Beste Refojongere,
Oorspronkelijk gepost door Refojongere
Jammer dat je niet ingaat op wat de vleselijke besnijdenis inhield. Dat staat in Romeinen 4:11. Het is een teken van de rechtvaardigheid uit het geloof.
Het is een teken van het verbond dat God met Abraham en zijn vleselijke nageslacht sloot.
Het is een zegel van rechtvaardiging uit het geloof - voor Abraham. (Uit het N.T. blijkt duidelijk dat gelovigen in Christus verzegeld worden met een ander zegel - de Heilige Geest).
Dit zegel van de besnijdenis geldt niet voor degenen die geloven en onbesneden zijn. Evenmin zal het teken der besnijdenis gelden voor hen, omdat zij niet het vleselijke nageslacht zijn.
Maar ook voor de onbesnedenen is Abraham een vader - voor hen die zijn geloof navolgen.
Ik ben er overigens meerdere keren op in gegaan.
Jammer dat je niet ingaat op de inhoud van de vleselijke besnijdenis - lees Genesis 17.
Niks geen teken van vleselijke beloften, maar van geestelijke beloften.
Lees Genesis 17.
Waarom is de besnijdenis afgeschaft als het gaat om geestelijke beloften? Waarom was het tot onnut? Waarom komt er - volgens jullie - iets voor in de plaats dat net zo ‘uiterlijk’ geschiedt als de vleselijke besnijdenis? Wat is dan de meerwaarde van het één of het ander?
Naar mijn mening degradeer je de betekenis van de doop ontzettend door het als vervangend voor de besnijdenis te noemen.
Waarom wordt er in Deuteronomium en Jeremia gesproken van 'besnijdenis van het hart'. Een wat vreemde uitdrukking, had het misschien wat te maken met de vleselijke besnijdenis?
Nogmaals:
Ja - natuurlijk werd het één als een beeldspraak gebruikt voor het ander. Als God de vleselijke besnijdenis niet had ingesteld (Gen 17), had Hij ook niet het woord 'besnijdenis' gebruikt om het 'afleggen van het lichaam des vlezes' aan te duiden - je moet bedenken dat God éérst de vleselijke besnijdenis heeft ingesteld, lang voordat hij als beeldspraak 'besnijdenis van het hart' benoemde, omdat het volk naar het vlees - als nageslacht van Abraham en dus besneden - wèl zijn volk was, maar naar het hart daar vaak níet naar handelde, uiterlijk afgescheiden, innerlijk gelijkvormig aan de wereld.
Wat had God als eerste genoemd? De vleselijke besnijdenis of de besnijdenis van het hart?
Wat zou dan waaruit zijn voortgevloeid? De uitdrukking ‘besnijdenis van het hart’ uit het feit dat God als teken reeds de ‘vleselijke besnijdenis’ zou hebben ingesteld, en dit voor alle Israëlieten een duidelijk voorbeeld zou zijn om aan te duiden dat men Hem met het hart moest dienen? Of had God de vleselijke besnijdenis slechts ingesteld, zodat Hij véél later (meer dan 430 jaar later) een voorbeeld van de besnijdenis zonder uitleg kon gebruiken om aan te duiden dat het volk Hem met hun hart moest dienen? Dit laatste blijkt dus echt niet uit Genesis 17.
De doop is in plaats van de besnijdenis gekomen. Niet dat je overal waar 'doop' staat 'besnijdenis' kunt invullen en andersom.
Nee, daarom klopt de hele redenering ook niet.
Als ik zeg dat het Nieuwe Verbond in plaats van het Oude Verbond is gekomen, dan ga ik toch ook niet zeggen dat overal waar gesproken wordt over het Oude Verbond, ook gesproken kan worden over het Nieuwe?
Het nieuwe verbond is nog niet geheel in plaats van het oude gekomen - het oude bestaat nog steeds, net zoals de besnijdenis bestaat. Immers, vele mensen leven nog ‘als in het oude verbond’ en vele mensen leven nog ‘als onder de wet’ (ook velen die trouw naar de kerk gaan) - maar wat verouderd is, is niet ver van verdwijning (Heb. 8).
En omdat de
inhoud van de beide verbonden zó veel verschilt, kan het inderdaad nóóit door elkaar vervangen worden - om met ds. Pieters te spreken ‘dezelfde bedoeling en inhoud’, ‘de tekenen dekken elkaar’ - gaat hier totaal níet op. Gelukkig niet. Als ze dezelfde inhoud hadden, dan was de komst van Jezus vergeefs. Of:
want indien de rechtvaardigheid door de wet is, zo is dan Christus tevergeefs gestorven. Gal. 2:21.
Net zo min als de
inhoud van het oude verbond overeenkomt met dat van het nieuwe komt de
inhoud van het teken van het oude verbond (de besnijdenis) in overeenstemming is met de inhoud van de doop (dat nergens genoemd staat als teken van een verbond). Dáárom kan het inderdaad niet vervangen worden, nee. De inhoud komt niet overeen.
Wij (als gelovigen en kinderen der gelovigen) behoren ook tot het verbond der genade dat God met Abraham sloot in Genesis 17:7:
"Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten
Verbond der genade - het staat niet in de bijbel.
Waar gaat het verbond over in Genesis 17? Of haal je het nu een beetje uit z’n context? Of is de belofte van het land Kanaän ook voor het geestelijke nageslacht?
Nee, de belofte dat in Abraham alle volken gezegend zullen worden - dit door Jezus Christus - staat reeds genoemd in Gen. 12. De besnijdenis kwam niet ter sprake - het was lang voor die tijd. En díe belofte wordt het evangelie genoemd, dat reeds aan Abraham is verkondigd (Gal 3:8), opdat allen die geloven gezegend worden met de gelovige Abraham. Op díe stam der belofte zijn alle gelovigen uit de heidenen geënt en door díe belofte behoren allen die
geloven tot het geestelijke nageslacht van Abraham. (We zijn niet geënt op het
oude verbond, met enkele aanpassingen (geen besnijdenis, geen brand- en zondoffers ofzo), nee we zijn geënt op een belofte die reeds lang vóór dit verbond aan Abraham is gegeven).
Overigens begin je het een beetje door elkaar te halen: Wat is nu het oude verbond en wat het nieuwe? Hoort de besnijdenis nu bij het oude verbond, of ook bij het nieuwe verbond (dat jullie ‘verbond der genade’ plachten te noemen)? Het klopt toch niet dat als je de besnijdenis noemt als teken van het oude verbond (blijkt uit Genesis 17, toen het werd ingesteld) en vervolgens Genesis 17 ook aanhaalt als zijnde ‘het verbond der genade’ dat God met Abraham sloot?
Groeten, Rose.
[Aangepast op 5/5/03 door roseline]