Ik vond nog een aardig artikel van ds. Geluk hierover op de site van het ND.
[hr]
Geestdrift niet vanzelfsprekend van de Geest
Door C.G. Geluk
Waardoor springt de vonk over tussen preek en hoorders, tussen God en mens? Door het Woord of door de Geest? Hoe zit het met de verhouding tussen Woord en Geest? Vallen Woord en Geest samen of zijn ze zo sterk van elkaar te onderscheiden dat ze los van elkaar werken? Hoe zit het met de relatie tussen de Geest van God en onze eigen geest? Als het gaat waaien, met welke geest hebben wij dan te maken, met de Heilige Geest of met ongeesten?
In heel de kerkgeschiedenis zijn deze vragen aan de orde. Ook vandaag zijn ze actueel. In dit boek, dat geschreven is voor theologisch geschoolden en belangstellenden, wordt al zoekend een poging gedaan om deze vragen te beantwoorden. Twaalf scribenten leveren een bijdrage. Bij de een ervaar ik meer nabijheid dan bij de ander. Maar in het geheel genomen worden er dingen aangereikt die in onze ervaringsgerichte tijd van belang zijn. Omdat het niet te doen is alle bijdragen te bespreken, noem ik een drietal aspecten die er voor mij uitspringen.
Spiritualisme
In de eerste plaats een belangrijke conclusie die uit het lezen van dit boek te trekken valt: wees voorzichtig met een te snel beroep op de Heilige Geest. Want is het wel de Geest van God die tot ons hart spreekt? Zou het ook niet een verleidende geest kunnen zijn? Of ,,een veredelde uitgave van onze eigen geest? Of de geest van de groep waartoe wij behoren? (34 en volgende) De oproep om de geesten te beproeven, is nog steeds een oproep om ter harte te nemen. Het is juist de Geest die ,,de ontvanger kritisch maakt ten opzichte van andere geesten (37). De Heilige Geest is ,,een heel kritische Geest, een Geest van krisis, van onderscheiden en scheiden, en in die zin heilige Geest (51).
In het spiritualisme, dat als surrogaatspiritualiteit mensen op het verkeerde been zet, wordt de Geest van het Woord losgemaakt en als ,,een vrij werkende instantie gezien (112), met als gevolg dat de eigen geest met de Geest van God wordt gedentificeerd. Misleidende geesten wordt zo een vruchtbaar werkterrein geboden.
Door ontsporingen in dit verband heeft de kerk zich de eeuwen door bezonnen op de verhouding tussen Woord en Geest. In het Nieuwe Testament wordt regelmatig gewaarschuwd voor misleiding door de geesten, voor het op de loop gaan met de eigen geest waaraan het gezag van de Heilige Geest wordt toegekend. Wat dit betreft loopt er een lijn van de gnostici via de wederdopers in de tijd van de Reformatie naar sommige charismatici in onze tijd, met als gemeenschappelijk principe: de Geest als bron van inzicht naast de Schrift, waarvoor geen rechtvaardiging nodig is (112). Paulus, Petrus en Johannes hadden er mee te maken. Zij probeerden hun medechristenen de ogen te openen door hun te wijzen op het fundament van de profeten en de apostelen. Luther en Calvijn gaven grenzen aan in de spiritualistische (doperse) richting. En het is vandaag ook hard nodig om jongeren en ouderen hierin de weg te wijzen.
Niet los verkrijgbaar
In de tweede plaats: ondanks de verschillende accenten die gelegd worden, stemmen de scribenten hierin met elkaar overeen: Woord en Geest moeten bij elkaar gehouden worden. De Geest is niet ,,los verkrijgbaar. In de Bijbel zijn Woord en Geest elkanders complement: ,,het Woord is Geestelijk en de Geest is Woordelijk (36). De Geest komt ,,in het kader van de schriften ter sprake, dat is ,,het kader van het spreken en handelen van Jezus Christus(52). In de uitleg en het verstaan van de Schrift komt de Geest niet ergens van buiten, maar Hij komt vanuit de Schrift zelf. De scribenten vinden elkaar in wat in de titel tot uitdrukking wordt gebracht: ,,Die gesproken heeft door de profeten(citaat uit de geloofsbelijdenis van Nicea).
Verwezen wordt naar Luther en Calvijn, die de strijd zijn aangegaan tegen de geestdrijvers. Luther is hierbij de Geest steeds meer aan het Woord gaan binden. Gaandeweg onderstreepte hij ,,dat de Geest mkomt daar waar het Woord klinkt en nimmer daarbuiten te vinden is. Calvijn beriep zich tegenover hetzelfde front op het Woord ,,om der wille van de Geest (79). Want de Geest is werkzaam en oefent zijn macht uit als de Geest van het Woord.
Veelzeggend is de reactie van Luther op degenen die zich uitsluitend op een inblazing van de Geest beriepen: ,, een inspraak van de Geest? De vermaledijde duivel zul je bedoelen! De scribent die deze woorden aanhaalt, voegt hieraan toe (ik citeer met instemming): ,,Als je de Geest losmaakt van het Woord, dan verval je in gefladder en gedroom (en new age, zouden wij eraan toe kunnen voegen) (120).
Ook Barth verzette zich tegen de verzelfstandiging van menselijke ervaringen. ,,In zijn theologie bracht hij zekeringen in die een () identificatie tussen Gods Geest en onze geest moest uitsluiten (105). Dat doet hij door de pneumatologie nauw te verbinden aan de christologie. Wij kunnen onze winst doen met het gezonde tegengif dat wij in Barths theologie vinden (106).
Persoonlijk zou ik willen zeggen dat het in onze huidige gevoelscultuur een verademing is te ervaren hoe de Heilige Geest ons in zijn werk met beide benen op het Woord zet.
In de derde plaats: er is toetsing nodig. De vraag is alleen hoe je dat doet. Er kan persoonlijke toetsing plaatsvinden door Schriftonderzoek en gebed. Maar om hierbij niet te blijven steken in subjectieve overwegingen is een breder, meer objectief, toetsingsapparaat nodig. ,,In de Reformatorische kerken heeft men het kerkelijk gezag terecht niet bij individuele personen gelegd, maar bij ambtelijke vergaderingen(38). De gemeenschap van de kerk is er om ons te behoeden voor het gevaar dat mensen ten onrechte hun ervaringen verbinden met God. Om dat gevaar het hoofd te bieden, is ook het gezamenlijke gebed om de gave van het onderscheid nodig (106). Want bij al het persoonlijke en collectieve enthousiasme waar sprake van kan zijn, is het van wezenlijk belang om er erg in te hebben: geestdrift is niet vanzelfsprekend van de Geest. Het is goed om hierin alert te zijn in het zoeken van een weg tussen zoals Reeling Brouwer verwoordt charismatisch enthousiasme en autoritair institutionalisme.
Die gesproken heeft door de profeten.Over de Geest Rinse Reeling Brouwer, Alex van Ligten e.a. Uitg. Kok, Kampen 2006. 143 blz. 15,-
bron: http://www.nd.nl