Belijdenis doen

Gebruikersavatar
Auto
Berichten: 4533
Lid geworden op: 22 feb 2002, 20:01

Re: Belijdenis doen

Bericht door Auto »

Bert Mulder schreef:
Niet in de online editie, blijkbaar?
U roept, wij draaien :)
Belijdenis van de waarheid vereist geloof

„Het jawoord bij het afleggen van geloofsbelijdenis is een ”amen” op de liefdesverklaring van de drie-enige Verbondsgod.”

tekst dr. H. van den Belt
Op palmzondag hebben veel jonge mensen geloofsbelijdenis afgelegd. In andere kerken vindt de belijdenisdienst op tweede paasdag of tweede pinksterdag plaats. In de gereformeerde gezindte verschilt de opvatting over de inhoud. Doet iemand belijdenis van zijn geloof of van de waarheid?

Dathistorischeonderscheidwortels.heeft

In de kerken van de Afscheiding is de geloofsbelijdenis een voorwaarde om kinderen te laten dopen. Het jawoord bij de doopvont is immers ook een geloofsbelijdenis. Daarom doen veel jongeren al voor hun huwelijk belijdenis. Het is de afsluiting van de catechese.

In hervormde gemeenten ligt dat net iets anders, omdat daar vanuit de traditie van de volkskerk iedereen die erom vraagt de doop ontvangt. Geloofsbelijdenis is daar een bewuste keuze, omdat er geen kerkelijke verplichting is om het te doen.

Als het doen van belijdenis vanzelfsprekend is, kan dat een soort automatisme in de hand werken. De gedachte van de veronderstelde wedergeboorte of van het verondersteld geloof leidt immers tot een automatische verbinding van doop, belijdenis en avondmaal.

Huiverig voor dit automatisme, benadrukken veel reformatorische kerken dat de geloofsbelijdenis alleen een kerkelijk recht verschaft tot het avondmaal en geen goddelijk recht. De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is. Maar van den beginne is dat zo niet geweest.

Twijfel Achter in de oude Deux-aesbijbel staat een ”Onderzoeking des geloofs voor degenen die zich tot de gemeente willen begeven om het nachtmaal des Heeren te gebruiken”. Deze onderzoeking –in vragen en antwoorden– bevindt zich tussen het doopformulier en het avondmaalsformulier. Na het laatste antwoord volgen enkele aanwijzingen voor een gesprek met de kerkenraad.

Wie zich bij de gemeente wil voegen, moet de inhoud van de onderzoeking kennen en beamen. Eventuele twijfels moet de kerkenraad vanuit de Bijbel wegnemen. Daarna vragen de ambtsdragers aan het dooplid of dat zich voorneemt bij deze leer te blijven, de wereld te verzaken, een nieuw christelijk leven te leiden en zich gewillig aan de tucht te onderwerpen. Na het bevestigende antwoord, vermaant men hem tot vrede, liefde, eendracht en tot „vredemaking” indien hij met iemand „enig uitstaan heeft.”

Herman Faukelius neemt deze passage over in zijn ”Kort begrip” maar deze samenvatting van de catechismus staat niet meer tussen doop- en avondmaalsformulier.

De Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) heeft er de vier vragen van Voetius aan toegevoegd. Uit deze vragen kan gemakkelijk de conclusie getrokken worden dat historisch geloof voldoende is. In de eerste vraag gaat het immers om het erkennen dat de leer van de kerk de ware en zaligmakende leer is, overeenkomstig de Heilige Schrift. Wie belijdenis doet, beaamt de gereformeerde geloofsbelijdenissen.

Dat het ook bij Voetius om een belijdenis van het geloof en niet alleen van de waarheid gaat, blijkt echter al uit de tweede vraag, die spreekt over standvastigheid „door Gods genade.” Na het jawoord spreekt de dienaar de zegenwens uit dat God, Die het goede werk in deze catechisanten „door Zijn genade begonnen, en dusver gebracht heeft, hen daarin bevestige en het meer en meer voltrekke tot de dag van Christus” (”Politicae ecclesiasticae”, deel 1, pag. 757). Het is jammer dat die bede niet is overgenomen door de GBS.

Door de geloofsbelijdenis krijgen doopleden de toegang tot het avondmaal. Daarmee worden zij geen lidmaten van de gemeente, want zij ontvangen de doop al als lidmaten –ledematen– van het lichaam van Christus. De uitdrukking ”aanneming tot lidmaten” is dan ook verkeerd. Wat je al bent, kun je niet meer worden.

De geloofsbelijdenis is veeleer een antwoord op de doop, waarin de God van het verbond uitspreekt: „Ik ben de Heere uw God.” Daarmee vraagt Hij: Wil je bij Mij horen? De Vader vraagt of je thuis wilt komen. De Zoon vraagt of je verzoening nodig hebt. De Heilige Geest vraagt of Hij in je hart mag wonen. Daar kan toch niemand nee tegen zeggen?

Toch wel. Zonder Gods vernieuwende genade zeggen alle gedoopte kinderen nee tegen God. Elke belijdenisdienst is een wonder van God.

Verzaken De belijdenis hoort van meet af aan bij de doop. In de paasnacht van 387 –vannacht precies 1625 jaar geleden– is Augustinus gedoopt in Milaan. Ambrosius beschrijft hoe dat in zijn tijd ging. Aan de doop gaat een zalving vooraf. Dan vraagt hij de dopeling: „Zweert u de duivel en zijn werken af ?” In het klassieke doopformulier herinnert de uitdrukking ”de wereld verzaken” daar nog aan.

Bij het achthoekige doopbekken kleden de dopelingen zich uit en dalen af in het water. Zoals zij naakt ter wereld gekomen zijn, zo worden zij ook naakt gedoopt. De dienaar vraagt: „Gelooft u in God de almachtige Vader?” De dopeling antwoordt: „Credo” (ik geloof) en wordt voor de eerste keer ondergedompeld.

Voor de tweede onderdompeling vraagt Ambrosius: „Gelooft u in onze Heere Jezus Christus en in Zijn kruis?” Na het tweede credo volgt de derde vraag: „Gelooft u ook in de Heilige Geest?” Op deze wijze is de apostolische geloofsbelijdenis ontstaan als een doopbelijdenis.

Na de doop ontvangen de dopelingen de handoplegging en het kruisteken op het voorhoofd en een wit kleed –waar onze doopjurk van afstamt– en gaan in de kerk om voor het eerst deel te nemen aan het heilig avondmaal.

Die verbinding tussen belijdenis en doop komt tot uitdrukking bij de bediening van de kinderdoop. In de Vroege Kerk stelt de dienaar de doopvragen aan het kind. „Anna, verzaakt u de duivel?” Anna antwoordt: „Ik verzaak.” Maar omdat Anna nog zo klein is dat zij niet kan praten is er een peter of een meter die plaatsvervangend antwoord geeft. „Jan, gelooft u in God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest?” De peter antwoordt: „Credo.” De peetouders vertegenwoordigen de dopeling.

Pas na de Reformatie vraagt de kerk aan de ouders de belofte om het kind christelijk op te voeden en te onderwijzen in het geloof. De vermelding van de doopgetuigen in het klassieke formulier is nog een oud overblijfsel van de peter en meter.

De geloofsbelijdenis zoals die in de kerken van de Reformatie plaatsvindt, kun je misschien nog het beste zien als een late echo van de doopbelijdenis; in plaats van de peter en de meter mag de dopeling nu zelf uitspreken: Ik geloof. Het zou in dat licht goed zijn om met de belijdeniscatechisanten de prachtige vragen van het formulier voor de volwassendoop te lezen. Daaruit blijkt zonneklaar dat belijdenis doen niet kan zonder persoonlijk geloof.

Tieners In de loop van de middeleeuwen zijn de aan de doop verbonden zalving, handoplegging en het geven van het kruisteken los komen te staan van de doop. Om aan de eucharistie deel te nemen, moeten de kinderen eerst de ”anni discretionis” –de jaren van het onderscheid– bereiken. In het doopformulier klinkt die uitdrukking nog door: „Als het tot zijn verstand gekomen zal zijn.” Om die overgang te markeren komt er een apart sacrament: het vormsel of de confirmatie. Alleen een bisschop mag dit sacrament bedienen.

Maarten Luther wijst dit sacrament scherp af. Hij noemt het zelfs een apenspel. Als de confirmatie de doop moet bekrachtigen, ontkracht zij de genade van God in de doop zelf. Ook Calvijn behandelt het vormsel als een van de „valse sacramenten” (Institutie 4.19.13). Calvijn benadrukt sterker dan Luther het belang van het onderwijs.

Er is tegenwoordig een tendens om de belijdenisdiensten van steeds meer rituelen te voorzien. Daar zit het risico aan dat de belijdenis weer een sacramenteel karakter krijgt. Calvijn verzet zich tegen de gedachte dat de handoplegging bij de confirmatie de gave van de Heilige Geest symboliseert. Als gebaar van zegening heeft hij er geen bezwaar tegen. Hij zou graag zien dat dit zuivere gebruik van de handoplegging hersteld wordt. De Reformatie wil voorkomen dat de belijdenis een sacrament wordt. Dat doet afbreuk aan doop en avondmaal.

In het Genève van Calvijn krijgen kinderen vanaf een jaar of tien onderwijs in de apostolische geloofsbelijdenis, de wet en het Onze Vader en doen daarna belijdenis van het geloof als toegang tot het avondmaal.

Hoewel jongeren in de zestiende eeuw eerder volwassen waren en de vergelijking met de huidige praktijk niet helemaal opgaat, geeft het huidige uitstel van de geloofsbelijdenis wel te denken. Het zou voor veel tieners wellicht een zegen zijn als de kerk eerder zou vragen om een bewuste keuze.

Het is in lijn met de gereformeerde traditie om de leerdiensten helemaal af te stemmen op het onderwijs aan de jongeren. Blijkens ”De Christlicke Ordinancien” van Marten Micron is er in de Nederlandse vluchtelingengemeente in Londen op de eerste zondag van maart en september een speciale kinderdienst. De kinderen vanaf vijf jaar krijgen de vraag om het Onze Vader, de apostolische geloofsbelijdenis en de Tien Geboden op te zeggen.

Deze twee middagdiensten komen in de plaats van de normale diensten, waarin de grote catechismus wordt gereciteerd door de oudere kinderen. Elke zondagmiddag is er dus een jongerendienst, met twee keer per jaar een kinderdienst, maar nooit zonder een preek van een halfuur. Die praktijk stelt reformatorische kerken voor de vraag welke plaats kinderen en jongeren innemen in de leerdiensten.

Slappigheid Micron heeft ook een formulier opgesteld om de jongeren toe te laten aan de avondmaalstafel. Dit gebeurt rond hun veertiende, de leeftijd waarop veel kinderen het ouderlijk huis verlaten om te studeren of te werken. Een week voor een avondmaalsdienst staan de jongeren voor in de kerk. Hun vrienden mogen hen aan de gemeente voorstellen.

Na een publieke overhoring aan de hand van de catechismus vraagt de dienaar of zij door de genade van God standvastig willen blijven in de belijdenis van het geloof, overeenkomstig die belijdenis leven, de wereld en de satan „met al zijn pracht” verloochenen en zich aan de tucht onderwerpen. Hij dankt God dat Hij door de Heilige Geest de kinderen godzalige kennis heeft gegeven.

Dat het allemaal nog kwetsbaar is, blijkt wel als hij vervolgens de ouders vermaant om de tieners met hun zorgen te omringen opdat zij niet door „slappigheid” verloochenen wat zij beleden hebben en de kinderen ertoe oproept altijd God te vrezen, kwaad gezelschap te mijden, hun ouders te gehoorzamen en steeds te bidden. „Want satan slaapt niet.”

Liefdesverklaring Welke kerkelijke praktijk er ook gegroeid is of welke verschillende opvattingen er ook zijn, het is in ieder geval van belang om de relatie van de geloofsbelijdenis met doop en avondmaal vast te houden.

Dan houd je het objectieve en het subjectieve –de waarheid van de leer en het vertrouwen op de Heere– het beste bij elkaar. Bij de geloofsbelijdenis staat niet het eigen geloof centraal, maar het credo van de kerk der eeuwen. In die zin is het een belijdenis van de waarheid. Maar voor die belijdenis van de waarheid is persoonlijk geloof onmisbaar.

Het jawoord is een ”amen” op de liefdesverklaring van de drieenige Verbondsgod.

© Reformatorisch Dagblad | Pagina 12 | 07 april 2012
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Bert Mulder »

Auto schreef:
Bert Mulder schreef:
Niet in de online editie, blijkbaar?
U roept, wij draaien :)
Belijdenis van de waarheid vereist geloof

„Het jawoord bij het afleggen van geloofsbelijdenis is een ”amen” op de liefdesverklaring van de drie-enige Verbondsgod.”

tekst dr. H. van den Belt
Op palmzondag hebben veel jonge mensen geloofsbelijdenis afgelegd. In andere kerken vindt de belijdenisdienst op tweede paasdag of tweede pinksterdag plaats. In de gereformeerde gezindte verschilt de opvatting over de inhoud. Doet iemand belijdenis van zijn geloof of van de waarheid?

Dathistorischeonderscheidwortels.heeft

In de kerken van de Afscheiding is de geloofsbelijdenis een voorwaarde om kinderen te laten dopen. Het jawoord bij de doopvont is immers ook een geloofsbelijdenis. Daarom doen veel jongeren al voor hun huwelijk belijdenis. Het is de afsluiting van de catechese.

In hervormde gemeenten ligt dat net iets anders, omdat daar vanuit de traditie van de volkskerk iedereen die erom vraagt de doop ontvangt. Geloofsbelijdenis is daar een bewuste keuze, omdat er geen kerkelijke verplichting is om het te doen.

Als het doen van belijdenis vanzelfsprekend is, kan dat een soort automatisme in de hand werken. De gedachte van de veronderstelde wedergeboorte of van het verondersteld geloof leidt immers tot een automatische verbinding van doop, belijdenis en avondmaal.

Huiverig voor dit automatisme, benadrukken veel reformatorische kerken dat de geloofsbelijdenis alleen een kerkelijk recht verschaft tot het avondmaal en geen goddelijk recht. De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is. Maar van den beginne is dat zo niet geweest.

Twijfel Achter in de oude Deux-aesbijbel staat een ”Onderzoeking des geloofs voor degenen die zich tot de gemeente willen begeven om het nachtmaal des Heeren te gebruiken”. Deze onderzoeking –in vragen en antwoorden– bevindt zich tussen het doopformulier en het avondmaalsformulier. Na het laatste antwoord volgen enkele aanwijzingen voor een gesprek met de kerkenraad.

Wie zich bij de gemeente wil voegen, moet de inhoud van de onderzoeking kennen en beamen. Eventuele twijfels moet de kerkenraad vanuit de Bijbel wegnemen. Daarna vragen de ambtsdragers aan het dooplid of dat zich voorneemt bij deze leer te blijven, de wereld te verzaken, een nieuw christelijk leven te leiden en zich gewillig aan de tucht te onderwerpen. Na het bevestigende antwoord, vermaant men hem tot vrede, liefde, eendracht en tot „vredemaking” indien hij met iemand „enig uitstaan heeft.”

Herman Faukelius neemt deze passage over in zijn ”Kort begrip” maar deze samenvatting van de catechismus staat niet meer tussen doop- en avondmaalsformulier.

De Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) heeft er de vier vragen van Voetius aan toegevoegd. Uit deze vragen kan gemakkelijk de conclusie getrokken worden dat historisch geloof voldoende is. In de eerste vraag gaat het immers om het erkennen dat de leer van de kerk de ware en zaligmakende leer is, overeenkomstig de Heilige Schrift. Wie belijdenis doet, beaamt de gereformeerde geloofsbelijdenissen.

Dat het ook bij Voetius om een belijdenis van het geloof en niet alleen van de waarheid gaat, blijkt echter al uit de tweede vraag, die spreekt over standvastigheid „door Gods genade.” Na het jawoord spreekt de dienaar de zegenwens uit dat God, Die het goede werk in deze catechisanten „door Zijn genade begonnen, en dusver gebracht heeft, hen daarin bevestige en het meer en meer voltrekke tot de dag van Christus” (”Politicae ecclesiasticae”, deel 1, pag. 757). Het is jammer dat die bede niet is overgenomen door de GBS.

Door de geloofsbelijdenis krijgen doopleden de toegang tot het avondmaal. Daarmee worden zij geen lidmaten van de gemeente, want zij ontvangen de doop al als lidmaten –ledematen– van het lichaam van Christus. De uitdrukking ”aanneming tot lidmaten” is dan ook verkeerd. Wat je al bent, kun je niet meer worden.

De geloofsbelijdenis is veeleer een antwoord op de doop, waarin de God van het verbond uitspreekt: „Ik ben de Heere uw God.” Daarmee vraagt Hij: Wil je bij Mij horen? De Vader vraagt of je thuis wilt komen. De Zoon vraagt of je verzoening nodig hebt. De Heilige Geest vraagt of Hij in je hart mag wonen. Daar kan toch niemand nee tegen zeggen?

Toch wel. Zonder Gods vernieuwende genade zeggen alle gedoopte kinderen nee tegen God. Elke belijdenisdienst is een wonder van God.

Verzaken De belijdenis hoort van meet af aan bij de doop. In de paasnacht van 387 –vannacht precies 1625 jaar geleden– is Augustinus gedoopt in Milaan. Ambrosius beschrijft hoe dat in zijn tijd ging. Aan de doop gaat een zalving vooraf. Dan vraagt hij de dopeling: „Zweert u de duivel en zijn werken af ?” In het klassieke doopformulier herinnert de uitdrukking ”de wereld verzaken” daar nog aan.

Bij het achthoekige doopbekken kleden de dopelingen zich uit en dalen af in het water. Zoals zij naakt ter wereld gekomen zijn, zo worden zij ook naakt gedoopt. De dienaar vraagt: „Gelooft u in God de almachtige Vader?” De dopeling antwoordt: „Credo” (ik geloof) en wordt voor de eerste keer ondergedompeld.

Voor de tweede onderdompeling vraagt Ambrosius: „Gelooft u in onze Heere Jezus Christus en in Zijn kruis?” Na het tweede credo volgt de derde vraag: „Gelooft u ook in de Heilige Geest?” Op deze wijze is de apostolische geloofsbelijdenis ontstaan als een doopbelijdenis.

Na de doop ontvangen de dopelingen de handoplegging en het kruisteken op het voorhoofd en een wit kleed –waar onze doopjurk van afstamt– en gaan in de kerk om voor het eerst deel te nemen aan het heilig avondmaal.

Die verbinding tussen belijdenis en doop komt tot uitdrukking bij de bediening van de kinderdoop. In de Vroege Kerk stelt de dienaar de doopvragen aan het kind. „Anna, verzaakt u de duivel?” Anna antwoordt: „Ik verzaak.” Maar omdat Anna nog zo klein is dat zij niet kan praten is er een peter of een meter die plaatsvervangend antwoord geeft. „Jan, gelooft u in God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest?” De peter antwoordt: „Credo.” De peetouders vertegenwoordigen de dopeling.

Pas na de Reformatie vraagt de kerk aan de ouders de belofte om het kind christelijk op te voeden en te onderwijzen in het geloof. De vermelding van de doopgetuigen in het klassieke formulier is nog een oud overblijfsel van de peter en meter.

De geloofsbelijdenis zoals die in de kerken van de Reformatie plaatsvindt, kun je misschien nog het beste zien als een late echo van de doopbelijdenis; in plaats van de peter en de meter mag de dopeling nu zelf uitspreken: Ik geloof. Het zou in dat licht goed zijn om met de belijdeniscatechisanten de prachtige vragen van het formulier voor de volwassendoop te lezen. Daaruit blijkt zonneklaar dat belijdenis doen niet kan zonder persoonlijk geloof.

Tieners In de loop van de middeleeuwen zijn de aan de doop verbonden zalving, handoplegging en het geven van het kruisteken los komen te staan van de doop. Om aan de eucharistie deel te nemen, moeten de kinderen eerst de ”anni discretionis” –de jaren van het onderscheid– bereiken. In het doopformulier klinkt die uitdrukking nog door: „Als het tot zijn verstand gekomen zal zijn.” Om die overgang te markeren komt er een apart sacrament: het vormsel of de confirmatie. Alleen een bisschop mag dit sacrament bedienen.

Maarten Luther wijst dit sacrament scherp af. Hij noemt het zelfs een apenspel. Als de confirmatie de doop moet bekrachtigen, ontkracht zij de genade van God in de doop zelf. Ook Calvijn behandelt het vormsel als een van de „valse sacramenten” (Institutie 4.19.13). Calvijn benadrukt sterker dan Luther het belang van het onderwijs.

Er is tegenwoordig een tendens om de belijdenisdiensten van steeds meer rituelen te voorzien. Daar zit het risico aan dat de belijdenis weer een sacramenteel karakter krijgt. Calvijn verzet zich tegen de gedachte dat de handoplegging bij de confirmatie de gave van de Heilige Geest symboliseert. Als gebaar van zegening heeft hij er geen bezwaar tegen. Hij zou graag zien dat dit zuivere gebruik van de handoplegging hersteld wordt. De Reformatie wil voorkomen dat de belijdenis een sacrament wordt. Dat doet afbreuk aan doop en avondmaal.

In het Genève van Calvijn krijgen kinderen vanaf een jaar of tien onderwijs in de apostolische geloofsbelijdenis, de wet en het Onze Vader en doen daarna belijdenis van het geloof als toegang tot het avondmaal.

Hoewel jongeren in de zestiende eeuw eerder volwassen waren en de vergelijking met de huidige praktijk niet helemaal opgaat, geeft het huidige uitstel van de geloofsbelijdenis wel te denken. Het zou voor veel tieners wellicht een zegen zijn als de kerk eerder zou vragen om een bewuste keuze.

Het is in lijn met de gereformeerde traditie om de leerdiensten helemaal af te stemmen op het onderwijs aan de jongeren. Blijkens ”De Christlicke Ordinancien” van Marten Micron is er in de Nederlandse vluchtelingengemeente in Londen op de eerste zondag van maart en september een speciale kinderdienst. De kinderen vanaf vijf jaar krijgen de vraag om het Onze Vader, de apostolische geloofsbelijdenis en de Tien Geboden op te zeggen.

Deze twee middagdiensten komen in de plaats van de normale diensten, waarin de grote catechismus wordt gereciteerd door de oudere kinderen. Elke zondagmiddag is er dus een jongerendienst, met twee keer per jaar een kinderdienst, maar nooit zonder een preek van een halfuur. Die praktijk stelt reformatorische kerken voor de vraag welke plaats kinderen en jongeren innemen in de leerdiensten.

Slappigheid Micron heeft ook een formulier opgesteld om de jongeren toe te laten aan de avondmaalstafel. Dit gebeurt rond hun veertiende, de leeftijd waarop veel kinderen het ouderlijk huis verlaten om te studeren of te werken. Een week voor een avondmaalsdienst staan de jongeren voor in de kerk. Hun vrienden mogen hen aan de gemeente voorstellen.

Na een publieke overhoring aan de hand van de catechismus vraagt de dienaar of zij door de genade van God standvastig willen blijven in de belijdenis van het geloof, overeenkomstig die belijdenis leven, de wereld en de satan „met al zijn pracht” verloochenen en zich aan de tucht onderwerpen. Hij dankt God dat Hij door de Heilige Geest de kinderen godzalige kennis heeft gegeven.

Dat het allemaal nog kwetsbaar is, blijkt wel als hij vervolgens de ouders vermaant om de tieners met hun zorgen te omringen opdat zij niet door „slappigheid” verloochenen wat zij beleden hebben en de kinderen ertoe oproept altijd God te vrezen, kwaad gezelschap te mijden, hun ouders te gehoorzamen en steeds te bidden. „Want satan slaapt niet.”

Liefdesverklaring Welke kerkelijke praktijk er ook gegroeid is of welke verschillende opvattingen er ook zijn, het is in ieder geval van belang om de relatie van de geloofsbelijdenis met doop en avondmaal vast te houden.

Dan houd je het objectieve en het subjectieve –de waarheid van de leer en het vertrouwen op de Heere– het beste bij elkaar. Bij de geloofsbelijdenis staat niet het eigen geloof centraal, maar het credo van de kerk der eeuwen. In die zin is het een belijdenis van de waarheid. Maar voor die belijdenis van de waarheid is persoonlijk geloof onmisbaar.

Het jawoord is een ”amen” op de liefdesverklaring van de drieenige Verbondsgod.

© Reformatorisch Dagblad | Pagina 12 | 07 april 2012
Dank je. Inderdaad een goed en historisch artikel. Zou er echter graag aan toegevoegd hebben gezien, hoe dat in de Nederlandse kerken veranderd is. Dat is namelijk gebeurd door druk van de staat, onder leiding van Willem van Oranje. De kerkeraad mocht volgens hen niet vragen naar geloof, maar alleen spreken oven leer en leven. Hoewel dat op de synode niet aangenomen is, is dat toch allengs de praktijk geworden.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Gebruikersavatar
Luther
Berichten: 15857
Lid geworden op: 25 jun 2008, 20:16
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Luther »

Tiberius schreef:
Luther schreef:Ik heb het idee dat hij zich m.n. richt tegen de belijdenis-praktijk in de rechterflank van de gereformeerde gezindte.
Of althans van de karikatuur die hij ervan maakt.
Wat een onzin. Hij beschrijft exact de praktijk, zoals die bestond ten tijde toen ik belijdenis deed en de inhoud van het belijdenisgesprek met de kerkenraad. Verder kwam het geheel overeen met de woorden die de predikant gisterenmiddag uitsprak richting de belijdeniscatechisanten, in de dienst die ik bijwoonde.
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 24713
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Re: Belijdenis doen

Bericht door refo »

Precies wat wij meemaakten.
Als jonge mensen aangeven dat ze belijdenis willen doen omdat ze aan het avondmaal willen deelnemen, dan wordt ze dat sterk afgeraden.
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Bert Mulder »

refo schreef: Als jonge mensen aangeven dat ze belijdenis willen doen omdat ze aan het avondmaal willen deelnemen, dan wordt ze dat sterk afgeraden.
Dat is de kanker die in veel kerken zit.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Simon
Berichten: 2035
Lid geworden op: 19 sep 2011, 23:34

Re: Belijdenis doen

Bericht door Simon »

Bert Mulder schreef:
refo schreef: Als jonge mensen aangeven dat ze belijdenis willen doen omdat ze aan het avondmaal willen deelnemen, dan wordt ze dat sterk afgeraden.
Dat is de kanker die in veel kerken zit.
Wat is dan de kanker, dat de kerkenraad hen dat afraadt, of dat de gelovigen niet in staat zouden zijn zichzelf te beproeven?
Of dat de gelovige helemaal niet zo gelovig is en, heel rooms, denkt dat het sacrament een genademiddel is, waardoor het heil verkregen kan worden?
“Wij prediken tot mensen alsof zij zich ervan bewust zijn stervende zondaars te zijn; dat zijn zij niet; zij hebben een goede tijd, en ons spreken over wedergeboren worden ligt op een domein waarvan zij niets weten. De natuurlijke mens wil niet wedergeboren worden”.
- Oswald Chambers -
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Bert Mulder »

Simon schreef:
Bert Mulder schreef:
refo schreef: Als jonge mensen aangeven dat ze belijdenis willen doen omdat ze aan het avondmaal willen deelnemen, dan wordt ze dat sterk afgeraden.
Dat is de kanker die in veel kerken zit.
Wat is dan de kanker, dat de kerkenraad hen dat afraadt, of dat de gelovigen niet in staat zouden zijn zichzelf te beproeven?
Of dat de gelovige helemaal niet zo gelovig is en, heel rooms, denkt dat het sacrament een genademiddel is, waardoor het heil verkregen kan worden?
Het kanker is, om het Heilig Avondmaal van belijdenis los te koppelen. Het is natuurlijk de taak van de kerkenraad om, tot zekere mate, te oordelen over de aspiranten belijdenis. Natuurlijk is het Heilig Avondmaal een genade middel, maar het werkt niet buiten Woord en Geest om.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Gebruikersavatar
Mister
Administrator
Berichten: 11784
Lid geworden op: 25 jul 2005, 12:06

Re: Belijdenis doen

Bericht door Mister »

refo schreef:Precies wat wij meemaakten.
Als jonge mensen aangeven dat ze belijdenis willen doen omdat ze aan het avondmaal willen deelnemen, dan wordt ze dat sterk afgeraden.
Ben je nu serieus, met deze opmerking?
Gebruikersavatar
Lourens
Berichten: 3873
Lid geworden op: 09 jun 2008, 20:15
Locatie: Bunsburg

Re: Belijdenis doen

Bericht door Lourens »

Belijdenis doen is onlosmakelijk ook met het Heilig Avondmaal verbonden.

Als ik alleen al kijk naar de tweede vraag die gesteld wordt:
Betuigt gij dat ge u vanwege uw zonden mishaagt, u voor God verootmoedigt, uw leven buiten uzelf in Jezus Christus zoekt, en begeert ge 's Heeren dood te verkondigen tot versterking van uw geloof?

Met name het laatste gedeelte wordt duidelijk het HA bedoelt.

Overigens kende men vroeger niet de openbare geloofsbelijdenis. Daar kwam men de week voor het het avondmaal bij de kerkenraad voor het gesprek en het aangaan aan het avondmaal was de Openbare geloofsbelijdenis.
Vertel God niet hoe groot jouw storm is. Vertel de storm hoe groot jouw GOD is !!!
Gebruikersavatar
Tiberius
Administrator
Berichten: 34773
Lid geworden op: 12 jan 2006, 09:49
Locatie: Breda

Re: Belijdenis doen

Bericht door Tiberius »

Luther schreef:
Tiberius schreef:
Luther schreef:Ik heb het idee dat hij zich m.n. richt tegen de belijdenis-praktijk in de rechterflank van de gereformeerde gezindte.
Of althans van de karikatuur die hij ervan maakt.
Wat een onzin. Hij beschrijft exact de praktijk, zoals die bestond ten tijde toen ik belijdenis deed en de inhoud van het belijdenisgesprek met de kerkenraad. Verder kwam het geheel overeen met de woorden die de predikant gisterenmiddag uitsprak richting de belijdeniscatechisanten, in de dienst die ik bijwoonde.
Geen onzin. Lees zelf het artikel maar, dan kan je de karikaturen zo oplepelen:
Huiverig voor dit automatisme, benadrukken veel reformatorische kerken dat de geloofsbelijdenis alleen een kerkelijk recht verschaft tot het avondmaal en geen goddelijk recht. De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is.
Het onderstreepte leert geen enkele reformatorische kerk, mij bekend, in ieder geval zeker niet in de rechterflank van de gereformeerde gezindte.

En deze is ook een karikatuur van jewelste:
De Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) heeft er de vier vragen van Voetius aan toegevoegd. Uit deze vragen kan gemakkelijk de conclusie getrokken worden dat historisch geloof voldoende is.
Waarbij hij overigens zichzelf even later tegenspreekt.
Gebruikersavatar
huisman
Berichten: 19336
Lid geworden op: 12 nov 2009, 23:38

Re: Belijdenis doen

Bericht door huisman »

Lourens schreef:Belijdenis doen is onlosmakelijk ook met het Heilig Avondmaal verbonden.

Als ik alleen al kijk naar de tweede vraag die gesteld wordt:
Betuigt gij dat ge u vanwege uw zonden mishaagt, u voor God verootmoedigt, uw leven buiten uzelf in Jezus Christus zoekt, en begeert ge 's Heeren dood te verkondigen tot versterking van uw geloof?

Met name het laatste gedeelte wordt duidelijk het HA bedoelt.

Overigens kende men vroeger niet de openbare geloofsbelijdenis. Daar kwam men de week voor het het avondmaal bij de kerkenraad voor het gesprek en het aangaan aan het avondmaal was de Openbare geloofsbelijdenis.
In veel gemeenten(Ook in die van mij) worden de vragen van Voetius gesteld.Daar staat de vraag die jij noemt niet in.
Voetius schreef:1. Verklaart gij dat de leer van onze kerk (welke gij geleerd, gehoord en beleden hebt) houdt voor de ware en zaligmakende leer, overeenkomende met de Heilige Schriften?
2. Belooft gij dat gij door de genade Gods, in de belijdenis van deze zaligmakende leer standvastig zult blijven, en in haar zult leven en sterven?
3. Belooft gij dat gij overeenkomstig deze heilige leer uw leven altijd godvruchtig, eerbaar en onberispelijk zult inrichten, en dat gij uw belijdenis met goede werken zult versieren?
4. Belooft gij, dat gij u aan de vermaning, terechtwijzing en kerkelijke tucht wilt onderwerpen en onderworpen zult zijn, indien (wat God verhoede) het mocht gebeuren, dat gij u in leer en leven kwaamt te misgaan?
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Fjodor
Berichten: 2970
Lid geworden op: 11 jun 2009, 23:13

Re: Belijdenis doen

Bericht door Fjodor »

Tib, hoe komt het dan dat veel mensen (waaronder ikzelf) deze gedachten die jij karikaturen noemt zoveel tegenkomen? Regelmatig heb ik met mensen uit de rechterflank van de gereformeerde kerk gesproken en die verklaarden het belijdenis doen toch zeker op deze manier. En dan bedoel ik deze, door jou als karikatuur bestempelde, manier: "De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is." (en hierin versta ik het woord 'geloofsbelijdenis' als de belijdenis die voorin de kerk wordt gedaan, het 'ja' zeggen).
In hoeverre het vanaf de kansels of in kerkblaadjes verteld wordt weet ik in het geheel niet, toch is deze gedachte wijdverspreid (en dan heb ik het over mensen die ik heb gesproken in het noorden van het land, uit Zeeland, bewaar het pand, en gereformeerde gemeente).
Dan rijst bij mij dus de vraag: als deze gedachten geen onderdeel uitmaken van de leer, waar komen ze dan vandaan?
Daartoe zijn de dingen gegeven, dat ze gebruikt worden; maar niet, opdat ze vergaard zouden worden - D. Bonhoeffer
Gebruikersavatar
Bert Mulder
Berichten: 9099
Lid geworden op: 28 aug 2006, 22:07
Locatie: Grace URC Leduc Alberta Canada
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Bert Mulder »

Fjodor schreef:Tib, hoe komt het dan dat veel mensen (waaronder ikzelf) deze gedachten die jij karikaturen noemt zoveel tegenkomen? Regelmatig heb ik met mensen uit de rechterflank van de gereformeerde kerk gesproken en die verklaarden het belijdenis doen toch zeker op deze manier. En dan bedoel ik deze, door jou als karikatuur bestempelde, manier: "De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is." (en hierin versta ik het woord 'geloofsbelijdenis' als de belijdenis die voorin de kerk wordt gedaan, het 'ja' zeggen).
In hoeverre het vanaf de kansels of in kerkblaadjes verteld wordt weet ik in het geheel niet, toch is deze gedachte wijdverspreid (en dan heb ik het over mensen die ik heb gesproken in het noorden van het land, uit Zeeland, bewaar het pand, en gereformeerde gemeente).
Dan rijst bij mij dus de vraag: als deze gedachten geen onderdeel uitmaken van de leer, waar komen ze dan vandaan?
Als het NIET waar zou zijn, hoe is het dan dat er zoveel, bij eigen getuigenis, onbekeerden toch belijdenis doen? Als het NIET waar zou zijn, hoe is het dan dat het overgrootse gedeelte leden niet des Heeren Avondmaal gedenken?
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Wilhelm
Berichten: 3240
Lid geworden op: 13 okt 2007, 19:26

Re: Belijdenis doen

Bericht door Wilhelm »

Goed artikel.
Het is wel opvallend dat deze bede niet is overgenomen door de GBS en in belijdenisdiensten niet wordt uitgesproken:


Dat het ook bij Voetius om een belijdenis van het geloof en niet alleen van de waarheid gaat, blijkt echter al uit de tweede vraag, die spreekt over standvastigheid „door Gods genade.” Na het jawoord spreekt de dienaar de zegenwens uit dat God, Die het goede werk in deze catechisanten „door Zijn genade begonnen, en dusver gebracht heeft, hen daarin bevestige en het meer en meer voltrekke tot de dag van Christus” (”Politicae ecclesiasticae”, deel 1, pag. 757). Het is jammer dat die bede niet is overgenomen door de GBS.

En Tiberius, zie jij de loskoppeling niet in de praktijk van belijdenis doen en H. avondmaalsgang?
Gebruikersavatar
Luther
Berichten: 15857
Lid geworden op: 25 jun 2008, 20:16
Contacteer:

Re: Belijdenis doen

Bericht door Luther »

Tiberius schreef:
Luther schreef:
Tiberius schreef:
Luther schreef:Ik heb het idee dat hij zich m.n. richt tegen de belijdenis-praktijk in de rechterflank van de gereformeerde gezindte.
Of althans van de karikatuur die hij ervan maakt.
Wat een onzin. Hij beschrijft exact de praktijk, zoals die bestond ten tijde toen ik belijdenis deed en de inhoud van het belijdenisgesprek met de kerkenraad. Verder kwam het geheel overeen met de woorden die de predikant gisterenmiddag uitsprak richting de belijdeniscatechisanten, in de dienst die ik bijwoonde.
Geen onzin. Lees zelf het artikel maar, dan kan je de karikaturen zo oplepelen:
Huiverig voor dit automatisme, benadrukken veel reformatorische kerken dat de geloofsbelijdenis alleen een kerkelijk recht verschaft tot het avondmaal en geen goddelijk recht. De geloofsbelijdenis is dan een belijdenis van de waarheid, waarvoor historisch geloof voldoende is.
Het onderstreepte leert geen enkele reformatorische kerk, mij bekend, in ieder geval zeker niet in de rechterflank van de gereformeerde gezindte.
Nee, dat leert geen enkele kerk, officieel niet nee. Toch wordt er zeer huiverig gereageerd wanneer een jongmens getuigt van de genade die de Heere in zijn hart heeft gewerkt. Die huiver is er geenszins wanneer iemand alleen aangeeft dat hij/zij de keuze wil maken om bij de kerk te horen en dat hij/zij van harte hoopt dat het Woord gezegend mag worden. Geen enkele aandrang dat dat eigenlijk niet kan.
Citaat uit mijn belijdenisgesprek: "We hopen dat je niet zoals zovelen in onze dagen, zult doorvloeien en met goedkope genade tevreden zult zijn. Je ziet vaak dat jonge mensen in andere kerken na hun belijdenis direct aan het avondmaal rennen. Het gaat toch maar om de persoonlijke toepassing, die nog maar weinig doorleefd wordt. Het is wel groot dat je je nog bij de waarheid wilt voegen. ..... Heb je nog vragen?"
En nee, uiteraard had ik geen vragen.... :bobo

Nu wel overigens: Waarom vraagt u niet: Kunnen we je de eerstvolgende keer aan het Heilig Avondmaal verwachten? (En dan al naar gelang het antwoord een open, geestelijk gesprek.)
Tiberius schreef:En deze is ook een karikatuur van jewelste:
De Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) heeft er de vier vragen van Voetius aan toegevoegd. Uit deze vragen kan gemakkelijk de conclusie getrokken worden dat historisch geloof voldoende is.
Waarbij hij overigens zichzelf even later tegenspreekt.
Hij spreekt zichzelf niet tegen; hij legt uit waarom het óók bij de vragen van Voetius niet genoeg is om met een historisch geloof te antwoorden, hoewel dat toch vaak gedacht wordt. Of zoals één van mijn medecatechisanten destijds zei: Gelukkig hebben wij die andere 4 vragen en niet die vragen van de volwassendoop (er werd er ook één volwassen gedoopt)... :nonnon

Kijk, Tiberius, het is inderdaad zo dat niemand openlijk zegt dat het historisch geloof voldoende is. Uiteraard niet. Wel wordt er een kerkelijke cultuur ongemerkt en/of onbewust gecreeërd, waarbij het het dienen en vrezen van de Heere tot de uitzonderingen behoort en waarbij 'rechtzinnig-maar-geestelijk-dood' de regel is. Ook dat zegt niemand hardop, maar de gegroeide praktijk is helaas wel zo.
De vraag die ik nu nog weleens aan die beide broeders zou willen stellen, luidt: Hoe kan het toch dat u er jaar in jaar uit zo lijdelijk onder kunt zijn, dat in uw gemeente zo weinig jongeren tot ruimte komen en de Heere Jezus Christus als hun Zaligmaker leren omhelzen door het ware geloof?
De kracht van het Evangelie zit in de bezittelijke voornaamwoorden. (Maarten Luther, WA 101, 2, 25)
Plaats reactie