Petrus schreef:
Maar, het lijkt of ieder de indringende vragen aan ons áller hart, niet durven toelaten tot hun eigen hart.
Bang dat het té dichtbij komt? Voor wat er in je eigen hart te vinden is aan antwoorden??
Afgewezen schreef:
Petrus, ik kan me niet voorstellen dat jullie predikant de gehéle gemeente zo aanspreekt. Hij zal er toch wel van uitgaan dat er kinderen van God in deze gemeente zijn.
Verder kan het nooit kwaad om met zo'n vraag tot jezelf in te keren. Ook al vinden sommige mensen dat volstrekte dwaasheid, zo niet erger. Want stel - stél dat het zo is dat je je bedriegt voor de eeuwigheid (ik ken jou niet Petrus, dus ik bedoel het absoluut niet persoonlijk) - dan kun je daar toch beter nú achter komen dan wanneer het te laat is?
Overigens ben ik van mening dat het geen goede zaak is om jezelf steeds af te vragen: ben ik begonnen of is God begonnen? De vraag moet zijn: heb ik God leren kennen, ben ik met Hem verzoend door Christus? En als je heel eerlijk bent, kun je daar toch in je hart antwoord op geven: ja, daar ken ik iets van, of: nee, daar ken ik niets van?
Petrus,
In het antwoord van Afgewezen (en ook in Vincents bijdragen) kan ik me goed vinden.
Al geloof ik wel, dat je ook met de vragen die Afgewezen stelt in het eind van de bijdrage, nog steeds kunt worstelen. Want misschien zeg je wel: ja , dit is er geweest, dat is er geweest, mijn ziel dorst naar de Heere, het is mijn diepst verlangen om voor Hem te leven, toch komt het dan soms boven in je: is dat echt zo, of praat ik me dat zelf aan?
Dat we die vragen liever wegduwen, ja dat komt me niet onbekend voor. Want stel inderdaad dat je er na zelfonderzoek moet achter komen: ken ik de Heere wel echt?
Ik denk dat dat de dieperliggende angst is.
Maar juist daarom zijn die vragen zo belangrijk. Opdat we onszelf niet zouden bedriegen.
Die vragen zijn niet onterecht. Lees maar wat er staat in 2 Cor. 13: Onderzoekt uzelven, of gij in het geloof zijt, beproeft uzelven. Of kent gij uzelven niet, dat Jezus Christus in u is?
Een heel mooi gebed vind ik ook altijd in dit verband psalm 139:
Doorgrond mij, o God! en ken mijn hart; beproef mij, en ken mijn gedachten.En zie, of bij mij een schadelijke weg zij; en leid mij op den eeuwigen weg.
Petrus, die vragen wil de Heere ten diepste Zelf op je hart binden. Niet opdat je wanhopig zou worden, dat nooit!! Maar opdat je meer en meer naar Hem zou uitgaan, Hem aanroept en Hem belijdt: Heere, als U mij niet redt! Zie op mij in gunst van boven!
Heere, U bent het toch die zondaren zoekt en zalig maakt? U zegt toch Zelf in Uw Woord geen lust te hebben aan de dood van de goddeloze?