vriend-en-metgezel schreef: ↑27 sep 2025, 16:28
Ik ben benieuwd hoe je op een andere, genuanceerdere manier naar TULIP kunt kijken die de ‘scherpe kantjes’ weghaalt en toch in lijn blijft met Schrift en Belijdenis.
Zelf ben ik de laatste jaren van standpunt opgeschoven. Voor mij is daarbij het belangrijkst dat de Schrift een zo eenvoudig mogelijke verklaring krijgt, die niet op gespannen voet staat met andere teksten, en dat deze verklaring in lijn is met de kerk der eeuwen.
Vooral dat laatste, om daar maar mee te beginnen, krijgt wat mij betreft doorgaans te weinig aandacht. Ik lees graag geschriften van kerkvaders, maar ik moet de eerste kerkvader (uit de eerste vier eeuwen) nog tegenkomen die beperkte verzoening leert. Datzelfde geldt voor de meeste reformatoren. Luther was de enige niet die stelde dat Christus voor allen gestorven is, maar ook bij Melanchton, Zwingli, Bullinger en anderen zijn dergelijke uitspraken terug te vinden. En ook m.b.t. Calvijn zijn de voor- en tegenstanders het er niet helemaal over eens wat hij precies geleerd heeft. Om één voorbeeld te geven, in zijn commentaar op Gal. 5:12 schrijft hij: 'want God beveelt ons de zaligheid van allen aan, zonder enige uitzondering, net zoals Christus geleden heeft voor de zonden van heel de wereld.'
vriend-en-metgezel schreef: ↑27 sep 2025, 16:28
Praktisch gezien kom je dan nog steeds op hetzelfde uit: de genade is er weliswaar, maar is voor een selecte groep mensen bereikbaar. Het ‘knelpunt’ is daarmee volgens mij niet opgelost.
Dit is wat mij betreft precies het verschil: de genade is niet voor een selecte groep bereikbaar, maar: de genade zal door een selecte groep mensen bereikt worden, hoewel zij voor allen bereikbaar is. Jezus zal ieder die tot Hem komt hetzelfde behandelen: Hij zal hem geenszins uitwerpen, Joh. 6:37. Ieder die tot Hem komt is getrokken door de Vader, maar dat de anderen geen genade ontvangen is niet omdat zij niet getrokken worden, maar omdat zij volharden in hun ongeloof, zij hebben de duisternis liever gehad dan het licht, Joh. 3:19, en gaan daarom om eigen schuld verloren. Dat laatste, dat ieder om eigen schuld verloren gaat, krijgt wat mij betreft regelmatig onvoldoende aandacht bij mensen die uitgaan van beperkte verzoening.
Daarnaast heeft dit samenhang met andere punten, niet zozeer met TULIP, maar wel met vragen als: wat is Gods wil, waarom schiep God de wereld, wat is het Evangelie en wat is geloof. Ikzelf zou nooit durven zeggen dat God mensen geschapen heeft om ze verloren te laten gaan, of dat Hij gewild heeft dat ze verloren zouden gaan. (Wel dat dat gebeurt, maar in de Bijbel lees ik niet dat God dat gewild heeft of die intentie gehad heeft.) Bullinger schrijft bijvoorbeeld: 'let hier op: het is Gods eeuwige en onveranderlijke wil dat Hij het eeuwige leven aan de wereld wil geven, en Hij wil dat geven door Christus, die van nature het leven is en levend kan maken.'
Wie anders over Gods wil denkt (dus bijvoorbeeld: dat God wil dat sommigen verloren gaan, of dat God wil dat niet allen zalig worden), zal logischerwijs ook anders denken over het Evangelie, de verklaring van Gods wil. Wat is het Evangelie? Is het Evangelie een algemene belofte van verzoening, Gods verklaring dat Hij de wereld in Christus het leven wil geven (of gegeven heeft, zoals Johannes schrijft) of is het iets anders? Maar als het iets anders is, wat dan? Hoe zou het Evangelie een belofte van verzoening kunnen zijn, als er geen verzoening is voor iedere hoorder? Dat is het argument van Matthias Martinius op de Dordtse synode, en wat sommige mensen zich onvoldoende realiseren is dat het woord Evangelie een andere invulling krijgt, afhankelijk van je standpunt m.b.t. de verzoening.
Dat heeft vervolgens ook gevolgen voor de definitie van het geloof. Het is wat mij betreft evident dat de meeste mensen die beperkte verzoening voorstaan moeite hebben met de definitie van geloof zoals die in zondag 7 van de de Heidelbergse Catechismus staat. (Namelijk: dat het een vast vertrouwen is dat mijn zonden vergeven zijn.) Als je namelijk niet gelooft dat het Evangelie is dat Christus voor allen voldaan heeft, en dat Hij daarom ieder van zonden ontlast die ze met tranende ogen en een boetvaardig hart op Zijn schouders legt, hoe kan het geloof dan een vast vertrouwen zijn dat je zonden vergeven zijn?
Dit is ongetwijfeld te kort om je vraag volledig te beantwoorden, en het is eerder negatief dan positief geformuleerd, maar in samenhang zijn dit voor mij de belangrijkste afwegingen.