Ander schreef:Erasmiaan schreef:memento schreef:huisman schreef:Wij gaan denk ik veel teveel in detail in op een klein gedeelte van 1 preek van Dr. C. Steenblok dan krijg je idd een citatenoorlog.
Juist een concrete casus kan helder krijgen hoe de dogmatiek functioneerde in de praktijk. Mijn stelling is namelijk dat het zodanig functioneerde bij Steenblok, dat zijn dogmatiek bóven de Schrift stond. Waardoor imperatieven en belofte-toezeggingen (zeker als het gaat richting onbekeerden) niet voorkomen in zijn prediking, ook al komen ze wel voor in zijn tekst.
Als die stelling onjuist is, is dat met een citaat eenvoudig te weerleggen (je hebt immers maar één stukje nodig, waarin een imperatief (bekeert u!) en een belofte-toezegging richting een onbekeerde voorkomt, en je hebt mijn stelling weerlegt). Daarvoor is geen citatenoorlog nodig.
Welnu, hier heb je een citaat:
Dr S. Ik vrees voor die kant, waar U heengaat. Dat is oppervlakkigheid.
Ds V. Nee, als het die kant op gaat, gaat het de lijdelijkheid heen.
Dr S. Neen, want er wordt juist geleerd: "Die zich bekeert, zijn zonden belijdt en laat, zal barmhartigheid geschieden". Dat is het voorwaardelijke. U is het daarmee eens.
Ds V. Men gaat dan aan een mens, die reeds aanvankelijk genade ont¬ving, het aanbod van genade prediken.
Dr S. U begrijpt het niet goed. De uitwendige roeping houdt dit in, dat voor een ieder, die zich bekeert en gelooft, genade is.
Ik denk nu dat memento zegt: Hij had moeten zeggen: bekeert u, belijdt en laat uw zonden, en u zal barmhartigheid geschieden.
Dat
'bekeert u, belijdt en laat uw zonden', is ook reeds aanbod van genade, want door de vrucht van Christus' arbeid, kan deze mogelijkheid om met God verzoend te worden alle mensen aangeboden worden. Echter alleen in die weg, die God verordineerd heeft.
En dan de volgende punten in overdenking nemende...;[/color]
- Waarvan moet ik mij bekeren als ik er niet van overtuigd ben dat ik op de verkeerde weg ben?
- Wat zijn zonden en welke zonden moet ik belijden als ik er nog nooit door het licht van Gods Geest er door ontdekt ben wat die zonden zijn, en dieper, uit welke verdorven aard dat ze voortvloeien, maar bovenal, tegen Wie wij ze bedrijven?
...kunnen we vast stellen dat deze kennis der ellende noodzakelijk is om ons uit te drijven tot Christus', het Medicijn om deze zielekwaal te genezen, de Weg, de Waarheid en het Leven, waarbij een ieder die tot Hem komt geenszins uitgeworpen zal worden. Aan de andere zijde zal zulk een zondaar die dit te beurt mag vallen onlosmakelijk hieraan verbonden, ook iets mogen zien van de andere zijde van dit Goddelijke heilsplan, namelijk wat in deze tekst vervat ligt in Johannes 6 vers 44:
Niemand kan tot Mij komen, tenzij dat de Vader, Die Mij gezonden heeft, hem trekke; en Ik zal hem opwekken ten uitersten dage.
Kanttekening 55 zegt hier van dat trekken dat het een Goddelijk werk is:
Dat is, tenzij dat Hij dengene die van nature onbekwaam en onwillig is, door de krachtige werking Zijns Heiligen Geestes daartoe bekwaam en willig maakt, Hand. 16:14. Filipp. 2:13.
Daarbij wordt ook heengewezen naar vers 65. Uit dit hoofdstuk lezen we zo helder dat het toebrengen tot een zaligheid een werk is van de Drieenige God.
Want daar stopt het niet mee, want er volgt:
'zal barmhartigheid geschieden'. Deze boodschap komt tot alle hoorders in de
uitwendige roeping, maar zal zoals hiervoor aangetoond in de weg geschonken worden van bekering. Zonden belijden en laten. En dat gaat nooit buiten de liefde Gods om. Want het is juist die liefde die in het hart uitgestort wordt en het verbreekt, waardoor de ziel op God aan gaat werken, Gods Woord, dag en inzettingen lief krijgt. De droefheid naar God wordt geboren. En als dat gebeurt door Gods Geest is er spraken van de
inwendige roeping. Van deze mensen spreekt Paulus als hij het heeft over 'de geroepenen van den Heere Jezus Christus', bijv. in Romeinen 1 vers 6.
Dit is mijn visie, en naar ik meen ook die van ds. Kersten en dr. Steenblok.