Zonderling schreef:
Je kunt het bedoelen in de zin van de algemene verzoening.
Je kunt het bedoelen in de zin van de al-verzoening.
Precies, zo vatte ik het ook op, gezien het punt waar het als commentaar op werd gegeven. Het komen tot Jezus, de toeëigening van het heil waar het hier in het topic over gaat, moeten we niet op de Arminiaanse wijze willen vertalen naar een eenzijdige oproep tot een verstandelijk geloof en ook niet willen beperken tot een hypercalvinistische afhouden tenzij de wedergeboorte gebleken is.
Geen eenzijdig appel op basis van enkel verstandelijk concluderen, en anderzijds een voorwaardelijk aanbod van genade. Het evenwicht loopt mijns inziens daar tussendoor.
Als de prediking alle hoorders oproept tot het vluchten tot Christus en alle hoorders geven gehoor daaraan, dan is geenszins gezegd dat alle hoorders het ware geloof bezitten. Desalnietemin mag de oproep om tot Hem te gaan nooit daaronder in mindering worden gebracht om dit te voorkomen. Een mens is nooit in staat de staat van de mens te beoordelen en zo het geloof te onderscheiden in waar of schijn. De gelovigen en ongelovigen worden in Gods Woord eenduidig als gemeente van Christus aangesproken. Ook in de aanbieding van het heil. Net als de prediking van de wet. Beide gaan samen op, voor de hele gemeente. Niemand is te verontschuldigen in het blijven liggen in ongeloof.
Het onderscheid maken, het separeren van de prediking dient voordurend plaats te vinden. Met oproep tot zelfonderzoek, met vermaning om standvastig te zijn in het geloof, met een vermaning de verkiezing vast te maken. Aan alle toehoorders! Met een duidelijk weergeven van kenmerken waarachter geen hoorder zich kan verschuilen. Kenmerken waarin ook alle tot Christus gevluchtte zondaren zich kunnen toetsen op ware geloofsgronden. Daarmee zeg ik dus dat niemand tegengehouden mag worden in het komen tot Christus, onder de verwijzing naar Zijn gewilligheid als Zaligmaker. Onder de verwijzing naar de tekst dat Hij de zondaar die tot Hem komt, geenszins zal uitwerpen.
Tegelijkertijd met de wetenschap dat er schijngeloof is. Dat weerhoud ons niet om de waarheid van Christus als gewillige Zaligmaker te verkondigen. Die boodschap moet niet afhankelijk gemaakt worden van het ongeloof! Niet van wedergeboorte! Niet van uitverkiezing! De waarheid dat een ieder die in een waar geloof tot Hem vlucht zaligheid in Hem vindt blijft altijd waar.
Punt is dat mensen het ware van het geloof niet kunnen, laat staan mogen beoordelen. Dat kan dan nooit een zaak zijn die als rem in de nodiging tot Christus fungeert. Wel als waarschuwing, wel als reden voor prediking waarin kenmerken genoemd worden.
Als pastorale bescherming voor zelfbedrog.
Ter verduidelijking een gedeelte uit de Kleine Catechismus verklaring van J. Fisher en de gebroeders Erskines. Zover ik kan zien laat deze verklaring een duidelijk evenwicht bestaan tussen de ruime nodiging tot Christus door de verkondiging van het Evangelie en de ondercheidingen van het geloof die hier niet als voorwaarde dienen, maar tot onderzoek, ook voor hen die menen reeds tot Christus gevlucht te zijn.
Uit De Kennis de Zaligheid. J. Fisher, E. en R. Erskine
Het geloof in Jezus Christus
86 Wat is het geloof in Jezus Christus?
Het geloof in Jezus Christus is een zaligmakende genade, waardoor wij Hem aannemen en op Hem alleen rusten tot zaligheid, zoals Hij ons in het Evangelie aangeboden wordt.
toelichtende vragen en antwoorden
1. Wat zijn de verschillende soor ten geloof, die in de Heilige Schrift genoemd worden?
Ze noemt vier soorten: het historisch geloof; het tijdgeloof; het wondergeloof en het zaligmakend geloof.
2. Wat is liet historisch geloof?
Het is louter een toestemming aan de waarheid van hetgeen in Woord geopenbaard is, zonder enige werkelijke liefde en
achting voor de daarin geopenbaarde dingen. Zo’n geloof kan in de duivelen gevonden worden, Jak. 2: 19 en in goddeloze
mensen, Hand. 8: 13
3. Waarom wordt het, het ,,historisch” geloof genoemd?
Niet alleen, omdat het alleen de geschiedenissen van de Bijbel gelooft; maar ook, omdat het de daarin geopenbaarde waarheden toestemt zonder er weinig of in ‘t geheel niet, bij betrokken zijn, of zonder ook maar enige persoonlijke toepassing in de ziel, Hand. 28:
4. Wat is een tijdgeloof?
Dit is een geloof, dat niet alleen de waarheid van de goddelijke openbaring toestemt, maar dat ook gepaard gaat met enigeoppervlakkige aandoeningen, die voor een tijd duren en daarna verdwijnen, Matt. 13:20-21
5. Heeft dit soort geloof ook enige invloed op de praktijk?
Het kan, gedurende enige tijd, vergezeld gaan van een uitwendige hervorming van enige grovere zonden, 2 Petr. 2: 20.
6. Wat is het wondergeloof?
Het is die bijzondere gave, waardoor iemand gelooft, dat er door de macht van God iets door hem tot stand gebracht zal worden, dat volkomen boven de kracht van alle natuurlijke oorzaken ligt, 1 Kor. 13: 2.
7. Waarom heeft God dit geloof aan sommigen gegeven?
Om één of andere buitengewone opdracht, of één of andere belangrijke zaak van de geopenbaarde godsdienst te bevestigen; zoals de wonderen van Mozes in het Oude Testament en van de Apostelen in het Nieuwe Testament.
8. Werd het wondergeloof in de dagen van onze Zaligmaker en Zijn apostelen ook niet aan sommigen geschonken, die niet wedergeboren waren?
Ja, zowel de buitengewone gave van het wondergeloof, als de gewone en algemene gaven van de Geest, zijn aan sommigen meegedeeld, die, — daarvan zijn wij overtuigd — geheel door God verworpen zullen worden, Matth. 7: 22 en 23: ,,Velen zullen te dien dage tot Mij zeggen: Heere, Heere!, hebben wij niet in Uw Naam geprofeteerd en in Uw Naam duivelen uitgeworpen en in Uw Naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb ii nooit gekend, gaat weg van Mij, gij, die de ongerechtigheid werkt!”
9. Wat is het zaligmakend en rechtvaardigende geloof?
Het is dat geloof in Jezus Christus, zoals het in het hoofdantwoord beschreven wordt, dus, ,,waardoor wij Hem aannemen en op Hem alleen rusten tot zaligheid, zoals Hij in het Evangelie aangeboden wordt”.