Jan schreef:Ik hoorde eens een predikant preken. Zijn tekst was Genensis 37:3. Na zijn inleiding plaatste hij eerst de tekst in haar verband. Hij kwam dan ook bij het 1e vers uit: 'En Jakob woonde in het land der vreemdelingschappen zijns vaders, in het land Kanaän.' Via het koppelwoord/voegwoord/bijwoord (?)(sorry, ik had een 3 voor Nederlands) 'En' legde hij de link naar het laatste vers van hoofdstuk 36. Daar worden de vorsten en steden van Ezau genoemd, terwijl Jacob slechts in een tent woonde in een land waar hij en zijn vaders slechts vreemdelingen waren. Een bijzondere tegenstelling! Echter, ik mis in de HSV het woord en. Wie heb genoeg van kennis van het Hebreeuws om mij te vertellen wat nu juist is?
In het Hebreeuws ligt er wel degelijk een verbinding met het voorgaande door het voorvoegsel we- of wa- (slechts één medeklinker die vastzit aan het volgende woord). In klassieke vertalingen zoals de SV is dit meestal vertaald met 'en', soms met 'maar', 'doch', enzovoort.
Volgens hedendaagse vertaalopvattingen vindt men dit typisch Hebreeuws en niet nodig om te vertalen. Ik ben het daar niet mee eens, het heeft wel degelijk een functie en het is raadzaam dit ook in het Nederlands, Engels, of welke taal ook tot uitdrukking te laten komen. Geheel nieuwe pericopen die geen aansluiting hebben op het voorgaande beginnen niet met dit voegwoord, daarmee is al aangegeven dat het wel degelijk een functie heeft. (Dat neemt niet weg dat in het voorbeeld van Jan de tegenstelling in Genesis 37:1 ook zonder te vertalen met 'en' wel aanwezig is.)
Reagerend op Josephus: De Naardense Bijbel (NB) wordt hier genoemd als de meest letterlijke vertaling van de Bijbel in het Nederlands, ik ben het daar niet mee eens. De NB is qua taalkundige constructies inderdaad vaak behoorlijk letterlijk, maar dat geldt zeker niet altijd. Evenmin geldt dit altijd wat betreft woordkeus en interpretatie. Soms wordt er beslist interpretatie in de vertaling toegevoegd en vertaald op een manier zoals het er pertinent NIET staat. Dat begint al in Genesis 1:1: "Sinds het begin is God schepper". Dat staat er niet letterlijk zo, echt niet. Deze vertaling komt voort (althans bij sommigen, voor de vertaler van de NB weet ik dat niet) uit het idee dat er altijd iets geweest is, waarmee de schepping van hemel en aarde uit 'niets' verworpen wordt. Op grond daarvan wordt deze interpretatie gegeven, geen letterlijke vertaling dus. Ook het woord 'warboel' in vers 2 is niet meer dan een vrije interpretatie en geen letterlijke vertaling. Wanneer gesproken wordt over de Naardense Bijbel als meest letterlijke vertaling, dan moeten we dat wel met een korreltje zout nemen. Ik kan de NB echt niet in alle opzichten aanbevelen.