De zondag

Robert
Berichten: 1424
Lid geworden op: 28 nov 2002, 10:29
Locatie: Delft

De zondag

Bericht door Robert »

Oorspronkelijk gepost door Breekijzertje
Oorspronkelijk gepost door Robert Dus als jij op woensdag naar een meubelboulevard kan, dan kan dat ook op zondag. Maar als je gewend bent meer tijd aan God te besteden op zondag, doe dat dan ook eens op woensdag.
Sorry Robert, maar hier kan ik echt niet in meegaan. Zo raak je met recht "Vrij van de wet"..........
Zo'n meubelverkoper staat dan voor jóu de rustdag te ontheiligen.


Een 'breekje' van Breekijzertje
Als eerste:
Kolossensen 2:
"16 Dat u dan niemand oordele in spijs of in drank, of in het stuk des feest dags, of der nieuwe maan, of der sabbatten;
17 Welke zijn een schaduw der toekomende dingen, maar het lichaam is van Christus."

Als 2e:

Romeinen 14:
"5 De een acht wel den enen dag boven den anderen dag; maar de ander acht al de dagen gelijk. Een iegelijk zij in zijn eigen gemoed ten volle verzekerd.
6 Die den dag waarneemt, die neemt hem waar den Heere; en die den dag niet waarneemt, die neemt hem niet waar den Heere. Die daar eet, die eet zulks den Heere, want hij dankt God; en die niet eet, die eet zulks den Heere niet, en hij dankt God."

Bekende teksten.
Zet daar tegenover de Bijbelstudie die ik plaatste over de positie van de wet in het leven van een wedergeborenen.

En voeg ook daar aan toe:
- nergens in het NT staat dat de zondag de plaats van de sabbat heeft ingenomen.

- de zondag wordt genoemd als dag van de samenkomst! (de heiden-christenen werkte natuurlijk gewoon op de sabbat en de zondag!! )

- De Heere Jezus zegt zelf dat er geen tittel en geen jota van de wet mag worden veranderd. Hoe kan er dan een heel woord (sabbat in zondag) veranderd worden?

Kortom, er is geen enkele reden om aan te nemen dat de christenen in het NT de sabbat hielden, of de zondag als sabbat hielden. (de joden-christenen buiten beschouwing gelaten)

Er is één zaak van groot belang, en dat is dat je de onderlinge samenkomsten niet moet vermijden. En natuurlijk dat je alles wat je doet om de HEERE moet doen. Dat je God de eer bewijst door de hele week heen.
Carpe Diem tamen Memento Mori
surfer

Bericht door surfer »

Als iemand zegt 'vrij van de wet te zijn' en vervolgens zeven dagen in de week gaat werken, is dat niet absurd?

waarom doe je zoiets?

om sneller carriere te maken?
om meer geld te verdienen?

vind je de tijdelijke zaken van deze wereld al snel belangrijker dan een wens van God?

Hoezo ben je dan vrij?
Robert
Berichten: 1424
Lid geworden op: 28 nov 2002, 10:29
Locatie: Delft

Bericht door Robert »

Vrij van de wet maar gebonden aan de Geest.
Iemand die gebonden is aan de Geest zal niet doden, niet echtbreken, niet 7 dagen per week werken, niet stelen, etc.

Maar die lijst is een voorbeeld omdat dat wat de Geest in je hart schrijft niet in woorden uit te drukken is.
Carpe Diem tamen Memento Mori
Dathenum

Bericht door Dathenum »

Pas onder Constatijn de grote is de zondag als rustdag ingevoerd, de boeren moesten echter doorwerken. Daarvoor was de zondag de dag der samenkomst, de sabbat was echter evenals andere ceremonieen vervuld door Christus.

Dit is ook de lijn der reformatie.

Luther zegt in zijn Grote Catechismus dat het houden van de rustdag voor verstandige en geleerde christenen niet nodig is. Hij vindt het wel een goede zaak, dat de grote menigte van knechten en dienstmeisjes ruimte krijgt om te rusten en in ieder geval de eredienst bij te kunnen wonen. Ook hij is van mening, dat eigenlijk alle dagen gelijk zijn. Toch vindt hij het goed om de zondagse rustdag te handhaven. Maar volgens hem moet juist ter wille van het jonge volk de rust niet al te eng gesteld worden en moet arbeid waar men niet buiten kan niet verboden worden.

Van Calvijn is het bekend dat hij op de zondagmiddag vaak roeide op het meer van Geneve.

Overigens een opmerking over het vrij zijn van de wet: is het niet zo dat iemand die door de Geest wandeld vrij is van de veroordeling van de wet?
Refojongere

Bericht door Refojongere »

Kolossensen 2:
"16 Dat u dan niemand oordele in spijs of in drank, of in het stuk des feest dags, of der nieuwe maan, of der sabbatten;
17 Welke zijn een schaduw der toekomende dingen, maar het lichaam is van Christus."
Kanttekeningen:Hierdoor worden verstaan de drie jaarlijkse feestdagen, die God in het Oude Testament had ingesteld, Lev. 23:4, zoals door de nieuwe maan de maandelijkse feesten, Num. 28:11, en door het woord sabbaten de Sabbaten der jaren, en in het bijzonder de wekelijkse, voorzoveel deze ceremonieel waren, Exod. 20:11; Lev. 19:3, die door de komst van Christus zijn teniet gedaan, ten aanzien van hun bijzondere en meerdere heiligheid, die zij door Gods instelling hadden, alsook vanwege hun betekenis en noodwendigheid.

Maar in plaats van de wekelijkse sabbat is van de tijden der apostelen af de eerste dag der week tot hetzelfde einde altijd onderhouden. Zie Hand. 20:7; 1 Cor. 16:1,2; Openb. 1:10.

Uitleg van de Vrijgemaakte bezwaarden:
Ook de gemeente van Kolosse heeft te maken met dwaalleer. Enerzijds lijkt het te gaan om Judaïsme (2:21) en anderzijds lijkt het te gaan om engelenverering en heidense invloeden (2:18).
Volgens vele onderzoekers hebben we in de kerk van Kolosse te maken met een vermenging van Judaïstische en heidense motieven. In hoofdstuk 2:16 en 17 is duidelijk dat er in de gemeente zijn die anderen oordelen op het punt van eten en drinken en feestdagen, nieuwe maan en sabbat. In vers 8 blijkt dat kerkleden worden meegesleept door een wijsbegeerte die als bedrog wordt getypeerd. In vers 22 lezen we dat aan de gemeenteleden geboden worden opgelegd van “raak niet, smaak niet en roer niet aanâ€
jacob

Bericht door jacob »

Van Calvijn is het bekend dat hij op de zondagmiddag vaak roeide op het meer van Geneve.
om naar de overkant van het meer te gaan om daar te gaan preken.
Dathenum

Bericht door Dathenum »

Vervolg van mijn eerdere stukje.

Dat Calvijn zeer genuanceerd was over dit onderwerp zal blijken uit de volgende citaten.

Uit: de Geneefse Catechismus (van Calvijn):

Verbiedt God ons alle werk op de zevende dag?

Het inachtnemen van de rust is een deel van de ceremoniën van de oude Wet. Daarom is dat met de komst van Christus afgeschaft.

Acht u dat dit gebod eigenlijk op de joden betrekking heeft en voor de tijd van het Oude Testament is gegeven?

Voorzover het ceremonieel is, ja.

Wat nu, is er iets méér in dan alleen de ceremonie?

Het vierde gebod is om drie redenen gegeven: in de eerste plaats om de geestelijke rust af te beelden, ten tweede voor de kerkelijke orde en ten derde tot verkwikking van het dienstpersoneel.

Wat is die geestelijke rust?

Ophouden met onze eigen werken, opdat God in ons werkt.

Hoe gebeurt dit?

Door ons vlees te kruisigen, dat is: door van onze natuur afstand te doen, opdat God ons regeert door Zijn Geest.

Is het genoeg dat dit iedere zevende dag gebeurt?

Welnee, voortdurend. Want wanneer wij eenmaal zijn begonnen, moeten wij heel ons leven voortgaan.

Wat betekent het dat wij moeten rusten zoals God Zelf heeft gerust?

Na al Zijn werken in zes dagen te hebben geschapen, heeft Hij de zevende dag gewijd aan de beschouwing daarvan. En om ons des te beter ertoe te brengen ditzelfde te doen, houdt Hij ons Zijn voorbeeld voor.

Moet men altijd Gods werken overpeinzen, of is één dag per week genoeg?

Het moet elke dag worden gedaan, maar vanwege onze zwakheid, is er één bepaalde dag speciaal voor aangewezen.

Welke orde moet men dan op die dag in acht nemen?

Dat het volk samenkomt om onderwezen te worden in de waarheid van God en om de leer van Christus te horen, om de gemeenschappelijke gebeden te doen, en om getuigenis te doen van zijn geloof.

Laten we nu zien, in hoever dit gebod op ons betrekking heeft.

Wat de ceremonie betreft, is ze teniet gedaan, want wij hebben de vervulling in Jezus Christus.

Hoe dan?

Omdat door de kracht van Christus' dood onze oude mens wordt gekruisigd en dat wij door Zijn opstanding worden opgewekt tot nieuwheid van leven.

Wat blijft er dan voor ons over uit dit gebod?

Dat wij de orde waarnemen, die in de kerk is ingesteld, om het Woord des Heeren te horen, deel te nemen aan de openbare gebeden, en om de sacramenten te gebruiken; en dat wij niet ingaan tegen de geestelijke orde, die onder de
gelovigen bestaat.

Heeft de afschaduwing in het vierde gebod voor ons geen enkel nut?

Zeker wel. Men moet de afschaduwing herleiden tot de vervulling, namelijk dat wij als ware leden van Christus stoppen met onze eigen werken om ons toe te vertrouwen aan de regering van God.


Uit: De Institutie der Christelijke Religie

`De bedoeling van dit gebod is dat wij, onze eigen gezindheden en werken afgestorven, de dingen van Gods Koninkrijk bedenken, en dat wij ons tot dat bedenken oefenen door de middelen die Hij heeft ingesteld.

De ouden plegen het een schaduwachtig gebod te noemen, omdat het de uitwendige onderhouding bevat van de dag, welke onderhouding door Christus' komst met de overige afbeeldingen is afgeschaft. En dat is door hen wel naar waarheid gezegd, maar zij roeren de zaak slechts ten halve aan. Daarom moet de uiteenzetting dieper opgehaald worden en drie oorzaken onderscheiden worden waarop, naar ik meen opgemerkt te hebben, dit gebod berust. Want de hemelse Wetgever heeft door de rust op de zevende dag voor het volk Israël de geestelijke rust willen afbeelden waardoor de gelovigen met hun eigen werken moeten stoppen om God in hen te laten werken. Vervolgens heeft hij gewild dat er een bepaalde dag zou zijn, waarop ze zouden samenkomen om de wet te horen en de ceremoniën te verrichten, of welke ze althans in het bijzonder zouden wijden aan de overdenking van Zijn werken, om door die herdenking zich te oefenen tot vroomheid. In de derde plaats heeft Hij geoordeeld, dat aan de dienstknechten en aan hen die onder de heerschappij van anderen leefden, een dag van rust zou geschonken worden, waarop ze enige verpozing van hun arbeid zouden hebben.

Maar door vele getuigenissen der Schrift wordt ons geleerd dat die afschaduwing der geestelijke rust in de sabbath de voornaamste plaats in beslag genomen heeft. Immers aan nagenoeg geen enkel gebod eist de Heere op strenger wijze gehoorzaamheid. Wanneer Hij bij de profeten wil te kennen geven dat de gehele godsdienst neergeworpen is, klaagt Hij dat Zijn sabbatten bezoedeld, geschonden, niet gehouden en niet geheiligd zijn; alsof, wanneer deze gehoorzaamheid is nagelaten, niets meer overbleef, waarin Hij kon geëerd worden (Numeri 15 vers 32; Ezechiël 20 vers 12; 22 vers 8; 23 vers 38; Jeremia 17 vers 21, 22, 27; Jesaja 56 vers 2). De onderhouding van de sabbath verheft Hij met uitnemende lofprijzingen. Daarom achten de gelovigen onder andere godsspraken de openbaring van de sabbat wonderbaar hoog. Want zo spreken de levieten bij Nehemia (9 vers 14) in een plechtige vergadering: `Gij hebt aan onze vaderen Uw heilige sabbath bekend gemaakt en Gij hebt hun geboden en inzettingen en een wet gegeven door de hand van Mozes.' Ge ziet hoe aan de sabbath te midden van alle geboden der wet een bijzondere waardigheid wordt geschonken. En dat alles strekt tot aanprijzing van de waardigheid der verborgenheid, die door Mozes en Ezechiël zeer schoon wordt uitgedrukt. Zo leest men in Exodus (31 vers 13; 35 vers 2): `Gij zult Mijn sabbatten onderhouden, want dit is een teken tussen Mij en u bij uw geslachten, opdat gij weet dat Ik de Heere ben, Die u heiligt: onderhoudt de sabbath, omdat hij voor u heilig is; dat dan de kinderen Israëls de sabbath houden, de sabbath onderhoudende in hun geslachten; hij is tot een eeuwig verbond tussen Mij en de kinderen Israëls en een teken in eeuwigheid.' Nog uitvoeriger spreekt Ezechiël (20 vers 1, 2), van wiens woorden echter dit de hoofdinhoud is, dat de sabbath is tot een teken, waardoor Israël zou leren, dat God zijn Heiligmaker is. Indien onze heiligmaking bestaat in de doding van onze eigen wil, dan doet zich een zeer geschikte overeenkomst voor tussen het uiterlijk teken en de inwendige zaak zelf. Wij moeten geheel rusten, opdat God in ons werkt; wij moeten afstand doen van onze wil, ons hart doen rusten, van alle begeerten des vleses afstand doen. Eindelijk, wij moeten rusten van alle bezigheden van ons eigen verstand, om terwijl we God in ons werkende hebben, in Hem te rusten, zoals ook de apostel leert (Hebreeën 3 vers 13; 4 vers 4).

Die voortdurende rust werd de Joden voorgesteld door de onderhouding van één der zeven dagen; en opdat die met des te groter eerbied zou worden gehouden, heeft de Heere haar door Zijn voorbeeld aangeprezen. Want het is van geen gering belang tot het opwekken van 's mensen ijver, dat hij weet dat hij er naar streeft zijn Schepper na te volgen. Indien niemand enige verborgen
betekenis zoekt in het getal zeven, aangezien dit in de Schrift het getal der volmaaktheid is, dan kan men zeggen dat het niet zonder oorzaak gekozen is om het eeuwigdurende aan te duiden. Dat wordt ook gesteund door het feit dat Mozes met de dag waarop hij verhaalt dat de Heere gerust heeft van Zijn werken, een einde maakt aan de beschrijving van de opeenvolging der dagen en der nachten. Ook een andere waarschijnlijke betekenis van het getal kan aangevoerd worden: namelijk deze dat de Heere te kennen heeft gegeven, dat de sabbath nooit volkomen zal zijn, totdat de laatste dag gekomen zal zijn. Want onze zalige rust op de sabbath beginnen wij hier, in die rust maken wij dagelijks nieuwe vorderingen; maar omdat er nog voortdurende strijd is met het vlees, zal zij niet eerder volkomen zijn dan wanneer het woord van Jesaja (66 vers 23) vervuld is over de opeenvolging van de ene nieuwe maan na de andere, en van de ene sabbath na de andere, namelijk wanneer God zal zijn Alles in allen (I Korinthiërs 15 vers 28). Het kan dus schijnen dat de Heere door de zevende dag voor Zijn volk afgetekend heeft de toekomende volmaaktheid van Zijn sabbath op de laatste dag, opdat het door de voortdurende overdenking van de sabbath zijn gehele leven lang naar deze volmaaktheid zou streven.

Indien iemand deze beschouwing van dit getal als al te spitsvondig afwijst, dan heb ik er geen bezwaar tegen dat hij het eenvoudiger aldus opvat: dat de Heere een bepaalde dag verordend heeft, waarop het volk onder de tucht der wet zich erin zou oefenen om na te denken over het eeuwigdurende der geestelijke rust. Dat Hij daartoe de zevende dag aangewezen heeft, òf omdat Hij voorzag dat dit genoeg was, òf om het volk, doordat Hij het Zijn voorbeeld voor ogen stelde, des te beter aan te zetten of althans te vermanen, dat de sabbath geen andere bedoeling heeft dan de mens aan zijn Schepper gelijkvormig te maken. Want de uitleg van het getal is van weinig belang, wanneer slechts de verborgenheid die voornamelijk afgeschilderd wordt, blijft, namelijk het gedurige rusten van onze werken. En tot de beschouwing daarvan riepen de profeten de Joden herhaaldelijk terug, opdat ze niet zouden menen dat zij door de rust des vleses aan het gebod voldaan hadden. Behalve de reeds genoemde plaatsen leest men als volgt bij Jesaja (58 vers 13): `Indien gij uw voet van de sabbath afkeert om uw lust te doen op Mijn heilige dag, en indien gij de sabbat noemt een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd wordt, Die te eren is; en indien gij die eert, dat gij uw eigen wegen niet doet en uw eigen lust niet vindt en geen woord daarvan spreekt, dan zult gij u verlustigen in de HEERE.'

Conclusie: Maar het is niet te betwijfelen of door de komst van de Heere Christus is wat hier ceremonieel was, afgeschaft. Want Hij is de Waarheid, door Wiens tegenwoordigheid alle afbeeldingen verdwijnen. Hij is het Lichaam, door welks aanschouwing de schaduwen achtergelaten worden. Hij is, zeg ik, de ware Vervulling van de sabbath. Door de doop met Hem begraven, zijn wij in de gemeenschap van Zijn dood ingelijfd, opdat wij, deel hebbende aan Zijn opstanding, in nieuwheid des levens zouden wandelen (Romeinen 6 vers 4). Daarom schrijft de apostel elders dat de sabbath de schaduw geweest is van iets toekomstigs (Kolossenzen 2 vers 16, 17), dat het lichaam, dat is het volle wezen der waarheid, die hij op die plaats goed heeft uitgelegd, van Christus is. Die is niet tevreden met één dag, maar slechts met de ganse loop van ons leven; totdat wij geheel en al, onszelf afgestorven, met Gods leven vervuld worden. Dus moet de bijgelovige onderhouding der dagen van de Christenen verre zijn.'


[Aangepast op 1/9/03 door Dathenum]
Robert
Berichten: 1424
Lid geworden op: 28 nov 2002, 10:29
Locatie: Delft

Bericht door Robert »

Ik wist niet dat Calvijn dit geschreven had.
Maar dat wat Calvijn zegt is precies wat ik bedoel te zeggen.

Hartelijk bedankt voor deze informatie!

Robert
Carpe Diem tamen Memento Mori
Refojongere

Bericht door Refojongere »

Ik ben het hierin niet met Calvijn eens, net zomin als met zijn visie op Israel, dat hij overal Israel vergeestelijkt tot de Kerk. Ik neem even het volgende over uit het ND:

Bij Zondag 38 staat Lev. 23,3 als schriftbewijs: 'Zes dagen mag arbeid verricht worden, maar op de zevende dag zal er een volkomen sabbat zijn: een heilige samenkomst; generlei arbeid zult gij verrichten, het is een sabbat voor de Here in al uw woonplaatsen.' Vervolgens blijkt dat iedereen zijn eigen betekenis eraan mag geven: rusten van je werk betekent ,,de opdracht om af te zien van jezelf, de oude mens te doden en de Here God in je te laten werken''. Zo wordt deze rust door Calvijn vergeestelijkt.

Prof. Douma keert zich in zijn boek De Tien Geboden II tegen deze vergeestelijking van de sabbat door Calvijn. Aansluitend daarop schrijft hij: ,,Nu is er geen enkel bezwaar tegen om naar een bredere zin van het Vierde Gebod te zoeken. Dat doen we bij de andere geboden ook, in navolging van het onderwijs dat Christus in de Bergrede gaf. En waarom dus niet ook over al de andere dagen van ons leven gesproken, als het in ons gebod over de viering van één dag gaat? Maar wanneer de uiterlijke rust op de sabbat slechts een afbeelding wordt van de innerlijke rust, doet dat aan het Vierde Gebod tekort. (..,) Wie kan rusten van zijn dagelijkse arbeid en het zijn dienstpersoneel even royaal kan laten doen als zichzelf, is reeds bezig met het doden van zijn eigen wil en laat God in zich werken. Zo'n sabbat is voor hem een verlustiging en niet een uiterlijke afbeelding ervan.''


Ik denk dat ik eerst maar eens prof. Douma's (vrijgemaakt) boek ga lezen over de Tien Geboden. Of die van ds. R. van Kooten (hervormd): Heiligt Mijn Naam en Mijn dag.
Dathenum

Bericht door Dathenum »

Tsja, wat zal ik zeggen. De "gereformeerde" leer die tegenwoordig te horen is wijkt in velerlij opzicht af van de zuivere gereformeerde leer van de reformatie...
Pied
Berichten: 915
Lid geworden op: 29 dec 2001, 12:36

Bericht door Pied »

"De "gereformeerde" leer die tegenwoordig te horen is wijkt in velerlij opzicht af van de zuivere gereformeerde leer van de reformatie..."
Een goede gereformeerde visie kan je bijvoorbeeld vinden in Het Schatboek van Ursinus (uitleg bij zondag 38). Inderdaad is dat wel wat anders dan de uitleg van velen die zich "gereformeerd" noemen.
Lecram

Bericht door Lecram »

Oorspronkelijk gepost door Refojongere
Ik ben het hierin niet met Calvijn eens, net zomin als met zijn visie op Israel, dat hij overal Israel vergeestelijkt tot de Kerk. Ik neem even het volgende over uit het ND:

Bij Zondag 38 staat Lev. 23,3 als schriftbewijs: 'Zes dagen mag arbeid verricht worden, maar op de zevende dag zal er een volkomen sabbat zijn: een heilige samenkomst; generlei arbeid zult gij verrichten, het is een sabbat voor de Here in al uw woonplaatsen.' Vervolgens blijkt dat iedereen zijn eigen betekenis eraan mag geven: rusten van je werk betekent ,,de opdracht om af te zien van jezelf, de oude mens te doden en de Here God in je te laten werken''. Zo wordt deze rust door Calvijn vergeestelijkt.

Prof. Douma keert zich in zijn boek De Tien Geboden II tegen deze vergeestelijking van de sabbat door Calvijn. Aansluitend daarop schrijft hij: ,,Nu is er geen enkel bezwaar tegen om naar een bredere zin van het Vierde Gebod te zoeken. Dat doen we bij de andere geboden ook, in navolging van het onderwijs dat Christus in de Bergrede gaf. En waarom dus niet ook over al de andere dagen van ons leven gesproken, als het in ons gebod over de viering van één dag gaat? Maar wanneer de uiterlijke rust op de sabbat slechts een afbeelding wordt van de innerlijke rust, doet dat aan het Vierde Gebod tekort. (..,) Wie kan rusten van zijn dagelijkse arbeid en het zijn dienstpersoneel even royaal kan laten doen als zichzelf, is reeds bezig met het doden van zijn eigen wil en laat God in zich werken. Zo'n sabbat is voor hem een verlustiging en niet een uiterlijke afbeelding ervan.''


Ik denk dat ik eerst maar eens prof. Douma's (vrijgemaakt) boek ga lezen over de Tien Geboden. Of die van ds. R. van Kooten (hervormd): Heiligt Mijn Naam en Mijn dag.
Als je Prof. Douma's reactie in het laatste of voorlaatste jaarverslag van de ver. van de zondagsrust (of zoiets) dan zie je dat hij tegenwoordig een heel ruime opvatting heeft op de invulling van de zondag.

Ik vind het wel grappig om te zien dat de grote oudvader-citator (RJ dus) het nu oneens is met de oudvader der oudvaders (Calvijn dus). ;)
Breekijzertje

Bericht door Breekijzertje »

Oorspronkelijk gepost door Lecram
Oorspronkelijk gepost door Refojongere
Ik ben het hierin niet met Calvijn eens, net zomin als met zijn visie op Israel, dat hij overal Israel vergeestelijkt tot de Kerk. Ik neem even het volgende over uit het ND:

Bij Zondag 38 staat Lev. 23,3 als schriftbewijs: 'Zes dagen mag arbeid verricht worden, maar op de zevende dag zal er een volkomen sabbat zijn: een heilige samenkomst; generlei arbeid zult gij verrichten, het is een sabbat voor de Here in al uw woonplaatsen.' Vervolgens blijkt dat iedereen zijn eigen betekenis eraan mag geven: rusten van je werk betekent ,,de opdracht om af te zien van jezelf, de oude mens te doden en de Here God in je te laten werken''. Zo wordt deze rust door Calvijn vergeestelijkt.

Prof. Douma keert zich in zijn boek De Tien Geboden II tegen deze vergeestelijking van de sabbat door Calvijn. Aansluitend daarop schrijft hij: ,,Nu is er geen enkel bezwaar tegen om naar een bredere zin van het Vierde Gebod te zoeken. Dat doen we bij de andere geboden ook, in navolging van het onderwijs dat Christus in de Bergrede gaf. En waarom dus niet ook over al de andere dagen van ons leven gesproken, als het in ons gebod over de viering van één dag gaat? Maar wanneer de uiterlijke rust op de sabbat slechts een afbeelding wordt van de innerlijke rust, doet dat aan het Vierde Gebod tekort. (..,) Wie kan rusten van zijn dagelijkse arbeid en het zijn dienstpersoneel even royaal kan laten doen als zichzelf, is reeds bezig met het doden van zijn eigen wil en laat God in zich werken. Zo'n sabbat is voor hem een verlustiging en niet een uiterlijke afbeelding ervan.''


Ik denk dat ik eerst maar eens prof. Douma's (vrijgemaakt) boek ga lezen over de Tien Geboden. Of die van ds. R. van Kooten (hervormd): Heiligt Mijn Naam en Mijn dag.
Als je Prof. Douma's reactie in het laatste of voorlaatste jaarverslag van de ver. van de zondagsrust (of zoiets) dan zie je dat hij tegenwoordig een heel ruime opvatting heeft op de invulling van de zondag.

Ik vind het wel grappig om te zien dat de grote oudvader-citator (RJ dus) het nu oneens is met de oudvader der oudvaders (Calvijn dus). ;)
Ik schrik er van zeg! RJ gaat toch geen eígen mening krijgen zeker...............!!??


Een 'breekje' van Breekijzertje
Robert
Berichten: 1424
Lid geworden op: 28 nov 2002, 10:29
Locatie: Delft

Bericht door Robert »

Ook ik schrik me naar, Refojongere valt Calvijn af?
Dan moet ik mijn mening over hem toch bijstellen,
stel ik de hierarchie zo juist weer RJ:

1. traditie
2. 3 formulieren
3. Calvijn
4. Bijbel

Ik had Calvijn altijd bovenaan geprojecteerd, maar hij moet dus verder naar onder. ;)

Ps. uiteraard zal ik na deze als grappig (doch toch ook tevens prikkelend) bedoelde reactie straks ook nog een inhoudelijke reactie geven.
Carpe Diem tamen Memento Mori
Robert
Berichten: 1424
Lid geworden op: 28 nov 2002, 10:29
Locatie: Delft

Bericht door Robert »

Maar in plaats van de wekelijkse sabbat is van de tijden der apostelen af de eerste dag der week tot hetzelfde einde altijd onderhouden. Zie Hand. 20:7; 1 Cor. 16:1,2; Openb. 1:10.
Hand 20: "En op den eersten dag der week, als de discipelen bijeengekomen waren om brood te breken"

- Zondag als dag der samenkomst. Dag de zondag als sabbat gevierd wordt is niet te herleiden uit deze tekst.

1 Cor 16: "Op elken eersten dag der week, legge een iegelijk van u iets bij zichzelven weg, vergaderende een schat, naar dat hij welvaren verkregen heeft; opdat de verzamelingen alsdan niet eerst geschieden, wanneer ik gekomen zal zijn."

- Dat de gemeente op zondag de gave inzamelde blijkt uit deze tekst (Wat overeenkomt en praktisch logisch is als dit de dag is dat ze samenkomen)
Dat de zondag als sabbat gehouden wordt is niet te herleiden uit deze tekst.

Openbaringen 1: "En ik was in den geest op den dag des Heeren; en ik hoorde achter mij een grote stem, als van een bazuin"

Allereerst is er een goede mogelijheid dat Johannes 'in de geest' meegenomen werd naar de jongste dag. (in de profeten heet de dag des Heeren de dag van het oordeel)

Maar aannemende dat hier inderdaad de zondag wordt bedoeld kan ook hier niet uit opgemaakt worden dat de zondag als sabbat werd gehouden.

Het is de dag van de opstanding, waarop de gemeente viert dat Christus uit de dood verrees.
De sabbat van het 4e gebod zoals die in de mozaïsche wetgeving met bepalingen was omgeven, was schaduw van wat er nu , in deze bedeling, is. Wat er nu precies is zegt Paulus niet. Wel kunnen we zeggen, dat Paulus hier naar alle waarschijnlijkheid doelt op de zondag, als nieuwtestamentische sabbat.
'naar alle waarschijnlijkheid'???
Er is niets en dan ook helemaal niets dat hier op wijst. Deze 'aller waarschijnlijkheid' bestaat eruit dat de traditie van de orthodoxe zondag hier geprojecteerd wordt op Paulus.

Bovendien zou het wel erg vreemd zijn als de schaduw van de sabbat wordt veranderd in de schaduw van de zondag.

Dan is het alsof de sabbat alleen maar vooruitwees naar de zondag.
Nee, natuurlijk niet. De sabbat is een vooruitschaduwing op Christus (om de lijn van de schrijver vast te houden) en is dus in Christus vervuld. En op de zondag VIEREN we dat. Maar dat doen we niet door de zondag als sabbat te houden.

Nogmaals: er is niets waaruit dit blijkt. Het is compleet inlegkunde. Iets dat m.i. erg gevaarlijk is! Het projecteren van de eigen traditie op de Bijbel.

De wens is de vader van de gedachte in dit geval.
zijn er verschillende handschriften, die in vers 16 het woord sabbatten hebben i.p.v. sabbat.
De kantekeningen van de statenvertaling hadden daar anders geen enkele moeite mee. (overigens, zondag / zondagen. sabbat / sabbatten. dat is meervoud en enkelvoud maar doelt op hetzelfde)
In dat geval zou er dus helemaal niet over de sabbat gesproken worden.
Waarover wordt dan gesproken? Als met sabbatten niet de sabbat elke week bedoeld wordt? (nogmaals, de door jou aangehaalde kantekeningen bevestigen dat het om de wekelijkse sabbat gaat)
Conclusie, Paulus zegt hier niet dat het vierde gebod is afgeschaft. Nee, het gaat hier over de oudtestamentische schaduw die met Christus veranderd is.
Verder moeten we er op letten, dat Paulus de Christenen uit de heidenen niet verbiedt om de sabbat te vieren. Hij verbiedt wel het verplicht opleggen ervan.
Uiteraard!
Tot op zekere hoogte natuurlijk, nml dat het niet gedaan mag worden ter verkrijging van de zaligheid, en niemand het zichzelf oplegt als vorm van ascese oid. Maar uiteraard mag iedereen een dag afzonderen om die volledig aan God te geven!
Zo mag de doop voor de heidenen gelden als hun besnijdenis. In plaats van de paasmaaltijd ontvangt de nieuwtestamentische kerk de viering van het avondmaal. In plaats van de zevende dag ontvangt zij de eerste dag als haar rustdag.
Nu stel jij de sabbat in lijn met de sacramenten. Ook daar is geen enkele bijbelse aanleiding voor.

Maar ik ga met je mee,
waar de Joden de sabbat hielden houden wij de zondag! Er is dus idd iets voor terug gekomen. Maar niet iets dat geheel hetzelfde is maar dan op een andere dag.

Nee, iets dat juist compleet anders is, een feestdag waarop de gemeente samenkomt om het avondmaal te vieren, de doop te bedienen en te vieren dat Christus is opgestaan!

Nogmaals, er is geen enkele aanleiding om aan te nemen dat de heiden-christenen de zondag als sabbat hielden.

Iets wat overigens onmogelijk is in een maatschappij waar iedereen gewoon op zondag moet werken.
Uit vers 1 blijkt dat Paulus over de zwakken in het geloof praat. Dus zij die nog aan de ceremoniele wetten vasthielden omdat hun geweten hen dwong.
En in dat kader zegt Paulus dat we rekening met elkaar moeten houden.
Iemand die sterk is in het geloof, en dus bv. op zondag een ijsje koopt (om dat beroemde grove schandaal maar als voorbeeld te gebruiken) moet dat niet doen als hij een zwakke die dat ziet in de problemen brengt.

Maar dat wil niet zeggen dat het kopen van het ijsje een zonde is, nee het proveren van een zwakke is een zonde.

Uiteindelijk, zo zegt Paulus, gaat het niet om wat we doen, maar waarom we het doen.

Dat betekend dus dat iemand die voor God de zondag als sabbat wil houden, die persoon dat zeker moet doen!
Maar dat wil niet zeggen dat deze persoon andere moet dwingen dat ook te doen, of hen moet veroordelen.

Zolang de ander het maar niet 'niet doet' uit luiheid oid.
Het houden van de sabbat kan ik onmogelijk zien als 'zwak zijn in het geloof'.
Nee, maar het houden van de sabbat als must wel. (dus, iemand die 'voor de zekerheid' de sabbat maar houdt om er zeker van te zijn dat hij God niet kwests, dan is het nml een angst-geloof)
Robert: nergens in het NT staat dat de zondag de plaats van de sabbat heeft ingenomen.
RJ: Daar is wel aanleiding toe:
Al de voorbeelden die jij vervolgens geeft duiden op de zondag als dag van de samenkomst en de dag van het sacrament. Niet op een zondag als sabbat.
e. OPSTANDING VERWIJST NAAR HERSCHEPPING EN VERLOSSING
Zeker mooi gevonden, en indirect wellicht nog waar ook, maar er is geen Bijbelse aanleiding voor.

Sterker nog, het wordt zelfs nooit geboden om de zondag voortaan te vieren! (het wordt gedaan, maar dat is iets anders dan een gebod, zoals in het OT)

Dat neemt niet weg dat het mooi gevonden is, en ongetwijfeld ook waar. Maar niet waar in de zin dat het ceremonieel van de sabbat daarmee ook naar de zondag verhuist.
Was de oudtestamentische sabbat ook niet de dag van samenkomst bij uitstek? Men ging immers op naar de synagoge, tot vandaag de dag!
Dat klopt.
Maar van de apostelen staat dat ze na de opstanding van Jezus dagelijks bijeenkwamen. Dat maakt niet elke dag tot een sabbat.

Kortom: dat de sabbat en de zondag overeenkomsten hebben ontken ik niet.
Ik ontken dat de zondag hetzelfde is als de sabbat maar dan op zondag. (kortom, een dag waarop niet gewerkt mag worden)
Zes dagen zult gij arbeiden (maandag-zaterdag), maar de zevende dag is de sabbat des Heeren uws Gods (zondag sinds Christus' opstanding).
Ik vind hier dus geen enkele verandering van het gebod zelf.
Ik heb de verandering met vet aangegeven. Om duidelijk te zijn, dit is de verandering: "(zondag sinds Christus' opstanding)."

Dat jij dit (citaat) "geen enkele verandering van het gebod zelf" vindt sluit uiteraard niet aan bij wat Jezus zegt over de tittel en de jota. Je moet wel erg vrijzinnig zijn om dat te ontkennen.
Creatief met de Bijbel, zou ik het noemen. Ik denk dat ds Visser van de Pauluskerk en Nico ter Linde zelfs deze conclusie niet zouden durven trekken.
Enkele een verandering van omstandigheid: de zondag in plaats van de zaterdag. Het gebod zelf blijft in ere
Geen tittel en geen jota.
Robert: Kortom, er is geen enkele reden om aan te nemen dat de christenen in het NT de sabbat hielden, of de zondag als sabbat hielden. (de joden-christenen buiten beschouwing gelaten)
RJ: Zie bovengenoemde redenen...
Je hebt enkel aangetoond dat de christenen op zondag samenkwamen. Dat was echter geen twistpunt.

Nu moet er nog aangetoond worden dat de christenen de zondag als sabbat hielden (en dus niet werkte ed.)
Carpe Diem tamen Memento Mori
Plaats reactie