„Leer jongeren bevindelijke taal” ?????????
„Leer jongeren bevindelijke taal” ?????????
Wat moet je nou hier van denken????????????????
„Leer jongeren bevindelijke taal”
WOERDEN - De tale Kanaäns is zo’n waardevolle verpakking voor een schat van godsvrucht, dat jeugdleiders moeten proberen bevindelijke terminologie aan jongeren over te dragen.
Dat stelde dr. S. D. Post donderdag tijdens de jaarvergadering van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) in Woerden.
Tale Kanaäns, benadrukte Post, is meer dan alleen verouderd taalgebruik over geestelijke dingen, of Statenbijbel-Nederlands. „Bij tale Kanaäns gaat het over woorden die de Heilige Geest leert. Niet om de verouderde woorden en vaste uitdrukkingen, maar om taal, de communicatie, die innerlijke gemeenschap tot stand brengt. Wat is er dan zo bijzonder aan die taal, als hij alleen door wedergeborenen kan worden gesproken en verstaan? Dat bijzondere zit ’m niet in de woorden, maar in de gemeenschap.”
Volgens Post kunnen geestelijke zaken niet in jongerentaal worden uitgedrukt. „Jongeren op de club of op de vereniging noemen iets soms vet cool of supergaaf. Er is op zich niets mis met dit soort woorden. Maar deze woorden kunnen niet de verpakking vormen voor geestelijke dingen. Daar zijn geestelijke zaken veel te kwetsbaar en te kostbaar voor. Niet elke verpakking is geschikt voor een antieke kristallen vaas.”
Omdat jongeren ook in de preek met de tale Kanaäns worden geconfronteerd, pleitte hij ervoor regelmatig preekbesprekingen te houden. „Waarom doen we dat niet elke maand? Op zondagavond. Voor alle jongeren in een leeftijdsgroep. Als je geen dominee hebt, zou een ouderling het kunnen doen. Het is zo ontzettend belangrijk dat onze jongeren betrokken blijven bij de zondagse preek. Dat raakt de kern van het gemeente-zijn.”
„Leer jongeren bevindelijke taal”
WOERDEN - De tale Kanaäns is zo’n waardevolle verpakking voor een schat van godsvrucht, dat jeugdleiders moeten proberen bevindelijke terminologie aan jongeren over te dragen.
Dat stelde dr. S. D. Post donderdag tijdens de jaarvergadering van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) in Woerden.
Tale Kanaäns, benadrukte Post, is meer dan alleen verouderd taalgebruik over geestelijke dingen, of Statenbijbel-Nederlands. „Bij tale Kanaäns gaat het over woorden die de Heilige Geest leert. Niet om de verouderde woorden en vaste uitdrukkingen, maar om taal, de communicatie, die innerlijke gemeenschap tot stand brengt. Wat is er dan zo bijzonder aan die taal, als hij alleen door wedergeborenen kan worden gesproken en verstaan? Dat bijzondere zit ’m niet in de woorden, maar in de gemeenschap.”
Volgens Post kunnen geestelijke zaken niet in jongerentaal worden uitgedrukt. „Jongeren op de club of op de vereniging noemen iets soms vet cool of supergaaf. Er is op zich niets mis met dit soort woorden. Maar deze woorden kunnen niet de verpakking vormen voor geestelijke dingen. Daar zijn geestelijke zaken veel te kwetsbaar en te kostbaar voor. Niet elke verpakking is geschikt voor een antieke kristallen vaas.”
Omdat jongeren ook in de preek met de tale Kanaäns worden geconfronteerd, pleitte hij ervoor regelmatig preekbesprekingen te houden. „Waarom doen we dat niet elke maand? Op zondagavond. Voor alle jongeren in een leeftijdsgroep. Als je geen dominee hebt, zou een ouderling het kunnen doen. Het is zo ontzettend belangrijk dat onze jongeren betrokken blijven bij de zondagse preek. Dat raakt de kern van het gemeente-zijn.”
Vertaal het artikel nou eens naar een andere doelgroep:
Dit zou toch bizar zijn? Waarom dan wél met jongeren?„Leer Papua’s bevindelijke taal”
WOERDEN - De tale Kanaäns is zo’n waardevolle verpakking voor een schat van godsvrucht, dat zendelingen moeten proberen bevindelijke terminologie aan Papua’s over te dragen.
Dat stelde dr. S. D. Post donderdag tijdens de jaarvergadering van de Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) in Woerden.
Tale Kanaäns, benadrukte Post, is meer dan alleen verouderd taalgebruik over geestelijke dingen, of Statenbijbel-Nederlands. „Bij tale Kanaäns gaat het over woorden die de Heilige Geest leert. Niet om de verouderde woorden en vaste uitdrukkingen, maar om taal, de communicatie, die innerlijke gemeenschap tot stand brengt. Wat is er dan zo bijzonder aan die taal, als hij alleen door wedergeborenen kan worden gesproken en verstaan? Dat bijzondere zit ’m niet in de woorden, maar in de gemeenschap.”
Volgens Post kunnen geestelijke zaken niet in Papuataal worden uitgedrukt. „Papua’s in het oerwoud of in een nederzetting benoemen iets soms in hun eigen cultuurtaal. Er is op zich niets mis met dit soort woorden. Maar deze woorden kunnen niet de verpakking vormen voor geestelijke dingen. Daar zijn geestelijke zaken veel te kwetsbaar en te kostbaar voor. Niet elke verpakking is geschikt voor een antieke kristallen vaas.”
Omdat Papua’s ook in de preek met de tale Kanaäns worden geconfronteerd, pleitte hij ervoor regelmatig preekbesprekingen te houden. „Waarom doen we dat niet elke maand? Op zondagavond. Voor alle Papua’s in een leeftijdsgroep. Als je geen dominee hebt, zou een ouderling het kunnen doen. Het is zo ontzettend belangrijk dat onze Papua’s betrokken blijven bij de zondagse preek. Dat raakt de kern van het gemeente-zijn.”
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)
Een preekbespreking. Jaja. en na afloop daarvan weer een bespreking van de preekbespreking voor wie het nog niet vat.
Binnenkort is het Pinksteren:
't is trouwens helemaal geen 'helder stuk' maar een samenvatting van een lezing door zo'n boef van het RD
Binnenkort is het Pinksteren:
En nu zou de Heilige Geest opeens een of ander jargon nodig hebben naast de spreektaal?6 En als deze stem geschied was, kwam de menigte samen, en werd beroerd, want een iegelijk hoorde hen in zijn eigen taal spreken.
7 En zij ontzetten zich allen, en verwonderden zich, zeggende tot elkander: Ziet, zijn niet alle dezen, die daar spreken, Galileers?
8 En hoe horen wij hen een iegelijk in onze eigen taal, in welke wij geboren zijn?
9 Parthers, en Meders, en Elamieten, en de inwoners zijn van Mesopotamie, en Judea, en Cappadocie, Pontus en Azie.
10 En Frygie, en Pamfylie, Egypte, en de delen van Libye, hetwelk bij Cyrene ligt, en uitlandse Romeinen, beiden Joden en Jodengenoten;
11 Kretenzen en Arabieren, wij horen hen in onze talen de grote werken Gods spreken.
't is trouwens helemaal geen 'helder stuk' maar een samenvatting van een lezing door zo'n boef van het RD
Dit is een samenvatting van de lezing:
RefDag schreef:Tale Kanaäns waardevolle verpakking
Leidinggevende jeugdvereniging moet proberen bevindelijke terminologie over te dragen
De tale Kanaäns is zo’n waardevolle verpakking voor een schat van godsvrucht, dat we onze jongeren niet kunnen laten opgroeien zonder ze daar iets van mee te geven. Aldus dr. S. D. Post donderdag tijdens de jaarvergadering van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG) in Woerden. Een samenvatting van zijn lezing.
De taal doet ertoe. Jongeren op de club of op de vereniging noemen iets soms vet cool of supergaaf. Er is op zich niets mis met dit soort woorden. Maar deze woorden kunnen niet de verpakking vormen voor geestelijke dingen. Daar zijn geestelijke zaken veel te kwetsbaar en te kostbaar voor. Niet elke verpakking is geschikt voor een antieke kristallen vaas.
Hoe moet je spreken over geestelijke zaken op de vereniging? Als je van hart tot hart spreekt, moet je dan tale Kanaäns gebruiken? Wat verstaan we onder de tale Kanaäns? Tale Kanaäns is meer dan alleen verouderd taalgebruik over geestelijke dingen, of Statenbijbel-Nederlands. Bij tale Kanaäns gaat het over woorden die de Heilige Geest leert, geestelijke dingen met geestelijke samenvoegende (1 Korinthe 2:13). Die betekenis komen we ook steeds tegen bij de oude schrijvers.
Wat is er dan zo bijzonder aan die taal, als hij alleen door wedergeborenen kan worden gesproken en verstaan? Dat bijzondere zit ’m niet in de woorden, maar in de gemeenschap. Als twee verschillende ouders beiden een jong kind hebben verloren, dan roepen de woorden die ze uitwisselen een gevoel van verwantschap op. Herkenning van wederzijdse emoties. Ze ervaren zo’n gesprek als totaal anders dan een gesprek met iemand ’die er niet uit, maar erover spreekt’.
Communicatie
Zo is het ook bij kinderen van God. Het gaat niet om de verouderde woorden en vaste uitdrukkingen, het gaat om taal, de communicatie, die innerlijke gemeenschap tot stand brengt. Door het spreken met elkaar herkennen ze elkaar als kind van God. Er is sprake van echte gemeenschap, gemeenschap der heiligen. Het zit ’m dus niet in de termen, maar in de gemeenschap die ervaren wordt.
Maar waarom wordt de tale Kanaäns dan zo vaak verbonden met vaste uitdrukkingen en termen? Het blijkt dat zinnen in de praktijk, in de worsteling om dat bijzondere werk op een juiste wijze weer te geven, zich snel en gemakkelijk voegen in bestaande woorden en uitdrukkingen, die vaak rechtstreeks uit de Statenvertaling komen, of uit andere kerkelijke geschriften of tradities. Het gaat als bij een tocht door het oerwoud: niet ieder heeft er energie genoeg voor, of ziet de noodzaak in om zichzelf een weg te banen. Het is veel gemakkelijker om over een platgetreden paadje te lopen, dat door anderen met hetzelfde doel is belopen. Daar is ook niets mis mee.
Zo vormen zich bij het spreken over Gods werk in het leven vaak als vanzelf zinnen die als standaard en ouderwets kunnen overkomen.
Eerbied
Het de moeite waard om als leidinggevende zorgvuldig na te denken over het taalgebruik als je met pubers of adolescenten spreekt over wezenlijke zaken uit de Bijbel. Je kunt 13 miljoen euro willen bezorgen. Je laadt het netjes in, maar als je de verkeerde auto gebruikt, komt het niet op de plaats van bestemming aan. Kinderen verwachten niet van volwassenen dat ze kinderachtig of kinderlijk gaan spreken. Jongeren verwachten niet dat je je stijl aanpast bij die van de tieners. Je moet geen jongerentaal gebruiken als je zelf niet meer bij de jeugd hoort. Dat vinden ze algauw gewild populair. Daar prikken ze doorheen. Wees jezelf. Maak gebruik van je eigen stijl. Je idiolect. Gebruik een taalregister dat past bij het spreken over God.
In het spreken over God en Zijn werk moet eerbied voor de heilige God doorklinken. Eerbied gebaseerd op verootmoediging. Maar spreek wel gewoon. Worstel om de Bijbelse boodschap in de taal van 2006 eerbiedig te verwoorden. Probeer daarom enerzijds zo veel mogelijk verouderd en gestandaardiseerd taalgebruik te vermijden, ook als je spreekt over het werk van de Heilige Geest. Dat is de moeite waard. Het dwingt jezelf ook tot nadenken.
Maar anderzijds, pas in die eigentijdse zinstructuren maar vrijmoedig termen in uit tale Kanaäns. Zet te midden van woorden van vandaag maar eens wat Statenbijbel-Nederlands. De tale Kanaäns is zo’n waardevolle verpakking voor een schat van godsvrucht, dat we onze jongeren toch niet kunnen laten opgroeien zonder dat we ze daar iets van meegeven.
Doe het wel bezield. Het was de dichter Geerten Gossaert die in zijn gedichten gebruikmaakte van ”bezielde retoriek”. Hij gebruikte oude, door de tijd gevormde woordgroepen, maar hij deed dat op zo’n manier dat ze als het ware opnieuw tot leven kwamen. Beziel de woorden opnieuw door er zelf ook opnieuw over na te denken. Door je ten volle bewust te zijn van de betekenis terwijl je ze uitspreekt.
Preekbesprekingen
Ook in de preek worden de jongeren regelmatig met de tale Kanaäns geconfronteerd. Ik zou ervoor willen pleiten om regelmatig preekbesprekingen te houden. Waarom doen we dat niet elke maand? Op zondagavond. Voor alle jongeren in een leeftijdsgroep. Als je geen dominee hebt, zou een ouderling het kunnen doen. Het is zo ontzettend belangrijk dat onze jongeren betrokken blijven bij de zondagse preek. Dat raakt de kern van het gemeente-zijn.
De jongeren toespreken, aan kinderen Gods Woord overdragen. Als zelfs Paulus zegt: „Wij hebben deze schat in aarden vaten”, wat moeten wij dan? Worden de jongens en meisjes jaloers op ons als we spreken over de dingen van Zijn Koninkrijk? Kunnen we iets schilderen van de onverbeterlijke zondigheid van het hart? Van de grote afstand die ervaren wordt tussen God en de ziel? Weten we iets van de deugd van Gods rechtvaardigheid? Kunnen we ze ook laten merken dat zelfs in het doorleven van de ellendestaat, liggend voor Gods genadetroon, eindeloos veel meer aantrekkelijkheid zit dan in het dienen van de wereld? Kunnen we het dienen van de Heere Jezus aanprijzen als we die jongeren voor ons zien zitten? Het werk op de vereniging begint op de knieën.
Als de Heere ons verwaardigt om dit werk te mogen doen voor de jongeren van de gemeente, is dat een extra aansporing om daarvoor ook de krachten en wijsheid, de geestelijke kennis van Hem te verwachten.
De auteur is manager bij de stichting gereformeerde geestelijke gezondheidszorg Eleos en voorzitter van de sectie +16 van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten (JBGG).
Hoe weet men dat het taal is die de Heilige Geest leert? En hoe weet men vervolgens dat de Heilige Geest zich tot die taal beperkt?RefDag schreef:Bij tale Kanaäns gaat het over woorden die de Heilige Geest leert, geestelijke dingen met geestelijke samenvoegende (1 Korinthe 2:13). Die betekenis komen we ook steeds tegen bij de oude schrijvers.
Wat een drogredentaties worden hier gebruikt zeg.
Het lijkt bewogenheid, maar ik noem het pure arrogantie.
Maar misschien kan het inderdaad geen kwaad om onze jongeren Hebreeuws te leren. Zo kunnen ze net als in Berea onderzoeken of het wel schriftuurlijk is wat de predikant zegt.
IK zou me dan niet alleen tot Hebreeuws willen beperken, maar ook Grieks aanbieden.
IK zou me dan niet alleen tot Hebreeuws willen beperken, maar ook Grieks aanbieden.
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)
Ik vind het ook een opmerkelijk stuk. Als nu gewoon gezegd wordt dat het nuttig is om er mee om te kunnen gaan, omdat je dan wat makkelijker door 'werken' van oudere schrijvers heen komt, dan ben ik het er mee eens. Maar dat je dit woordgebruik moet gaan bezigen en dat de wedergeborenen deze geheimtaal zullen spreken en snappen vraag ik me af. Het is allemaal best wel cultuurgebonden, lijkt me.
Dr Post geeft zelf al aan dat er in gesprekken 'herkenning van emoties' kan zijn. Dat onderschrijf ik, maar dan hebben we het toch over iets anders dan 'woorden die de Heilige Geest leert.' Zou dr Post niet bedoeld hebben 'zaken die de Heilige Geest leert'? En trouwens, als het woorden zijn die de Heilige Geest leert, dan hoeven leidinggevenden die taal toch niet aan jongeren te leren? Dat leren ze vanzelf wel als ze wederomgeboren worden.
Dr Post geeft zelf al aan dat er in gesprekken 'herkenning van emoties' kan zijn. Dat onderschrijf ik, maar dan hebben we het toch over iets anders dan 'woorden die de Heilige Geest leert.' Zou dr Post niet bedoeld hebben 'zaken die de Heilige Geest leert'? En trouwens, als het woorden zijn die de Heilige Geest leert, dan hoeven leidinggevenden die taal toch niet aan jongeren te leren? Dat leren ze vanzelf wel als ze wederomgeboren worden.
Met die zin was je me nét voor.En trouwens, als het woorden zijn die de Heilige Geest leert, dan hoeven leidinggevenden die taal toch niet aan jongeren te leren? Dat leren ze vanzelf wel als ze wederomgeboren worden.
Overigens, en dat zie je vaker in bepaalde kringen, men schetst een karikatuur en gaat daar vervolgens tegen ageren.
Er is toch nog een wereld aan woorden tussen "vetcool" en bevindelijk taalgebruik?
Ik houd er juist van als ik mensen in hun eigen authentieke taal hoor spreken over het geloof. Dát geeft juist verrassing in de geestelijke herkenning.
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)
Overigens schiet me nu ineens te binnen vanmorgen in het ND een krantenkop te hebben gezien. Hij staat niet op de site, maar wel in het archief:
ND schreef:'Geloven is niet vetcool'
van onze redactie kerk
WOERDEN - Er is niets tegen turbowoorden die jongeren gebruiken, maar ze zijn ongeschikt als vervoermiddel voor geestelijke zaken. Dat zei dr. S.D. Post gisteren bij de jaarvergadering van de Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten in de Bethlehemkerk in Woerden.
,,Daar zijn geestelijke zaken veel te kwetsbaar en te kostbaar voor. Niet elke verpakking is geschikt voor een antieke kristallen vaas'', aldus de voorzitter van de jeugdbond. In zijn toespraak over het spreken met jongeren over geloofszaken op de jeugdvereniging, gaf hij gaf de woorden vetcool en supergaaf als voorbeeld van turbotaal waarvan jongeren zich bedienen.
Het project Psalmen voor nu, dat de psalmen in eigentijdse woorden en op popmuziek vertolkt, kon dan ook niet zijn goedkeuring wegdragen. ,,Aan de hand van het taalmateriaal is niet te merken dat het gaat over de verhouding tot God. Het is taal die past bij taal van mensen tot elkaar. Dat botst. Daarmee doe je het geestelijk karakter van de psalmen geweld aan.''
Volgens Post verandert door de verkeerde verpakking ook iets van de inhoud. ,,Op zijn minst dat mensen die profaan over bijbelse waarheden spreken, een ander beeld hebben bij God en goddelijke zaken.''
Een leidinggevende moet geen jongerentaal gebruiken als hij zelf niet meer bij de jeugd hoort, zei Post. Wees jezelf, maak gebruik van je eigen stijl en worstel om voor de jeugd de bijbelse boodschap in de taal van 2006 eerbiedig te verwoorden, adviseerde hij. 'Verouderd en gestandaardiseerd taalgebruik' moet daarbij zoveel mogelijk vermeden worden.
Maar er is ook een andere kant, vond Post. ,,Pas in die eigentijdse zinsstructuren maar vrijmoedig een term uit de tale Kanaäns in. Hebt u het dan maar eens over 'eerrovers Gods', over 'teerkost op de weg', over 'ontdekkend genadelicht' en 'koorden van eeuwige liefde'. Zet te midden van woorden van vandaag maar eens wat Statenbijbelnederlands.''
Post adviseerde bij een groepsgesprek, waarin kritische jongeren aan het woord komen, niet direct te reageren. Neem de tijd, herhaal de kritische vraag, controleer of u de vraag goed hebt begrepen en vraag andere jongeren eerst te reageren, was zijn aanbeveling. Het geeft de tijd om met de eigen mening af te sluiten.
Een woordje als vind mag je nooit accepteren in een groepsgesprek, zei Post. ,,Als je dan reageert met: 'maar ik vind...' komt het niet meer goed. Beter kun je doorvragen en de jongere als het ware dwingen het woordje vind te vervangen.''
Een jeugdwerker moet verder alert zijn op generalisaties, maar wel eerlijk en positief zijn, ook over kritiek op de kerk. Voor alles moet hij proberen die kritische jongeren te bereiken, vond Post. ,,Vraag of je hierin iets van de grote Meester in je werk mag laten zien. Door geduld te hebben, de minste te zijn. Door naast die kritische jongere te gaan staan. Ook dat gebekte meisje heeft een ziel voor de eeuwigheid. En kennen we niet iets van de rebellennatuur in ons eigen hart?''
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)
Ik vind het trouwens opvallend dat Post het geestelijke leven ziet als een "antieke kristallen vaas".
IK heb niet de indruk dat ik met mijn geloof iets antieks in handen heb. Meer iets tijdloos, eigenlijk. Net zozeer van vandaag als van 2000 jaar geleden.
IK heb niet de indruk dat ik met mijn geloof iets antieks in handen heb. Meer iets tijdloos, eigenlijk. Net zozeer van vandaag als van 2000 jaar geleden.
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)
Ik geloof er niet in. En wel omdat ik bang ben dat door mensen een taal te leren die niet hun eigen is, je ze belet de zaken te zeggen zoals ze die ervaren, waardoor het moeilijk wordt om gericht pastoraal advies te geven. Stel dat iemand naar een pastoraal werker (ds, ouderling, of wie dan ook) komt en verteld dat dat zijn ziel is als een hutje in de komkommerhof, dan is het heel makkelijk om in gelijke tale Kanaäns daar een antwoord op te geven, echter, weet de pastoraal werker dan wat de jongere die naar hem toekomt bedoelt, en heeft de jongere wat aan het pastorale advies wat hij krijgt?
Nee, ik zie tale Kanaäns juist als een belemmering voor open communicatie. Jongeren hebben een zeer expressieve manier van het uitdrukken van hun gevoelens (mn. in de stedelijke gebieden). En dat botst m.i. met de gedramatiseerde vorm van uitdrukken van de tale Kanaäns. Als ik een jongere hoor zeggen dat hij 'weer es ff lekker blij kon zijn' of 'helemaal zat te genieten' na het horen van een preek, heb ik daar een beter gevoel bij / klinkt mij dat echter in de oren, dan dat hij zegt dat 'zijn ziel ganschelijk verheugd mocht wezen'.
Ik kan begrijpen dat voor veel niet-jongeren de jongerentaal leeg en oppervlakkig klinkt. Men gebruikt dezelfde uitdrukingen voor 'uiterlijke zaken', als voor 'innerlijke zaken'. Een nieuw mobieltje kan helemaal te gek zijn, maar een preek of een liefdesverklaring van een vriendinnetje ook.
Daarbij verbaast me dat juist dhr Post, als manager bij Eleos, dit schrijft. Juist bij dat bedrijf verwacht ik dat men wel eea weet over hoe de mens (en dus ook jongeren) in elkaar zit, en hoe zij emoties en innerlijke gevoelens verwoorden. En dat de beste verwoording degene is die het dichtst bij hun beleving past, is, en dus ook degene die uitgesproken wordt in de taal die het dichtst bij hun beleving past. Als er andere taal gebruikt wordt, rijzen bij mij altijd de vraagtekens omhoog, zo van: Is dit wel echt, uit het hart, of praat men nu na wat ze (met hun hoofd) geleerd hebben?
Nee, ik zie tale Kanaäns juist als een belemmering voor open communicatie. Jongeren hebben een zeer expressieve manier van het uitdrukken van hun gevoelens (mn. in de stedelijke gebieden). En dat botst m.i. met de gedramatiseerde vorm van uitdrukken van de tale Kanaäns. Als ik een jongere hoor zeggen dat hij 'weer es ff lekker blij kon zijn' of 'helemaal zat te genieten' na het horen van een preek, heb ik daar een beter gevoel bij / klinkt mij dat echter in de oren, dan dat hij zegt dat 'zijn ziel ganschelijk verheugd mocht wezen'.
Ik kan begrijpen dat voor veel niet-jongeren de jongerentaal leeg en oppervlakkig klinkt. Men gebruikt dezelfde uitdrukingen voor 'uiterlijke zaken', als voor 'innerlijke zaken'. Een nieuw mobieltje kan helemaal te gek zijn, maar een preek of een liefdesverklaring van een vriendinnetje ook.
Daarbij verbaast me dat juist dhr Post, als manager bij Eleos, dit schrijft. Juist bij dat bedrijf verwacht ik dat men wel eea weet over hoe de mens (en dus ook jongeren) in elkaar zit, en hoe zij emoties en innerlijke gevoelens verwoorden. En dat de beste verwoording degene is die het dichtst bij hun beleving past, is, en dus ook degene die uitgesproken wordt in de taal die het dichtst bij hun beleving past. Als er andere taal gebruikt wordt, rijzen bij mij altijd de vraagtekens omhoog, zo van: Is dit wel echt, uit het hart, of praat men nu na wat ze (met hun hoofd) geleerd hebben?
Het verbaast mij ook dat dr Post een lans breekt voor de tale Kanaaäns. Normaliter kan ik me wel vinden in zijn gedachtenspinsels. Overigens vind (
) ik het ND-stuk meer passen bij dr Post.
En als zijn boodschap eigenlijk is: gebruik je eigen taal (ga niet popi-jopie doen), maar weef daar soms eens zo'n woordje Kanaäns doorheen, zodat jongeren daar ook feeling mee blijven houden. Gewoon puur verstandelijk, dus om het te snappen als je het eens hoort en om oudere boeken te kunnen lezen. Dan lijkt me dat een heldere boodschap en niets mis mee.
Maar ga dan niet zeggen dat door het gebruik van de Tale Kanaäns er 'meer uit dan er over gesproken wordt', want ik heb juist de indruk dat er de Tale Kanaäns door velen gebruikt wordt om te camoufleren dat men er slechts 'over' spreekt en niet er 'uit'.
En als zijn boodschap eigenlijk is: gebruik je eigen taal (ga niet popi-jopie doen), maar weef daar soms eens zo'n woordje Kanaäns doorheen, zodat jongeren daar ook feeling mee blijven houden. Gewoon puur verstandelijk, dus om het te snappen als je het eens hoort en om oudere boeken te kunnen lezen. Dan lijkt me dat een heldere boodschap en niets mis mee.
Maar ga dan niet zeggen dat door het gebruik van de Tale Kanaäns er 'meer uit dan er over gesproken wordt', want ik heb juist de indruk dat er de Tale Kanaäns door velen gebruikt wordt om te camoufleren dat men er slechts 'over' spreekt en niet er 'uit'.
Ik denk dat hij hiermee de waarde van het geloof wil aangeven. Dit woordgebruik is meer een gelijkenis (waar 1 kenmerk van het beeld overgezet wordt) dan een analogie (waar alle kenmerken van het beeld worden overgezet).Unionist schreef:Ik vind het trouwens opvallend dat Post het geestelijke leven ziet als een "antieke kristallen vaas".
IK heb niet de indruk dat ik met mijn geloof iets antieks in handen heb. Meer iets tijdloos, eigenlijk. Net zozeer van vandaag als van 2000 jaar geleden.
Ik denk dat je daar niet aan ontkomt als je aann de rechterkant van de gereformeerde gezindte bent opgegroeid. ALs je dicht bij de BIjbel wilt blijven, zul je vanzelf Statenvertaling-uitdrukkingen overnemen, zoals b.v. een tekst als "Ik geloof, kom mijn ongelovigheid te hulp". Dat geldt ook voor psalmregels e.d.En als zijn boodschap eigenlijk is: gebruik je eigen taal (ga niet popi-jopie doen), maar weef daar soms eens zo'n woordje Kanaäns doorheen, zodat jongeren daar ook feeling mee blijven houden. Gewoon puur verstandelijk, dus om het te snappen als je het eens hoort en om oudere boeken te kunnen lezen. Dan lijkt me dat een heldere boodschap en niets mis mee.
Wat betreft die kristallen vaas, ik denk dat de rededering wel logisch is, dat als het geloof iets antieks is, ook de verpakking dat moet zijn. Immers, een moderne kristallen vaas van €5000 euro kun je gerust in een hedendaagse verpakking verpakken. Als het maar schokvrij en solide is. Dus als analogie klopt hij wel, maar dan ben ik het er niet mee eens. Als gelijkenis vind ik hem juist niet zo sterk.
Bij 7500 postings kom ik weer terug (en af en toe tussendoor als ik zin heb)