een belemmering in de weg van Gods verlossing. En ja je zou kunnen zeggen op dat moment een onderhandelaar van de duivel die probeert Gods werk te verhinderen.
Ik probeer me zoveel mogelijk verre te houden van dit draadje. Maar er moet me nu toch wel iets van het hart.
Als je als predikant een gezant van Christuswege bent, dan wijs je ook op de doodstaat van de mens. Van nature zijn we dood, liggen we dood en reizen we naar de eeuwige dood. Als dat niet verkondigt wordt, náást de welmenende oproep en het goddelijke bevel van geloof en bekering, dan zijn we levensgevaarlijk bezig. En dat is de grootste moeite die ik heb met deze zeer eenzijdige bewoording, die ik meen te ontwaren in de lezing van dr. Van den Brink (die ik overigens niet beluisterd heb, om mezelf te beschermen, maar die ik op grote lijnen ontwaar, uit de discussie van dit draadje), om over alle oneerlijke aanvallen tegen mededienstknechten in Gods wijngaard nog maar te zwijgen.
Ik ben trouwens ook zeer benieuwd hoe dr. Van den Brink de betekenis van Zondag 43 kan rijmen met zijn oneerlijke en onheuse uitspraken over andere predikanten binnen de gereformeerde gezindte. Het feit dat ik voorstanders van de redevoering van dr. Van den Brink hierover niet of nauwelijks hoor, vind ik zeer tekenend. Als een predikant vanuit de rechterflank zulke bewoordingen had gebruikt voor iemand zoals dr. Van den Brink, was het forum te klein geweest en de predikant volledig afgeserveerd.
Het meeste verdriet heb ik nog over het feit dat de kerkelijke eenheid, waar ik zo naar verlang, hierdoor weer een flinke knauw heeft gekregen. Quis non fleret?