Bert Mulder schreef:De reden waarom men zo aan een aanbod vast wil houden, is omdat men dan de eer aan zichzelf houdt. Het lijkt er dan op, alsof men ook zelf nog wat doen kan.
Misschien vind je het erop lijken dat de mens zelf wat doen kan, toch is dat niet de reden. Het gaat erom dat ik schuldig ben wanneer ik de woorden Gods verwerp.
Maar goed, dan schuiven we naar het onderwerp "erfschuld en dadelijke schuld"
En daar ligt de grond van onze schuld. We zijn net zo schuldig alsof wij zelf, net als Adam, van de boom gegeten hebben, en daarom, zonder dat we van nieuws geboren zijn, kunnen we niet anders meer dan zondigen. En we kunnen onszelf niet wederbaren.
Onze schuld is niet dat we een 'aanbod' verwerpen, maar dat we in Adam doodgevallen zijn.
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Bert Mulder schreef:1.Wijs me eens een plaats aan in de Heilige Schrift waar een mens gezaligd is omdat hij een aanbod van genade aannam. Zal ik je aantonen, dat die mens gezaligd is, omdat de Heere zijn/haar hart opende.
2.De reden waarom men zo aan een aanbod vast wil houden, is omdat men dan de eer aan zichzelf houdt. Het lijkt er dan op, alsof men ook zelf nog wat doen kan. De mens wat, en God wat. Maar onze zaligheid wordt in ons gewerkt, zonder ook maar ENIG toedoen van onze kant.
Ik heb je stellingen even genummerd.
1. Voor 100% mee eens
2. Juist niet, door vast te houden aan het Bijbelse aanbod van genade laat dit zien dat God al spreekt voordat er iets van de zondaar bijkomt. Hij spreekt van genade tot vijanden en niet tot al half op de weg zijnde zondaren. Juist het aanbod van genade laat zien dat alles van Hem moet komen en niets van ons. Aanbod van genade te midden van een vallei van dorre doodsbeenderen. Genade enkel genade....Amazing Grace !
De verwarring is steeds weer dat er gedacht wordt dan aanbod in zou houden dat de mens nog vermogens heeft om het aanbod aan te nemen. Nee zo hebben reformatorische "aanbodverdedigers"het nooit gezegd. Daarom moet de doodstaat van de mens, Gods soevereiniteit en het aanbod van genade ten volle verkondigd worden. Wij hebben te doen met een God die zondaren van dood levend maakt en ze als goddelozen rechtvaardigd.
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
huisman schreef:
De verwarring is steeds weer dat er gedacht wordt dan aanbod in zou houden dat de mens nog vermogens heeft om het aanbod aan te nemen. Nee zo hebben reformatorische "aanbodverdedigers"het nooit gezegd. Daarom moet de doodstaat van de mens, Gods soevereiniteit en het aanbod van genade ten volle verkondigd worden. Wij hebben te doen met een God die zondaren van dood levend maakt en ze als goddelozen rechtvaardigd.
Maar de verwarring komt, omdat er ook veel remonstrantste 'aanbodverdedigers' zijn...
Die prediken: 'neem Christus aan...'
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
huisman schreef:
De verwarring is steeds weer dat er gedacht wordt dan aanbod in zou houden dat de mens nog vermogens heeft om het aanbod aan te nemen. Nee zo hebben reformatorische "aanbodverdedigers"het nooit gezegd. Daarom moet de doodstaat van de mens, Gods soevereiniteit en het aanbod van genade ten volle verkondigd worden. Wij hebben te doen met een God die zondaren van dood levend maakt en ze als goddelozen rechtvaardigd.
Maar de verwarring komt, omdat er ook veel remonstrantste 'aanbodverdedigers' zijn...
Die prediken: 'neem Christus aan...'
Dat laatste kan gewoon zonder remonstrants te zijn. De Bijbel zegt immers zelf: 'Wend u naar Mij toe en wordt behouden' of "Zoekt en gij zult vinden" enz. enz.
als dat het enige is zonder dat er nooit iets wordt bij verteld dan wel. Er zijn misschien weel remonstrantse aanbodverdedigers maar we moeten oppassen dat het 'aanbod' daardoor niet te voorzichtig (of niet) wordt gebracht. Als je niet meer voluit het aanbod van genade kan prediken uit angst voor remonstrants versleten te worden is er ook iets niet goed.
TSD schreef:
Dat laatste kan gewoon zonder remonstrants te zijn. De Bijbel zegt immers zelf: 'Wend u naar Mij toe en wordt behouden' of "Zoekt en gij zult vinden" enz. enz.
als dat het enige is zonder dat er nooit iets wordt bij verteld dan wel. Er zijn misschien weel remonstrantse aanbodverdedigers maar we moeten oppassen dat het 'aanbod' daardoor niet te voorzichtig (of niet) wordt gebracht. Als je niet meer voluit het aanbod van genade kan prediken uit angst voor remonstrants versleten te worden is er ook iets niet goed.
Men moet volop het Evangelie prediken, niet het aanbod. Ik lees nergens in de Bijbel dat men een 'aanbod' moet prediken. Ik lees dat men het Evangelie moet verkondigen, en de volle raad Gods...
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Het aanbod van genade in de kanttekeningen van onze statenvertaling:
Spreuken 9:2 De opperste Wijsheid heeft Haar slachtvee geslacht: “Versta het Woord Gods, het
ware voedsel der ziel, en alle geestelijke en zaligmakende weldaden die ons daarin beloofd en in de sacramenten aangeboden worden.”
Jesaja 7:13 Toen zei Jesaja tot koning Achaz: is het u te weinig, dat gij de mensen moe maakt, dat
gij ook mijn God moe maakt? “De zin is: nu zijt gij God de Heere zelfs lastig of moeilijk, omdat gij
de genade die Hij u aanbiedt, veracht.”
Jesaja 8:15 En velen onder hen zullen struikelen en vallen en verbroken worden, en zij zullen verstrikt en gevangen worden: “omdat zij de aangeboden genade des Heeren door ongeloof
zouden verwerpen, zo zou die hun tot grotere verdoemenis strekken.”
Jesaja 50:1-2 Zo zegt de HEERE: waarom riep Ik, en niemand antwoordde? “Namelijk die Mijn
woord hoorde en gehoorzaamde, toen Ik u door de profeten, Mijn dienaars, tot boete liet roepen
en Mijn genade liet aanbieden.”
Jesaja 55:1 O alle gij dorstigen, komt tot de wateren! “Dat is, tot de hemelse goederen, die Ik u
door het evangelie aanbied, namelijk vergeving van zonden en de gerechtigheid, die ons
zonder onze verdiensten door God in Christus gegeven worden.”
Jesaja 55:6 Zoekt de HEERE, terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is: “terwijl
Hij Zijn goedertierenheid aan arme zondaren aanbiedt, hen tot boete en bekering nodigende.”
Handelingen 14:3 De Heere gaf getuigenis aan het Woord van Zijn genade: “Dat is, het evangelie,
waarin de genade Gods wordt verkondigd en aangeboden.”
Openbaring 16:9 En de mensen lasterden de Naam van God; en zij bekeerden zich niet, om Hem
heerlijkheid te geven: “Namelijk in het bekennen van Zijn rechtvaardigheid en aannemen van
Zijn barmhartigheid en genade, die hun wordt aangeboden.”
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
Johann Gottfried Walther schreef:Het aanbod van genade in de kanttekeningen van onze statenvertaling:
Spreuken 9:2 De opperste Wijsheid heeft Haar slachtvee geslacht: “Versta het Woord Gods, het
ware voedsel der ziel, en alle geestelijke en zaligmakende weldaden die ons daarin beloofd en in de sacramenten aangeboden worden.”
Jesaja 7:13 Toen zei Jesaja tot koning Achaz: is het u te weinig, dat gij de mensen moe maakt, dat
gij ook mijn God moe maakt? “De zin is: nu zijt gij God de Heere zelfs lastig of moeilijk, omdat gij
de genade die Hij u aanbiedt, veracht.”
Jesaja 8:15 En velen onder hen zullen struikelen en vallen en verbroken worden, en zij zullen verstrikt en gevangen worden: “omdat zij de aangeboden genade des Heeren door ongeloof
zouden verwerpen, zo zou die hun tot grotere verdoemenis strekken.”
Jesaja 50:1-2 Zo zegt de HEERE: waarom riep Ik, en niemand antwoordde? “Namelijk die Mijn
woord hoorde en gehoorzaamde, toen Ik u door de profeten, Mijn dienaars, tot boete liet roepen
en Mijn genade liet aanbieden.”
Jesaja 55:1 O alle gij dorstigen, komt tot de wateren! “Dat is, tot de hemelse goederen, die Ik u
door het evangelie aanbied, namelijk vergeving van zonden en de gerechtigheid, die ons
zonder onze verdiensten door God in Christus gegeven worden.”
Jesaja 55:6 Zoekt de HEERE, terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is: “terwijl
Hij Zijn goedertierenheid aan arme zondaren aanbiedt, hen tot boete en bekering nodigende.”
Handelingen 14:3 De Heere gaf getuigenis aan het Woord van Zijn genade: “Dat is, het evangelie,
waarin de genade Gods wordt verkondigd en aangeboden.”
Openbaring 16:9 En de mensen lasterden de Naam van God; en zij bekeerden zich niet, om Hem
heerlijkheid te geven: “Namelijk in het bekennen van Zijn rechtvaardigheid en aannemen van
Zijn barmhartigheid en genade, die hun wordt aangeboden.”
Er gaan er met twee verbonden verloren en met drie en er worden er met twee verbonden behouden en met drie. Prof. G. Wisse.
Bert Mulder schreef:Onze schuld is niet dat we een 'aanbod' verwerpen, maar dat we in Adam doodgevallen zijn.
Joh 16 zegt toch wel iets anders : zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel: van zonde, omdat zij niet in Mij geloven
En waarom geloven we, van nature, niet in Hem? Is het niet dan, omdat, zoals de HC het ook leert (naast de Schrift):
Vr.7. Vanwaar komt dan zulke verdorven aard des mensen?
Antw. Uit den val en de ongehoorzaamheid onzer eerste voorouders, Adam en Eva, in het paradijs a, waar onze natuur alzo is verdorven geworden, dat wij allen in zonden ontvangen en geboren worden b.
a Ge 3:1-24 Ro 5:12,18,19 b Ps 51:5 Ge 5:3 (* Ps 51:5 AV = Ps 51:7 SV)
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
Calvijn over Genesis 17:7 (“Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en
tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten, tot een eeuwig
verbond, om u te zijn tot een God, en uw zaad na u”): Voor alle
Israëlieten gemeenschappelijk was de belofte waardoor de Heere
hen tot kinderen had aangenomen. Het kan niet ontkend worden,
of daarin was de eeuwige zaligheid aan allen aangeboden.
Calvijn over Genesis 17:14 (“En wat mannelijk is, de voorhuid
hebbende, wiens voorhuids vlees niet besneden zal worden, die ziel zal
uit haar volken uitgeroeid worden; hij heeft Mijn verbond
gebroken”):Omdat het de mensen niet vrij staat te scheiden wat
God heeft samengevoegd, kan niemand het teken verachten of
verwaarlozen, zonder het woord te verwerpen, en zich van de
daarin aangeboden zegen te beroven.
"Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege alle harde woorden, die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben"
TSD schreef:
Dat laatste kan gewoon zonder remonstrants te zijn. De Bijbel zegt immers zelf: 'Wend u naar Mij toe en wordt behouden' of "Zoekt en gij zult vinden" enz. enz.
als dat het enige is zonder dat er nooit iets wordt bij verteld dan wel. Er zijn misschien weel remonstrantse aanbodverdedigers maar we moeten oppassen dat het 'aanbod' daardoor niet te voorzichtig (of niet) wordt gebracht. Als je niet meer voluit het aanbod van genade kan prediken uit angst voor remonstrants versleten te worden is er ook iets niet goed.
Men moet volop het Evangelie prediken, niet het aanbod. Ik lees nergens in de Bijbel dat men een 'aanbod' moet prediken. Ik lees dat men het Evangelie moet verkondigen, en de volle raad Gods...
Ik lees ook dat wij niet bovenmatig wijs moeten willen zijn en de ondoorgrondelijke wegen van God en Zijn verboregn raad moeten willen doorgronden.
Daartoe reken ik ook de mens' bemoeienissen met (voor)verkiezing en verwerping.
En het oordelen van "Andermans knecht"
dergelijke zaken komen ons absoluut niet toe en getuigen van hoogmoed.Paulus waarschuwt er voor!
“Wij prediken tot mensen alsof zij zich ervan bewust zijn stervende zondaars te zijn; dat zijn zij niet; zij hebben een goede tijd, en ons spreken over wedergeboren worden ligt op een domein waarvan zij niets weten. De natuurlijke mens wil niet wedergeboren worden”.
- Oswald Chambers -
De oproep tot geloof en bekering moeten we voluit laten staan. Er is inderdaad het gevaar dat de - op zich terechte - angst voor remonstrantisme, ons verleidt om dat niet te doen.
Maar dat is dodelijk gevaarlijk. Het maakt mensen lijdelijk. We moeten in de spangaat terechtkomen: ik moet me bekeren, maar het lukt me niet. Opdat we bij de enige Redder, Jezus Christus, zouden terechtkomen..
Bert Mulder schreef:Onze schuld is niet dat we een 'aanbod' verwerpen, maar dat we in Adam doodgevallen zijn.
Joh 16 zegt toch wel iets anders : zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel: van zonde, omdat zij niet in Mij geloven
En waarom geloven we, van nature, niet in Hem? Is het niet dan, omdat, zoals de HC het ook leert (naast de Schrift):
Vr.7. Vanwaar komt dan zulke verdorven aard des mensen?
Antw. Uit den val en de ongehoorzaamheid onzer eerste voorouders, Adam en Eva, in het paradijs a, waar onze natuur alzo is verdorven geworden, dat wij allen in zonden ontvangen en geboren worden b.)
gelijk heb je, maar dát wordt ons niet verweten. Wel wordt ons verweten dat we niet WILLEN geloven. "hoe vaak heb Ik uw kinderen bijeen willen brengen, (...) maar u hebt niet gewild!" en "Maar deze vijanden van mij, die niet wilden dat ik koning over hen zou zijn, breng ze hier en sla ze hier voor mijn ogen dood."
Wie zegt 'er is geen waarheid' heeft groot gelijk, want die bestaat wél.
dennis schreef:De oproep tot geloof en bekering moeten we voluit laten staan. Er is inderdaad het gevaar dat de - op zich terechte - angst voor remonstrantisme, ons verleidt om dat niet te doen.
Maar dat is dodelijk gevaarlijk. Het maakt mensen lijdelijk. We moeten in de spangaat terechtkomen: ik moet me bekeren, maar het lukt me niet. Opdat we bij de enige Redder, Jezus Christus, zouden terechtkomen..
Wie dan zegt dat het Evangelie NIET verkondigt MOET worden, met oproep tot geloof en bekering?
Mijn enige troost is, dat ik niet mijn, maar Jezus Christus eigen ben, Die voor mijn zonden betaald heeft, en zo bewaart, dat alles tot mijn zaligheid dienen moet; waarom Hij mij ook door Zijn Heilige Geest van eeuwig leven verzekert, en Hem voortaan te leven van harte willig en bereid maakt.
dennis schreef:De oproep tot geloof en bekering moeten we voluit laten staan. Er is inderdaad het gevaar dat de - op zich terechte - angst voor remonstrantisme, ons verleidt om dat niet te doen.
Maar dat is dodelijk gevaarlijk. Het maakt mensen lijdelijk. We moeten in de spangaat terechtkomen: ik moet me bekeren, maar het lukt me niet. Opdat we bij de enige Redder, Jezus Christus, zouden terechtkomen..
Wie dan zegt dat het Evangelie NIET verkondigt MOET worden, met oproep tot geloof en bekering?
De oudvaders in ieder geval niet, voorzover ik hun geschriften ken. Bij Philpot weet ik het niet goed, maar ik heb te weinig van hem gelezen om me een gedegen oordeel te kunnen vormen.
Maar in een deel van de rechterflank van de gereformeerde gezindte - waartoe ik mezelf ook reken - wordt deze oproep soms (te) weinig gehoord. En ik bedoel dat heel genuanceerd. Bepaalde bijbelgedeelten lenen zich er ook meer voor dan andere. M.i. is het echter van het grootste belang dat de hoorders - net als bij oudvaders als Thomas Boston - alle vrijblijvendheid uit handen wordt geslagen. Onbekeerd zijn moet schuld worden.
