Joannah schreef:
Ik weet het ook niet, maar door Zijn eigen Zoon zo vreselijk te laten lijden voor een anders verloren wereld, blijkt m.i. dat God ons nog wel de moeite waard vond.
Ik vind Dia's benadering van het Evangelie(blijde boodschap) met vervloeking en verwerping van hen die de wet niet houden (niemand kan de wet houden)onnodige spanning opleveren.
Geachte Joannah, dit is niet mijn woord. Het is Gods Woord. Een mens komt geen vervloeking toe of verwerping toe. De tekst leerden we als een van de eersten uit het eenvoudige boekje van ds. A. Hellenbroek. Nooit geleerd? Nooit deze tekst in de Bijbel gelezen? Nee, buiten Christus kan God niet met een mens meer van doen hebben. Een ontdekte ziel gaat zien dat God buiten Christus een verterend vuur en een eeuwige gloed is. Als onze schuld en zonden niet worden gewassen moet die ondeelbare toorn van God eeuwig op ons rusten. En dat (ja, zeggen we het eerlijk?) rechtvaardig... God is een God van Recht en Ganande. Maar geen genade dan als aan het Recht Gods genoeg is gedaan. Dat we niet zouden rusten voor we het weten: De hitte van Gods gramschap is geblust. Wordt die niet aan deze kant van dood en graf geblust dan blijft de toorn Gods op ons. Voel je dat? Nee, dat voelen we van naturen niet. Nee, maar jij en ik zijn (weten we het al?) van nature geneigd om God en onze naasten te haten. Een geliefde oud- herder en leraar sprak eens: Als God Zijn weerhoudende genade ook maar één ogenblik zou intrekken, zou deze wereld een hel worden, we zouden elkaar vermoorden. Is het zo erg dan? Ja, wij zijn van nature geneigd om God en onze naasten te haten.
Laten we toch niet zwerven van de ene naar de andere menselijke wijsheid. Dat gaat allemaal teniet. Laten we God nog zoeken nu het nog het heden genaamd wordt.
Ik weet dat het misschien wat prekerig overkomt, maar ik zie hier zoveel onkunde. Dan wordt je wel eens bewogen met de schare. Begrijp je het? En daarmee wil ik anderzijds ook weer niet zeggen dat ik nu zoveel zie. Maar één ding weet ik wel. Soms ziek ik toch mensen als bomen wandelen. Wie het vat die vatte het.
Ik moet nu naar bed, en hoop dat je niet boos wordt, maar onderzoek het eens eerlijk tussen God en je ziel. Dat moet ik ook doen. En dan zou ik willen eindigen: Heere, open onze ogen, dat we ziende mogen worden.