verlangen naar het behoud van de naaste

Gerrie

Bericht door Gerrie »

Oorspronkelijk gepost door gravo
Bekeerd zijn is geen eindpunt, maar een beginpunt.
Hiermee ben ik het volledig eens Gravo.

Maar je moet je term "heilsegoïsme" zien, als de situatie voor de bekering. En dan is het niet verkeerd je eigen zaligheid te zoeken. Maar ik zou die term zelf liever niet gebruiken.
Egbert
Berichten: 1334
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:17

Bericht door Egbert »

Gravo uit jouw woorden
Ten eerste, dat hij, hoewel godvrezend en hoewel hij persoonlijk het heil ontvangen had, toch nog iets verwachtte: nl. de verlossing van Israël.
begrijp ik dat je eerst het persoonlijke heil vooropsteld en daarna het collectieve, dat is m.i. inderdaad de juiste gang van zaken. Zo kan ik met je instemmen.
Met vriendelijke groet, Egbert.

Maar indien gij elkander bijt en vereet, zie toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
Galaten 5:15

ps. iedereen die jarig is geweest of iets anders memorabels heeft meegemaakt is hierbij gefeliciteerd, alle anderen veel sterkte.
Gebruikersavatar
Gian
Berichten: 6339
Lid geworden op: 27 nov 2004, 21:24

Bericht door Gian »

Egbert,
Omschrijf eens wat je onder 'persoonlijk heil' verstaat. Dus niet persoonlijke deelname aan het heil, dat is wat anders. Ook niet het heil voor jouw alleen, dat kan niet.
Gr
MS

Bericht door MS »

Oorspronkelijk gepost door gravo
Mogen we het gegeven, dat iemand ernaar verlangt, dat vele mensen behouden en zalig worden, zien als een gave van God aan zo iemand?

En mogen we dan ook concluderen, dat zo iemand een waar geloof heeft? Immers, hij is eenswillend met God, die wil dat alle mensen zalig worden.
Ook is er kennelijk een nieuw levensbeginsel in zo iemand aanwezig. Hij haat niet langer God en zijn naaste, maar vervult de wet van God, door God lief te hebben boven alles en zijn naaste als zichzelf. Dat zou een natuurlijk mens toch nooit doen.

Kan iemand, die daarentegen dood ligt in de zonde wel verlangen naar behoud en zaligheid van vele mensen?

gravo
Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Stukje:

Op die tijd had ik nooit het Evangelie gehoord, zo min als enige maanden daarna. Ik zag nu dat mijn roeping duidelijk was, en mijn inwendige verkiezing zeker, en mijn ziel genoot verscheiden maanden lang vrede. De satan kon mij nu niet als een aanvaller bestormen, maar hij kwam als een bezoeker, om te trachten dit heerlijk werk te bederven door mij tot een Arminiaan te maken.

· Hij bracht mij eerst tot het zien van die grote menigte Farizeeën die de gemeente, en vooral de naambelijders vergezelden; en om mij meer te bewegen om hen te beklagen, bracht hij mijn vrouw onder dezelve. Was het hierbij gebleven dan was het goed geweest; maar helaas! het was vergezeld van boosheid tegen God. Ik sprak met velen van hen, maar bevond ze allen blind te zijn. En hier zag ik toornig op, en vraagde God goddelooslijk wat er van die allen moest worden? En Hij antwoordde mij krachtvol: tenzij iemand wederom geboren worde, hij kan het koninkrijk Gods niet zien. Enige duizenden tranen over hen gestort hebbende, werd ik verzocht om de Godverzakers, de heidenen en de zwarten te beschouwen en toen werd het mij ingeblazen: wat denkt u nu van de uitverkiezing? Hier begon ik krijg te voeren tegen de vrijmacht van mijn Formeerder, en weende over hen die ik nooit zag. Dit is partij kiezen voor de potscherven, en twisten met onze Formeerder, Jes. 45: 9.

· Hierop werd het harde lot van dieren mij voorgesteld en hoe zij nooit zouden behouden worden. Over hen stortte ik ook vele tranen van medelijden. Dergelijke tedere gevoelens koesterde ik en dacht dat ik zelfs meer barmhartigheid bezat dan God zelf. Hier gevoelde ik een hart dat zich verhovaardigde in vijandschap tegen God, tegen Christus, Zijn vrijmachtige genade, Zijn uitverkiezing, en tegen allen die de uitverkiezing vasthielden. Lang voerde ik deze strijd tegen God, en treurde en weende nochtans over beesten, kruipende dieren en insecten, maar had geen gevoel voor enen lijdende Zaligmaker. God liet mij voor enen tijd over, om mij mijn eigen dwaasheid te tonen en dwaasheid is het, of ik vergis mij deerlijk.

· De volgende stap welke ik in deze wonderlijke weg deed was de gevallen engelen te beschouwen, die ik wist dat van alle hoop op God waren buitengesloten en dat voor eeuwig. Weldra begonnen mijn ingewanden zich over hen te ontfermen; dit gevoelende, begonnen zelfs de hemelen, naar ik dacht, boven mijn hoofd te zakken; mijn bloed werd koud, mijn haren rezen ten berge, mijn lendenen waggelden, mijn hoop verzonk en de angsten der hel grepen mijn ziel aan. Hierop bracht God bij vernieuwing op mijn gemoed de langdurige krijg en de talrijke strikken, die de satan in mijn weg gespannen had, teneinde mij naar zijn hels verblijf te slepen. En ik beklaagde nu de gevloekte tegenpartijder tegen God en mensen, en streed tegen mijn God en Zaligmaker, die stierf om mij van de zonden, satan, dood en hel te verlossen. Ik ging zó ver, dat ik besloot om alle hoop op God te verwerpen, veronderstellende dat de eeuwige verdoemenis mijn vonnis zou zijn. Dit is de ware wortel van het Arminianisme, en ik weet welke vruchten zij draagt.

Evenwel verloste God mij in antwoord op het gebed, en ik keerde met mijn genegenheden weer tot mijn dierbare Meester, weende over Hem, beminde Hem gelijk een vriend, eerbiedigde als een Soeverein en liet heidenen, redeloze dieren, en duivelen over aan de beschikking van oneindige wijsheid en vrijmachtig welbehagen. Sedert kon ik oordelen over de komst van de satan in dit gewaad: wij hebben meer inwonende zonde in ons dan genade; daarom werkt de satan hierop, daar dit zijn eigen zaad is; en vandaar komt het dat sommigen er toe gebracht worden om duivelen te beklagen. Wij hebben ook meer vlees en bloed dan genade; daaruit worden wij geleid om ons eigen gevallen beeld in weerspannigen te beklagen. Daar elk mens gelijk is aan de beesten, die in hun natuur omkomen, en dierlijk in zijn kennis zijnde, zo zal een zeer lichte verzoeking hem leiden om de redeloze dieren te beklagen; daar wij meer zonde, vlees en beestachtigheid hebben, dan wij van Gods Geest bezitten, zullen de natuurlijke genegenheden, onder zware verzoekingen, meer uitgaan tot zondaars, beesten en duivelen, dan zij zulks tot God zelf zullen doen.

Deze verzoekingen hebben vele van Gods uitverkorenen bezet, maar Hij baant altijd enen weg tot hun ontkoming, en zij die in dezelve sterven, zullen deze Algemene Liefde in de hel niet vinden, want daar is geen liefde. Wij behoeven er ons niet over te verwonderen dat deze verzoekingen de uitverkorenen bezetten, wanneer zelfs Christus tot zelfmoord aangezocht werd, ja zelf om voor de satan neer te vallen en hem te aanbidden. Het is uit deze wortel van algemene liefde dat deze medelijdende woorden vloeien waarvan wij zo dikwijls horen, dat uitgestort worden ten behoeve van Kaïn, Ezau, Judas, Saul, Achab en Farao; verklarende dat Christus voor hen stierf. Christus beloofde Zijn volk te verlossen van de macht des grafs, en van de dood: 0 dood, waar zijn uw pestilenties; o hel, waar is uw verderf? berouw zal van mijn ogen verborgen zijn? Hos. 13: 14. Als Christus nu zondaren verlost, heeft Hij beloofd hen te verlossen van de dood; dit kan niet betekenen van de tijdelijke dood, want het is alle mensen gezet eenmaal te sterven. Het moet dus de geestelijken dood zijn, die onze Zaligmaker bedoelt: en als ze allen zo verlost zijn, hoe kan het dan wezen, dat de Schrift verklaart, dat er reeds zo velen in de hel zijn?

Wanneer wij van de predikstoel die ingewanden van algemene liefde horen klinken in al hun teerheid, ontferming, medelijden en liefde, voor weerspannigen, verworpelingen, verraders en afvalligen, kunnen wij weldra gissen wie de prediker is. En wanneer zij zich zelf apostelen noemen, zoals Petrus was, mogen wij hen antwoorden gelijk Christus hem antwoordde: gaat weg achter mij, satanas! Zij behoren ons een aanstoot te zijn, omdat zij niet bedenken de dingen die Godes, maar die der mensen zijn. Matth. 16: 23.
De vijanden van deze algemene liefde zijn: Gods vrijmachtige, verkiezende, en eeuwige liefde tot Zijn uitverkorenen, Christus bijzondere verlossing van Zijn volk en de vrijmachtige onderscheiden werkingen des Heilige Geestes op de gunstelingen Gods. Al de voorvechters van de vrije wil met wie ik ooit gesproken heb, schenen alles te beminnen, behalve de vrijmachtige genade en de uitverkorenen van God, deze staan zij tegen. En ziende dat zij hun mond opendoen tegen God, Zijn levende tempel en zij die in de hemel wonen zo, hebben wij reden om te geloven, dat er niet veel van God in hen is; indien zulks het geval was zouden hun harten zijn waar hun schat. is. Matth. 6: 21.
Egbert
Berichten: 1334
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:17

Bericht door Egbert »

Oorspronkelijk gepost door Gian
Egbert,
Omschrijf eens wat je onder 'persoonlijk heil' verstaat. Dus niet persoonlijke deelname aan het heil, dat is wat anders. Ook niet het heil voor jouw alleen, dat kan niet.
Gr
Ik versta onder 'persoonlijk heil' inderdaad persoonlijk deelname aan het heil. Maar wat dan Gravo hieronder verstaat moet hij dan maar uitleggen.
Met vriendelijke groet, Egbert.

Maar indien gij elkander bijt en vereet, zie toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
Galaten 5:15

ps. iedereen die jarig is geweest of iets anders memorabels heeft meegemaakt is hierbij gefeliciteerd, alle anderen veel sterkte.
Egbert
Berichten: 1334
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:17

Bericht door Egbert »

Oorspronkelijk gepost door MS

Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Leed ook niet Christus aan die dwaling?

getuige Zijn woorden [het is wel een vertaling, misschien verkeerd vertaalt?]

Mt 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild.


Lu 13:34 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert; en gijlieden hebt niet gewild?
Met vriendelijke groet, Egbert.

Maar indien gij elkander bijt en vereet, zie toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
Galaten 5:15

ps. iedereen die jarig is geweest of iets anders memorabels heeft meegemaakt is hierbij gefeliciteerd, alle anderen veel sterkte.
MS

Bericht door MS »

Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS

Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Leed ook niet Christus aan die dwaling?

getuige Zijn woorden [het is wel een vertaling, misschien verkeerd vertaalt?]

Mt 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild.


Lu 13:34 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert; en gijlieden hebt niet gewild?
Ik hoop en denk dat deze vraag heel retorisch met nee beantwoord moet worden. Of niet? Is toch eigenlijk een vraag waar je je voor moet schamen?

Natuurlijk niet! Maar wat wil je er mee zeggen?
Gebruikersavatar
Pim
Berichten: 4033
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:42
Locatie: Zuid-Holland
Contacteer:

Bericht door Pim »

Oorspronkelijk gepost door MS
Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS

Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Leed ook niet Christus aan die dwaling?

getuige Zijn woorden [het is wel een vertaling, misschien verkeerd vertaalt?]

Mt 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild.


Lu 13:34 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert; en gijlieden hebt niet gewild?
Ik hoop en denk dat deze vraag heel retorisch met nee beantwoord moet worden. Of niet? Is toch eigenlijk een vraag waar je je voor moet schamen?

Natuurlijk niet! Maar wat wil je er mee zeggen?
Moet je die een-na-laatste alinea eens lezen van het door jou geposte stuk. Als je liefde en tederheid hoort van de preekstoel, dan is het van de satan.

Rare uitspraak hoor.
Hartelijke groet,

Pim.

Het is vandaag een dag van Goede Boodschap. PrekenWeb.nl
MS

Bericht door MS »

Wanneer wij van de predikstoel die ingewanden van algemene liefde horen klinken in al hun teerheid, ontferming, medelijden en liefde, voor weerspannigen, verworpelingen, verraders en afvalligen, kunnen wij weldra gissen wie de prediker is

Dat is de regel die jij bedoeld, toch?.
De algemene liefde wordt aangevallen, niet de teerheid, ontferming e.d.
En die algemene liefde is van de satan.

Scherp, heel scherp.

p.s. Misschien intresse in het hele stuk? Zie link bij discussie over het gevaar van arminianisme
[Aangepast op 5/4/05 door MS]

[Aangepast op 5/4/05 door MS]
Egbert
Berichten: 1334
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:17

Bericht door Egbert »

Oorspronkelijk gepost door MS
Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS

Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Leed ook niet Christus aan die dwaling?

getuige Zijn woorden [het is wel een vertaling, misschien verkeerd vertaalt?]

Mt 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild.


Lu 13:34 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert; en gijlieden hebt niet gewild?
Ik hoop en denk dat deze vraag heel retorisch met nee beantwoord moet worden. Of niet? Is toch eigenlijk een vraag waar je je voor moet schamen?

Natuurlijk niet! Maar wat wil je er mee zeggen?
Natuurlijk is de vraag retorisch gesteld, maar zoals Pim al zegt lees nou eens het door jouw geplaatste stukje, daar spreekt toch geen greintje naastenliefde uit? Ik weet niet wie de schrijver is [het is trouwens de goede gewoonte om bronvvermelding toe te passen anders wordt je aangeklaagd wegen schending van het auteursrecht] maar op mij komt deze niet positief over.
Met vriendelijke groet, Egbert.

Maar indien gij elkander bijt en vereet, zie toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
Galaten 5:15

ps. iedereen die jarig is geweest of iets anders memorabels heeft meegemaakt is hierbij gefeliciteerd, alle anderen veel sterkte.
MS

Bericht door MS »

Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS
Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS

Gisteren las ik daar het volgende over, dit topic kwam me toen in gedachte,

Vele bijbelse mensen, Mozes, Samuel, David, ik noem maar enkele namen zijn in de dwaling van algemene liefde gevallen:
Ook de man die dit schrijft had hier weet van:

Leed ook niet Christus aan die dwaling?

getuige Zijn woorden [het is wel een vertaling, misschien verkeerd vertaalt?]

Mt 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt niet gewild.


Lu 13:34 Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn, hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens onder de vleugelen vergadert; en gijlieden hebt niet gewild?
Ik hoop en denk dat deze vraag heel retorisch met nee beantwoord moet worden. Of niet? Is toch eigenlijk een vraag waar je je voor moet schamen?

Natuurlijk niet! Maar wat wil je er mee zeggen?
Natuurlijk is de vraag retorisch gesteld, maar zoals Pim al zegt lees nou eens het door jouw geplaatste stukje, daar spreekt toch geen greintje naastenliefde uit? Ik weet niet wie de schrijver is [het is trouwens de goede gewoonte om bronvvermelding toe te passen anders wordt je aangeklaagd wegen schending van het auteursrecht] maar op mij komt deze niet positief over.
Link:

http://www.theologienet.nl/documenten/H ... raamte.rtf

William Huntington is de schrijver. Het is een heel stuk, maar wel leerzaam, ook ik heb het nog niet helemaal gelezen, maar dit zegt hij er zelf van:

Ik weet dat het sommigen van u, die eenvoudige zielen, maar wat kortzichtig bent, beter zou bevallen, als er liefelijker zaken, ene zachtere taal, en minder vurige ijver in was. Waarop ik antwoord: hoewel enige oprechte mensen hierover verwonderd mogen zijn, zo zal nochtans de onschuldige zich tegen de huichelaar opmaken. Job 17: 8. Ik wens geen mensenbehaging te bedoelen; Christus alleen is mijn Meester; het is op Hem dat ik zie om mijn loon, en voor Hem moet ik staan of vallen. De Godgeleerdheid en de taal heb ik op mijn knieën, in antwoord op het gebed, en door ijverige studie verkregen; en wanneer gij het doorlezen hebt, ben ik bereid mij op uw geweten te beroepen, of de leer en de bevinding uit de hemel is of uit de mensen. Als zij uit de mensen is, zullen de Arminianen ze beminnen, ofschoon ze zeker teniet zal gaan; maar zo zij uit God is, zullen ze dezelve haten, ofschoon zij niet omvergeworpen kan worden.

Hiervan ben ik zeker, de leerstellingen, welke ik hier beschreven heb, zijn niet naar de mens; want ik heb ze niet van de mensen geleerd, ook werden zij mij niet anders onderwezen dan door de openbaring van Jezus Christus. Want ik had reeds enige maanden in de heerlijke vrijheid van het Evangelie verkeerd, voordat ik het Evangelie nog eenmaal ging horen verkondigen; en uit deze overweging ben ik vurig gehecht aan de zalige onderwijzing van die grote profeet der gemeente, Christus Jezus mijn Heere; en stem ten allerhartelijkste overeen met de Godvruchtige Job, in zijn belijdenis en vraag: zie, God verhoogt door Zijn kracht; wie is een Leraar gelijk Hij? Job 36: 22.
Sommigen mogen zeggen, dat het verwaand is van zulk een zuigeling als ik ben, om zulk ene hoofddwaling aan te vallen. Waarop ik antwoord dat God soms uit de mond der kinderkens en der zuigelingen sterkte grondvest om Zijn lof te verkondigen, om de vijand en wraakgierige te doen ophouden, Psalm 8: 3, Matth. 21: 16.
Egbert
Berichten: 1334
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:17

Bericht door Egbert »

Oorspronkelijk gepost door MS
Wanneer wij van de predikstoel die ingewanden van algemene liefde horen klinken in al hun teerheid, ontferming, medelijden en liefde, voor weerspannigen, verworpelingen, verraders en afvalligen, kunnen wij weldra gissen wie de prediker is

Dat is de regel die jij bedoeld, toch?.
De algemene liefde wordt aangevallen, niet de teerheid, ontferming e.d.
En die algemene liefde is van de satan.

Scherp, heel scherp.

p.s. Misschien intresse in het hele stuk? Zie link bij discussie over het gevaar van arminianisme
[Aangepast op 5/4/05 door MS]

[Aangepast op 5/4/05 door MS]
Ik denk MS dat je voortaan of het gehele stuk moet quoten of erbij moet vermelden dat het een klein stuk van een groter genuanceerder geheel is. Ik heb niet alles gelezen maar wat ik gelezen heb klonk een stuk genuanceerder dan wat jij hier plakt.
Met vriendelijke groet, Egbert.

Maar indien gij elkander bijt en vereet, zie toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
Galaten 5:15

ps. iedereen die jarig is geweest of iets anders memorabels heeft meegemaakt is hierbij gefeliciteerd, alle anderen veel sterkte.
MS

Bericht door MS »

Oorspronkelijk gepost door Egbert
Oorspronkelijk gepost door MS
Wanneer wij van de predikstoel die ingewanden van algemene liefde horen klinken in al hun teerheid, ontferming, medelijden en liefde, voor weerspannigen, verworpelingen, verraders en afvalligen, kunnen wij weldra gissen wie de prediker is

Dat is de regel die jij bedoeld, toch?.
De algemene liefde wordt aangevallen, niet de teerheid, ontferming e.d.
En die algemene liefde is van de satan.

Scherp, heel scherp.

p.s. Misschien intresse in het hele stuk? Zie link bij discussie over het gevaar van arminianisme
[Aangepast op 5/4/05 door MS]

[Aangepast op 5/4/05 door MS]
Ik denk MS dat je voortaan of het gehele stuk moet quoten of erbij moet vermelden dat het een klein stuk van een groter genuanceerder geheel is. Ik heb niet alles gelezen maar wat ik gelezen heb klonk een stuk genuanceerder dan wat jij hier plakt.
Sorry, is wel lekker prikkeld toch? Misschien moet ik voortaan gelijk de link plaatsen, dan kunnen de mensen het helemaal lezen.
Al is het misschien heel scherp, waar is het wel, maar ja met een verwijzing kan een ieder het beter plaatsen.

P.S. en het hele stuk quoten lijkt me niet zo'n geweldig idee, heb je gezien hoeveel pagina's?
gravo
Berichten: 588
Lid geworden op: 10 jun 2004, 00:30
Locatie: : De grote stad

Bericht door gravo »

Ten aanzien van de discussie tot zover:

1. MS komt aanzetten met 'een stukje'. Ik wil daar graag op reageren, maar ik doe dat niet zolang er geen bronvermelding komt van deze tekst.
2. In de gereformeerde theologie is er vaak een noodgedwongen onderscheid gemaakt tussen algemeen en bijzonder. Algemene genade / bijzondere genade of: algemene (uitwendige) roeping en bijzondere (inwendige) roeping. Men voelde zich ertoe geroepen omdat men de uitverkiezing wilde rationaliseren: als niet iedereen zalig wordt, moet er toch ergens een verschil te vinden zijn. Misschien in de roeping (een algemene, weinig kracht bezittende en een bijzondere levenskrachtige roeping) of: een algemene genade (fijn, maar ontoereikend) en een bijzondere eeuwig leven schenkende genade. enz. enz.
Nu probeert men dit weer, maar dan met de algemene liefde.
Laat het daar nu net niet opgaan: liefde is altijd liefde. Ontbreekt er iets aan de welgemeendheid, aan de oprechtheid of aan de onvoorwaardelijkheid van de liefde, dan is het geen liefde meer, maar iets anders.
Wanneer God iemand liefheeft, heeft Hij hem lief tot het einde. Pas wanneer Petrus agapè gebruikt is de liefde echt liefde.
Nee, God kan Zichzelf niet inhouden als het om liefde gaat. Het zou in tegenspraak zijn met het hoogste gebod, dat Hij zelf heeft gegeven.

Helaas voor de scholastiek: liefde is niet te rationaliseren. Waarom ik?.....geen rationeel antwoord.
Ik zou zeggen: heeft uitverkiezing ook niet met die liefde te maken? Zouden we ook niet eens ophouden om die verkiezing te rationaliseren, aanwijsbaar te maken, begrijpbaar, achterhaalbaar, bevatbaar of controleerbaar?

Het is slechts omwille van God zelf.


gravo
gravo
Berichten: 588
Lid geworden op: 10 jun 2004, 00:30
Locatie: : De grote stad

Bericht door gravo »

heb inmiddels de bronvermelding gezien!!

gravo
Plaats reactie