Geplaatst: 12 jan 2008, 12:38
Ik heb geen letterlijke toestemming van het onderzoeksbureau voor publicatie van het onderzoek, dus ik beroep mij op het citaatrecht. De gegevens komen uit een publieke presentatiemap van het RD voor potentiële adverteerders. Omdat binnen het citaatrecht het niet de bedoeling is om alles over te nemen zal ik enkel de binnen deze discussie relevante gegevens citeren.
Allereerst zullen we moeten schatten in hoeverre het besteedbaar inkomen van de achterban afwijkt van de gemiddelde Nederlander.
Het onderzoek noemt drie variabelen namelijk: opleidingsniveau, woningbezit en inkomen.
Het onderzoek geeft aan dat het inkomen onvoldoende meetbaar bleek te zijn, omdat er onvoldoende mensen een inkomensindicatie wilden afgeven, dus die variabele is vervallen binnen het onderzoek.
Daarnaast is naar mijn bescheiden mening woningbezit geen indicatie van het besteedbare inkomen, maar meer een indicatie waar het inkomen aan besteed wordt. Een werknemer met een nominaal loon, maar met een vrijstand huis zal logischerwijs in veel gevallen zeer waarschijnlijk een aanzienlijk gedeelte van zijn inkomen moeten besteden aan de afbetaling van de hypotheek, waardoor er minder inkomen overblijft aan de besteding van andere goederen. In het onderzoek is het huisbezit wel meegenomen als een indicatie van een hoger besteedbaar inkomen. Ik ga hierin niet mee.
Wat dan overblijft is het opleidingsniveau van de achterban. Het is een feit dat de opleiding gemiddeld gezien een goede indicatie geeft over het inkomen.
De volgende cijfers zijn als index weergegeven. Een index van 80 betekend dat in 80% van de gevallen het van toepassing is op iemand uit de reformatorische achterban. Een index van 120 betekend dat dit in 120% van de gevallen toepasbaar is op iemand uit de reformatorische achterban.
Het onderzoek zegt hierover: “Het opleidingsniveau ligt op het landelijk gemiddelde.”
Wat mij opvalt is dat er relatief veel mensen van het HBO afkomen, maar dat Universiteit en MBO gemiddeld een stuk lager liggen. De mensen die na hun Havo/VWO stoppen is enorm hoog. Ook de schoolverlaters na afronding van de Mavo ligt 20% hoger. Ik vermoed dat dit de meisjes zijn die geen plannen hebben voor een carrière binnen het beroepsleven, maar zich voorbereiden om hun leven als gezinscoördinator in te richten. Dit wijst er op dat er beneden gemiddeld weinig tweeverdieners actief zijn binnen de reformatorische wereld. Het onderzoek neemt deze gegevens niet mee in hun conclusie over het besteedbaar inkomen, maar ik geloof wel dat dit relevant is om dit mee te nemen in een uitspraak of het besteedbaar inkomen hoger of lager ligt dan van de gemiddelde Nederlander. Wanneer we kijken naar afronding van een gemiddelde of hogere beroepsopleiding binnen de reformatorische wereld, dan komen we uit op een index die lager ligt dan de gemiddelde Nederlander, namelijk 94,8.
Het onderzoek noemt het feit dat gemiddeld veel mensen in de Reformatorische achterban ondernemer of manager zijn. Helaas vertellen de gegevens onvoldoende om een percentage te kunnen geven van het ondernemerschap binnen de reformatorische achterban ten opzichte van de gemiddelde Nederlander, maar voor het evenwicht zal ik die gegevens meenemen in een uitspraak over het besteedbare inkomen.
Als ik alle indicaties met elkaar afweeg, dan is het opleidingsniveau een sterke indicatie dat er minder besteedbaar inkomen is in de reformatorische achterban. Daarbij is een zwaarwegende factor dat tweeverdieners in de Reformatorische wereld veel minder zullen voorkomen dan bij de gemiddelde Nederlander. Bovendien hebben Reformatorische gezinnen gemiddeld meer kinderen met de daarbij meekomende kosten. Ik geloof dat het verhoogde ondernemerschap én de kwaliteiten zoals verantwoord werknemersschap het besteedbare inkomen verhogen, maar niet zodanig dat we kunnen zeggen dat de reformatorische achterban daadwerkelijk meer te besteden heeft aan inkomen als de gemiddelde Nederlander. Het blijft een indicatie en schatwerk, maar ik geloof wel dat ik hiermee het argument heb getackeld dat Reformatorische mensen een hoger besteedbaar inkomen hebben dan de gemiddelde Nederlander.
Wat is vervolgens het bestedingspatroon?
De conclusie mag je zelf maken.
Allereerst zullen we moeten schatten in hoeverre het besteedbaar inkomen van de achterban afwijkt van de gemiddelde Nederlander.
Het onderzoek noemt drie variabelen namelijk: opleidingsniveau, woningbezit en inkomen.
Het onderzoek geeft aan dat het inkomen onvoldoende meetbaar bleek te zijn, omdat er onvoldoende mensen een inkomensindicatie wilden afgeven, dus die variabele is vervallen binnen het onderzoek.
Daarnaast is naar mijn bescheiden mening woningbezit geen indicatie van het besteedbare inkomen, maar meer een indicatie waar het inkomen aan besteed wordt. Een werknemer met een nominaal loon, maar met een vrijstand huis zal logischerwijs in veel gevallen zeer waarschijnlijk een aanzienlijk gedeelte van zijn inkomen moeten besteden aan de afbetaling van de hypotheek, waardoor er minder inkomen overblijft aan de besteding van andere goederen. In het onderzoek is het huisbezit wel meegenomen als een indicatie van een hoger besteedbaar inkomen. Ik ga hierin niet mee.
Wat dan overblijft is het opleidingsniveau van de achterban. Het is een feit dat de opleiding gemiddeld gezien een goede indicatie geeft over het inkomen.
De volgende cijfers zijn als index weergegeven. Een index van 80 betekend dat in 80% van de gevallen het van toepassing is op iemand uit de reformatorische achterban. Een index van 120 betekend dat dit in 120% van de gevallen toepasbaar is op iemand uit de reformatorische achterban.
Code: Selecteer alles
Opleiding: Index:
Universiteit 80,8
HBO 118,2
MBO 85,5
Havo/VWO 144,9
Mavo 119
LBO 78,4
Lager onderwijs 99,4
Wat mij opvalt is dat er relatief veel mensen van het HBO afkomen, maar dat Universiteit en MBO gemiddeld een stuk lager liggen. De mensen die na hun Havo/VWO stoppen is enorm hoog. Ook de schoolverlaters na afronding van de Mavo ligt 20% hoger. Ik vermoed dat dit de meisjes zijn die geen plannen hebben voor een carrière binnen het beroepsleven, maar zich voorbereiden om hun leven als gezinscoördinator in te richten. Dit wijst er op dat er beneden gemiddeld weinig tweeverdieners actief zijn binnen de reformatorische wereld. Het onderzoek neemt deze gegevens niet mee in hun conclusie over het besteedbaar inkomen, maar ik geloof wel dat dit relevant is om dit mee te nemen in een uitspraak of het besteedbaar inkomen hoger of lager ligt dan van de gemiddelde Nederlander. Wanneer we kijken naar afronding van een gemiddelde of hogere beroepsopleiding binnen de reformatorische wereld, dan komen we uit op een index die lager ligt dan de gemiddelde Nederlander, namelijk 94,8.
Het onderzoek noemt het feit dat gemiddeld veel mensen in de Reformatorische achterban ondernemer of manager zijn. Helaas vertellen de gegevens onvoldoende om een percentage te kunnen geven van het ondernemerschap binnen de reformatorische achterban ten opzichte van de gemiddelde Nederlander, maar voor het evenwicht zal ik die gegevens meenemen in een uitspraak over het besteedbare inkomen.
Als ik alle indicaties met elkaar afweeg, dan is het opleidingsniveau een sterke indicatie dat er minder besteedbaar inkomen is in de reformatorische achterban. Daarbij is een zwaarwegende factor dat tweeverdieners in de Reformatorische wereld veel minder zullen voorkomen dan bij de gemiddelde Nederlander. Bovendien hebben Reformatorische gezinnen gemiddeld meer kinderen met de daarbij meekomende kosten. Ik geloof dat het verhoogde ondernemerschap én de kwaliteiten zoals verantwoord werknemersschap het besteedbare inkomen verhogen, maar niet zodanig dat we kunnen zeggen dat de reformatorische achterban daadwerkelijk meer te besteden heeft aan inkomen als de gemiddelde Nederlander. Het blijft een indicatie en schatwerk, maar ik geloof wel dat ik hiermee het argument heb getackeld dat Reformatorische mensen een hoger besteedbaar inkomen hebben dan de gemiddelde Nederlander.
Wat is vervolgens het bestedingspatroon?
Code: Selecteer alles
Autobezit: Index:
2 auto’s 107,5
3 of meer auto’s 329,8
Aanschafplannen 147,1
Misschien aanschaf 133,4
Aanschaf nieuwe auto 121
Aanschaf tweedehands auto 156,9
Sedan 102,6
Stationcar 150,7
MPV 229,4
Geen vakantie 71
Zomervakantie 118,5
Zomer- en wintervakantie 101,8
Huurwoning 59,8
Koopwoning 124,7
Vrijstaand of bungalow 160,7
2-onder-1-kap 145,3
Hoekhuis rijtje 94,7
Tussenhuis rijtje 82,4
Flat tot 4 pers. 42
Flat tot 5 pers. 68
Boerderij 323