Geplaatst: 15 jun 2004, 11:22
Dan moet je wel weten wat de beloften zijn en hoe je de beloften kan eigenen.
In een gemiddelde christ.ger.kerk zit iedereen in het verbond en iedereen pleit op de beloften, maar als je verder vraagt dan is het triest om te zeggen maar ze weten niet eens wat de rijke inhoud van de belofte is. Daarnaast wordt er in de meeste gevallen alleen van de positieve kant uitgegaag en wordt de negatieve kant vergeten.
Nee dat is niet zo... Was 't maar waar... Ongetwijfeld zijn er -ook binnen de GG- gemeenten waarvoor het waar is wat Maninne signaleert, maar helaas zijn er ook héél veel gemeenten waar dit bepaald niét waar is. Ik zal 't je sterker vertellen: gistermorgen een preek gehoord waarin de naam van Christus niet eens genoemd werd! O ja, toch één keer, helemaal aan 't eind, in deze zin: "In zijn preken nam Paulus zijn gemeente elke keer mee naar de rechterstoel van Christus". Als dat ene zinnetje niet was uitgesproken, zou de énige Naam door welke we kunnen zalig worden niet genoemd zijn. Wèl de wet, wel Gods heiligheid, wel de voetbalgekte - maar niet de weg gewezen naar Christus. Ik vond 't heel erg - en ik vrees dat dit veel vaker gebeurt. Maninne: dat is óók GG...
Beide kanten zijn excessen. Waar je deze excessen vindt, daar legitimeert men zich altijd met het verwijzen naar het exces van de andere kant. Helaas is het juiste evenwicht zoek.
Vele keren is er al op gewezen, vooral door Zeeuw, dat wijzen op de rijkdom van het verbond niet onbijbels is, integendeel, maar in de prediking mag nooit gemist worden het wijzen op de noodzaak, óók voor de bondeling, van geloof en wedergeboorte. Zonder geloof zal niemand God zien. Daarom wees Christus Nicodemus hier ook op: een iegelijk die in Hem gelooft, is behouden! Dat was hetgeen Nicodemus hoorde. Nicodemus die dacht dat hij door zijn kindschap [van Abraham] behouden was.
Hoe erg eigenlijk dat er op weinig plaatsen in Nederland nog recht gepredikt wordt. Hoe is dat toch gekomen? Meestal door kerkelijke polarisatie! Kerkmuren zijn en worden gebruikt om zich af te zetten tegen andere mensen uit dezelfde gezindte. Men overtreft elkaar soms in de superlatief van het woord ‘gereformeerd’. Was het niet Ds. den Butter die verzuchtte dat al dat spreken over 2 of 3 verbonden hem deed afvragen of mensen zich nog wel bezig hielden met dé vraag. Als de kerken verschralen en het geestelijk leven afneemt, zoeken de leden het in andere zaken. Daarom is en wordt bijvoorbeeld ook de Herziening van de Statenvertaling een extra ‘breekpunt’ binnen deze gezindte. De gemeente leeft niet meer uit haar Hoofd, Jezus Christus. Men veroordeelt en beoordeelt andere mensen / predikanten. De kerk is niet meer het zoutend zout en het lichtend licht. Dit gaat de kerken afbreken in Nederland! Als je bijvoorbeeld de cijfers rondom de Ger. Gem. bekijkt dan moet je concluderen dat het fout gaat. Een kerk groeit pas dan als mensen met de belijdenis van het geloof een keus maken voor hun kerkelijke gemeente. De Ger. Gemeenten putten voor hun groei echter voornamelijk uit de doopleden. Dat is niet exclusief voor de Ger. Gem. Ook binnen onze gemeente is dat zo. Je ziet bijvoorbeeld een overschot in het aantal geboorten en overledenen, maar moet aan de andere kant constateren dat het aantal kerkverlaters groter is. Als we dan weten dat ook binnen onze gezindte grotere gezinnen steeds minder worden, dan moeten we helaas concluderen dat over enige jaren ook binnen onze gemeenten het aantal leden gaat dalen.
Moet dan de overheid er voor gaan zorgen dat we samen gaan?
In een gemiddelde christ.ger.kerk zit iedereen in het verbond en iedereen pleit op de beloften, maar als je verder vraagt dan is het triest om te zeggen maar ze weten niet eens wat de rijke inhoud van de belofte is. Daarnaast wordt er in de meeste gevallen alleen van de positieve kant uitgegaag en wordt de negatieve kant vergeten.
Nee dat is niet zo... Was 't maar waar... Ongetwijfeld zijn er -ook binnen de GG- gemeenten waarvoor het waar is wat Maninne signaleert, maar helaas zijn er ook héél veel gemeenten waar dit bepaald niét waar is. Ik zal 't je sterker vertellen: gistermorgen een preek gehoord waarin de naam van Christus niet eens genoemd werd! O ja, toch één keer, helemaal aan 't eind, in deze zin: "In zijn preken nam Paulus zijn gemeente elke keer mee naar de rechterstoel van Christus". Als dat ene zinnetje niet was uitgesproken, zou de énige Naam door welke we kunnen zalig worden niet genoemd zijn. Wèl de wet, wel Gods heiligheid, wel de voetbalgekte - maar niet de weg gewezen naar Christus. Ik vond 't heel erg - en ik vrees dat dit veel vaker gebeurt. Maninne: dat is óók GG...
Beide kanten zijn excessen. Waar je deze excessen vindt, daar legitimeert men zich altijd met het verwijzen naar het exces van de andere kant. Helaas is het juiste evenwicht zoek.
Vele keren is er al op gewezen, vooral door Zeeuw, dat wijzen op de rijkdom van het verbond niet onbijbels is, integendeel, maar in de prediking mag nooit gemist worden het wijzen op de noodzaak, óók voor de bondeling, van geloof en wedergeboorte. Zonder geloof zal niemand God zien. Daarom wees Christus Nicodemus hier ook op: een iegelijk die in Hem gelooft, is behouden! Dat was hetgeen Nicodemus hoorde. Nicodemus die dacht dat hij door zijn kindschap [van Abraham] behouden was.
Hoe erg eigenlijk dat er op weinig plaatsen in Nederland nog recht gepredikt wordt. Hoe is dat toch gekomen? Meestal door kerkelijke polarisatie! Kerkmuren zijn en worden gebruikt om zich af te zetten tegen andere mensen uit dezelfde gezindte. Men overtreft elkaar soms in de superlatief van het woord ‘gereformeerd’. Was het niet Ds. den Butter die verzuchtte dat al dat spreken over 2 of 3 verbonden hem deed afvragen of mensen zich nog wel bezig hielden met dé vraag. Als de kerken verschralen en het geestelijk leven afneemt, zoeken de leden het in andere zaken. Daarom is en wordt bijvoorbeeld ook de Herziening van de Statenvertaling een extra ‘breekpunt’ binnen deze gezindte. De gemeente leeft niet meer uit haar Hoofd, Jezus Christus. Men veroordeelt en beoordeelt andere mensen / predikanten. De kerk is niet meer het zoutend zout en het lichtend licht. Dit gaat de kerken afbreken in Nederland! Als je bijvoorbeeld de cijfers rondom de Ger. Gem. bekijkt dan moet je concluderen dat het fout gaat. Een kerk groeit pas dan als mensen met de belijdenis van het geloof een keus maken voor hun kerkelijke gemeente. De Ger. Gemeenten putten voor hun groei echter voornamelijk uit de doopleden. Dat is niet exclusief voor de Ger. Gem. Ook binnen onze gemeente is dat zo. Je ziet bijvoorbeeld een overschot in het aantal geboorten en overledenen, maar moet aan de andere kant constateren dat het aantal kerkverlaters groter is. Als we dan weten dat ook binnen onze gezindte grotere gezinnen steeds minder worden, dan moeten we helaas concluderen dat over enige jaren ook binnen onze gemeenten het aantal leden gaat dalen.
Moet dan de overheid er voor gaan zorgen dat we samen gaan?