Moeilijke discussie! Om te beginnen heb ik zelf ook oorbellen (meestal maar kleintjes

, maar volgens mij gaat het even om een principe hier en niet om de maat van de oorbel).
'k Ben me er even in gaan verdiepen, niet om mezelf goed te kunnen praten, maar ik heb er nooit zo goed over nagedacht en velen met mij denk ik.
Ik heb zitten zoeken in verschillende boeken (o.a. van Dr. R. Seldenrijk over de man en vrouw in de traditie der eeuwen, waardevolle studie) alleen kon ik niets vinden dat hierover ging.
In de Bijbel kwam ik oorsierselen en oorringen op diverse plaatsen tegen.
In Exodus en Genesis met name wanneer het volk Israel tegen God gezondigd had en heidense gewoonten en gebruiken hadden overgenomen. Ze leverdern hun sieraden etc. toen in (denk aan gouden kalf o.a.) In die zin zou het dus negatief zijn hieraan mee te doen.
Echter in Ezechiel 16 las ik het volgende en je moet dat gedeelte maar eens voor jezelf nalezen (om de goedheid van God tegenover zondaars meer en meer te gaan zien).
Dan valt deze bijzaak in het niet, maar toch viel me op dat het hier niet negatief werd belicht:
11 Ook versierde Ik u met sieraad, en deed armringen aan uw handen, en een keten aan uw hals.
12 Desgelijks deed Ik een voorhoofdsiersel aan uw aangezicht, en oorringen aan uw oren, en een kroon der heerlijkheid op uw hoofd.
13 Zo waart gij versierd met goud en zilver, en uw kleding was fijn linnen, en zijde, en gestikt werk; gij at meelbloem, en honig, en olie, en gij waart gans zeer schoon, en waart voorspoedig, dat gij een koninkrijk werdt.
14 Daartoe ging van u een naam uit onder de heidenen om uw schoonheid; want die was volmaakt door Mijn heerlijkheid, die Ik op u gelegd had, spreekt de Heere HEERE.
Juist als een mooi sieraad, waarmee God Zijn Jeruzalem sierde (beeldspraak).
Maar...Jeruzalem zondigde ermee:
15 Maar gij hebt vertrouwd op uw schoonheid, en hebt gehoereerd vanwege uw naam; ja, hebt uw hoererijen uitgestort aan een ieder, die voorbijging; voor hem was zij.
16 En gij hebt van uw klederen genomen, en u gemaakt geplekte hoogten, en hebt daarop gehoereerd; zulks is niet gekomen, en zal niet geschieden.
17 Daartoe hebt gij genomen de vaten uws sieraads van Mijn goud en van Mijn zilver, dat Ik u gegeven had, en gij hebt u mansbeelden gemaakt, en gij hebt met dezelve gehoereerd.
Het gaat er denk ik om hoe je er mee omgaat. Is het een bescheiden sieraad, net als een ring, een armband of iets anders of wil je er mee pronken, mee verleiden of wat je er nog meer voor zondige bedoelingen mee kan hebben.
Ook in Jesaja 3 worden ooringen genoemd in een rij met alllerlei versierselen ne opzichtige kleding die een vrouw kan hebben om mannen te verleiden. In Jesaja staat: om te hoereren.
Het argument dat je geen gaatjes mag maken in je lichaam kom ik eerlijk gezegd nergens tegen en vind ik persoonlijk niet zo sterk. Ten eerste groeien ze vanzelf dicht na verloop van tijd, ten tweede worden er in de medische wereld zoveel gaatjes gemaakt en gesneden

( uiteraard met een heel andere bedoeling dan oorbellen), verder zou je dan ook alle natuurlijke dingen van het lichaam moeten accepteren en dus ook niet meer naar de kapper en ook niet meer scheren.
Want ik vermoed dat heel veel jonge vrouwen, meisjes die hun mond vol hebben over die 'zondige' oorbellen, wel gladde benen hebben deze zomer...
Sorry voor deze ellenlange posting! (heb ik zelf altijd een hekel aan, maar goed, voor 1 keertje....)
Ben benieuwd naar reactie, want ik weet nl. ook niet of ik hier een reeel verhaal post.
Groetjes Nic