Tegen dat evangelische kind, wat binnenkomt vallen en roept: 'mag ik een snoepie?', zou moeder zeggen: "Hoe vragen we dat ook alweer?refo schreef:Ds Clements preekte eens in het Engels voor Canadese gasten. Hij haald toen een anekdote aan van het zendingsveld. Eén van de gemeenteleden had een brief geschreven aan een instantie met een verzoek en verzocht hem om deze brief mede te ondesteunen. Hij las de brief eens: vol taalfouten en sommige zinnen waren onbegrijpelijk. Hij nam papier en pen en heeft al vragende: 'wat staat hier en wat bedoel je daar', een nieuwe brief gemaakt. Met die brief kwam het gemeentelid tot de instantie.
Het voorbeeld was tekenend voor het werk van de Geest. De geest bidt mee en als wij verkeerd bidden dan brengt Hij het zo tot God dat Deze het gebed kan aanzien. Vanuit ons GG-nestje is het makkelijk praten dat die gebedskringen helemaal fout zijn. Dan heeft de Geest meer werk dan bij de volmaakte GG-gebeden. Maar God hoort geen verschil.
Evangelische gebeden zijn wat directer. Wij zijn gewend om met veel omhaal van woorden naar God te gaan. Alsof Hij niet weet hoe Zijn maaksel is.
Een evangelisch kind komt het huis binnen en vraagt: 'mag ik een snoepie?'.
Een GG-kind komt binnen en vraagt: O moeder gij, die mij onder het hart gedragen hebt, die altijd voor ons zorgt, voor wie geen moeite te veel is. Toen ik zojuist speelde was u al voor eten aan het zorgen. Ik weet dat ik er een uur geleden ook al een gekregen heb, maar toch, gedachtig aan uw goedheid vraag ik weer: mag ik alstublieft een snoepje?
Wat is er nu natuurlijker in een goede verhouding tussen moeder en kind?
Akkoord, de eerste moet nog wat opgevoed worden, maar alles wat het tweede kind ZEGT zit besloten in de vraag van het eerste kind. Het klinkt onbeleefder, maar moeder kent het kind. En dat weet het ook.
En tegen dat andere kind, met die omhaal van woorden: "Jaja, zo is het wel genoeg, zeg eens gewoon wat je wilt"