Onbekende schreef:Zeker wel, maar als we in de beeldspraak van de dokter blijven dan is een kind van God dus genezen door de Dokter.
Het ging er in dit draadje om hoe God een mens bekeert, de wedergeboorte in engere zin. Dat is dus iets anders dan wanneer Gods kinderen na ontvangen genade zien op het wonder van Gods eeuwige vrijmacht dat Hij hen tot Zijn kinderen heeft aangenomen, ondanks wie zij zijn en blijven.
In de weg der wedergeboorte zijn er altijd elementen die elk van Gods kinderen zal herkennen en erkennen. Wedergeboorte gaat altijd gepaard met besef van kennis van zonde en schuld. In die context moet je ook de tekst en het citaat lezen van J.C. Ryle, wat @huisman citeerde.
Als een mens nooit aan zijn zondekwaal is ontdekt (nooit ontdekt heeft dat hij 'ziek' is, dat is: dood in zonden en misdaden) zal hij ook nooit tot Christus vluchten. Als ik geen ongemakken of klachten ervaar, zal ik ook nooit uit mezelf naar een aardse dokter gaan.
Dat heeft niets te maken met een schema of een voorwaarde, maar het is de weg
waarlangs God een mens bekeert.
Dat heeft ook niets te maken met dat wij God moeten voorschrijven hoe Hij een mens moet bekeren.
Ik denk aan de gelijkenis van de jongste zoon.
Je ziet hier duidelijk de drie elementen van ellende - verlossing - dankbaarheid:
Lukas 15: 17-24:
17.
En tot zichzelven gekomen zijnde, zeide hij: Hoevele huurlingen mijns vaders hebben overvloed van brood, en ik verga van honger!
18.
Ik zal opstaan en tot mijn vader gaan, en ik zal tot hem zeggen: Vader, ik heb gezondigd tegen den Hemel en voor u;
19.
En ik ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden; maak mij als een van uw huurlingen.
20.
En opstaande ging hij naar zijn vader. En als hij nog ver van hem was, zag hem zijn vader, en werd met innerlijke ontferming bewogen; en toelopende viel hem om zijn hals en kuste hem.
21.
En de zoon zeide tot hem: Vader, ik heb gezondigd tegen den Hemel en voor u, en ben niet meer waardig uw zoon genaamd te worden.
22.
Maar de vader zeide tot zijn dienstknechten: Brengt hier voor het beste kleed en doet het hem aan, en geeft een ring aan zijn hand en schoenen aan de voeten;
23.
En brengt het gemeste kalf en slacht het; en laat ons eten en vrolijk zijn;
24.
Want deze mijn zoon was dood en is weder levend geworden; en hij was verloren en is gevonden. En zij begonnen vrolijk te zijn.
Het heeft overigens ook niets met allerlei andere zaken te maken. Dat jij die er bij haalt snap ik niet zo goed.
Gods Woord kent één Naam onder de hemel gegeven tot zaligheid waardoor we zalig moeten én kunnen worden; twee wegen: hemel of hel en drie stukken: ellende, verlossing en dankbaarheid.
Dat is noodzakelijk voor ons allen om daar deel van te krijgen.
Zo heb ik dat onder de zondagse verkondiging altijd geleerd en zo leer ik dat ook vanuit Gods Woord.
Ik zie in mijn omgeving (dus ik bedoel niemand hier bij naam!) dat daar, waar zonde geen zonde meer genoemd kan en mag worden en er gezegd wordt dat kennis van ellende, zonde en schuld niet meer als noodzakelijk wordt geacht, dit een uitwerking heeft in leer en leven, zowel in levensvisie als in de uitwendige levensopenbaring. Daar maak ik me grote zorgen over. Zaken als erfzonde en erfsmet worden verzwegen of weggeredeneerd en het gaat enkel nog over de heiligmaking en de vruchten des Geestes. Men heeft het geloof altijd op zak en er is nooit geen twijfel en aanvechting meer. Maar ook na ontvangen genade leer je steeds meer en meer: uit u geen vrucht meer in der eeuwigheid. En je krijgt steeds meer te maken met de driehoofdige doodsvijand: de wereld, de duivel en je eigen vleselijke begeerten. En in die weg van vernedering en het leven verliezen, hou je Christus over en wordt dat wonder ook steeds weer groter en groter.
Ds. Hogchem zegt nogal eens: hoe lager bij de grond, hoe dichter bij 't verbond. Laten we dat maar vasthouden.