Tiberius schreef:huisman schreef:Tiberius schreef:Ds. Kort neemt Comrie onder vuur door hem zaken te laten zeggen, die hij niet gezegd heeft. Op vele plaatsen slaat Kort de plank volledig mis. Helaas, dat hij zo volgzaam een sterk bestreden (o.a. door dr. W. van Vlastuin) scriptie van W.J. van den Brink als bron neemt.
Hier wreekt het zich opnieuw dat jij het boek niet hebt gelezen. ds Kort is tamelijk gematigd over de leraar Comrie maar veel feller op de leerlingen die z.i. veel verder gingen dan Comrie.
Volgens De Heer "gaan er maar weinig hoofdstukken, ja zelfs weinig bladzijden voorbij, waar de predikant uit Woubrugge (=Comrie) het niet heeft gedaan, bijvoorbeeld als je leest: 'Lezers, ik kan hier niet uit mijn gedachten bannen hoe gevaarlijk Comrie in zijn theologie van de veronderstelde wedergeboorte is geweest. Helaas is dit de bitter vrucht als een mens met zijn verstand te werk gaat.'"
Terecht merkt De Heer op, dat dit "eenvoudig niet waar is - Comrie heeft geen veronderstelde wedergeboorte geleerd - is dit ook erg kort door de bocht geformuleerd."
(Het woordje "kort" in de laatste zin is waarschijnlijk geen woordspeling van De Heer, want dat soort humor heeft hij niet.)
Als je dit "tamelijk gematigd noemt", tja, dan houdt het voor mij eigenlijk een beetje op.
Hier zou ik twee dingen op willen zeggen:
1. Als je het boek zou hebben gelezen, dan zou je in ieder geval niet kunnen stellen dat ds. De Heer gematigder spreekt over ds. Kort, dan ds. Kort over ds. Comrie.
2. Uiteraard zal Comrie nergens zeggen dat hij een 'veronderstelde wedergeboorte' leerde, dit is een conclusie die uit zijn leer wordt getrokken. En een conclusie kan juist zijn of onjuist. Daarom de vraag: Hoe komt ds. Kort aan deze conclusie? Heel eenvoudig:
a Wedergeboorte = Het zien op Jezus
b Comrie noemt iets wedergeboorte wat niet het zien op Jezus is
c Dus Comrie noemt iets wedergeboorte wat geen wedergeboorte is
d Dus Comrie verondersteld dat iemand zonder de kennis van Jezus al wedergeboren is, wat niet zo is
e Conclusie: Veronderstelde wedergeboorte
En dat is het hele euvel in deze discussie. Comrie heeft een hele leerstelsel opgezet, die nader uitgewerkt is tot op ds. Moerkerken toe. Maar zodra je de conclusies van deze 'leerstelsel' hardop uitspreekt, dan wordt men boos.
Zie de wat ds. Moerkerken schrijft over 'het kindeke' dat nog geen kennis heeft aan Christus (even gekopieerd uit quote van Jan)
P16: Maar wat een onuitsprekelijk wonder is dan de
wedergeboorte. Alle geestelijke leven vangt hiermee aan. (...) De wedergeboorte is de levendmaking van de dode zondaar. Wij noemen het wel een
staatverwisseling, omdat
de dode zondaar in dat ogenblik mag overgaan uit de staat de toorns en der verdoemenis in de staat van gemeenschap met God.
Wat zijn de eerste kentekenen van de wedergeboorte? Wij menen: een hartelijke droefheid naar God over de zonde. (...)
P18: Zo'n nieuwgeboren kindeke weet niet dat het wedergeboren is. Ach, het is zo ongelukkig.
Zijn ogen zijn geopend voor zijn ontzettende val,
voor zijn rampzalige staat [waar hij dus niet eens meer in ligt, hij denkt het alleen nog steeds van wel]. Hij ziet de kloof tussen God en zijn ziel die hij nooit meer kan helen.
Bang is dat leven van de kinderekens veelal. Zij moeten sterven, en dat is God ontmoeten. O, dat gaat niet. Bang is dat leven, je, en toch soms ook zoet. Zij zouden nooit meer naar de wereld terug willen. Al zit de dood en de bloedwreker op hun hielen, zij begeren hun vroegere rust niet terug,
toen zij dood waren voor de dood.
P22: Samenvattend zouden wij willen zeggen dat een kindeke in de genade wel het geloof bezit, namelijk de hebbelijkheid des geloofs. Immers, door dit in zijn hart geplante geloof wordt hij met Christus, de ware Wijnstok, verenigd en ontvangt van Hem zijn levenssappen. Zonder dit is er géén geestelijk leven, maar is de mens nog dood in zonden en misdaden.
Maar wat zulk een 'kindeke' nu nog mist, dat zijn de
oefeningen des geloofs. Die zijn nog zo zwak en gebrekkig. (...) Wat zulk een kindeke óók mist, dat is de kennis van de Persoon van Christus.
P23: Wat heeft de jongeling nu wat het kindeke mist? We menen dat tussen het leven van het nieuwgeboren kindeke en dat van de jongeling de openbaring van Christus aan het hart ligt. Een mens kan dus geruime tijd
op de weg zijn, voor de Heere Jezus hem geopenbaard wordt. Dit is naar de Schrift. Wie zal durven beweren dat de moordenaar aan het kruis nog een onbekeerd en onboetvaardig mens was, toen hij zich voor God verootmoedigde en een welgevallen kreeg in de straf van zijn ongerechtigheid? Toch werd Christus eerst in zijn ziel geopenbaard bij het bevrijdende woord des Heeren: 'Voorwaar zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn.'
Hieruit is de conclusie gerechtvaardigd dat ds. Moerkerken stelt dat je zonder de persoonsopenbaring van Christus (de wedergeboorte die je in de Schrift tegenkomt) bekeerd kan zijn. Immers, je mag de moordenaar aan het kruis niet onbekeerd noemen. En toch, noemt hij deze conclusie 'laster, verdraaiing van andermans standpunt'. Daarom kan ik mij niet aan de gedachte onttrekken, dat men de consequenties van hun eigen leer niet wensen te dragen.