Ik vraag me al langer af hoe ik mij die gedaante van godzaligheid moet voorstellen.2 Tim 3
1 En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden.
2 Want de mensen zullen zijn liefhebbers van zichzelven, geldgierig, laatdunkend, hovaardig, lasteraars, den ouderen ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig.
3 Zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, achterklappers, onmatig, wreed, zonder liefde tot de goeden,
4 Verraders, roekeloos, opgeblazen, meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods;
5 Hebbende een gedaante van godzaligheid, maar die de kracht derzelve verloochend hebben. Heb ook een afkeer van dezen.
De verzen 2 - 4 geven duidelijke en herkenbare tekens in gedrag weer. Ik zou dan denken dat het duidelijk is dat bij die persoon (vs 2 -4) geen godzaligheid is. Het is ook niet moeilijk die mensen te herkennen en daarvan een afkeer te hebben. Want wat ze doen en hoe ze leven is voor de omgeving allerminst prettig.
Toch zal deze vermaning niet voor niets gegeven zijn. Mijn vraag is derhalve: hoe herkennen we een persoon in de gedaante van de godzaligheid die de kracht daarvan verloochend?