Wat een prachtig Bijbelboek en soms onbegrepen en verkeerd uitgelegd.
Ik vond een mooie meditatie:
"Ik ben een Roos van Saron, een Lelie der dalen. Gelijk een lelie onder de doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren." Hooglied 2: 1-2
In het Hooglied zien we een samenspraak tussen een bruid en een bruidegom. Waarschijnlijk Salomo en zijn Sunamitische bruid. In allerlei toonaarden en met allerlei beelden bezingen ze elkaars schoonheid. Zo mag het zijn als een jongen en een meisje verkering krijgen. Dat ze oog hebben voor de schoonheid van elkaar en dat ook uiten. Temidden van alle lage en vuile woorden, die vandaag gangbaar zijn, staat het Hooglied voor ons als een leerboek. Hier leren we hoe we elkaars schoonheid zuiver mogen benoemen en bezingen. Maar er is méér. We kunnen dit nooit los zien van dat bijzondere huwelijk, waarvan alle aardse relaties een afspiegeling zijn. (Ef 5 : 25,32) Wie het Hooglied leest, kan dus niet blijven staan bij het aardse.
"Ik ben een Roos van saron, een Lelie der dalen", zo begint onze tekst. Wie is hier aan het woord? De bruid of de bruidegom? De wegen van de uitleggers gaan hier uiteen. Onze Statenvertalers hebben het zo opgevat, dat in vs1 de bruidegom aan het Woord is. En hij stelt zich voor als een heel bijzondere: een lelie der dalen. Want wat is het kenmerkende van de lelie?
In de eerste plaats de schoonheid. Hij is purperrood of gebroken wit en heeft mooie zachtgroene bladeren. Hij springt gelijk in het oog en trekt de aandacht. Vandaar dat herders en herderinnetjes, die zich willen versieren, deze bloemen plukken en zich ermee tooien. Later in de versiering van de tempel, komt ze ook terug. ( 1 Kor 7:26 ) Daarbij komt dat ze heerlijk geurt. De geur is aangenaam en trekt mensen aan. Heerlijk als we zo elkaars schoonheid mogen zien als jongen en meisje, als man en vrouw. Maar nóg heerlijker als we dát mogen ontdekken in de Bruidegom, Jezus Christus. Schoon Aantrekkelijk. Een lust voor het oog van de zondaar. Die in de vuilheid van zonde en schuld leeft en temidden van de stank van ongerechtigheid. Dan wordt Hij aangenaam als een lelie der dalen. Zijn liefelijke geur verspreidt zich.
Is Hij dat voor ons geworden? Een aantrekkelijke Bruidegom? De verdrukte negers in Amerika hadden dat blijkbaar ontdekt. Levend in een wereld van onderdrukking en onrecht, zongen ze over de Heere Jezus: "He is the Lily of the Valley". Dat gaf moed in een wereld van vuilheid, slechte levensomstandigheden en onderling onrecht. Ze sloegen het oog op deze Lelie met een hoofdletter. Hij werd hun hoop, hun moed. Zo ontstond deze bekende negrospiritual, en via dit lied hebben vele moed geput uit deze tekst uit het Hooglied.
Het tweede dat opvalt is dit: hij groeit in de dalen. Dat betekent dat hij goed bereikbaar is voor ieder mens. Wie hem wil plukken hoeft niet hoog te klimmen. Zo is het met andere bloemen wel. Wie b.v. 'Edelweiss' wil bemachtigen moet het hooggebergte in. Maar de lelie is bereikbaar voor ieder. Is dat niet een treffend beeld voor de Bruidegom? Hij is te vinden in de dalen. In de diepte. Dicht bij mensen die niet hoog kunnen klimmen. Die daarvoor geen kracht hebben. Die klein zijn, ook maatschappelijk. De negers in Amerika, die hun lied over Hem zongen, waren arm en verdrukt. Ze waren in een vallei. Juist daar kregen ze oog voor Hem. Daar wilde Deze Heere Zich openbaren in al Zijn schoonheid. Hij is dus te vinden voor mensen die nederig zijn. Maar mensen die hoog staan bij zichzelf of die zulke hoge dingen zoeken, vinden Hem niet. Hij is een valleibloem. Wie Hem wil vinden moet de vallei ingaan. En wie de vallei te laag vindt, blijft over de lelie heen kijken. Christus wordt in de diepte gevonden. Zoekt u het ook in de vallei? Hebt u Hem mogen vinden?
In vers 2 horen we vervolgens: "Gelijk een lelie onder doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren". Ook de bruid is als een lelie. Vol vreugde kijkt de bruidegom naar haar. En tussen de doornen valt zij op. U ziet het voor u: temidden van de doornstruiken waaraan een mens zich prikt staan er ook de liefelijke lelies. Een verademing om ze te plukken. Beeld van mensen, die de Lelie der dalen mogen kennen. Dat veranderd hun leven. Daar blijven ze niet dezelfde bij. Want Christus zet Zijn stempel op alle die bij Hem schuilen. Ze krijgen een geestelijke schoonheid en gaan een liefelijke reuk verspreiden. Van nature niet beter dan de wereld om hun heen, maar door genade gaan ze opvallen.
Mag dat ons beeld zijn? Lelies, temidden van een samenleving vol doornen? Vernieuwd door Gods genade? Geheiligd? Wie mag zingen: "Hij is de lelie der dalen", zal er door genade zelf op lijken. Die groeit niet meer op om verloren te gaan, maar om straks zelf te bloeien op de nieuwe aarde. En die bloeit en geurt hier ook al, ja juist hier, midden in de bittere vallei van onze huidige samenleving.
ds. B. de Graaf
Hooglied
- SecorDabar
- Berichten: 1545
- Lid geworden op: 14 okt 2011, 16:18
Re: Hooglied
Beste Mara,Mara schreef:Wat een prachtig Bijbelboek en soms onbegrepen en verkeerd uitgelegd.
Ik vond een mooie meditatie:
"Ik ben een Roos van Saron, een Lelie der dalen. Gelijk een lelie onder de doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren." Hooglied 2: 1-2
In het Hooglied zien we een samenspraak tussen een bruid en een bruidegom. Waarschijnlijk Salomo en zijn Sunamitische bruid. In allerlei toonaarden en met allerlei beelden bezingen ze elkaars schoonheid. Zo mag het zijn als een jongen en een meisje verkering krijgen. Dat ze oog hebben voor de schoonheid van elkaar en dat ook uiten. Temidden van alle lage en vuile woorden, die vandaag gangbaar zijn, staat het Hooglied voor ons als een leerboek. Hier leren we hoe we elkaars schoonheid zuiver mogen benoemen en bezingen. Maar er is méér. We kunnen dit nooit los zien van dat bijzondere huwelijk, waarvan alle aardse relaties een afspiegeling zijn. (Ef 5 : 25,32) Wie het Hooglied leest, kan dus niet blijven staan bij het aardse.
"Ik ben een Roos van saron, een Lelie der dalen", zo begint onze tekst. Wie is hier aan het woord? De bruid of de bruidegom? De wegen van de uitleggers gaan hier uiteen. Onze Statenvertalers hebben het zo opgevat, dat in vs1 de bruidegom aan het Woord is. En hij stelt zich voor als een heel bijzondere: een lelie der dalen. Want wat is het kenmerkende van de lelie?
In de eerste plaats de schoonheid. Hij is purperrood of gebroken wit en heeft mooie zachtgroene bladeren. Hij springt gelijk in het oog en trekt de aandacht. Vandaar dat herders en herderinnetjes, die zich willen versieren, deze bloemen plukken en zich ermee tooien. Later in de versiering van de tempel, komt ze ook terug. ( 1 Kor 7:26 ) Daarbij komt dat ze heerlijk geurt. De geur is aangenaam en trekt mensen aan. Heerlijk als we zo elkaars schoonheid mogen zien als jongen en meisje, als man en vrouw. Maar nóg heerlijker als we dát mogen ontdekken in de Bruidegom, Jezus Christus. Schoon Aantrekkelijk. Een lust voor het oog van de zondaar. Die in de vuilheid van zonde en schuld leeft en temidden van de stank van ongerechtigheid. Dan wordt Hij aangenaam als een lelie der dalen. Zijn liefelijke geur verspreidt zich.
Is Hij dat voor ons geworden? Een aantrekkelijke Bruidegom? De verdrukte negers in Amerika hadden dat blijkbaar ontdekt. Levend in een wereld van onderdrukking en onrecht, zongen ze over de Heere Jezus: "He is the Lily of the Valley". Dat gaf moed in een wereld van vuilheid, slechte levensomstandigheden en onderling onrecht. Ze sloegen het oog op deze Lelie met een hoofdletter. Hij werd hun hoop, hun moed. Zo ontstond deze bekende negrospiritual, en via dit lied hebben vele moed geput uit deze tekst uit het Hooglied.
Het tweede dat opvalt is dit: hij groeit in de dalen. Dat betekent dat hij goed bereikbaar is voor ieder mens. Wie hem wil plukken hoeft niet hoog te klimmen. Zo is het met andere bloemen wel. Wie b.v. 'Edelweiss' wil bemachtigen moet het hooggebergte in. Maar de lelie is bereikbaar voor ieder. Is dat niet een treffend beeld voor de Bruidegom? Hij is te vinden in de dalen. In de diepte. Dicht bij mensen die niet hoog kunnen klimmen. Die daarvoor geen kracht hebben. Die klein zijn, ook maatschappelijk. De negers in Amerika, die hun lied over Hem zongen, waren arm en verdrukt. Ze waren in een vallei. Juist daar kregen ze oog voor Hem. Daar wilde Deze Heere Zich openbaren in al Zijn schoonheid. Hij is dus te vinden voor mensen die nederig zijn. Maar mensen die hoog staan bij zichzelf of die zulke hoge dingen zoeken, vinden Hem niet. Hij is een valleibloem. Wie Hem wil vinden moet de vallei ingaan. En wie de vallei te laag vindt, blijft over de lelie heen kijken. Christus wordt in de diepte gevonden. Zoekt u het ook in de vallei? Hebt u Hem mogen vinden?
In vers 2 horen we vervolgens: "Gelijk een lelie onder doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren". Ook de bruid is als een lelie. Vol vreugde kijkt de bruidegom naar haar. En tussen de doornen valt zij op. U ziet het voor u: temidden van de doornstruiken waaraan een mens zich prikt staan er ook de liefelijke lelies. Een verademing om ze te plukken. Beeld van mensen, die de Lelie der dalen mogen kennen. Dat veranderd hun leven. Daar blijven ze niet dezelfde bij. Want Christus zet Zijn stempel op alle die bij Hem schuilen. Ze krijgen een geestelijke schoonheid en gaan een liefelijke reuk verspreiden. Van nature niet beter dan de wereld om hun heen, maar door genade gaan ze opvallen.
Mag dat ons beeld zijn? Lelies, temidden van een samenleving vol doornen? Vernieuwd door Gods genade? Geheiligd? Wie mag zingen: "Hij is de lelie der dalen", zal er door genade zelf op lijken. Die groeit niet meer op om verloren te gaan, maar om straks zelf te bloeien op de nieuwe aarde. En die bloeit en geurt hier ook al, ja juist hier, midden in de bittere vallei van onze huidige samenleving.
ds. B. de Graaf
Wat bedoelt u met "verkeerd uitgelegd" ?
Allegorie soms?
Zelf ben ik in het bezit van preken over het Hooglied
van Ds. Abraham Hellenbroek en Ds. B. Smijtegelt en Ds. E. Fransen.
Secor Dabar = Gedenkt het Woord (Psalm 119:49)
Al kunnen wij niets doen zonder de Geest,
toch zal de Geest niets doen zonder het Woord.
(Ds. Ebenezer Erskine)
Al kunnen wij niets doen zonder de Geest,
toch zal de Geest niets doen zonder het Woord.
(Ds. Ebenezer Erskine)
Re: Hooglied
De eerste 2 namen ken ik wel, de 3e niet.
Ik lees en hoor soms een uitleg over Hooglied, dat het een liefde tussen een man en een vrouw zou zijn, de bruid zou zwart zijn vanwege het werken in de zon, maar dat is toch niet zo? Sommige predikanten "laten het liggen". En dat vind ik jammer.
Ik lees en hoor soms een uitleg over Hooglied, dat het een liefde tussen een man en een vrouw zou zijn, de bruid zou zwart zijn vanwege het werken in de zon, maar dat is toch niet zo? Sommige predikanten "laten het liggen". En dat vind ik jammer.
Als er schaduw is, dan moet er ook licht zijn ~ Spurgeon
Re: Hooglied
Hooglied beschrijft dit toch zelf? In hoofdstuk 1:6 staat: Ik ben zwart, want de zon heeft mij beschenen.Mara schreef:De eerste 2 namen ken ik wel, de 3e niet.
Ik lees en hoor soms een uitleg over Hooglied, dat het een liefde tussen een man en een vrouw zou zijn, de bruid zou zwart zijn vanwege het werken in de zon, maar dat is toch niet zo? Sommige predikanten "laten het liggen". En dat vind ik jammer.
Calvijn heeft een verklaring op dit Bijbelboek ook niet aangedurft. Ik denk dat er i.v.m. kinderen ook nagedacht moet worden over wat je wel en niet bepreekt. Zelf vind ik het een moeilijk boek en daarom durf ik de uitspraak niet snel te doen dat het 'vaak verkeerd wordt uitgelegd'.
Een lepel vol vriendelijkheid helpt de ander om de waarheid te slikken.
- Bert Mulder
- Berichten: 9099
- Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
- Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
- Contacteer:
Re: Hooglied
Calvijn is aan veel boeken in de Bijbel niet toegekomen. Waarom zeg je dat hij het Hooglied niet 'aandurfde'?vlinder schreef: Calvijn heeft een verklaring op dit Bijbelboek ook niet aangedurft.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Re: Hooglied
Ik heb een meditatie gevonden:vlinder schreef:Hooglied beschrijft dit toch zelf? In hoofdstuk 1:6 staat: Ik ben zwart, want de zon heeft mij beschenen.Mara schreef:De eerste 2 namen ken ik wel, de 3e niet.
Ik lees en hoor soms een uitleg over Hooglied, dat het een liefde tussen een man en een vrouw zou zijn, de bruid zou zwart zijn vanwege het werken in de zon, maar dat is toch niet zo? Sommige predikanten "laten het liggen". En dat vind ik jammer.
Calvijn heeft een verklaring op dit Bijbelboek ook niet aangedurft. Ik denk dat er i.v.m. kinderen ook nagedacht moet worden over wat je wel en niet bepreekt. Zelf vind ik het een moeilijk boek en daarom durf ik de uitspraak niet snel te doen dat het 'vaak verkeerd wordt uitgelegd'.
Ik ben in Mijn hof gekomen, o Mijn zuster, o bruid.
Hooglied 5: 1a.
De bruid uit het Hooglied weet, dat er niets van haar bij is. Alles wat zij heeft, heeft zij door Hem en van Hem. Maar nu zij zich mag verlustigen in al hetgeen van Hem is, kan dat pas ware vreugde geven als het ook met Hem is.
Ligt hier niet het verschil met een godsdienstig mens en Christus’ bruid?
Een godsdienstig mens heeft genoeg aan de weldaden en vergeet de Weldoener.
Een godsdienstig mens kan het daarom in deze wereld best uithouden met alle zegeningen zonder Christus.
En wij?
Mag ik u eens vragen: kunt u het ook zo uithouden?
Mist u Hem ook niet?
Dan ligt het niet goed met u, ondanks al uw godsdienst.
Wat dan?
Bij de bruid is er pas de vreugde als zij met de Bruidegom is.
En nu zegt de Bruidegom: Ik ben tot Mijn hof gekomen.
En waarom zegt Hij dit zo nadrukkelijk tot de bruid?
Wel, omdat Hij weet, dat Hij in de nabijheid van Zijn volk kan zijn zonder dat dit volk het bemerkt.
Hielden Zijn discipelen Hem ook niet voor een spook?
En dacht Maria Magdalena niet, dat Hij de tuinman was?
Het kan nog zo donker zijn in het leven van Gods volk, maar als Hij Zich openbaart, dan wordt het weer als nieuw.
Dan kan de bruid weer verder, want het is de Bruidegom, Die haar krachten geeft en van Wie het volk Zijn sterkte heeft.
Ik ben gekomen.
Let op Wie hier spreekt.
Niet een engel is gekomen, maar “Ik ben”.
In het Oude Testament hoor ik die Naam klinken bij het brandende braambos.
Als Mozes vraagt: “Wanneer het volk Israël aan mij vraagt: Hoe is Zijn Naam, Die u gezonden heeft? Wat moet ik dan zeggen?” En daar spreekt de HEERE: HEERE is Mijn Naam, ofwel, Ik zal zijn, Ik ben er, Ik ben de Eeuwige.
En zo is niet een engel gekomen tot de hof waar de bruid verkeert, maar de “Ik ben”.
De tweede Persoon van het Goddelijk Wezen.
Want daar kan de bruid niet mee verder.
Evenmin als Mozes verder kon bij de Sinaï, toen de HEERE tot hem sprak: Ik zal een engel met u mede zenden.
Dan kan de bruidskerk niet verder trekken.
Het is haar beter bij de Sinaï in de woestijn met de HEERE, dan in het land van de belofte zonder de HEERE.
Kennen wij dit?
Is dat ook uw hart?
Dan is het: Het is mij goed, mijn zaligst lot, nabij te wezen bij mijn God.
Wat klinkt er dan een troost door als Christus zegt: IK ben gekomen.
Dan komt Hij zelf tot de bruid.
Hij zoekt haar op.
Hij vertroost haar.
Hij verkwikt haar.
Daar wordt Zijn onmisbare nabijheid ervaren en beleefd.
Zonder Hem is het geen leven.
Maar waar is Christus dan gekomen? In Zijn hof.
Hij komt niet even langs.
Maar Hij is daarin aangekomen.
In de hof heeft Hij Zijn plaats ingenomen.
Is het dan zo’n goed oord om daar te zijn?
De hof spreekt van Zijn specerij, Zijn mirre, Zijn honing.
En waarom is Hij gekomen?
Wel, omdat het Zijn hof is.
Ondanks wat wij er van gemaakt hebben, is het Zijn wettig eigendom, dat Hij niet prijsgegeven heeft.
Wat een liefde van de Zoon omwille van de Vader tot zo’n hof.
Wat een liefde tegenover zoveel haat en vijandschap.
Hebt u dat al eens ingeleefd?
Dan kan er alleen verwondering zijn als we mogen bemerken dat Hij tot Zijn hof gekomen is.
En..... en is uw plaats daar al samen met Hem?
Ds. N.P.J. Kleiberg
Dan gaat Hooglied toch over meer dan alleen een Bruid en Bruidegom?
Als er schaduw is, dan moet er ook licht zijn ~ Spurgeon
Re: Hooglied
Dat heeft hij ergens in een voorwoord van een ander boek geschreven. Hij schreef daar iets in de trant van: Ik heb geen theologie gestudeerd en durf aan dit boek niet te beginnen. Ik laat dit aan echte theologen over. Volgens mij schrijft hij daarna over Bullinger of Beze Of Bucer (met een B.Bert Mulder schreef:Calvijn is aan veel boeken in de Bijbel niet toegekomen. Waarom zeg je dat hij het Hooglied niet 'aandurfde'?vlinder schreef: Calvijn heeft een verklaring op dit Bijbelboek ook niet aangedurft.

Een lepel vol vriendelijkheid helpt de ander om de waarheid te slikken.
- Bert Mulder
- Berichten: 9099
- Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
- Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
- Contacteer:
Re: Hooglied
Dank je.vlinder schreef:Dat heeft hij ergens in een voorwoord van een ander boek geschreven. Hij schreef daar iets in de trant van: Ik heb geen theologie gestudeerd en durf aan dit boek niet te beginnen. Ik laat dit aan echte theologen over. Volgens mij schrijft hij daarna over Bullinger of Beze Of Bucer (met een B.Bert Mulder schreef:Calvijn is aan veel boeken in de Bijbel niet toegekomen. Waarom zeg je dat hij het Hooglied niet 'aandurfde'?vlinder schreef: Calvijn heeft een verklaring op dit Bijbelboek ook niet aangedurft.)
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Re: Hooglied
Het is niet zozeer dat een verklaring die op Christus wijst, fout is. Dat kan die niet zijn, want Christus zelf geeft aan dat de relatie tussen Hem en Zijn kerk te vergelijken is met die van bruidegom en bruid. Toch doe je het boek tekort als je het alléén zo leest. Het is óók een voorbeeld van liefdevol en zuiver met elkaar omgaan in verkering, verloving en huwelijk. Het is mooi om te lezen hoe bruidegom en bruid elkaar liefhebben en toezingen - ook al blijft het een moeilijk boek om te begrijpen.