Ik geloof niet dat Calvijn het hier heeft over het onderscheid tussen geloof en onzekerheid (geloof dat er niet bij kan) in de zijn die in dit topic bediscussieerd is. In dit topic ging het over de vraag hoe iemand een gelovige wordt, hoe iemand voor het eerst de belofte aanneemt. Calvijn heeft het over een gelovige die ernstig gezondigd heeft.GJdeBruijn schreef:Calvijn kende ook de spanning tussen het geloof dat Christus nodig heeft, en het geloof dat de vrijspraak heeft ontvangen.
Om dat te illustreren hierbij een wat uitgebreider citaat uit het commentaar op psalm 51.
Let op het gegeven dat de belofte object van het geloof is als het gaat om de vrijspraak te kennen! Maar let ook op de aard van het geloof dat er niet zomaar bij kan!
Let ook met name op de volgende passage (uit jouw citaat):
Calvijn heeft het hier over het aangevochten geloof dat nochtans God aanroept als Vader. Zoals het bij Calvijn altijd is als hij over geloof en vertwijfeling spreekt. Het geloof is er, de vertwijfeling komt erbij, en niet andersom.Calvijn schreef:Nu past het ons altijd onze gebeden te beginnen met
het verzoek om vergeving onzer zonden; waaruit dus blijkt, dat er geene
strijdigheid is tusschen deze twee zaken, dat wij, na door het geloof de
genade Gods reeds ontvangen te hebben, toch niet nalaten om te bidden,
dat Hij onze overtredingen zal uitdelgen. Hiermede stemt overeen de
vorm van gebed, dien onze hemelsche Meester ons gegeven heeft, in
hetwelk wij reeds aan het begin God aanroepen als Onze Vader (Matth
6 : 9) en toch daarna zeggen, dat Hij ons onze zonden vergeeft.