Jacobse schreef:"de vervulling van die belofte is al begonnen met de terugkeer uit de baylonische ballingschap "
Dat is een miskenning van de werkelijkheid.
Uit Babel kwamen terug ( niet eens alle ) joden, meestal nakomelingen - het was 70 jaar verder - die behoorden tot de stammen Juda, Benjamin, en Levi; want dat waren de personen die behoorden tot het koninkrijk Juda dat in ballingschap ging. Zij kwamen terug uit -alleen- Babel. Niet uit alle hoeken der aarde, waarover de aangehaalde profetiën spreken.
Ik heb gezegd dat de vervulling van de belofte is
begonnen met de terugkeer uit de Babylonische ballingschap. Ik zeg niet dat daarmee de profetieën zijn uitgeput. Overigens is het niet ondenkbaar dat er van degenen die naar Babel zijn gevoerd ook weer in andere landen als slaven of hoe dan ook terechtgekomen zijn, en voor wie zeker ook geldt dat zij vanuit andere landen teruggekomen zijn. Maar hoe dit ook zij, de profetie ziet idd. vérder dan de terugkeer uit de Babylonische ballingschap.
Denk bijv. alleen al aan de wijze waarop Johannes de Doper Jesaja 40 (een terugkeerprofetie!) betrekt op de komst van de Heere Jezus.
Jacobse schreef:In het jaar 70 na Christus werd Jerusalem verwoest, kort daarna was het ook met Massada afgelopen, en de Romeinen maakten een integraal einde aan elk joods bestaan in het land. Toen begon voor de joden de diaspora; de verstrooiing onder alle volken. Die heeft meegebracht: verstrooid tot inalle hoeken en einden der aarde.Van 70 na Christus to 1948 na Christus.
Eerst toen, in 1948 is het begonnen, zijn de verstrooiden joden - uit de stammen Juda, Benjamin en Levi - uit de hele wereld teruggegaan en teruggebracht naar het land dat nu weer Israël heet.Eerst toen is, maar met alle kracht, die -eerste belofte - begonnen in vervulling te gaan.En die is nog niet voltooid. Niet alleen omdat nog vele joden nog niet in Israël zijn gaan wonen. Maar ook omdat de tien stammen nog niet teruggevonden zijn, maar dat wél zullen worden, en zich weer ook bij de joden in Israël zullen voegen. Ezechiël 37 zegt heel nadrukkelijk dat Efraím = de tien stammen - zich weer zullen voegen bij Juda; en de profeet Ezechiël moet ook dat profeteren van Godswege.
Het klinkt heel aannemelijk. Je slaat alleen iets over, namelijk wat het
Nieuwe Testament over de vervulling van deze profetieën te zeggen heeft. In Hand. 3 bijvoorbeeld lees ik dat Petrus zegt: "En ook al de profeten, van Samuël aan en die daarna, zovelen als er hebben gesproken, die hebben ook
deze dagen tevoren verkondigd." Dus ook Jeremia, ook Ezechiël... Petrus spreekt hier, let wel, tegen
Joden. Dus de vervulling van de profetieën, ook voor de Joden, geldt alleen in en door Christus. Petrus zegt dat ook verder in zijn toespraak: "Gijlieden zijt kinderen der profeten en des verbonds, hetwelk God met onze vaderen opgericht heeft, zeggende tot Abraham: En
in uw Zaad zullen alle geslachten der aarde gezegend worden. God opgewekt hebbende Zijn Kind Jezus, heeft Denzelven
eerst tot u gezonden, dat Hij ulieden zegenen zou..." En om welke zegen gaat het dan? De landbelofte? Welnee: "daarin dat Hij een iegenlijk van u afkere van uw boosheden." Dus je uitspraak:
Nu, in onze tijd, gaan Gods beloften aan Israël in vervulling.
De eerste belofte is volop in werkin van vervulling.
klopt niet met de werkelijkheid zoals het
NT die ons tekent.
Jacobse schreef:De tweede belofte, de schreeuw van hen naar en om Christus,staat dus te wachten: zij zullen MIJ zien Die zij doorstoken hebben zegt Zacharia. Ik herhaal: moge die dag, wat een heerlijke dag zal dat zijn, spoedig aanbreken.
Die dag is in beginsel reeds aangebroken. Denk maar aan de pinksterlingen in Hand. 2. Daar hoor je 'de schreeuw van hen naar en om Christus'. Maar voor de onbekeerlijke Joden (en heidenen) zal dat pas op de laatste dag plaatsvinden (Openb. 1:7). En dan is bekering en berouw niet meer mogelijk.