Joannah schreef:ALs er in 1 bijbelhoofdstuk over heidenen en joden wordt gesproken, meen ik dat er een verschil benadrukt wordt.
Voor de heilsbelofte is de jood en griek gelijk.
Dat is een heel ander onderwerp.
Met over-vergeestelijken loop je iedere keer vast.
ALs Jezus Zelf zegt dat we het geloof aan dienen te nemen als een kind, en niet als een theoloog, houdt dat in dat we niet al te veel verder moeten doorzoeken, dan wat er staat.
Zo zie ik dat de kanttekeningen bij Zacharia 12 erg geforceerd overkomen en niet eens nodig, want de tekst is goed begrijpbaar.
Door het niet letterlijk te "vertalen" word verwarring en tegenstrijdigheid gekweekt.
Maar goed, ik geloof in de aanstaande volheid der heidenen, daarna gaat God verder met Zijn joodse Volk, waarvan het derde deel gelouterd zal worden, en wanneer zij Jezus zien die zij gekruisigd hebben, zullen zij bitterlijk wenen....
Je loopt vast met de chiliastische kijk op zacharia 12.
lees dit eens over hfst 12,
De last van het woord des Heeren over Israel.
In de laatste drie hoofdstukken wordt de eerste komst van Christus omschreven, Zijn koninkrijk ontstaat door het evangelie, ook is er aandacht voor de voorrechten en de heerlijkheid van dit koninkrijk. Het eerste vers introduceert God als Soevereine Schepper, almachtig in kracht, alwetend,
Die alles ziet wat er in en mensenhart omgaat, want Hij is ook de Schepper van de geest in het binnenste. Dit is een woord van verzekering en hoe nodig hebben we dat in deze tijd, het is een woord van bemoediging in ons voortdurend conflict met de wereld.
Jeruzalem, daar is God geheel van vervuld, dat is Zijn centrale doel voor deze wereld, nee, niet die stad met die naam in Palestina maar de ware kerk van Christus, het nieuwe en hemelse Jeruzalem, tot wie de geslachten der heidenen(volken) mogen komen om Gods woord te leren
Dit Sion van het evangelie wordt een lastige steen voor allen die tegen haar zijn, want zo is de ware kerk van Christus altijd door de eeuwen heen geweest. Die God tegenwerken verwonden alleen zichzelf. De apostelen van Jezus Christus, dat zijn de leidslieden van Juda die een vurige haard onder het hout zijn. Het woord is Gods woord en is als een vuur onder de natiën. Degenen met een futuristische kijk op profetie kunnen niks met dit woord zonder hun eigen millennium te ontkennen, als er een Gods regering is op aarde, dan is satan gebonden en alle mensen bekeerd tegen wie moeten ze dan nog als een fakkel onder schoven zijn?
De zwakke als David en David als God!
Te dien dage zal de Heere de inwoners van Jeruzalem beschutten; en die, die onder hen struikelen zou, zal te dien dage zijn als David; en het huis Davids zal zijn als goden; als de Engel des Heeren voor hun aangezicht.
Letterlijke uitleg van dit vers (8)is onmogelijk.
We zijn hier op evangelische grond, al de heerlijkheid van het oude testament wordt hier gericht op het evangelie. De grote verlosser van het oude testament was David, koning en herder van het volk, het koninkrijk begon bij David.
Maar in het koninkrijk van Christus zal de kleinste gelovige zijn als het koninklijk huis van David, en het huis van David als God, God regeert Zelf in Christus Jezus, niets dan het evangelie kan uitleg geven aan dit vers, en de Heere Jezus had dit voor ogen tien hij zei,
Voorwaar zeg Ik u: onder degenen, die van vrouwen geboren zijn, is niemand opgestaan meerder dan Johannes de Doper; doch die de minste is in het Koninkrijk der hemelen, is meerder dan hij.
Op wat voor manier is dan de kleinste gelovige uit Christus Koninkrijk dan groter dan de grootste uit oudtestamentische tijden?
Niet in wedergeboorte, want ook de OT gelovige was wedergeboren door de Geest.