Over geestelijke depressie:
Tekst: 1 Koningen 19: 3-8
Verkondiging:
Gemeente van Christus, Ik wil het met u hebben over geestelijke depressie. Depressies kennen we dagelijks van het KNMI, van het weerbericht. Het is een lagedrukgebied, meestal gepaard gaande, zoals we voelen, met wolken en regen. We genieten veel meer van een hogedrukgebied, met zon en een blauwe hemel boven ons. Maar we hebben het zelf niet voor het zeggen. Dat geldt voor het weer en dat geldt ook voor het geestelijke 'weer' wat we meemaken. In het leven van iedere christen komen tijden voor van depressie of, anders genoemd, geestelijke dorheid, geestelijke verlating, zoals onze vaderen het in hun boeken beschreven. Je valt in een gat, en ineens vraag je je af: "Maar waar is nu mijn blijdschap? Ik heb geen vrede, ik klop, maar de deur gaat niet open. Ik roep, maar er is geen antwoord." Geestelijke depressie dus. Ik geef u wat titels van boeken, die ik u aanraad. We zouden eigenlijk veel meer moeten lezen, de televisie is een grote concurrent van het boek geworden. Deze boeken zou iedereen moeten lezen, ze heffen je weer op uit zo'n depressie. Ik noem er vijf. Het eerste heeft me zeer aangesproken, het heet: Oorzaken en genezingen van geestelijke depressie, van de bekende engelse prediker Martin Lloyd Jones. Het tweede boek, wat net vertaald is, is van Larry Crab: Bemoediging. En het derde, al een beetje ouder, maar met een speciaal tweede deel over geestelijke zwaarmoedigheid: Leen mij je ogen, van Walter Trobisch. En het vierde: Het vaderhart van God, van Floyd McClung; en heel indringend het boekje van C. S. Lewis: Verdriet, dood en geloof. Pas geleden vertaald en door hem geschreven toen hij zelf zijn vrouw verloor aan een ernstige ziekte. Geestelijke depressies, ze zijn niet de regel in het christelijk leven. Wie er in blijft steken moet hulp zoeken. Want het normale christelijke leven staat in het teken van blijdschap en vrede. Zo zegt de apostel Paulus het in de Romeinenbrief: Het koninkrijk van God bestaat niet uit eten en drinken, maar in rechtvaardigheid, vrede en blijdschap door de Heilige Geest. Dat is het koninkrijk van God, dat is het gewone. Maar het is waar, daar tussendoor komen er tijden waarin zelfs de allergrootste in het koninkrijk van God in een gat kan vallen en geen uitweg ziet, niet weet waar hij het zoeken moet. De hemel lijkt als een koperen dak, zonder enige opening boven je. Dat was de situatie van Elia. Laten we eerst eens nauwkeurig kijken hoe Elia daar in kwam, dan daarna wat nu de kenmerken zijn, -er zijn vier kenmerken van zo'n geestelijke depressie-, en natuurlijk vooral hoe de Here hem en ons daar weer uit helpt.
wordt vervolgd.
[Aangepast op 10/3/05 door Miscanthus]
elkaar opbouwen in het geloof
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
Geestelijke depressie deel 2
Allereerst: Hoe kon nu toch een man als Elia in een geestelijke depressie verzeild raken? Wie had dat verwacht, dat Elia daaronder leed? Elia, die later samen met Mozes op de berg van de verheerlijking met Jezus mocht overleggen, en die dus samen met Mozes als de grootste gestalte van het hele oude verbond in de schrift optreedt. Wie had gedacht dat zelfs Elia daar in viel en niet zo zuinig ook? Het gebeurde na een hoogtepunt, dat is gelijk al heel opvallend. De dag ervoor had Elia eigenlijk helemaal alleen die grote daad gesteld daar op de Karmel. Hij had het gewaagd met God in groot geloof, en de Here had hem daarin gered, z'n gebed verhoord met vuur uit de hemel. En het volk riep: "De Here, Die is God", en alle Baälpriesters werden uitgeroeid. Een onge- looflijk hoogtepunt. Maar toen, de dag erna, kwam de depressie. Elia, dezelfde Elia die de dag daarvoor zijn leven op het spel had gezet, die bekend stond om zijn weergaloze moed en stoutmoedigheid, en zijn vrijmoedigheid -denk maar hoe hij optreedt tegen die boze koning Achab-, die zelfde man zakt de dag daarop in elkaar, als Izebel met een dreigbrief komt. Zo gaat het heel vaak. Ik heb een vrouw gekend die bij een auto-ongeluk haar man verloor en zelf gewond raakte. Rond de begrafenis trok iedereen zich aan haar op, zo moedig droeg ze dat in het geloof. Maar toen kwam, na dat heilige uur, de depressie. We kennen een hoogtepunt, een krachtsinspanning, een geslaagde inzet bij een evangelisatieactiviteit, of een moment wat toch vaak een geestelijk hoogtepunt is zoals een afscheid bij een sterfbed, of een toogdag, of een conferentieweek, maar daarna komt het uur na het heilige uur. En dan slaat de boze toe, hier in de vorm van die goddeloze koningin Izebel, en zelfs Elia zinkt weg in een diep dal. Ik zie in die geestelijke depressie van Elia eigenlijk vier kenmerken, die voorkomen bij elke geestelijke depressie. De eerste: Hij laat zich beangstigen door omstandigheden. Let wel, precies die omstandigheden die er gisteren en eergisteren ook waren! Want Izebel blaast haat en doodslag, maar dat deed ze eergisteren ook. Ze had het permanent op Elia voorzien. Toen kon Elia er tegen! Sterker nog, hij verhief zich erboven in het geloof, en was onaantastbaar. Maar nu hier doet die ene druppel extra de emmer overlopen. De hoge inspanning van de dag ervoor. Is dat niet precies zoals het met ons allemaal gaat? De druk is even te zwaar, en Elia bezwijkt. Hij let even alleen op de wind en de golven, net als Petrus. En dan zink je. Hoe zinkt hij? Dat lezen we: door te vluchten. Vluchtgedrag is het tweede kenmerk van een geestelijke depressie. Er staat: "Hij maakt zich gereed om zijn leven te redden." Hij laat zich intimideren en neemt de benen naar Berseba, het zuidelijkste puntje van Juda, en vandaar uit vlucht hij de woestijn in, hij trekt zich terug van alle menselijk contact. Zelfs zijn eigen knecht wijst hij terug en laat hij achter. Vluchtgedrag dus, tot hij in uiterste eenzaamheid neerligt in de woestijn. Vluchten kun je naar buiten, maar ook naar binnen. Maar het effect van beide is gelijk: Je valt in een peilloze eenzaamheid. Tot angst en pijn en diepe bezorgdheid van alle omstanders, die het wel zien, maar die niet kunnen helpen. Hier moet Elia alleen door. En als hij daar is, en neerzijgt onder een bremstruik, dan is daar het derde punt, dan zegt hij: "Nou is het genoeg." Dat is het derde kenmerk, wel eeuwig te willen slapen. "Heer, laat mij nu maar sterven, ik kan er nu niet meer tegen. Het is genoeg." Moet u maar eens opletten hoe dat gevoel bij alle geestelijke depressies de kop opsteekt: Het is genoeg, ik kan niet meer! Er zit natuurlijk een hele menselijke kant aan. Elia is ook overspannen geweest, maar er zit ook een kant aan van diep ongeduld, en zelf willen uitmaken wanneer het genoeg is, en dan de weg van de minste weerstand kiezen. Want zelfmoord, hoe gek het ook mag klinken, is toch vaak de weg van de minste weerstand. Je geeft het op, je laat het vallen: Ze zien maar, ik ben weg! En ten slotte het vierde kenmerk: Het gaat altijd gepaard met een ongezonde zelfobservatie, een ongezonde zelfbeoordeling. "Neem mijn leven", zegt Elia, "Want ik ben niet beter dan al mijn vaderen. En wat heeft het uiteindelijk allemaal voorgesteld wat ik voor U gedaan heb?" Het lijkt ineens of die grote verbondsvernieuwing die de dag ervoor had plaats gevonden op de Karmel voor het besef van Elia in lucht opgaat. Ineens ziet Elia al zijn vroegere geloof, zijn ijver en toewijding, zijn gebed, zijn optreden, als belachelijk en onzinnig, leeg en onbetekenend, en hem overvallen diepe gevoelens van minderwaardigheid. Het laat ook wel zien dat hij daarvoor iets van superieure gevoelens had. "Ik ben toch uiteindelijk niet beter dan mijn vaderen". Dat had hij daarvoor misschien wel gedacht! Maar zo sleept de duivel je mee in die val van zelfbeschouwing en zelftwij- fel en ten slotte breek je de vruchten van je eigen leven af.
Allereerst: Hoe kon nu toch een man als Elia in een geestelijke depressie verzeild raken? Wie had dat verwacht, dat Elia daaronder leed? Elia, die later samen met Mozes op de berg van de verheerlijking met Jezus mocht overleggen, en die dus samen met Mozes als de grootste gestalte van het hele oude verbond in de schrift optreedt. Wie had gedacht dat zelfs Elia daar in viel en niet zo zuinig ook? Het gebeurde na een hoogtepunt, dat is gelijk al heel opvallend. De dag ervoor had Elia eigenlijk helemaal alleen die grote daad gesteld daar op de Karmel. Hij had het gewaagd met God in groot geloof, en de Here had hem daarin gered, z'n gebed verhoord met vuur uit de hemel. En het volk riep: "De Here, Die is God", en alle Baälpriesters werden uitgeroeid. Een onge- looflijk hoogtepunt. Maar toen, de dag erna, kwam de depressie. Elia, dezelfde Elia die de dag daarvoor zijn leven op het spel had gezet, die bekend stond om zijn weergaloze moed en stoutmoedigheid, en zijn vrijmoedigheid -denk maar hoe hij optreedt tegen die boze koning Achab-, die zelfde man zakt de dag daarop in elkaar, als Izebel met een dreigbrief komt. Zo gaat het heel vaak. Ik heb een vrouw gekend die bij een auto-ongeluk haar man verloor en zelf gewond raakte. Rond de begrafenis trok iedereen zich aan haar op, zo moedig droeg ze dat in het geloof. Maar toen kwam, na dat heilige uur, de depressie. We kennen een hoogtepunt, een krachtsinspanning, een geslaagde inzet bij een evangelisatieactiviteit, of een moment wat toch vaak een geestelijk hoogtepunt is zoals een afscheid bij een sterfbed, of een toogdag, of een conferentieweek, maar daarna komt het uur na het heilige uur. En dan slaat de boze toe, hier in de vorm van die goddeloze koningin Izebel, en zelfs Elia zinkt weg in een diep dal. Ik zie in die geestelijke depressie van Elia eigenlijk vier kenmerken, die voorkomen bij elke geestelijke depressie. De eerste: Hij laat zich beangstigen door omstandigheden. Let wel, precies die omstandigheden die er gisteren en eergisteren ook waren! Want Izebel blaast haat en doodslag, maar dat deed ze eergisteren ook. Ze had het permanent op Elia voorzien. Toen kon Elia er tegen! Sterker nog, hij verhief zich erboven in het geloof, en was onaantastbaar. Maar nu hier doet die ene druppel extra de emmer overlopen. De hoge inspanning van de dag ervoor. Is dat niet precies zoals het met ons allemaal gaat? De druk is even te zwaar, en Elia bezwijkt. Hij let even alleen op de wind en de golven, net als Petrus. En dan zink je. Hoe zinkt hij? Dat lezen we: door te vluchten. Vluchtgedrag is het tweede kenmerk van een geestelijke depressie. Er staat: "Hij maakt zich gereed om zijn leven te redden." Hij laat zich intimideren en neemt de benen naar Berseba, het zuidelijkste puntje van Juda, en vandaar uit vlucht hij de woestijn in, hij trekt zich terug van alle menselijk contact. Zelfs zijn eigen knecht wijst hij terug en laat hij achter. Vluchtgedrag dus, tot hij in uiterste eenzaamheid neerligt in de woestijn. Vluchten kun je naar buiten, maar ook naar binnen. Maar het effect van beide is gelijk: Je valt in een peilloze eenzaamheid. Tot angst en pijn en diepe bezorgdheid van alle omstanders, die het wel zien, maar die niet kunnen helpen. Hier moet Elia alleen door. En als hij daar is, en neerzijgt onder een bremstruik, dan is daar het derde punt, dan zegt hij: "Nou is het genoeg." Dat is het derde kenmerk, wel eeuwig te willen slapen. "Heer, laat mij nu maar sterven, ik kan er nu niet meer tegen. Het is genoeg." Moet u maar eens opletten hoe dat gevoel bij alle geestelijke depressies de kop opsteekt: Het is genoeg, ik kan niet meer! Er zit natuurlijk een hele menselijke kant aan. Elia is ook overspannen geweest, maar er zit ook een kant aan van diep ongeduld, en zelf willen uitmaken wanneer het genoeg is, en dan de weg van de minste weerstand kiezen. Want zelfmoord, hoe gek het ook mag klinken, is toch vaak de weg van de minste weerstand. Je geeft het op, je laat het vallen: Ze zien maar, ik ben weg! En ten slotte het vierde kenmerk: Het gaat altijd gepaard met een ongezonde zelfobservatie, een ongezonde zelfbeoordeling. "Neem mijn leven", zegt Elia, "Want ik ben niet beter dan al mijn vaderen. En wat heeft het uiteindelijk allemaal voorgesteld wat ik voor U gedaan heb?" Het lijkt ineens of die grote verbondsvernieuwing die de dag ervoor had plaats gevonden op de Karmel voor het besef van Elia in lucht opgaat. Ineens ziet Elia al zijn vroegere geloof, zijn ijver en toewijding, zijn gebed, zijn optreden, als belachelijk en onzinnig, leeg en onbetekenend, en hem overvallen diepe gevoelens van minderwaardigheid. Het laat ook wel zien dat hij daarvoor iets van superieure gevoelens had. "Ik ben toch uiteindelijk niet beter dan mijn vaderen". Dat had hij daarvoor misschien wel gedacht! Maar zo sleept de duivel je mee in die val van zelfbeschouwing en zelftwij- fel en ten slotte breek je de vruchten van je eigen leven af.
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
Geestelijke depressie deel 3
Dit zijn dus de kenmerken van een geestelijke depressie:
Je laat je beangstigen door de omstandigheden,
Je toont vluchtgedrag,
Je vindt het genoeg, je laat alles vallen waar je mee bezig bent,
Je gaat alles afkraken, vooral in jezelf.
Zo zinkt Elia weg, in de woestijn. Maar nu de wending en het wonder. De woestijn is in de bijbel de plaats van geestelijke verlating en duivelse aanvechting, denk maar aan de Here Jezus later in het nieuwe testament, maar tegelijk is het ook een plaats van hemelse interventie en goddelijke vertroosting. Het is diezelfde woestijn waar God toch ook altijd weer sprak tot het hart van Israël. Dat zien we ook hier: "Doch zie", midden in het verhaal, dat is de wending. Daar raakt de engel Elia aan, en zo laat God hem voelen dat Hij hem niet echt laat gaan. En wat doet die engel? Hij zegt: "Sta op en eet". Het heeft me altijd getroffen hoe laag bij de grond en hoe materieel die reddende hand van God is. Elia krijgt geen toespraak, niemand begint een pastoraal gesprek met hem, of erger nog een psychologische therapie, nee, er staat een kruik water en er ligt een gebakken koek! Dat is het. Er zijn van die momenten waarop woorden absoluut niet helpen, het enige wat dan helpt is een kop koffie, een maaltijd of andere practische hulp: Zal ik je helpen bij het vervoer? Zal ik de ramen voor je zemen? Ik kom wel even de afwas doen! Dat zijn de engelen die God dan op onze weg stuurt. En daarna legt Elia zich weer te slapen, ik denk nu al een beetje meer in een echte ontspanning, het mag nu. En de engel heeft de eerste keer gedacht: "Laat maar, het is goed zo, hij heeft het nodig." Maar hij laat Elia niet echt wegzinken in zijn diepe misère. Na uren slaap raakt de engel hem voor de tweede keer aan, en zegt nu: "Sta op, eet en reis, ga op weg." Woestijnen zijn er niet om in te blijven steken, je moet erdoor, net als Israël zelf. Die verbinding met Israël leg ik zelf niet, maar dat doet de verteller in het verhaal. Kijk maar naar dat slotvers 8: "Toen stond hij op, at en dronk, en ging door de kracht van die spijs veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods, Horeb". De verteller wil zeggen: "Zo ging Elia langs precies diezelfde weg en dan veertig dagen, waar Israël veertig jaar over deed, door de woestijn naar Horeb. Alleen is het een omgekeerde route! En hier ligt de diepere genezing van een geestelijke depressie. Elia gaat de omgekeerde weg! Hij reist niet, zoals Israël deed, van Horeb naar het beloofde land, maar hij is al in het beloofde land en wordt teruggevoerd naar Horeb! Waarom? Als u het antwoord weet op die vraag, dan weet u hoe de Here ons wil genezen van zulke geestelijke verlatingen. Want Horeb is de plaats waar de grondslag is gelegd van het verbond, van de omgang van God met Israël. Je zou kunnen zeggen: "Daar is de Here met Israël getrouwd, daar is de oermaaltijd gevierd met Mozes en de oudsten, op die berg, en daar was gemeenschap, daar was intimiteit. De donder en de bliksem op Horeb was alleen maar vuurwerk er omheen, de kern was de ontmoeting. De kern was wat we hier lezen: Het suizen van de zachte koelte. Je ziet, de Here voert de geestelijk verlaten Elia weer terug naar de plaats waar de bron is, en die bron is de intieme en onverdiende gemeenschap tussen God en zijn volk. Het spreken van zijn stem in ons hart. Het intense gevoel van gemeenschap, dat diepe weten: hier is de Here. Zoals de Here het daar op Horeb ook aan Elia laat voelen. Niet in de donder en niet in de bliksem, niet in de orkaan en niet in de aardbeving, die kondigden alleen nog maar zijn komst aan. Toen Hij kwam, kwam Hij in het suizen van een zachte koelte. Dat is het mooiste beeld van het werk van de Heilige Geest, de Trooster. In de Heilige Geest is de hoge God die boven ons staat in ons aan het werk. En in de Heilige Geest is de God, Die voor ons alles volbracht heeft aan het kruis, met zijn vergevende en genezende kracht in ons aan het werk. Daar wordt Elia naar teruggevoerd, en dat deed de engel via een kruik water en een koek. Wel een soort wonderspijs want er staat in vers 8: Door de kracht van die spijs ging Elia veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods: Horeb. Door de kracht van die spijs, die voor mij, bij de voorbereiding op de viering van het Avondmaal, werd tot een beeld van het brood en de wijn. Op de kracht van die spijs worden wij, geestelijk gezien, steeds weer teruggevoerd. Teruggevoerd naar Golgotha, wat voor ons Horeb is, de plaats waar God zich met ons heeft verbonden. Het kruis en de opstanding van Jezus.
Dit zijn dus de kenmerken van een geestelijke depressie:
Je laat je beangstigen door de omstandigheden,
Je toont vluchtgedrag,
Je vindt het genoeg, je laat alles vallen waar je mee bezig bent,
Je gaat alles afkraken, vooral in jezelf.
Zo zinkt Elia weg, in de woestijn. Maar nu de wending en het wonder. De woestijn is in de bijbel de plaats van geestelijke verlating en duivelse aanvechting, denk maar aan de Here Jezus later in het nieuwe testament, maar tegelijk is het ook een plaats van hemelse interventie en goddelijke vertroosting. Het is diezelfde woestijn waar God toch ook altijd weer sprak tot het hart van Israël. Dat zien we ook hier: "Doch zie", midden in het verhaal, dat is de wending. Daar raakt de engel Elia aan, en zo laat God hem voelen dat Hij hem niet echt laat gaan. En wat doet die engel? Hij zegt: "Sta op en eet". Het heeft me altijd getroffen hoe laag bij de grond en hoe materieel die reddende hand van God is. Elia krijgt geen toespraak, niemand begint een pastoraal gesprek met hem, of erger nog een psychologische therapie, nee, er staat een kruik water en er ligt een gebakken koek! Dat is het. Er zijn van die momenten waarop woorden absoluut niet helpen, het enige wat dan helpt is een kop koffie, een maaltijd of andere practische hulp: Zal ik je helpen bij het vervoer? Zal ik de ramen voor je zemen? Ik kom wel even de afwas doen! Dat zijn de engelen die God dan op onze weg stuurt. En daarna legt Elia zich weer te slapen, ik denk nu al een beetje meer in een echte ontspanning, het mag nu. En de engel heeft de eerste keer gedacht: "Laat maar, het is goed zo, hij heeft het nodig." Maar hij laat Elia niet echt wegzinken in zijn diepe misère. Na uren slaap raakt de engel hem voor de tweede keer aan, en zegt nu: "Sta op, eet en reis, ga op weg." Woestijnen zijn er niet om in te blijven steken, je moet erdoor, net als Israël zelf. Die verbinding met Israël leg ik zelf niet, maar dat doet de verteller in het verhaal. Kijk maar naar dat slotvers 8: "Toen stond hij op, at en dronk, en ging door de kracht van die spijs veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods, Horeb". De verteller wil zeggen: "Zo ging Elia langs precies diezelfde weg en dan veertig dagen, waar Israël veertig jaar over deed, door de woestijn naar Horeb. Alleen is het een omgekeerde route! En hier ligt de diepere genezing van een geestelijke depressie. Elia gaat de omgekeerde weg! Hij reist niet, zoals Israël deed, van Horeb naar het beloofde land, maar hij is al in het beloofde land en wordt teruggevoerd naar Horeb! Waarom? Als u het antwoord weet op die vraag, dan weet u hoe de Here ons wil genezen van zulke geestelijke verlatingen. Want Horeb is de plaats waar de grondslag is gelegd van het verbond, van de omgang van God met Israël. Je zou kunnen zeggen: "Daar is de Here met Israël getrouwd, daar is de oermaaltijd gevierd met Mozes en de oudsten, op die berg, en daar was gemeenschap, daar was intimiteit. De donder en de bliksem op Horeb was alleen maar vuurwerk er omheen, de kern was de ontmoeting. De kern was wat we hier lezen: Het suizen van de zachte koelte. Je ziet, de Here voert de geestelijk verlaten Elia weer terug naar de plaats waar de bron is, en die bron is de intieme en onverdiende gemeenschap tussen God en zijn volk. Het spreken van zijn stem in ons hart. Het intense gevoel van gemeenschap, dat diepe weten: hier is de Here. Zoals de Here het daar op Horeb ook aan Elia laat voelen. Niet in de donder en niet in de bliksem, niet in de orkaan en niet in de aardbeving, die kondigden alleen nog maar zijn komst aan. Toen Hij kwam, kwam Hij in het suizen van een zachte koelte. Dat is het mooiste beeld van het werk van de Heilige Geest, de Trooster. In de Heilige Geest is de hoge God die boven ons staat in ons aan het werk. En in de Heilige Geest is de God, Die voor ons alles volbracht heeft aan het kruis, met zijn vergevende en genezende kracht in ons aan het werk. Daar wordt Elia naar teruggevoerd, en dat deed de engel via een kruik water en een koek. Wel een soort wonderspijs want er staat in vers 8: Door de kracht van die spijs ging Elia veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods: Horeb. Door de kracht van die spijs, die voor mij, bij de voorbereiding op de viering van het Avondmaal, werd tot een beeld van het brood en de wijn. Op de kracht van die spijs worden wij, geestelijk gezien, steeds weer teruggevoerd. Teruggevoerd naar Golgotha, wat voor ons Horeb is, de plaats waar God zich met ons heeft verbonden. Het kruis en de opstanding van Jezus.
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
Geestelijke depressie deel 4 (slot)
Zo mag ik jullie vanuit deze geschiedenis van Elia voorhouden hoe avondmaal vieren meehelpt tot de weg naar genezing, zelfs uit de allerdiepste geestelijke depressie. Het wordt u steeds weer opnieuw aangereikt, brood en wijn. Het zijn simpele tekenen, maar het zijn tekenen van de liefde, van de zelfovergave van Jezus voor u. Laat u op de kracht van die spijs meevoeren, terug in een omgekeerde weg, naar het verbond van de verzoening, naar Golgotha, want daar moeten we steeds weer staan aan de voet van het kruis. Daar moeten we steeds weer vanuit de woestijn naar terugkeren. En dan treedt daar de Here God op ons toe, en we omwinden het gelaat, want de Vader van Jezus Christus blijkt niet de God van geweld, Hij blijkt niet de God van de moker, Hij is uiteindelijk toch niet in het vuur, al zendt Hij die als een heraut, maar Hij is daar in het suizen van een zachte stilte. Hij is daar in de onweerstaanbare genade, zoals Hij zichtbaar is geworden in het kruis en in de opstanding van Jezus Christus. Hij is er als de Trooster die ons die genade deelachtig maakt. Daar voert de Here ons bij iedere avondmaalsviering weer naar terug. Op de kracht van die spijs ging Elia door en hij kwam uit de woestijn bij die dragende gemeenschap. En zo voert de Here ook ons er weer uit. Hij stelt dan onze voeten op de rots van Horeb: Golgotha. Onverdiende genade, verstild vertrouwen. Amen.
Zo mag ik jullie vanuit deze geschiedenis van Elia voorhouden hoe avondmaal vieren meehelpt tot de weg naar genezing, zelfs uit de allerdiepste geestelijke depressie. Het wordt u steeds weer opnieuw aangereikt, brood en wijn. Het zijn simpele tekenen, maar het zijn tekenen van de liefde, van de zelfovergave van Jezus voor u. Laat u op de kracht van die spijs meevoeren, terug in een omgekeerde weg, naar het verbond van de verzoening, naar Golgotha, want daar moeten we steeds weer staan aan de voet van het kruis. Daar moeten we steeds weer vanuit de woestijn naar terugkeren. En dan treedt daar de Here God op ons toe, en we omwinden het gelaat, want de Vader van Jezus Christus blijkt niet de God van geweld, Hij blijkt niet de God van de moker, Hij is uiteindelijk toch niet in het vuur, al zendt Hij die als een heraut, maar Hij is daar in het suizen van een zachte stilte. Hij is daar in de onweerstaanbare genade, zoals Hij zichtbaar is geworden in het kruis en in de opstanding van Jezus Christus. Hij is er als de Trooster die ons die genade deelachtig maakt. Daar voert de Here ons bij iedere avondmaalsviering weer naar terug. Op de kracht van die spijs ging Elia door en hij kwam uit de woestijn bij die dragende gemeenschap. En zo voert de Here ook ons er weer uit. Hij stelt dan onze voeten op de rots van Horeb: Golgotha. Onverdiende genade, verstild vertrouwen. Amen.
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
Je bevindt je in gevaarlijk gezelschap, Adrianus....Oorspronkelijk gepost door Adrianus
Laten we bij dit alles nooit vergeten ons te toetsen, of bij ons mogelijk een schadelijke weg zij, zoals de dichter van Ps 139 dat mocht doen. Daarom het volgende citaat van een van onze oudvaders:
"Mijn geliefden, u moet weten dat het Gods werk is om u geestelijk te doden. U bent van nature wel dood in zonden en misdaden, maar om uzelf bevindelijk te leren kennen als een geestelijk dode, dat is alleen Gods werk. We leven gewoonlijk zonder de Wet, maar als die in ons leven komt en door de kracht Gods op ons hart wordt gebonden, dan doet dat ons sterven, Rom. 7. Omdat dit nu Gods werk is en niemand voor God zal kunnen leven tenzij hij eerst door de Wet aan de Wet sterft, dient men niet zomaar in het algemeen te bidden, maar in uw gebeden moet u beslist bij God aanhouden dat het Hem behagen mocht u terneer te slaan en als dood voor Zijn voeten te doen vallen. Dat is immers het eerste stuk van de zaligmakende bekering, namelijk de afsterving van de oude mens. Het tweede zal nooit komen, tenzij u het eerste hebt ondervonden. En even machteloos als u bent om uzelf levend te maken, zo machteloos bent u ook, ja nog onmachtiger, om uzelf te doden, omdat u dit ook niet wilt maar juist een tegenkanting ervaart om voor God in uw geestelijk dood zijn neer te vallen. Bid daarom God om deze zaak bij elk middel dat u gebruikt en bij elke gelegenheid die u bijwoont. O, laat het toch uw verzuchting zijn, of een pijl van Gods Woord u mag treffen, en of die door Gods hand mag worden aangedreven tot in uw ziel, opdat u het leven niet langer in eigen hand zult vinden, maar zult uitroepen: Het is buiten hoop!
Wees er ook van overtuigd, dat u levend gemaakt moet worden, voordat u God zult kunnen behagen of dienen. Die in het vlees zijn, kunnen God immers niet behagen. Nu, mijn geliefden, u moet vooral niet denken, dat deze levendmaking bestaat in een teergevoelige gestalte of aandoening. Nee, het is een opwekking uit uw geestelijke dood, een instorten van een nieuw leven in de ziel, een overbrengen van de ziel in het Koninkrijk van Gods Zoon. En zoals God de ziel moet doden, zo moet Hij ze ook levendmaken. Al onze pogingen leiden tot niets.
Als God u zo gelukkig maakt dat u deze dingen ondervindt, dan wordt u uit een akelige toestand gevoerd en in een heerlijke staat gebracht. Maar als u dit niet beleeft aan deze zijde van de eeuwigheid, o, hoe ellendig zal het zijn als u komt te sterven. God zal uw ziel voeren in de benauwdheid, en dat om Zijn gerechtigheid".
Vraag: In Romeinen 7 vanaf vers 14 heeft Paulus het over het slechte in de mens. Maar gaat dit nu over de mens die hij was voor zijn bekering of gaat het over de tweemens die hij na z'n bekering is? Volgens prof. Ouweneel wordt hier gesproken over de zondige mens die Paulus was voor zijn bekering. Maar door refodominees wordt dit juist aangehaald voor de gelovige na de bekering. Als ik Romeinen lees ben ik geneigd te zeggen dat Ouweneel gelijk heeft. Ik ben erg benieuwd naar een bijbels onderbouwde verklaring.
Antwoord: Beste vraagstel(st)ler,
Ik ben het helemaal oneens met Ouweneel. Een verantwoorde exegese van dit gedeelte uit Paulus' brief aan de gemeente van Rome maakt ons duidelijk, dat Paulus het hier heeft over zichzelf, 20 jaar na zijn bekering en over mij, ook al heeft de Heere mij vrijgesproken van zonde en schuld. Een uitvoerig antwoord op je vraag kan ik het beste geven door een Bijbelstudie over de betreffende perikoop die ik eens voor de EO-radio hield en die te vinden is in mijn boek over de Brief van Paulus aan de Romeinen I - VIII (deel 1; uitgave Kok-Kampen 2000; ISBN 90-297-1699-1). Omdat dit boek alleen nog maar antiquarisch (Lindenberg-Rotterdam?) te verkrijgen is, is het mogelijk om dit hoofdstuk via email bij Refoweb op te vragen (vragen@refoweb.nl). Ik hoop, dat de lezing ervan je verder helpt.
Met een hartelijke groet en zegenbede,
Ds. C. den Boer
Bij zulk soort wezenlijke beweringen is het noodzakelijk dit bijbels te onderbouwen. Waarschijnlijk loop je dan daarin vast. Is ook weleens goed.Oorspronkelijk gepost door Adrianus
Laten we bij dit alles nooit vergeten ons te toetsen, of bij ons mogelijk een schadelijke weg zij, zoals de dichter van Ps 139 dat mocht doen. Daarom het volgende citaat van een van onze oudvaders:
"Mijn geliefden, u moet weten dat het Gods werk is om u geestelijk te doden. U bent van nature wel dood in zonden en misdaden, maar om uzelf bevindelijk te leren kennen als een geestelijk dode, dat is alleen Gods werk. We leven gewoonlijk zonder de Wet, maar als die in ons leven komt en door de kracht Gods op ons hart wordt gebonden, dan doet dat ons sterven, Rom. 7. Omdat dit nu Gods werk is en niemand voor God zal kunnen leven tenzij hij eerst door de Wet aan de Wet sterft, dient men niet zomaar in het algemeen te bidden, maar in uw gebeden moet u beslist bij God aanhouden dat het Hem behagen mocht u terneer te slaan en als dood voor Zijn voeten te doen vallen. Dat is immers het eerste stuk van de zaligmakende bekering, namelijk de afsterving van de oude mens. Het tweede zal nooit komen, tenzij u het eerste hebt ondervonden. En even machteloos als u bent om uzelf levend te maken, zo machteloos bent u ook, ja nog onmachtiger, om uzelf te doden, omdat u dit ook niet wilt maar juist een tegenkanting ervaart om voor God in uw geestelijk dood zijn neer te vallen. Bid daarom God om deze zaak bij elk middel dat u gebruikt en bij elke gelegenheid die u bijwoont. O, laat het toch uw verzuchting zijn, of een pijl van Gods Woord u mag treffen, en of die door Gods hand mag worden aangedreven tot in uw ziel, opdat u het leven niet langer in eigen hand zult vinden, maar zult uitroepen: Het is buiten hoop!
Wees er ook van overtuigd, dat u levend gemaakt moet worden, voordat u God zult kunnen behagen of dienen. Die in het vlees zijn, kunnen God immers niet behagen. Nu, mijn geliefden, u moet vooral niet denken, dat deze levendmaking bestaat in een teergevoelige gestalte of aandoening. Nee, het is een opwekking uit uw geestelijke dood, een instorten van een nieuw leven in de ziel, een overbrengen van de ziel in het Koninkrijk van Gods Zoon. En zoals God de ziel moet doden, zo moet Hij ze ook levendmaken. Al onze pogingen leiden tot niets.
Als God u zo gelukkig maakt dat u deze dingen ondervindt, dan wordt u uit een akelige toestand gevoerd en in een heerlijke staat gebracht. Maar als u dit niet beleeft aan deze zijde van de eeuwigheid, o, hoe ellendig zal het zijn als u komt te sterven. God zal uw ziel voeren in de benauwdheid, en dat om Zijn gerechtigheid".
Jeremia 31:15 Zo zegt de HEERE: Er is een stem gehoord in Rama, een klage, een zeer bitter geween; Rachel weent over haar kinderen; zij weigert zich te laten troosten over haar kinderen, omdat zij niet zijn.
16 Zo zegt de HEERE: Bedwing uw stem van geween, en uw ogen van tranen; want er is loon voor uw arbeid, spreekt de HEERE; want zij zullen uit des vijands land wederkomen.
16 Zo zegt de HEERE: Bedwing uw stem van geween, en uw ogen van tranen; want er is loon voor uw arbeid, spreekt de HEERE; want zij zullen uit des vijands land wederkomen.
Vanmorgen las ik een heerlijke belofte in het oude testament.
Jesaja 35 :
En aldaar zal een verheven baan en weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden....
de verlosten zullen daarop wandelen
En de vrijgekochten des HEEREN zullen wederkeren en tot Sion komen met gejuich, en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen;vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen, maar droefenis en zuchting zullen wegvlieden.
[Aangepast op 14/3/05 door Gabrielle]
Jesaja 35 :
En aldaar zal een verheven baan en weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden....
de verlosten zullen daarop wandelen
En de vrijgekochten des HEEREN zullen wederkeren en tot Sion komen met gejuich, en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen;vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen, maar droefenis en zuchting zullen wegvlieden.
[Aangepast op 14/3/05 door Gabrielle]
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
og bloed ... maar ook genade!
Lees - 2 Samuel 21:1-7
Die koning het Mefiboset, die seun van Jonatan seun van Saul,
gespaar vanweë die verbond ... (7).
Sjoe, kom ons wees eerlik: die Ou-Testamentiese mense was
omtrent bloeddorstig. Hierdie keer was dit tyd vir ’n klompie van Saul
se nasate om te sterf. Tog was daar darem ’n stukkie genade te
vinde vir Mefiboset, die seun van Jonatan, Dawid se goeie vriend van
weleer.
Gelukkig het daar vandag net genade oorgebly, want tussen Dawid
en ons staan daar immers ’n kruis! Golgota roep hard en luidkeels uit:
Genoeg is genoeg! Jesus se kosbare bloed is voldoende. Dit is
volkome versoening vir ons elkeen se sondes. Jesus se dood maak
alle rekenings skoon. Sy bloed betaal eens en vir altyd ons skuld by
God. Dit bring vir altyd ’n einde aan dinge soos straf en dood en
bloedoffers.
Hou vas aan Jesus. Skuil dag en nag by Hom. Sy bloed het jou lewe
losgekoop uit die doodsgreep van die sonde. Jesus se dood vervang
alle ander offers. Dit verklaar bloedvergieting vir eens en vir altyd
oorbodig en uitgediend! Glo hierdie goeie nuus. Bou jou ganse lewe
op hierdie evangelie!
GEBED: Here, dankie dat u bloed al my sonde vir ewig gedel
Lees - 2 Samuel 21:1-7
Die koning het Mefiboset, die seun van Jonatan seun van Saul,
gespaar vanweë die verbond ... (7).
Sjoe, kom ons wees eerlik: die Ou-Testamentiese mense was
omtrent bloeddorstig. Hierdie keer was dit tyd vir ’n klompie van Saul
se nasate om te sterf. Tog was daar darem ’n stukkie genade te
vinde vir Mefiboset, die seun van Jonatan, Dawid se goeie vriend van
weleer.
Gelukkig het daar vandag net genade oorgebly, want tussen Dawid
en ons staan daar immers ’n kruis! Golgota roep hard en luidkeels uit:
Genoeg is genoeg! Jesus se kosbare bloed is voldoende. Dit is
volkome versoening vir ons elkeen se sondes. Jesus se dood maak
alle rekenings skoon. Sy bloed betaal eens en vir altyd ons skuld by
God. Dit bring vir altyd ’n einde aan dinge soos straf en dood en
bloedoffers.
Hou vas aan Jesus. Skuil dag en nag by Hom. Sy bloed het jou lewe
losgekoop uit die doodsgreep van die sonde. Jesus se dood vervang
alle ander offers. Dit verklaar bloedvergieting vir eens en vir altyd
oorbodig en uitgediend! Glo hierdie goeie nuus. Bou jou ganse lewe
op hierdie evangelie!
GEBED: Here, dankie dat u bloed al my sonde vir ewig gedel
- Miscanthus
- Berichten: 5306
- Lid geworden op: 30 okt 2004, 14:38
- Locatie: Heuvelrug
Johannes 11:25
Op weg naar Pasen
Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft.
Ik ben het leven
De uitspraken die Jezus doet zijn zonder weerga. Ze gaan altijd ook weer dieper dan je denkt. Want Jezus zegt niet: ‘Ik heb het leven’. Hij zegt ook niet: ‘Ik geef het leven.’ Hij zegt ook niet: ‘Ik wijs je de weg naar het leven.’ Nee, Hij ís het leven in eigen persoon. Geloven in Jezus is daarom ook geloven in het leven. Alleen wie gelooft heeft werkelijk leven. Alleen wie gelooft leeft werkelijk. Wees als christen maar eens wat zelfbewuster: jij lééft! Nu al en ook door de dood heen.
Op weg naar Pasen
Ik ben de opstanding en het leven. Wie in mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft.
Ik ben het leven
De uitspraken die Jezus doet zijn zonder weerga. Ze gaan altijd ook weer dieper dan je denkt. Want Jezus zegt niet: ‘Ik heb het leven’. Hij zegt ook niet: ‘Ik geef het leven.’ Hij zegt ook niet: ‘Ik wijs je de weg naar het leven.’ Nee, Hij ís het leven in eigen persoon. Geloven in Jezus is daarom ook geloven in het leven. Alleen wie gelooft heeft werkelijk leven. Alleen wie gelooft leeft werkelijk. Wees als christen maar eens wat zelfbewuster: jij lééft! Nu al en ook door de dood heen.