Aan het begin van de 19e eeuw was er nauwelijks een kansel in Nederland te vinden waar de Gereformeerde leer gepreekt werd. En kijk nu eens om je heen.
Weet je, vroeger waren er ook weleens mensen die het een donkere tijd vonden. Dat was in de tijd van Jozua en Zerubbabel. Toen de tempel herbouwd werd, juichten de jongeren. Maar de ouderen weenden. Ze herinnerden zich hoe groot en mooi alles geweest was. (Ezra 3:12).
Maar Haggaï had een boodschap van God voor hen (en voor ons).
Ook al is het allemaal minder fraai dan vroeger, 2 dingen zijn er nog: Gods Woord en Gods Geest.Haggaï 2 schreef: In de zevende maand, op den een en twintigsten der maand, geschiedde het woord des HEEREN door den dienst van den profeet Haggai, zeggende:
Spreek nu tot Zerubbabel, den zoon van Sealthiel, den vorst van Juda, en tot Josua, den zoon van Jozadak, den hogepriester, en tot het overblijfsel des volks, zeggende:
Wie is onder ulieden overgebleven, die, dit huis in zijn eerste heerlijkheid gezien heeft, en hoedanig ziet gij hetzelve nu? Is dit niet als niets in uw ogen?
Doch nu, wees sterk, gij Zerubbabel! spreekt de HEERE; en wees sterk, gij Josua, zoon van Jozadak, hogepriester! en wees sterk, al gij volk des lands! spreekt de HEERE; en werkt, want Ik ben met u, spreekt de HEERE der heirscharen;
Met het woord, in hetwelk Ik met ulieden een verbond gemaakt heb, als gij uit Egypte uittrokt, en Mijn Geest, staande in het midden van u; vreest niet!
Bij "het Woord" zeggen de kanttekeningen:
en bij "Mijn Geest" zeggen ze:Te weten, met dat woord, door hetwelk de hemelen gemaakt zijn, Ps. 33:6,9; dat is, met Christus, in welken Ik; dat is, in en door welken Christus Ik een verbond met ulieden gemaakt heb, waarom Christus Mal. 3:1, de engel des verbonds genoemd wordt, en de apostel zegt 2 Cor. 1:20, dat de belofte in Christus alleen ja en amen is. Anders: naar het woord, doe Ik met ulieden, enz.; dat is, naar de beloften, die Ik uwen vaderen en ulieden gedaan heb, dat Ik wilde zijn hun God en huns zaads God na hen; Gen. 15:18.
bij "staande in het midden van u"Versta, den Heilige Geest, die onze zwakheid mede te hulp komt, Rom. 8:26.
Kunnen we nog klagen over een donkere tijd, als het Licht der wereld wandelt temidden van de gemeente (Op 1)? Over "blindheid" gesproken!Dat is, bij u tegenwoordig zijnde met zijn krachtige werking. Anders: en mijn Geest zal in het midden van u blijven; dat is, Hij zal ulieden in het uitvoeren van het werk van dit gebouw kracht verlenen; derhalve vreest niet, de zaak zal een goeden voortgang hebben.