parsifal schreef:Ik probeer nu sinds kort wat aan mijn kracht en conditie te werken in de gymzaal en door te rennen (Stockholm heeft een mooie omgeving en er is een gymzaal voor personeel van de universiteit hier), Als ik de Olympische zwemmers/zwemsters dan zie, dan denk ik wel dat ik nog even te gaan heb (of een meisje van 52 kg even 131 kg zie tillen). Volgens mij zijn veel sporten op de OS eigenlijk nog erg gezond ook.
Okee dit was een beetje of-topic, het stukje zelf wijst wel op wat belangrijk is. Geen diep inzicht maar zo af en toe nodig.
Topsport zo gezond? Ik vond dit stukje:
Topsport is a priori ongezond.” De mening van Robbart van Linschoten is duidelijk. Van Linschoten is al jaren werkzaam als sportarts, de laatste zeven jaar als clubarts van Feyenoord, dus hij weet waarover hij praat. “Kijk maar naar alle letsels die topsporters oplopen. Als dokter zou ik niemand aanraden om aan topsport te doen.”
Wat verstaat u onder topsport? “Bij topsport gaat het erom dat je sport min of meer professioneel beoefent, met als doel om in die sport het hoogst haalbare te bereiken en zoveel mogelijk prijzen te winnen. Dat betekent dat je daarvoor heel veel dingen moet doen en ook heel veel dingen moet laten. Vooral dat veel dingen moeten doen, maakt het tot een beroep. Een heel ongezond beroep. Want topsport is a priori ongezond.”
Dat vraagt om een toelichting. “Het is heel simpel. Sla de statistieken er maar op na en turf het aantal letsels dat de gemiddelde topsporter in zijn carrière heeft opgelopen. Dat overkomt verder helemaal niemand in het leven, in geen enkel beroep. Als de arbeidsinspectie ter ore zou komen dat er in de haven of bij een bank zoveel ziekteverzuim en arbeidsuitval zou zijn door het uitoefenen van een beroep, dan gingen er overal alarmbellen rinkelen. Maar in de topsport is dat zoals het is, en een van de taken van een sportarts is dat soort processen goed te begeleiden. In de sportgeneeskunde gaat het ook om bescherming: om het nemen van preventieve maatregelen die voorkomen dat mensen letsel krijgen.”
En lukt dat ook? “Ja, natuurlijk. Er ontstaat steeds meer inzicht in dit soort preventie. Iets anders dat in de sport al jarenlang speelt, is dat er jonge mensen doodgaan op het sportveld. Gemiddeld overlijden er 150 mensen per jaar op het sportveld of direct aansluitend aan een wedstrijd aan acute hartdood. Dat is natuurlijk iets dat je wil voorkomen. Sporten is op zich gezond, maar waarom overlijden deze mensen dan? Daar wordt al heel lang onderzoek naar gedaan. Wat de oorzaak van die fatale ritmestoornis van het hart is, weten we niet altijd, maar er is absoluut een relatie met het sporten.”
bron: Erasumus universiteit
