JolandaOudshoorn schreef:Wel moeten we in het achterhoofd houden dat de meeste moderne Bijbelvertalingen, waaronder ook de Joodse vertalingen, zoals van Dasberg en Onderwijzer, niet letterlijk vertalen. Ze proberen om de tekst in begrijpelijk Nederlands weer te geven, maar hebben als nadeel dat nuances nogal eens verloren gaan of dat woorden of zinsdelen worden weggelaten. Hoewel de 'volmaakte vertaling' niet bestaat, zijn er een aantal vertalingen die heel dicht bij het Hebreeuws en het Grieks blijven. Voor Bijbelstudie zijn deze vertalingen van groot belang. Allereerst is daar de Statenvertaling, die als nadeel heeft dat de tekst, voor mensen die niet met de Bijbel zijn opgegroeid, moeilijk is te begrijpen. Sinds kort is er de Herziene Statenvertaling, die in een aantal gevallen een verbetering is op de eerdere uitgaven van de Statenvertaling. In het Engels is de Youngs Literal translation heel geschikt voor Bijbelstudie. Deze verschillende vertalingen zijn te vinden op onze pagina met links.
Merkwaardig dat de auteur van dit artikel meent dat de Joodse vertaling van A.S. Onderwijzer minder dicht bij het Hebreeuws staat dan de Herziene Statenvertaling. M.i. is het juist andersom.
Klein voorbeeldje: twee uitdrukkingen in Exodus 4:10:
SV: noch van gisteren, noch van eergisteren
HSV: sinds jaar en dag al niet
Onderwijzer: noch sedert gisteren, noch sedert eergisteren
SV: want ik ben zwaar van mond en zwaar van tong
HSV: want ik spreek onduidelijk en moeizaam
Onderwijzer: maar zwaar van mond en zwaar van tong ben ik
De HSV geeft hier wel voetnoten, maar dat maakt het verschil in letterlijkheid van de vertaling niet ongedaan.
Met name de weergave 'ik spreek onduidelijk en moeizaam' is nogal vrij vertaald. Het zal waar zijn dat Mozes meende moeizaam te spreken. Maar wie zegt dat hij ook onduidelijk sprak? Dat is erbij gefantaseerd door de herzieners.