Ik vind de vraag wat merkwaardig gesteld. Wanneer je geboren wordt uit christelijke ouders, dagelijks het Evangelie hoort, etc., moet je je dan nog afvragen of je daar wat 'aan hebt'?Hoe gebruikt de Heere de bediening van het verbond om zijn Kerk te bouwen. Is dat alleen voor opbouw van de uitverkoren? Of heeft de dopeling er zelf ook nog wat aan?
Het is een voorrecht. Als wij dat voorrecht verwerpen (zoals Ezau het eerstgeboorterecht verwierp), pas dán is het tot verzwaring van ons oordeel.Het lijkt dat de auteur van dit stuk (ds uit de GG) vind dat de dopeling hier wat aan heeft en wat aan kan doen. Die dopeling heeft namelijk een verantwoordelijkheid en het zou ons ergens (waar?) moeten brengen. Maar waarom hangt het dan onder de uitverkiezing? Want daar hebben we toch helemaal geen inbreng in? Dus ergens maakt de doop wel een verschil tussen heidenen en mensen onder de bediening van het genade verbond. Maar wat is dat dan precies. Verzwaring van het oordeel als je achteraf toch niet bent uitverkoren?
Maar het zou juist een voorrecht moeten zijn. Wat is dat voorrecht dan precies?