Geplaatst: 01 mar 2007, 11:48
Klopt. Aan de andere kant, als 100 dominees het evangelie preken, kan die schreeuw niet blijven. Het evangelie is dat God de wereld zo liefhad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven opdat ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. God geeft dan verlossing door Jezus aan zo iemand. De aanbod van genade vindt immers door de prediking plaats (Romeinen 10). kan je dan roepen: Geef mij Jezus of ik sterf, terwijl God Hem iedere zondag weer wil geven? Dan is het niet God die niet geeft, maar de mens die zijn hand niet ophoudt en dus niet ontvangt. Wel goed om dat onderscheid aan te brengen, er zijn mensen die dingen vragen en als ze het aangeboden krijgen, het toch niet aannemen.Van ganser harte mee eens! Theologisch dogmatisch geloof ik ook (en daarin ben ik zelf toch teruggekomen op een hier eerder verdedigde visie) dat de ziel die roept en schreeuwt van Godsverlangen, van droefheid naar God over de zonde, geen geestelijk dode meer is. Maar in de bevinding heb je daar niets aan. Want waar de Geest zo aan het werk is, drijft Hij uit naar Christus, en laat dan 100 dominees mij vanaf de kansel verkondigen dat het best wel eens zaligmakend werk zou kunnen zijn, in mijn ziel is er maar 1 schreeuw: geef mij Jezus of ik sterf, want buiten Hem is geen leven maar een eeuwig zielsverderf.
Niet iedereen met ware bevinding kent Jezus? Dan is er geen ware bevinding. Ware bevinding hoort immers bij waar geloof. Kortom, die vraag moet met nee worden beantwoord. De nee in ja veranderen kan alleen als de "Christuskennis" (ik noem het liever Geloof) er is. Is die er niet, dan is er ook geen leven.En daarom ben ik het eveneens van ganser harte hiermee eens "Ware en valse bevinding zijn niet te onderscheiden in de prediking zonder de Chistuskennis erbij te betrekken. En dan loop je tegen problemen aan. Want niet iedereen met ware bevinding kent Christus nog. Is er dan wel leven? Ik meen dat we die vraag omwille van voorkomen voor bedrog voor de eeuwigheid beter met nee dan met ja kunnen beantwoorden. Naderhand de nee in ja bijstellen is beter dan andersom. Dit punt is theologisch niet dicht te timmeren zonder in gevaar te komen met de leer van de rechtvaardiging van de goddeloze."