Zomaar enkele gedachten... (n.a.v. Openbaring 17-18)
Geplaatst: 01 nov 2011, 21:53
De val van Babylon
Wat me de laatste tijden wel wat treft is wat we beschreven vinden
in Openbaringen 17 en 18.
We lezen daar over de grote hoer van Babylon.
In Openbaringen 17 wordt verklaard wie de hoer is.
Lees de kanttekeningen erbij.
In hoofdstuk 18 lezen we hoe een engel uit de hemel de val verkondigd
van het grote Babylon.
In de verzen 1-3 lezen het volgende.
En na dezen zag ik een andere engel afkomen uit den hemel, hebbende
grote macht, en de aarde is verlicht gewoden van zijn heerlijkheid.
En hij (die andere engel) riep krachtiglijk, met een grote stem, zeggende:
Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon, en is geworden een
woonstede der duivelen, en een bewaarplaats van alle onreine geesten,
en een bewaarplaats van alle onrein en hatelijk gevogelte; dewijl uit de wijn
van de toorn van haar hoererij allle volken gedronken hebben,
en de koningen der aarde met haar gehoereerd hebben, en de kooplieden
de aarde rijk zijn geworden uit de kracht van haar weelde.
Sommigen verstaan van deze engel CHRISTUS Zelf, en van Zijn komst ter oordeel,
wanneer Hij de antichrist geheel zal tenietdoen.
In 2 Thess. 2 vers 8-9 lezen we: En alsdan zal de ongerechtige
geopenbaard worden, dewelke de Heere verdoen zal door den Geest
van Zijn mond, en teniet maken door de verschijning van Zijn toekomst.
Hem, zeg ik, wiens toekomst is naar de werking van de satan,
in alle kracht en wonderen der leugen.
Tot zover 2 Thess. 2 vers 8-9.
Doch daar in vers 9 e.v. van de rouw der koningen, kooplieden en zeelieden
in den brede wordt gehandeld aangaande de val van dit Babylon, die zijn na
haar val nog zullen bedrijven, zo is het waarschijnlijk dat:
De val van dit Babylon, en de uitroeiing van haar troon wordt gesproken,
die tevoren zal geschieden, tot een voorbeeld van Gods rechtvaardig
oordeel voor de gehele wereld.
Wat ook blijkt uit het 4e vers, waar God Zijn volk beveelt om uit haar te
gaan, opdat zij haar zonden en plagen niet deelachtig worden.
Dit past wel niet op de uiterste dag, waarvan gesproken wordt in
hoofdstuk 19 vers 20-21, waar van de laatste wraak over het beest en
de valse profeet wordt gesproken.
In vers 11 hebben we kunnen lezen over het beest:
dat was, en niet is, die ook de 8e koning is, uit de 7, en gaat ten verderve.
De 10 hoornen zijn 10 koningen, die het koninkrijk nog niet hebben ontvangen
(ten tijde dat Johannes deze openbaring kreeg).
Ze zullen als koningen macht ontvangen op één ure met het beest!
Deze koningen hebben enerlei mening. Ze zullen tegen het Lam krijgen en
deze koningen zullen hun kracht en macht het beest overgeven.
Deze zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen, want
staat er, het is een Heere de heren en een Koning de koningen.
Ook degenen die met Christus zijn, de geroepenen en uitverkorenen en
gelovigen, zo lezen we in het 14e vers van hoofdstuk 17.
De hoer heeft zichzelf verheerlijkt en weelde gehad.
En in vers 7 lezen we: Zoveel als zij zichzelf verheerlijkt heeft en weelde gehad heeft,
zo grote pijniging doet haar aan; want zij zegt in haar hart:
ik zit als een koningin, en ben geen weduwe, en zal geen rouw zien.
Daarna lezen we over de plagen die over haar op één dag zullen komen:
de dood, rouw en honger, en zij zal met vuur verbrand worden.
Want, lezen we, sterk is de Heere God, Die haar oordeelt.
Daarna lezen we in het volgende vers over de rouwbedrijvende koningen
die met haar gehoereerd hebben.
Die zullen haar bewenen en over haar rouw bedrijven, als ze de rook van
haar brand zullen zien.
Lees verder de volgende verzen.
Die op de aarde wonen zullen verwonderd zijn, als ze het beest zien,
dat was en niet is, hoewel het is.
En dan lezen we er opmerkelijk bij: Welker namen niet zijn geschreven
in het boek des levens, van de grondlegging der wereld…
Hier wordt onderscheid gemaakt. Dat houdt dan in, dat dezen niet verwonderd
het beest aanschouwen, maar zij worden in Gods kracht bewaard om het beest
niet te volgen.
Samenvattend kreeg ik wat gedachten over de val van Babylon.
Deze val zou best heel dichtbij kunnen zijn als we de Schrift nauwkeurig lezen.
We hebben het wereldgebeuren ook te zien in het licht van de Schrift.
Nu ga ik even iets veronderstellen, wat best niet zo zou kunnen zijn, maar
waar ik aan dacht…
Stel… Italië komt in een zware crisis, en gaat, zoals nu Griekenland ervoor
staat, in een faillissement… Wat zouden daar de Europese (Babylon)
leiders een weeklachten over doen horen.
Ik hoor het in de Schrift: Zij is gevallen, zij is gevallen, de grote stad Babylon!
Ik kan het niet van me afzetten, dat de tijd de we beleven dichter staat bij
het einde aller dingen als menigeen vermoedt…
Maar laten we niet speculeren, maar laat ons waken en nuchter zijn.
Laten we ook deze dingen onderzoeken. Het staat immers tot onze lering
beschreven. En naar de tijd naderbij komt zal ook de wetenschap
vermeerderd worden. Doch niet iedereen zal opmerkzaam zijn, daar
de wijzen met de dwazen tezamen in slaap zijn gevallen.
Maar ik dacht dat het wel het overdenken waard was
En tenslotte:
Ordelijk gedachten aan het papier toevertrouwen, of zoals hier
typen, is niet mijn sterkste punt. Dus let maar niet op mij stijl, want
daar zal zeker het nodige over op te merken zijn.
Verder zullen de zaken chronololisch hier en daar wat verkeerd
gezet zijn, maar dan raadt ik aan: zet het op de juiste plaats, dat is
niet zo moeilijke met de Bijbel en de kanttekeningen erbij.
Wat me de laatste tijden wel wat treft is wat we beschreven vinden
in Openbaringen 17 en 18.
We lezen daar over de grote hoer van Babylon.
In Openbaringen 17 wordt verklaard wie de hoer is.
Lees de kanttekeningen erbij.
In hoofdstuk 18 lezen we hoe een engel uit de hemel de val verkondigd
van het grote Babylon.
In de verzen 1-3 lezen het volgende.
En na dezen zag ik een andere engel afkomen uit den hemel, hebbende
grote macht, en de aarde is verlicht gewoden van zijn heerlijkheid.
En hij (die andere engel) riep krachtiglijk, met een grote stem, zeggende:
Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon, en is geworden een
woonstede der duivelen, en een bewaarplaats van alle onreine geesten,
en een bewaarplaats van alle onrein en hatelijk gevogelte; dewijl uit de wijn
van de toorn van haar hoererij allle volken gedronken hebben,
en de koningen der aarde met haar gehoereerd hebben, en de kooplieden
de aarde rijk zijn geworden uit de kracht van haar weelde.
Sommigen verstaan van deze engel CHRISTUS Zelf, en van Zijn komst ter oordeel,
wanneer Hij de antichrist geheel zal tenietdoen.
In 2 Thess. 2 vers 8-9 lezen we: En alsdan zal de ongerechtige
geopenbaard worden, dewelke de Heere verdoen zal door den Geest
van Zijn mond, en teniet maken door de verschijning van Zijn toekomst.
Hem, zeg ik, wiens toekomst is naar de werking van de satan,
in alle kracht en wonderen der leugen.
Tot zover 2 Thess. 2 vers 8-9.
Doch daar in vers 9 e.v. van de rouw der koningen, kooplieden en zeelieden
in den brede wordt gehandeld aangaande de val van dit Babylon, die zijn na
haar val nog zullen bedrijven, zo is het waarschijnlijk dat:
De val van dit Babylon, en de uitroeiing van haar troon wordt gesproken,
die tevoren zal geschieden, tot een voorbeeld van Gods rechtvaardig
oordeel voor de gehele wereld.
Wat ook blijkt uit het 4e vers, waar God Zijn volk beveelt om uit haar te
gaan, opdat zij haar zonden en plagen niet deelachtig worden.
Dit past wel niet op de uiterste dag, waarvan gesproken wordt in
hoofdstuk 19 vers 20-21, waar van de laatste wraak over het beest en
de valse profeet wordt gesproken.
In vers 11 hebben we kunnen lezen over het beest:
dat was, en niet is, die ook de 8e koning is, uit de 7, en gaat ten verderve.
De 10 hoornen zijn 10 koningen, die het koninkrijk nog niet hebben ontvangen
(ten tijde dat Johannes deze openbaring kreeg).
Ze zullen als koningen macht ontvangen op één ure met het beest!
Deze koningen hebben enerlei mening. Ze zullen tegen het Lam krijgen en
deze koningen zullen hun kracht en macht het beest overgeven.
Deze zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen, want
staat er, het is een Heere de heren en een Koning de koningen.
Ook degenen die met Christus zijn, de geroepenen en uitverkorenen en
gelovigen, zo lezen we in het 14e vers van hoofdstuk 17.
De hoer heeft zichzelf verheerlijkt en weelde gehad.
En in vers 7 lezen we: Zoveel als zij zichzelf verheerlijkt heeft en weelde gehad heeft,
zo grote pijniging doet haar aan; want zij zegt in haar hart:
ik zit als een koningin, en ben geen weduwe, en zal geen rouw zien.
Daarna lezen we over de plagen die over haar op één dag zullen komen:
de dood, rouw en honger, en zij zal met vuur verbrand worden.
Want, lezen we, sterk is de Heere God, Die haar oordeelt.
Daarna lezen we in het volgende vers over de rouwbedrijvende koningen
die met haar gehoereerd hebben.
Die zullen haar bewenen en over haar rouw bedrijven, als ze de rook van
haar brand zullen zien.
Lees verder de volgende verzen.
Die op de aarde wonen zullen verwonderd zijn, als ze het beest zien,
dat was en niet is, hoewel het is.
En dan lezen we er opmerkelijk bij: Welker namen niet zijn geschreven
in het boek des levens, van de grondlegging der wereld…
Hier wordt onderscheid gemaakt. Dat houdt dan in, dat dezen niet verwonderd
het beest aanschouwen, maar zij worden in Gods kracht bewaard om het beest
niet te volgen.
Samenvattend kreeg ik wat gedachten over de val van Babylon.
Deze val zou best heel dichtbij kunnen zijn als we de Schrift nauwkeurig lezen.
We hebben het wereldgebeuren ook te zien in het licht van de Schrift.
Nu ga ik even iets veronderstellen, wat best niet zo zou kunnen zijn, maar
waar ik aan dacht…
Stel… Italië komt in een zware crisis, en gaat, zoals nu Griekenland ervoor
staat, in een faillissement… Wat zouden daar de Europese (Babylon)
leiders een weeklachten over doen horen.
Ik hoor het in de Schrift: Zij is gevallen, zij is gevallen, de grote stad Babylon!
Ik kan het niet van me afzetten, dat de tijd de we beleven dichter staat bij
het einde aller dingen als menigeen vermoedt…
Maar laten we niet speculeren, maar laat ons waken en nuchter zijn.
Laten we ook deze dingen onderzoeken. Het staat immers tot onze lering
beschreven. En naar de tijd naderbij komt zal ook de wetenschap
vermeerderd worden. Doch niet iedereen zal opmerkzaam zijn, daar
de wijzen met de dwazen tezamen in slaap zijn gevallen.
Maar ik dacht dat het wel het overdenken waard was
En tenslotte:
Ordelijk gedachten aan het papier toevertrouwen, of zoals hier
typen, is niet mijn sterkste punt. Dus let maar niet op mij stijl, want
daar zal zeker het nodige over op te merken zijn.
Verder zullen de zaken chronololisch hier en daar wat verkeerd
gezet zijn, maar dan raadt ik aan: zet het op de juiste plaats, dat is
niet zo moeilijke met de Bijbel en de kanttekeningen erbij.