Ik heb laatste tijd veel jongeren gesproken over het geloof. Eén ding viel me erg op. Men houd niet van een correcte uiteenzetting van de leer, ook niet van een opsomming van de wegen die God kan gaan met Zijn kerk. Nee, men wil bevinding. Échte bevinding, geloof in uitvoering. Gevoel, vertrouwen. Geen standaardzinnen, geen 'tale Kanaäns', geen 'gezelschapstaal', maar dat je verteld wat er in je hart leeft. In je eigen woorden.
Ik zou een opsomming kunnen geven van wat er allemaal beter kan in de prediking. Ik hou het bij het quoten van een eerdere posting van mezelf
Toch heb ik hoop voor de toekomst. De jeugd stelt vragen. Vragen, omdat ze niet snappen. Vragen, omdat ze de hypocritie van het wetticisme zien, vragen omdat ze inzien dat je met een zelf-aangenomen Jezus ook niet ver komt. Vragen, omdat ze tóch geloven dat er een God in de hemel is. Misschien snapt de jeugd wel beter dat het bij geloven niet gaat om de mens, maar om God.De oudvaders waren veel breder dan veel predikanten nu. Nu is men vastgeklonken in een bepaalde wijze waarop God de mens bekeerd, en globaar preekt men nog maar over 2 dingen:
1. Hóe God de mens bekeerd
2. Welke gestalten/standen een bekeerde mee maakt
Bij de oudvaders komen deze zaken ook echt wel aan bod, alleen ook:
1. De bewuste oproep aan de ongelovige om te gaan geloven
2. De heiligmaking
3. De praktische kant van Gods woord
4. De heiligheid van God
Mn. Dat laatste mis ik erg tegenwoordig. Alles is zo gericht op de gelovige. Hoe een méns bekeerd word, hoe een méns gestalten heeft, hoe een méns... Het gaat er niet om wát een mens doet, en hoe een mens het beleefd, maar om de eer van God!
Men wil weer terug naar het basic geloof. Naar het bevindelijke geloof. Geen bevindingen met een eigen woordenboek, maar bevindingen die je voelt. Geloof als een eenvoudig, kinderlijk vertrouwen. Geloof als een persoonlijke zaak. Geloof waar niet alleen over gepraat word, maar geloof wat ook beleefd word. Geloof wat wat uitstraalt. Geloof gericht op God. Geloof gericht op Christus!
Laten we daarom niet negatief reageren als we zien dat de jeugd vragen steld bij tradities. Laten we proberen door te dringen tot de diepe wortel van de vragen, de hand in eigen boezem steken om eerlijk te moeten belijden dat wij niet leven zoals het zou moeten, dat wij zo weinig uitstralen van de hoop die (als het goed is) in ons is. Dat wij zo gauw geneigd zijn om te spreken in standaard-uitdrukkingen ipv we de moeite nemen om onze geloofs-gevoelens te vertolken in eigen bewoordingen. Laten we hopen en bidden voor een opwekking. God is een God van wonderen, ook al hebben wij niet verdient dat Hij nog naar ons en onze jeugd omziet.
[Aangepast op 2/6/2004 door memento]