Re: Over ritme en inhoud van liederen
Geplaatst: 20 mei 2009, 12:22
„Hele noten: onthaastende manier van zingen”
GRONINGEN – De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) grijpt het Calvijnjaar aan om in den lande psalmzingavonden te organiseren. Dinsdagavond was Groningen aan de beurt.
Vijf avonden tussen Pasen en Pinksteren psalmen zingen. Na Middelburg, Kampen en Gouda waren de organisatoren ds. Roel A. Bosch en het Vocaal Theologen Ensemble onder leiding van Hanna Rijken gisteravond te gast in de Nieuwe Kerk van Groningen. Volgende week woensdag wordt de serie in Dordrecht afgesloten. Het programma: psalmzingen met Calvijn.
Warmte
„Calvijn en zijn medewerkers schreven en componeerden met het oog op de Geneefse kerken in de 16e eeuw. De kracht van hun werk bewijst zich nog wekelijks. Maar het is ook goed om open te staan voor andere opties”, aldus het boekje ”Alles wat adem heeft. Psalmen zingen met Calvijn” dat het programma vergezelt.
Volgens ds. Bosch, die in het ensemble meezingt maar ook het programma aan elkaar praat, voelen velen bij de psalmen wat Calvijn ooit voelde. „De eeuwen door hebben mensen allerlei emoties met de Psalmen ervaren: warmte, maar ook de kou die je in jezelf kunt voelen. Die emoties kunnen op allerlei manieren vertolkt worden, bijvoorbeeld in dialoogvorm.” Ter illustratie zingen ensemble en aanwezigen in beurtzang Psalm 122 van Willem Vogel.
Heel anders klinkt een Hebreeuwse psalm. „Krachtig, bondig, kort.” Het ensemble laat, met viool, trommel en tamboerijn, Psalm 114 van de joodse chazan Hans Bloemendal horen. „De bergen dansen inderdaad als rammen.”
Ook in veel nieuwere manieren van psalmzingen kan de tekst heel direct worden uitgedrukt. Ds. Bosch: „Het gregoriaans en ook de Geneefse melodieën zijn neutraal: je kunt er de stemming van de tekst niet in tot uitdrukking brengen.” Dat kan wel in andere vormen van psalmzingen: Psalm 130 van het project Psalmen voor Nu, Psalm 84 op de Engelse manier van het ”chanten”, Psalm 93 uit de rooms-katholieke bundel Gezangen voor Liturgie, een verstilde Psalm 131 uit Iona.
Jubilate
Luther en Calvijn waren vertrouwd met de praktijk dat iedere zondag een vaste Latijnse psalm heeft. Zo is de derde zondag na Pasen genoemd naar Psalm 66: ”Jubilate”. „Het gregoriaanse gezang kleurde zo elke zondag.” De vrouwen van het ensemble laten horen hoe het gregoriaans klinkt.
Iedere manier van psalmzingen heeft z’n eigen manier van aanpak. Ds. Bosch: „Bij het gregoriaans wordt er één stukje tekst uitgepakt, terwijl een psalmberijming de tekst van a tot z weergeeft.” Een tussenvorm is Luther. In ”Aus tiefer Not” bijvoorbeeld geeft hij een aantal zaken uit Psalm 130 weer. „Die dingen die hij belangrijk vond voor zijn gemeente.”
Klik hier!
Psalm 46 was bij de hugenoten in de 16e eeuw heel geliefd. „Daar vonden ze in tijden van vervolging toevlucht in.” De nieuwe berijming legt volgens ds. Bosch de lijn tussen Calvijn en Luther door twee strofen te laten eindigen met: „Een vaste burcht is onze God.”
Ook de oude berijming komt aan bod. Ds. Bosch vertelt over Datheen, dat het tempo steeds lager kwam te liggen in de Nederlandse traditie. „Rond 1770 deed men één minuut over één regel.” Sommige verzen uit deze berijming zijn bij veel mensen in hun geheugen gegrift. Psalm 42 is daarvan een voorbeeld. Vervolgens klinken vers 1 en 7, langzaam, op hele noten, met tussenspelletjes van de organist tussen de regels.
„Iedere manier van psalmzingen heeft z’n eigen manier van devotie”, reageert ds. Bosch. „Deze stoere manier van zingen leert je geduld te oefenen, tijd te nemen. Zeg maar een onthaastende manier van zingen.”
bron: http://www.refdag.nl
GRONINGEN – De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) grijpt het Calvijnjaar aan om in den lande psalmzingavonden te organiseren. Dinsdagavond was Groningen aan de beurt.
Vijf avonden tussen Pasen en Pinksteren psalmen zingen. Na Middelburg, Kampen en Gouda waren de organisatoren ds. Roel A. Bosch en het Vocaal Theologen Ensemble onder leiding van Hanna Rijken gisteravond te gast in de Nieuwe Kerk van Groningen. Volgende week woensdag wordt de serie in Dordrecht afgesloten. Het programma: psalmzingen met Calvijn.
Warmte
„Calvijn en zijn medewerkers schreven en componeerden met het oog op de Geneefse kerken in de 16e eeuw. De kracht van hun werk bewijst zich nog wekelijks. Maar het is ook goed om open te staan voor andere opties”, aldus het boekje ”Alles wat adem heeft. Psalmen zingen met Calvijn” dat het programma vergezelt.
Volgens ds. Bosch, die in het ensemble meezingt maar ook het programma aan elkaar praat, voelen velen bij de psalmen wat Calvijn ooit voelde. „De eeuwen door hebben mensen allerlei emoties met de Psalmen ervaren: warmte, maar ook de kou die je in jezelf kunt voelen. Die emoties kunnen op allerlei manieren vertolkt worden, bijvoorbeeld in dialoogvorm.” Ter illustratie zingen ensemble en aanwezigen in beurtzang Psalm 122 van Willem Vogel.
Heel anders klinkt een Hebreeuwse psalm. „Krachtig, bondig, kort.” Het ensemble laat, met viool, trommel en tamboerijn, Psalm 114 van de joodse chazan Hans Bloemendal horen. „De bergen dansen inderdaad als rammen.”
Ook in veel nieuwere manieren van psalmzingen kan de tekst heel direct worden uitgedrukt. Ds. Bosch: „Het gregoriaans en ook de Geneefse melodieën zijn neutraal: je kunt er de stemming van de tekst niet in tot uitdrukking brengen.” Dat kan wel in andere vormen van psalmzingen: Psalm 130 van het project Psalmen voor Nu, Psalm 84 op de Engelse manier van het ”chanten”, Psalm 93 uit de rooms-katholieke bundel Gezangen voor Liturgie, een verstilde Psalm 131 uit Iona.
Jubilate
Luther en Calvijn waren vertrouwd met de praktijk dat iedere zondag een vaste Latijnse psalm heeft. Zo is de derde zondag na Pasen genoemd naar Psalm 66: ”Jubilate”. „Het gregoriaanse gezang kleurde zo elke zondag.” De vrouwen van het ensemble laten horen hoe het gregoriaans klinkt.
Iedere manier van psalmzingen heeft z’n eigen manier van aanpak. Ds. Bosch: „Bij het gregoriaans wordt er één stukje tekst uitgepakt, terwijl een psalmberijming de tekst van a tot z weergeeft.” Een tussenvorm is Luther. In ”Aus tiefer Not” bijvoorbeeld geeft hij een aantal zaken uit Psalm 130 weer. „Die dingen die hij belangrijk vond voor zijn gemeente.”
Klik hier!
Psalm 46 was bij de hugenoten in de 16e eeuw heel geliefd. „Daar vonden ze in tijden van vervolging toevlucht in.” De nieuwe berijming legt volgens ds. Bosch de lijn tussen Calvijn en Luther door twee strofen te laten eindigen met: „Een vaste burcht is onze God.”
Ook de oude berijming komt aan bod. Ds. Bosch vertelt over Datheen, dat het tempo steeds lager kwam te liggen in de Nederlandse traditie. „Rond 1770 deed men één minuut over één regel.” Sommige verzen uit deze berijming zijn bij veel mensen in hun geheugen gegrift. Psalm 42 is daarvan een voorbeeld. Vervolgens klinken vers 1 en 7, langzaam, op hele noten, met tussenspelletjes van de organist tussen de regels.
„Iedere manier van psalmzingen heeft z’n eigen manier van devotie”, reageert ds. Bosch. „Deze stoere manier van zingen leert je geduld te oefenen, tijd te nemen. Zeg maar een onthaastende manier van zingen.”
bron: http://www.refdag.nl