Benutten, ja. Maar dat is wat anders dan hen klakkeloos naspreken, en dat is toch wat jij lijkt voor te staan.GJdeBruijn schreef:Je begrijpt het inderdaad niet. Vanzelf heb ik niets aan een klakkeloos overnemen. Maar als je met levensvragen zit, Gods Woord hoort en je afvraagt of het inderdaad zo is als jij ervaart, en als je wilt weten of Gods Geest door Gods Woord werkt zoals je opmerkt uit Gods Woord, wat kun je dan doen? Onze erfenis benutten. En dan heb je het over een heel ander uitgangspunt dan jij nu suggereert.
Ik wees je op Calvijn. Calvijn grijpt ook terug op de vaders, maar met onderscheid! Zelfs Augustinus volgde hij niet in alles na. Die houding lijkt me de juiste. Dat heeft niets te maken met het ontkennen van het werk van Gods Geest door alle tijden heen, maar met onderscheidingsvermogen: wat kunnen we overnemen als zijnde van Gods Geest en wat is feilbare mensenopvatting?In wezen stonden onze reformatoren en hun tijdgenoten er ook zo voor. De reformatie grijpt terug op de zuivere kerk en zuivere leer. Het is nooit een nieuwe waarheid uit Gods Woord destilleren. Dat is het ontkennen van de werk van Gods Geest door alle tijden heen!
Nogmaals, over de kaders hebben we het niet. Maar binnen die kaders is verscheidenheid en we zijn - gelukkig - nog steeds niet gebonden aan alle opvattingen van welke particuliere schrijver dan ook, zie ook NGB artikel 7:Dit heeft dus niets te maken met terug naar de roomse traditie van waarheidsvinding, maar van beproeven van de geesten zoals door onze vaderen ook gedaan is. Dat heeft niets voor niets geleid tot het veiligstellen van de leer in de belijdenisgeschriften.
Argumenten in een discussie zijn overigens niet afhankelijk van persoonlijke achtergrond. Op een forum waar de kaders duidelijk gesteld zijn lijkt het me voor de hand liggen dat een beroep op de erfenis binnen die kaders niet ter discussie staat.
Men mag ook gener mensen schriften, hoe heilig zij geweest zijn, gelijkstellen met de Goddelijke Schriften, noch de gewoonte met de waarheid Gods (want de waarheid is boven alles), noch de grote menigte, noch de oudheid, noch de successie van tijden of personen, noch de conciliën, decreten of besluiten; want alle mensen zijn uit zichzelven leugenaars en ijdeler dan de ijdelheid zelve.
Ik noemde het voorbeeld van gerespecteerde schrijvers, die neigen naar de veronderstelde wedergeboorte. Velen van ons zullen hier pas op de plaats maken. En terecht.