Hier lijkt het er toch op dat Kohlbrugge ook leert dat je een kind van God kunt zijn, zonder dat je zonden vergeven zijn:
Kohlbrugge schreef:0! in welk een diepe en vaste slaap schijnt de Heere Jezus vaak niet verzonken te zijn voor die arme Ruths, die nog niet weten dat ze van de Heere zijn, en tot wie het woord nog niet is gekomen: Uw Maker is uw Man (Jesaja 54:5a). 0 gij armen en ellendigen! Bij wie de hoofdzaak is of gij waarlijk Christus nog eens als de uwe zult vinden, die het vaak met duizend smarten uitroept: Heere Jezus! U moet ik hebben of ik sterf. 0 luister toch naar de moederlijke, liefdevolle stem van de Heilige Geest, zoals die in Gods Woord tot u spreekt, zink voor Zijn voeten neer: die tot Hem komt, zal Hij geenszins uitwerpen! Ja, het valt zo licht niet, het schijnt gevaarlijk te zijn, het is niet volgens de wet, die kracht en reinheid eist, en gij zijt de zwakste der zwakken; en een stroom van ongerechtigheid werpt u heen en weer; daarom verwerpt u alles wat groot en sterk is. Nochtans o ziele! waag het in de naam van de Heere! Alles zwijgt, hemel en aarde zijn als van koper, niemand fluistert u een woordje van troost toe, en het is of er een grafzerk op uw borst drukt. Ach! hoe bang is het u, hoe vreest gij, dat iemand gewaar wordt wat er in u omgaat, en u van Boaz' veld en dorsvloer weg zal jagen.
"Toon Hem uw gedaante", spreekt nochtans het woord tot u. Er bestaat een wet Gods, een instelling van Zijn vaderlijke hand, een bevel ten leven, u ten goede: het is van Godswege dat Christus is gesteld tot Heiland en Zaligmaker van arme zondaren! 0 kniel maar neer aan Zijn doorboorde voeten; treedt Hij ons weg, dan treedt Hij ons weg. In de afgrond liggen wij toch! Een arme, verlaten weduwvrouw, een hutje in de komkommerhof zijn we toch! Alle golven en baren gaan over ons heen, erger dan verloren kan het niet: treedt Hij ons weg, welaan, het is nog beter in den beginne door Hem verstoten te worden, zoals de Kananese vrouw, dan door de duivel en de wereld geliefkoosd te worden en eens eeuwig om te komen! 0 kniel maar neer voor Zijn voeten! Het heeft Hem veel angst en schrik, ja zijn eigen leven gekost u, zonder afbreuk aan de wet te doen, te mogen helpen; en de engelen in de hemel, die van zonden en smart niets weten, kunnen dit niet verstaan, hoewel ze begerig zijn in deze dingen in te zien! Alleen om de angsten en benauwdheden, die Hij doorstaan heeft, kan Hij u helpen uit uw angst en benauwdheid; Hij zal u vragen wie gij zijt, het u ook leren zo gij het nog niet weet: geef Hem dan antwoord; vertel Hem zonder omwegen wie gij zijt, en dat gij, o zo gaarne! in Zijn dienst wilt overgaan; want dat de zware last van de eenzaamheid, van de verlorenheid, van de nood en van de aanvechting u te zwaar is; o houd maar aan bij Hem: Laat mij uw maagd, uw knecht, uw dochter, uw zoon zijn! Neem mij aan zoals ik ben, Gij zijt er van God de Vader toe gegeven en verordineerd: een andere pleitgrond heb ik niet. De duivel kan, noch wil ons verlossen; wij kunnen de zonde door onze eigen kracht niet overwinnen, maar er is een gebod uitgegaan van de Vader en dat luidt: Hebt gij zonden; zo leg ze op het Lam Gods, op de door Hem verordineerde Verlosser, en houd het die vóór dat Hij de Verlosser, de Bloedvriend is! ja, Hij is voor ons geslacht, heeft het goed van zijn verarmde en in Adam diep gevallen broeders in zijn bezit gekregen: en dat wel in volkomen overeenstemming met de wet van Sinaï. Of wij ons Moabietischen voelen, doet niets ter zake, Gij o Heere Jezus! zijt de Verlosser! Ook van de Moabietischen? 0 hoe lieflijk klinkt voor dezulke het woord uit Rom.3:29. Is God een God der joden alleen of ook der heidenen? Ja, ook der heidenen. Ook de arme en ellendige, die zich niet tot Gods volk durft rekenen, mag tot Hem smeken: Verlos mij van bloedschulden, o God mijns heils! en neem mij aan als de uwe! En gelijk Boaz Ruth zegende, zo zegent ook de Heere de Zijnen, die van armoede en ellende het nergens anders weten te zoeken dan alleen bij Hem.