Afgewezen schreef:@GJdeBruijn, het lijkt me beter om terug te gaan naar de Schrift zelf en je niet (uitsluitend) te baseren op uitleggingen van de mensen, want alle mensen zijn leugenachtig en ijdeler dan de ijdelheid zelve, zegt de NGB.
Zeg dan gewoon eerlijk dat je niet kunt leven met SCHRIFTUURLIJKE weerlegging van de reformatoren ten aanzien van de doperse dwalingen en de daaruit voorgekomen belijdenisgeschriften.
Beza heeft zijn belijdenis opgestelt om te bewijzen ten opzicht van de RK dat ze geen anabaptisten waren. Op dat punt wilden de reformatoren gelijk optrekken met de RK.
Dan was er kennelijk heel wat aan verbonden, want zo goed was de verstandhouding tussen Beza en de RK nou ook niet echt....!
Ondertussen ben ik het ook niet helemaal eens met Huisman. Er is wel degelijk een groot verschil tussen uitwendig en inwendig. Pleiten op de doop lijkt me uiteindelijk niet Bijbels. Bovendien onnodig. Plijten op de God van het Verbond lijkt me een betere wijze van uitdrukken. De doop is een sacrament en geen soort 'opstapje' tot het heil. Geloof is en blijft nodig en wordt geschonken uit soevereine genade. En er zijn gedoopten die niet in subjectieve zin zullen delen in de belofte. Maar wie dat zijn, voor die vraag geldt dat het verborgene is en ons geen reden geeft of beloftes danwel weg te houden bij onze kinderen danwel te subjectief door te trekken naar een soort 'plus' status ten aanzien van ongedoopte kinderen. Het is een sacrament dat alleen echt op waarde geschat kan worden als het met geloof gepaard gaat.
We moeten dan ook met het ware geloof beginnen, dat beloften eigent, en het recht daartoe ontleent aan de prediking van de VerbondsGod en niet aan de doop of afkomst uit gelovige ouders. De ouders mogen in geloof vertrouwen op hun Verbonds God. Hun kinderen kunnen echter niets met het geloof van hun ouders maar dienen hun ouders na te volgen in het ware geloof. Daarvoor is een wonder nodig en daarin laat een gelovige ouder, die Zijn Vader vertrouwt, vrij in voor wat betreft wijze waarop en moment. Uw wil geschiedde, ook hierin. De kinderen mogen ondertussen horen van die God die goed is voor zondige mensen. De kinderen zullen als het goed is horen van de noodzaak om gerechtvaardigd te worden. Die noodzaak moet voorop, want daarin ligt de sleutel van de definitie van het ware geloof dat nodig is om te delen in de beloftes van het verbond. Niet de doop, want die is slechts een middel bij de prediking gesteld dat getuigt 1 dat we gewassen moeten worden in het Bloed van Christus en 2 dat wie gerechtvaardigd is gewassen is, en 3 dat de prediking nodigt tot Christus die onze rechtvaardigheid IS.
Mijn bezwaar tegen de opvatting van huisman is dat de kans op overschatting van de doop ten koste van de rechtvaardiging, het geloof beredeneert vanuit de dooptoezegging zonder dat een gedoopt kind nog een zondaar voor God wordt en in die weg gerechtvaardigd wordt. De wetsbediening wordt zo mogelijk losgekoppeld van het evangelie als het gevolg van het te stellig overwaarderen van de positie van de gedoopte waardoor evangelie kracht zou doen zonder verbrijzelend werk van de wet.