Als het goed is, is het: Wij zijn des Heeren. Ons hele leven, ons hele bestaan, alles wat we doen, alles wat we hebben: het is alles van de Heere.Willem schreef:De Bijbel doet het ook niet. De Bijbel stelt geen norm aan wat men mag uitgeven. De bijbel stelt een norm aan wat men moet doen voor de armen. De zogenaamde 10%. Meer mag. Minder niet. En als meer mag betekent dat m.i. dat mensen niet het recht hebben - leringen van mensen - om het meer wel op te leggen. En is verder - na het geven aan God wat van Hem is - het beschikbare vrij te besteden.
Ons gehele leven hoort in het teken te staan van de dienst aan Hem. Dan hebben we niets "vrij te besteden", maar besteden we alles in afhankelijkheid van Hem. Bezittende de dingen als niet-bezittende. Als in bruikleen hebbend.
Straks zullen wij over ons hele leven rekenschap moeten afleggen, ook over onze uitgaven. Zijn wij dan goede rentmeesters geweest.
24 Maar wee u, gij rijken, want gij hebt uw troost wegWillem schreef:Niet zijn leven in weelde bracht hem tot deze zonden. De verkregen weelde en rijkdom was een gave van God!memento schreef:Slecht voorbeeld. Zijn leven in weelde bracht hem tot vele vrouwen en afgodendienst...Tiberius schreef:Of bij koning Salomo.memento schreef:Verder: Misschien toch eens bij Calvijn in de leer aangaande matigheid en sober leven.
Wat is het voor een gedachtengang dat zielloze dingen ons tot zonde brengen? De mens doet de zonde en zijn zondige aard brengt hem tot zonde.
En Jezus zeide tot Zijn discipelen: Voorwaar, Ik zeg u, dat een rijke bezwaarlijk in het Koninkrijk der hemelen zal ingaan.
En wederom zeg Ik u: Het is lichter, dat een kemel ga door het oog van een naald, dan dat een rijke inga in het Koninkrijk Gods.
Rijkdom kan dus zeer goed een beletsel zijn om het koninkrijk der hemelen in te gaan...