Het spijt me, maar dat heb je niet bewezen. Je hebt alleen maar bewezen dat er niet een tekst is waar dit letterlijk zo in staat. Wat trouwens te denken van een tekst als Gal. 6:16? Die wijst m.i. heel sterk in de richting van een 'geestelijk' Israël.
Hier citeer ik met instemming opnieuw vader Brakel :
{#Ga 6:16}, Zo velen als er naar deze regel zullen wandelen, over denzelven zal zijn vrede en barmhartigheid, en over het Israël Gods. Worden hier niet alle gelovigen, zo Joden als Heidenen, Israël genoemd? Antw. Neen, de kerk bestond toen uit Joden, in welke de Heidenen, als wilde takken, de olijfboom ingeënt werden. De gelovige Joden wilden, dat de Heidenen, die tot hen kwamen, en in de kerk met hen verenigd werden, besneden zouden worden; hiertegen kant zich de apostel, en verklaart, dat noch besnijdenis, noch voorhuid in het geloof enige kracht heeft, of enig voorrecht geeft; maar alleen een nieuw schepsel, vs. 15. En blijvende in de samenvoeging van besnijdenis en voorhuid, verklaart hij, dat over beiden vrede en barmhartigheid zou zijn, zo zij maar naar de regel wandelden, en over de gelovigen van de voorhuid, en over de gelovigen van de besnijdenis, welke hij noemt het Israël Gods, dit geeft het woordje en te kennen. Indien hij van beiden, zo Joden als Heidenen niet sprak, zo kwam het en hier niet te pas: maar daarmee zegt de apostel, dat én over de gelovige Heidenen vrede en barmhartigheid was, én ook over Israël, dat Gods was, welke waren de gelovige Joden, waardoor hij hen vermaant, over de besnijdenis en de voorhuid niet te twisten. Zodat hier Israël zijn de gelovige Joden, en niet de gelovige Heidenen.
Bovendien ga ik er vanuit dat je niet zo dwaas bent mijn vraag of je denkt dat Mozes dat ook zo bedoeld heeft bevestigend te beantwoorden. Maar dat houdt dan wel in dat ook al je argumenten die berusten op je ontkenning van het verschil tussen een geestelijke toepassing en de letterlijke betekenis wegvallen. En wat blijft er dan nog over?
Zoiets moet je natuurlijk wel zeggen omdat je anders vastloopt. Bewijzen (vanuit de Bijbel) is wat anders.
Het spreekt toch vanzelf dat deze andersoortige heilsbedeling ook een andere vorm van aanbidding en eredienst met zich meebrengt. Of wil jij beweren dat de O.T.-ische bedeling in dit opzicht ook in niets van de onze verschilde? En het onderscheid tussen de tempeldienst in Ezech en in eerste en de tweede tempel bewijs ik met de verschillen die ik genoemd heb.
Toch gaat je redenering niet op. Dat de offerdienst die in de nieuwe tempel van Ezechiël ingesteld zou zijn, een soort ‘terugziend’ karakter heeft, is ook weer niet anders dan een manier om een en ander met elkaar kloppend te krijgen. Wie goed leest, kan niet volhouden dat het hier om een sacramenteel gebeuren met een herdenkingskarakter gaat, het gaat hier wel degelijk over reiniging, verzoening: Ez. 45:18 Alzo zegt de Heere HEERE: In de eerste maand, op den eersten der maand, zult gij een volkomen var, een jong rund, nemen; en gij zult het heiligdom ontzondigen. 19 En de priester zal van het bloed des zondoffers nemen, en doen het aan de posten des huizes, en aan de vier hoeken van het afzetsel des altaars, en aan de posten der poorten van het binnenste voorhof. 20 Alzo zult gij ook doen op den zevenden in die maand; vanwege den afdwalende, en vanwege den slechte; alzo zult gijlieden het huis verzoenen.
Ook deze redenering gaat niet op, want ook de dierenoffers van het O.T. verzoenden eigenlijk gesproken de zonde niet Hebr.10:4; Ps.40:7. Het verschil zit dus alleen daarin dat die vooruitwijzen en dezen terugzien op het offer van de Messias.
Ik zie de relevantie van dit betoog ten opzichte van het onderwerp niet.
Laat mij dan je geheugen eens opfrissen: Ik schreef:
De Schrift kent trouwens geen puur geestelijke vervulling, dat is een heidense filosofische gedachte. In de Schrift behoort het stoffelijke, lichamelijke er wel degelijk bij. Dat was in de schepping zo en dat geldt ook voor de herschepping. Zonder het lichamelijke, het materieele is de verlossing niet compleet.
Waarop jij reageerde:
Wees voorzichtig met allerlei massieve uitspraken als ‘de Schrift dit’ en ‘de Schrift dat’. Je moet wel over een enorme Bijbelkennis beschikken, wil je zulke generaliserende uitspraken doen. Om er achter te komen welke soorten vervulling de Schrift kent, kunnen we het beste de Schrift zelf raadplegen. Dat is beter dan jezelf te verliezen in allerlei filosofisch-theologische beschouwingen over de stoffelijkheid van de schepping en de heidenen die dat ontkenden, etc. etc. Als je er van alles bij haalt, loop je het gevaar op het laatst niets meer te zeggen.
De relevantie is dus dat jij met je kerk als geestelijk Israël een puur geestelijke vervulling van het O.T. voorstaat waarin het fysieke beloofde land en Jeruzalem geen enkele rol meer speelt.
Tot slot nog een paar opmerkingen:
De verzoening door het bloed v.Chr. en het daarop gebaseerde Koninkrijk loopt als een rode draad door heel de Schrift en verbind daarom al de Bijbelboeken tot een geheel. Maar het is ook waar dat het Koninkrijk evenals die verzoening in iedere bedeling op een andere wijze vorm en gestalte krijgt., daarom kan de Hebreeënbrief geen leesregel voor een andere bedeling zijn. En hier ligt de cruciale denkfout van de gereformeerden enerzijds die met deze verschillen geen rekening houden en de hele Schrift onder de noemer van een kerk gebracht heeft en de dispensationalisten ( ik kan slechts hopen dat ik het goed gespeld heb ) anderzijds die deze eenheid der Schrift uit het oog verliezen en de bijbel in zes of zeven delen scheuren.
Men zegt: ‘die offers waren slechts schaduwen, maar het lichaam is Christus’. Inderdaad, maar een lichaam is nooit zonder schaduw, Met de komst van het lichaam hebben ze hun betekenis niet verloren, maar komen ze pas ten volle tot hun recht. Zelfs in de hemel ziet Johannes Hem als een Lam, staande als geslacht hoewel Hij deze gestalte in Zijn opstanding voorgoed afgelegd heeft. Wij moeten ook altijd onderscheid maken tussen ‘’ het is volbracht’en ‘het is geschied’. Het is alles nog maar voorlopig, alreeds en nog niet. De dood is overwonnen in de dood van Christus, maar blijft toch de laatste vijand die teniet gedaan wordt. Juist omdat het in Hem vervuld is moet het nog historische werkelijkheid worden. Wie dit onderscheid niet kent of niet in acht neemt bij de uitleg van de Schrift moet nog veel leren.
Het is intussen wel vreemd dat ik alles wat ik hier zeg moet bewijzen,bewijzen,bewijzen…en als ik dan het tienmaal bewezen heb wordt het nog niet geloofd. Maar de ongerijmdheden die het gevolg zijn van dit gebrek aan inzicht in de bredere relaties van de Schrift behoeven blijkbaar niet bewezen te worden. Want de 3F.v.E. garanderen ons dat wij de volle waarheid bezitten en van niemand iets meer behoeven te leren! Ik zal het voor ditmaal hier maar bij laten, het is toch al veel te lang geworden
mvr.gr: criticus