Vraag: is er een toeleidende weg voor de wedergeboorte?

Gebruikersavatar
Afgewezen
Berichten: 17323
Lid geworden op: 12 mei 2005, 21:50

Bericht door Afgewezen »

@ Afgewezen

De Christenreis is inderdaad een goed voorbeeld. Ook op het moment dat Christen door het enge poortje is heeft hij nog wel zijn pak op zijn schouders. De vergeving der zonde kent hij nog niet. Dat is inderdaad waar ik op doelde. Maar de weg die hij gaat en de kenmerken die hij heeft komen natuurlijk uit Christus. En Christus en zijn werk zijn één, dus hij heeft al kennis aan Christus.
Deze logica ontgaat me, Erasmiaan. Al kent Christus míj wellicht en is Hij bezig mij toe te brengen, dat betekent niet dat ík Hem DUS ook ken. Wij kennen Christus als Hij Zich aan ons openbaart, niet daarvoor en zeker niet per conclusie. Op de manier van: als dit… dan dat…dus dat.
De bekommerde zielen die soms radeloos van ellende zijn worden meer gesterkt bij de drijvers.
Hoe weet je dat?
Het is Christus en en Christus alleen.
Wie ontkent dat?
Je kunt wederom geboren zijn maar Christus niet kennen? Waarom moet ik nu ineens aan de standenleer denken. Nee dank u.
Dit lijkt me nu niet de manier om over deze zaken te praten. Dan roepen we terecht de kritiek van ds. Moerkerken over ons af. Dat de zaken wellicht toch genuanceerder liggen, moge overigens blijken uit deze en andere topics.
schaap

Bericht door schaap »

Er is absoluut geen toeleidende weg! Alles begint met het goede nieuws. Dingen die vooraf zijn gegaan zijn voor iedereen verschillend, behalve in bepaalde gedeeltes van de GG, want daar moet het een bepaalde manier gaan. Wat hun theorie dus weer bevestigt (in hun ogen). Echt zonde.

Het is allemaal ik ik ik wat de klok slaat. Je moet toch wel een beetje waardig zijn om zalig te worden.....
Gebruikersavatar
Afgewezen
Berichten: 17323
Lid geworden op: 12 mei 2005, 21:50

Bericht door Afgewezen »

schaap schreef:Er is absoluut geen toeleidende weg! Alles begint met het goede nieuws. Dingen die vooraf zijn gegaan zijn voor iedereen verschillend, behalve in bepaalde gedeeltes van de GG, want daar moet het een bepaalde manier gaan. Wat hun theorie dus weer bevestigt (in hun ogen). Echt zonde.

Het is allemaal ik ik ik wat de klok slaat. Je moet toch wel een beetje waardig zijn om zalig te worden.....
:?:
schaap

Bericht door schaap »

En aub ga niet een discussie voeren met als inzet de christenreis. Dan mist het verhaal zijn doel. Kom op het is niet de bijbel. Je kan niet elk detail eruit gaan halen.




- God wil dat iedereen zalig wordt, zonder dubbele bodem....
schaap

Bericht door schaap »

Afgewezen schreef:
schaap schreef:Er is absoluut geen toeleidende weg! Alles begint met het goede nieuws. Dingen die vooraf zijn gegaan zijn voor iedereen verschillend, behalve in bepaalde gedeeltes van de GG, want daar moet het een bepaalde manier gaan. Wat hun theorie dus weer bevestigt (in hun ogen). Echt zonde.

Het is allemaal ik ik ik wat de klok slaat. Je moet toch wel een beetje waardig zijn om zalig te worden.....
:?:
Is het zo moeilijk?
Dathenum

Bericht door Dathenum »

Beste Schaap,
Ben je nog steeds lid van de GG, of heb je al een ander kerkelijk thuis opgezicht?
schaap

Bericht door schaap »

Dathenum schreef:Beste Schaap,
Ben je nog steeds lid van de GG, of heb je al een ander kerkelijk thuis opgezicht?
Hi,

Nou ik heb nog geen ander kerkelijk thuis, kan je mij iets aanbevelen?
schaap

Bericht door schaap »

Dathenum schreef:Beste Schaap,
Ben je nog steeds lid van de GG, of heb je al een ander kerkelijk thuis opgezicht?
Hi,

Nou ik heb nog geen ander kerkelijk thuis, kan je mij iets aanbevelen?
Dathenum

Bericht door Dathenum »

Beste Schaap,
Ik dacht al dat je lid was van de GG. De volmaakte kerk bestaat overigens niet, dat moge duidelijk zijn. Verder kan ik je aanbevelen inhoudelijk en met respect te (blijven) spreken, ook over personen / instanties waar je het hartgrondig mee eens ben. En dan hoef je de verschillen ook weer niet te verdoezelen.
Erasmiaan
Berichten: 8596
Lid geworden op: 17 okt 2005, 21:25

Bericht door Erasmiaan »

schaap schreef:Er is absoluut geen toeleidende weg! Alles begint met het goede nieuws. Dingen die vooraf zijn gegaan zijn voor iedereen verschillend, behalve in bepaalde gedeeltes van de GG, want daar moet het een bepaalde manier gaan. Wat hun theorie dus weer bevestigt (in hun ogen). Echt zonde.

Het is allemaal ik ik ik wat de klok slaat. Je moet toch wel een beetje waardig zijn om zalig te worden.....
Lees dit topic aub even vanaf het begin! Dan zie je ook dat er niet zonder reden over een toeleidende weg (tot Christus) wordt gesproken.

@ Afgewezen:

Ik stelde de vraag met een bepaald doel. Ik wilde met het antwoord namelijk ageren tegen degenen die het de mensen die het over een toeleidende weg hebben, verwijten dat er wedergeboorte is zonder Christus. Ik meen dat die vruchten van de toeleidende weg wel degelijk uit Christus zijn, en dus Christus Zelf zijn, omdat Christus en Zijn Werk niet te scheiden zijn. Niet om dan met een conclusiegeloof zich bij de Gods Kerk te voegen.

Overigens ben ik benieuwd wat ds. Moerkerken nog meer "te berde" gaat brengen over deze en aanverwante onderwerpen. 't Is in ieder geval klare taal wat hij schrijft (al is het enigszins misvormt door de scanner).
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

... Nee, er is geen toeleidende weg tot de wedergeboorte. Er is geen tussenstaat tussen dood en leven. Maar er is wel een toeleidende weg tot Christus. Die weg vangt met de wedergeboorte aan. Die weg bestaat in het voor Christus en Zijn bloed plaatsmakende werk van de Heilige Geest in het hart. ... (ds. Moerkerken)
Het moge duidelijk zijn uit mijn eerdere postings dat ik mij hier van distantieer. Deze leer drijft hoe men het ook wendt of keert een wig tussen de wedergeboorte en Christus.

Een tussenstaat wordt ontkend, maar ondertussen juist gecreëerd: namelijk wél wedergeboren door de Geest, maar voor Christus en Zijn bloed moet nog plaats worden gemaakt.

Moerkerken leert dit ook werkelijk als een tussenstaat, want hij zegt in dit artikel ook dat bij de wedergeboorte sprake is van een 'staatswisseling', maar tegelijk zegt hij dat men méér moet hebben om zalig te worden. (Citaat: "Maar wel moeten wij met alle ernst eraan vasthouden, dat als Christus een verborgen Persoon voor ons blijft, wij dan voor eeuwig om zullen komen!")

Hoe rechtzinnig men dit ook zou willen voorstellen, het is een leer die regelrecht ingaat tegen Gods Woord en onze belijdenis.

Er is wel een toeleidende weg, maar deze is zowel toeleidend tot de wedergeboorte als tot Christus.

De ware orde des heils is deze: eerst Christus en dan (tegelijk) Zijn weldaden, nooit andersom (vrij geciteerd naar J.P.Paauwe).
Laatst gewijzigd door Zonderling op 18 aug 2006, 00:19, 2 keer totaal gewijzigd.
Geka
Berichten: 440
Lid geworden op: 11 aug 2006, 19:32

Bericht door Geka »

Geestelijk leven zonder Christus? – Een reactie

In de op 17-08-06 verschenen Saambinder, het kerkelijk weekblad van de Gereformeerde Gemeenten, gaat hoofdredacteur ds. A. Moerkerken in op een vraag van een lezer of er geestelijk leven mogelijk is, vóór de kennis van Christus. Vanwege het grote (eeuwigheids!!) belang van deze vraag en haar actualiteit, zou ondergetekende graag met enkele opmerkingen willen reageren op het betreffende artikel.

1) Wie het artikel leest, kan onwillekeurig de indruk krijgen dat het hier gaat om een zorgvuldig verwoorde visie van iemand die duidelijk evenwichtig wil spreken. De kern van het betoog is immers dat de schrijver twee uitersten wil vermijden? Wie zal ontkennen dat evenwicht een belangrijke zaak is bij de prediking van Gods Woord en de beschrijving van zaken uit het geestelijk leven? Evenwicht; tussen de bediening van de wet en de nodiging van het Evangelie in de prediking! Evenwicht; tussen aandacht voor de volle verantwoordelijkheid van de mens onder de prediking van het Evangelie en het souvereine, eenzijdige werk van God in het zaligen van zondaren. Evenwicht is belangrijk! En toch; toch is evenwicht, of beter gezegd: een middenpositie, niet altijd de juiste! Wanneer wel en wanneer niet? Wanneer de Schrift van geen middenpositie weten wil en radicaal positie kiest en aanwijst! In een dergelijke situatie is er geen sprake van evenwicht, maar dienen wij gehoorzaam na te spreken wat de Schrift ons voorzegt! Zeker, ook ds. Moerkerken realiseert zich dat. Hij schrijft immers “het komt mij voor dat de waarheid ergens in het midden ligt; niet om altijd maar weer de gulden middenweg te zoeken en beide kanten te vriend te houden”. Echter, dit citaat wordt dan toch gevolgd door “maar ik meen dat de Heilige Schrift ons leert dat de waarheid tussen beide standpunten in ligt”. En met deze zin snijdt ds. Moerkerken precies datgene aan, waarom ondergetekende juist moeite met dit artikel heeft. Ik wil daar in mijn hoofdbezwaar op terug komen.

2)Een ander opvallend element in het artikel is het veelvuldig voorkomen van de namen van Comrie en Kersten. Dàt zij genoemd worden, mag niet verwonderen. Ds. G.H. Kersten was immers de onbetwiste kerkelijke leider (vergeef me de uitdrukking) van de Gereformeerde Gemeenten tijdens zijn leven en had en heeft als zodanig groot gezag. Dezelfde Kersten verklaarde diepgaand te zijn beinvloed door Alexander Comrie, theoloog en predikant uit de 18e eeuw en één van de laatste mannen van de Nadere Reformatie. Wanneer hun visie aan de orde komt is dat op zich niet verwonderlijk. Wat wel verwondert, en wat mijn hoofdbezwaar tegen het artikel is, wil ik in het volgende punt aan de orde stellen.

3)Ds. Moerkerken is een leidinggevend predikant binnen de Gereformeerde Gemeenten. Gereformeerd, wat houd dat in? Het moet worden toegegeven dat er vele kerken zijn die deze naam in ere willen houden, maar die echter toch onderling (sterk) kunnen verschillen in opvatting rondom verbond en geestelijk leven. Toch; met dat alles is er ook een overeenkomst. Deze: wie gereformeerd wil zijn zal zich in de allereerste plaats willen beroepen op Schrift en belijdenis. Zeker in een zaak als deze, die waarlijk niet tot de ondergeschikte punten van de leer behoort! En juist dat is mijn hoofdbezwaar: want al is het dat in één artikel uiteraard niet alles aan de orde komen kan; toch is mijn grote bezwaar dat de Heilige Schrift slechts éénmaal wordt aangehaald, terwijl elke verwijzing naar ons gereformeerd belijden ontbreekt!
Wie dat vergelijkt met de hoeveelheid aangehaalde citaten van Comrie en Kersten, zal tot de conclusie komen dat de verhouding hier wel heel erg scheef is. Daarbij ben ik ervan overtuigd dat zowel Comrie als Kersten zelf toch zeker geen bezwaar zouden hebben om -in plaats van naar hun geschriften te verwijzen- een dergelijke bewijsvoering hoofdzakelijk te herleiden tot de Schrift en de belijdenis. Om die reden zou ik zo enkele vragen willen voorleggen aan de schrijver.
a. De Heilige Schrift. Ds. Moerkerken haalt in het artikel de geschiedenis van de blindgeborene aan, zoals de Evangelist Johannes die beschrijft in zijn 9e hoofdstuk. Wanneer Jezus deze blindgeborene genezen heeft en hem zijn gezichtsvermogen teruggegeven heeft, raakt hij in een twistgesprek met de Farizeen over de vraag wie Jezus was. De blindgeborene moet eerlijk zeggen Hem niet te kennen, hij zegt dat ook: ‘Of Hij een zondaar is, weet ik niet; één ding weet ik, dat ik blind was, en nu zie’ (vs 25). Wanneer Jezus hem later opzoekt en hem vraagt of hij gelooft in de Zoon van God (vs 35) antwoord hij: ‘Wie is Hij, Heere, opdat ik in Hem moge geloven’. Hierna maakt Jezus Zich bekend en belijdt de blindgeborene dat hij in Hem gelooft (vs 38 ).
Een paar opmerkingen bij deze aanhaling. In de eerste plaats is het opvallend dat ds. Moerkerken een geschiedenis van een genezingswonder van Jezus aanhaalt om te bewijzen dat er geestelijk leven mogelijk is zonder kennis van Christus. Waarom houdt ds. Moerkerken zich niet in de eerste plaats bezig met de zovele duidelijke uitspraken van de Heilige Schrift die de zaligheid altijd verbinden aan het geloof in Christus en wat daarmee altijd enige kennis van Hem veronderstelt? Uit hetzelfde Evangelie van Johannes noem ik het uitdrukkelijke onderwijs van Christus Zelf in (expliciet!) deze zaken zoals te vinden in 3: 18, 3:36, 5:40, 6:40, 6:47, 6:53, etc.
Deze verwijzingen zijn met vele te vermeerderen. Ik noem slechts degene die ik terloops bladerende voorafgaande het door ds. Moerkerken aangehaalde 9e hoofdstuk tegenkwam. Al deze Schriftplaatsen verbinden de zaligheid aan het geloof in Christus, én maken uitdrukkelijk duidelijk dat het ontbreken van dit geloof betekent: geen zaligheid! En hier kom ik terug op mijn eerste punt. Want het zal stellig waar zijn dat evenwicht een groot goed is; maar nadrukkelijk zou ik willen stellen dat er in deze zaak geen tussenstandpunt mogelijk is! Wanneer Christus Zelf in dit Evangelie (3 :36) het eeuwige leven nadrukkelijk verbindt aan het geloof in de Zoon, stelt Hij Zelf er even nadrukkelijk slechts één andere mogelijkheid tegenover: niet in de Zoon geloven, en daarmee blijven onder Gods toorn! Wanneer ds. Moerkerken in deze kwestie ons leert dat de Schrift hier het door hem bepleitte middenstandpunt leert, wil ik met nadruk daar tegenover stellen dat een levensgevaarlijke gedachte te vinden voor mensen die buiten de kennis van Jezus en het geloof in Hem God slechts als een vertoornd Rechter zullen ontmoeten! En het door ds. Moerkerken aangehaalde Schriftvoorbeeld? Een tegenvraag: waar zegt de Schrift ons dat het genezen van de blindheid van de blindgeborene gelijk te stellen is met het schenken van geestelijk leven? Leert de geschiedenis van de 10 melaatsen (Luk 17) ons niet overduidelijk het tegendeel?
Laten we ons houden aan de duidelijke uitspraken der Schrift! Zeker, geloven in Jezus is onmogelijk indien de Heere niet eerst ons uit God geboren doet worden! (Joh. 1:13).
Zeker, dit eenzijdige werk van Gods Geest gaat altijd vooraf aan het geloof in Christus. Maar wanneer de Schrift de zaligheid overduidelijk in de eerste plaats verbindt aan het geloof in Christus, geeft ons dat overduidelijk niet het recht deze geboorte uit God los te maken van het geloof in Christus; en te leren dat het één zonder het ander mogelijk is!
b. De gereformeerde belijdenis. Binnen de gereformeerde gezindte spreken we vaak over onze ‘Dordtse vaderen’ en de toon waarmee we dit doen geeft aan dat we het met een zeker genoegen doen! We zijn immers de verdedigers van de leer der vaderen? Is dat zo? Die vraag mag toch altijd gesteld worden? Gereformeerd zijn betekent toch altijd weer gereformeerd worden? Wat zegt onze belijdenis hier over? Die is overduidelijk. Mag ik – bij wijze van uitzondering- het woord geven aan een collegapredikant van ds. Moerkerken? Hij verwijst ons naar de NGB:
“Zo kennen de kinderen Gods hun God en Herder. Ik zeg niet dat de bekering begint met het kennen van Christus. Het begint met de kennis van onze zonde en ellende. Ik zeg ook niet, dat al de schapen van Jezus’kudde met een even zuivere en sterke geloofskennis van Jezus gezegend zijn. Maar ik zeg wel, dat het onmogelijk is een schaap van Jezus’ kudde te zijn zonder enige kennis van Christus de hemelse Herder te bezitten. Wij mogen er misschien zulke christenen op nahouden, maar de Schrift en de gereformeerde belijdenis kent alleen de zogeheten Christgelovigen. Onze belijdenis zegt van de ware kerk dat zij is: een heilige vergadering der ware Christ-gelovigen, alleen hun zaligheid verwachtende in Jezus Christus” (C. Harinck, De Heere is mijn Herder, Heerenveen 1998). Het lijkt me dat het geciteerde (op grond van Schrift en belijdenis!) overduidelijk is!
En de andere belijdenisgeschriften? Om kort te zijn:
De DLR leren (in de strijd tegen de remonstranten!) in de lijn van de Schrift(zie hierboven) uitdrukkelijk dat er om in Christus te kunnen geloven, een eenzijdig werk van God nodig is wat Hij zonder ons, in ons werkt: de wedergeboorte. Maar wie daar de conclusie uittrekt dat bij de Dordtse vaderen de leer van de wedergeboorte betekent dat zij geestelijk leven zonder (geloofs)kennis van Christus zouden leren heeft niet goed gelezen. Immers, hetzelfde artikel waarin de wedergeboorte besproken wordt eindigt met “alzo dat al diegenen, in wier harten God op deze wonderbaarlijke wijze werkt, zekerlijk, onfeilbaar en krachtiglijk wedergeboren worden en daadwerkelijk geloven. En alsdan wordt de wil, zijnde nu vernieuwd, niet alleen van God gedreven en bewogen, maar, van God bewogen zijnde, werkt hij ook zelf. Waarom ook terecht gezegd wordt dat de mens, door de genade die hij ontvangen heeft, gelooft en zich bekeert” (3/4-12). En onmiddellijk daarop volgend lezen wij:
“De wijze van deze werking kunnen de gelovigen in dit leven niet volkomenlijk begrijpen; ondertussen stellen zij zich daarin gerust, dat zij weten en gevoelen, dat zij door deze genade Gods met het hart geloven, en hun Zaligmaker liefhebben.”(3/4-13)
Is het mogelijk wedergeboren te zijn en toch niet in Christus te geloven en de Zaligmaker lief te hebben? De vraag stellen is in deze haar beantwoorden!
Als laatste de HC: Drie stukken zijn nodig om in de ene troost te leven en te sterven; ellende, verlossing en dankbaarheid, Zondag 1. Is de kennis der ellende een vrucht van een onbewuste inlijving in Christus zodat diegene wel deel heeft aan Christus maar Hem nog niet kent? Slechts één tegenvraag: waarom bespreekt de HC de inlijving in Christus dan pas in Zondag 7 onder het ware geloof en niet voorafgaande het stuk van de kennis der ellende?
Resumerend: wie gereformeerd wil zijn en de gereformeerde belijdenis vast wil houden, kan niet anders dan stellen dat wedergeboorte en geloof in Christus twee kanten van dezelfde zaak zijn. Zeker; principieel gaat logisch de wedergeboorte vooraf! God begint Zijn werk zonder ons, in ons. Maar wie meent wedergeboren te kunnen zijn, zonder in Christus te geloven; heeft de Heilige Schrift en onze belijdenis overduidelijk tegen. Het allerergste is echter dit: diegene loopt gevaar zijn ziel te bedriegen voor een eeuwigheid!

4)Terugkomend op de oudvaders. Ik doe dat bewust na het beroep op Schrift en belijdenis. En werpt iemand tegen: maar Comrie zegt toch maar..!
Mijn eerste vraag is: is dat werkelijk zo? Ds. Moerkerken beroept zich voortdurend op Comrie. Wanneer ds. Moerkerken dan met grote stelligheid zegt dat er geen toeleidende weg tot de wedergeboorte is, kan dit de indruk wekken dat dit ook het gedachtegoed van Comrie zou zijn. Toch lees ik in diens verklaring van Zondag 7 HC ook andere dingen. Zeker, Comrie wil niet spreken over voorbereiding, vanwege mogelijk remonstrants misbruik van deze term. Maar wanneer hij verwijst naar de Engelse afgevaardigden op de Dordtse Synode in 1618/1619 (die aan de wedergeboorte voorbereidende overtuigingen van zonde leerden, zie Acta) wijst hij weliswaar hun terminologie af, maar stemt hij zakelijk wel met hen in:
“Wij zullen in enige opzichten ons gevoelen in alle vriendelijkheid hierover verklaren. Wij veroordelen deze stelling immers niet in alle opzichten, omdat er niets duidelijker is, dan dat de Geest eerst de Wet gebruikt om de zondaar te doden; door haar eis en vloek in de consciëntie te doen indringen; om de zondaar te benauwen, te verschrikken en te doen wanhopen, om ooit ofte immer door iets in zichzelf tot de genade te komen, voor en aleer Hij het Evangelie gebruikt om hem levend te maken.”(A. Comrie, Het oprecht geloof, Houten 1998, 53). Zegt ds. Moerkerken dit Comrie ook na?
Ds.Moerkerken zegt dat hem bij het lezen van de werken van Van der Groe, Paauwe of sommige Engelse theologen ‘nooit de ergernis bekruipt die zich soms van hem meester maakt bij het lezen van hetgeen diegenen te berde brengen, die zich op hen beroepen en geen geestelijk leven leren voor de kennis van Christus’. Hoe dat komt weet ds. Moerkerken ook: ‘bij genoemde theologen sprak het leven, maar bij sommige hedendaagse schrijvers en predikers is het een drijven geworden, hard en bitter vaak, waar het leven uit verdwenen is’.
Zo’n uitspraak is moeilijk te plaatsen en evenmin te controleren. Wie zal durven ontkennen dat ook dit standpunt wel eens op een ongeestelijke wijze verdedigd is? Maar geldt dat niet evenzeer het standpunt van ds. Moerkerken? Zou het ook niet zo kunnen zijn dat het ‘drijven’ wat ds. Moerkerken signaleert juist een tegenreactie is uit bezorgdheid voor het zieleheil van mensen die menen zonder geloofskennis van Christus voor God te kunnen verschijnen? Terzijde moet hier opgemerkt worden dat – in tegenstelling tot de suggestie die gewekt word door ds. Moerkerkens stelling dat Comrie ‘in zijn jeugdjaren door de theologie van de vermaarde Marrowmen gebakerd is- niet alleen ds. Paauwe, Van der Groe en de Engelse puriteinen, maar ook vrijwel alle Schotse predikers en theologen (inclusief de Marrowmen!) de wedergeboorte verbonden met een onmiddellijk geloof in Christus! Een voorbeeld? Vergelijk eens hoe Thomas Boston in De viervoudige staat de vereniging met Christus laat plaatsvinden na(!) de bekende bijlslagen van de wet! Vergelijk eens wat deze schrijft over deze zaken in zijn werk over het genadeverbond! De soms gehoorde mening dat Comrie – alleen vanwege zijn Schotse afkomst- dezelfde zaken zou leren als de Marrowmen wil ik met kracht verwerpen! Alsof dat een werkelijk argument zou zijn!

5. Het zal inmiddels duidelijk zijn dat de schrijver van dit artikel zich rekent tot hen die naar het oordeel van ds. Moerkerken “ter rechterzijde in het uiterste vallen door geen geestelijk leven buiten de kennis van Christus te leren”. Dat is inderdaad het geval. Juist daarom wil ik duidelijk maken dat het pertinent onjuist is wanneer ds. Moerkerken deze groep verwijt dat zij ‘geen oog hebben voor het feit dat er een toeleidende weg is’, waarop ds. Moerkerken vervolgt door te ontkennen dat er inderdaad geen toeleidende weg is tot de wedergeboorte, maar wel tot Christus: ‘Die weg vangt met de wedergeboorte aan’. Hoewel ik er bezwaar tegen heb in een ‘groep’te worden ingedeeld (ik wens alleen te behoren tot de groep van gereformeerde belijders!), is de verwoordde opvatting wel zakelijk de opvatting van ondergetekende. Dat deze opvatting een ontkenning van een toeleidende weg zou betekenen, wordt door geen enkel bewijs vergezeld. Uit het bovenstaande zal duidelijk zijn dat ook ondergetekende van harte instemt met de leer van onze HC die niet alléén, maar toch óók de kennis der ellende nadrukkelijk rekent tot de waarachtige bekering. Geen enkel bezwaar is er tegen de leer van een toeleidende weg. De Schrift leert overduidelijk dat alleen diegene die iets van zijn zonde en ellende gevoelt, de vrije en onvoorwaardelijke aanbieding van Christus in het Evangelie op prijs zal stellen, Matth. 9:12. Maar (en daar gaat het om!) de vraag is of we deze overtuiging van zonde zonder enige kennis van Christus en het Evangelie mogen benoemen als zaligmakend geestelijk leven! Enige; bewust wordt het zo gesteld. Want van harte wil ik ook instemmen met het eerder geciteerde: Ik zeg ook niet, dat al de schapen van Jezus’kudde met een even zuivere en sterke geloofskennis van Jezus gezegend zijn. Er is een zwak, klein en aangevochten geloof; en er is een sterker, helderder en meer verzekerd geloof. Er zijn lammeren en schapen in de kudde van Christus. Laat het helder zijn dat we hier geen misverstand over hebben. Maar, het gezamenlijke kenmerk van zowel de lammeren als de schapen is toch dat zij de stem van de Herder kennen. Hij kent de Zijnen, zeker; maar Hij wordt ook van de Zijnen gekend! (Joh. 10).

6)Mogelijk zal ds.Moerkerken zich in deze reactie geen recht gedaan voelen. Hij zou kunnen zeggen: Heb je mijn slot niet gelezen? Dit citaat: “Het bezwaar dat wij tegen het tweede standpunt hebben, is daarom dat men soms de indruk wekt dat zalig worden ook wel mogelijk is buiten de kennis van Christus om. “De kleintjes komen er ook” is een geliefde en veelgehoorde uitdrukking. En dat zal waar zijn. Maar de ware kleinen zullen tot in het diepst van hun ziel beseffen dat zij er nooit zullen komen zonder de toepassing van Christus’bloed aan hun ziel. Dáárover loopt juist hun voortdurende strijd en bekommering”.
Zonder op dit citaat in te gaan, zou inderdaad geen recht gedaan worden aan de gehele inhoud van het artikel. En toch: juist hier wreekt zich de opvatting van de schrijver dat het middenstandpunt in deze zaak de Schrift zou verwoorden. Ik verwijs naar het door mij gearceerde: En dat zal waar zijn. Zegt ds. Moerkerken dan niet met zoveel woorden dat de zaligheid inderdaad niet afhangt van het geloof in Christus maar van het geestelijk leven wat er volgens hem buiten dat kan zijn? Wat voegt het vervolg dan nog werkelijk toe?
Zeker, wanneer de door ds. Moerkerken genoemde ‘ware kleinen’, dit werkelijk in Schriftuurlijke zin zijn; kleinen die in Hem geloven(Mark 9:42); zullen zij er in het minst bezwaar tegen hebben dat alle zaligheid buiten Christus en het geloof in Hem wordt afgesneden! Ook in een prediking waar dit doorklinkt zullen zij zich geen lammeren voelen die geschopt worden om schaap te worden, zoals De Saambinder zich eerder eens uitliet over een dergelijke prediking in een artikel over de Jongerenavonden. Integendeel: ik geloof dat deze ware kleinen hier van harte amen op zeggen. Ook al rekenen ze zichzelf vaker buiten, dan in Christus!
Maar hiermee wordt wel duidelijk dat de visie van ds. Moerkerken op het geloof in Christus en de kennis van Hem – zij het dan niet in bevindelijke zin-, maar dogmatisch wel degelijk moet leiden tot de opvatting dat dit een soort ‘geestelijke luxe’ (de term komt uit het bewuste artikel) zou zijn. Immers, we belijden toch dat er geen afval der heiligen is? Welnu, wanneer men geestelijk leven ontvangen heeft, kan men dat nooit meer kwijtraken! Op zichzelf een voluit Schriftuurlijke waarheid, zie DLR. Maar tevens een levensgevaarlijke leer wanneer men –in strijd met Schrift en belijdenis!- meent dat dit geestelijke leven er ook zijn kan zonder kennis van Christus. Is dat een ‘drijven’van een opvatting? Wie het zo wil noemen mag het zo noemen; ik houd het er vooralsnog op dat dit het drijven van de Schrift is!
Een drijven, wat erop gericht is om verloren zondaren naar Christus te leiden. Buiten het geloof in Hem is er (bevindelijk niet, en dogmatisch evenmin!) geen zaligheid!
“Die in de Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven. Maar wie de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op Hem”(Joh. 3:36).

Tenslotte; dit artikel is niet geschreven uit lust om de persoon van ds. Moerkerken of diens kerkverband op enigerlei wijze bewust negatief te willen bejegenen. Laat ik ook met nadruk stellen dat het wijzen op de noodzaak van een Schriftuurlijk-bevindelijke prediking, zoals de Gereformeerde Gemeenten die voorstaan, mijn hartelijke instemming heeft. Dat neemt niet weg dat een reactie niet uit mag blijven wanneer de waarheid van de Schrift in het geding is. Ik zou ds. Moerkerken en allen die deze leer voorstaan willen oproepen tot een terugkeer naar de radicaliteit van de Schrift in belijdenis en prediking. Zo’n prediking zal de ernst van onze zonde, de vloek van Gods wet en de schuld van ons aller ongeloof in alle eerlijkheid naar voren brengen. Zo’n prediking zal ook Christus verkondingen in het vrije, welmenende en onvoorwaardelijke aanbod van genade en in Zijn gewilligheid om de grootste der zondaren zalig te maken. Zo’n prediking laat horen hoe arme en verloren zondaren, getrokken door de Heilige Geest, hun zonde belijden en in verwondering door het geloof mogen opzien naar een gekruiste Zaligmaker; tot rechtvaardiging, heiliging en een volkomen verlossing.
Zo’n prediking eindigt in de lof en aanbidding van de Drie-enige God Die alleen alle eer waard is: ‘Door U, door U alleen, om ’t eeuwig welbehagen’(Ps 89).

Geka
Gebruikersavatar
memento
Berichten: 11339
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:42

Bericht door memento »

Buiten het geloof in Hem is er (bevindelijk niet, en dogmatisch evenmin!) geen zaligheid!
Hier kom je tot de kern. En wat je hier schrijft ben ik van harte met je eens. Alleen als twee mensen hetzelfde onderschrijven, betekent dat nog niet dat ze ook altijd hetzelfde bedoelen. Zo ook hier. Als ik jouw betoog goed heb gegrepen versta jij hier onder geloof, geloven. En dan glij je uit. Dan ga je ten diepste de zaligheid koppelen aan een activiteit van het mens: de beoefening van het geloof in het geloven.
De zaligheid ligt noch in het passieve (het ingestorte geloof, de habitus), noch in het actieve geloof (actus), maar in het voorwerp van het geloof, Christus. De Schrift leert ons dat geloven is uit genade.

Echter, dat leidt nu tot de kern. Kan er geloof (habitus) zijn, zonder te geloven (actus)? Ik geloof het niet*. De vraag die dan echter opkomt, is de vraag: Wat is dan geloven, in haar meest primitieve vorm, de vorm die nodig is om behouden te kunnen worden.

Well, de Schrift is duidelijk: Gelooft in de Heere Jezus Christus, en gij zult behouden worden. De volgende vraag is echter: Wat is de meest primitieve vorm van dat geloof in de Heere Jezus Christus. En dat is een moeilijk te beantwoorden vraag. Hierover zou ik graag, vanuit de Schrift, een discussie willen voeren.
Gebruikersavatar
refo
Berichten: 24722
Lid geworden op: 29 dec 2001, 11:45

Bericht door refo »

Het spreek je in feite al het voorgaande tegen. "getrokken door de Heilige Geest". Alleen dat trekken is in jouw visie dus niet zaligmakend, want er ontstaat pas leven als die trekking leidt tot het "mogen opzien". Voel je het bevindelijk en dogmatisch ongerijmde van zo'n opvatting? Zie ook mijn citaat van Brakel naar aanleiding van een eerder posting van Niek.
Moet je gepokt en gemazeld zijn in één van de verschillende gergemmen om hier iets ongerijmds te zien? Of zien mensen van andere kergenootschappen hier ook iets wat niet klopt?
Zonderling
Berichten: 4330
Lid geworden op: 19 nov 2005, 12:31

Bericht door Zonderling »

Adrianus,

Je posting aan Geka roept bij mij wel wat reacties op.
Nu is Geka mans genoeg om zelf te reageren wanneer hij dat wil.

Toch ook een kleine bijdrage van mijn kant.

In je posting zie ik enkele grote misverstanden terugkomen. Twee daarvan wil ik noemen.

a) Het verschil tussen geloof en geloven. Graag stelt men het zo voor dat het geloof in de kiem aanwezig is in de wedergeboorte, maar dat de kennis van Christus begint op een later moment bij het geloven. Ik twijfel niet, Adrianus, of jij bent deze mening ook toegedaan.
Dit is echter een speculatieve manier van spreken, alsof de Heilige Geest het geloof werkt zónder dat Hij de mens tegelijk tot gelóven brengt. Alsof Hij het verstand verlicht en de mens inwendig roept, zonder dat de mens deze roeping tegelijk gelovig zou beantwoorden. Dat heeft niets te maken met "de zaligheid koppelen aan de activiteit van de mens". Maar Gods Geest roept onwederstandelijk en dan leren onze Dordtse Leerregels dat in en bij die roeping de mens "zekerlijk, onfeilbaar en krachtiglijk wedergeboren worden en daadwerkelijk geloven" (hoofdstuk 3/4, artikel 12). In plaats van "daadwerkelijk geloven" (GBS) staat er oorspronkelijk "dadelick geloven". Onze Dordtse Leerregels voegen het "wedergeboren worden" en "dadelijk geloven" dus samen als een onafscheidelijke en directe vrucht van de inwendige roeping.

b) Ook zeg je dat het "getrokken worden door de Heilige Geest" tegenstrijdig is met de - wat jij noemt - "samenvaltheorie". "Alsof die trekking niet zaligmakend is", zo zeg je dan. Hier moet echter onderscheid gemaakt worden. Het overtuigende werk van de Heilige Geest leidt tot de zaligheid. Wanneer we dat bedoelen met een "zaligmakend werk", dan is daar geen bezwaar tegen. Het werk is zaligmakend in de uitkomst ervan. De fout schuilt echter daarin dat men meent dat het werk in zichzelf zaligmakend is ofwel dat de Heilige Geest dit werk alleen kan volvoeren in een persoon die reeds zalig is. Juist dat is een ongerijmdheid. De Heilige Geest werkt ook reeds in onwedergeborenen. Het is dan ook volstrekt onwaar en uitermate gevaarlijk om te zeggen dat iedere traan om de zonde en het godsgemis voortkomt uit de wedergeboorte. Wel is het zeker zo, dat de ware bekering en droefheid naar God alleen voortkomt uit wedergeboorte en geloof. De toeleidende, voorbereidende weg en de ware bekering en droefheid naar God mogen we echter niet met elkaar verwarren.

Tot zover even deze reactie mijnerzijds.
Laatst gewijzigd door Zonderling op 18 aug 2006, 09:56, 4 keer totaal gewijzigd.
Plaats reactie