Misschien een idee om het interview met Van Holten, waar Van Vlastuins artikel een reactie op is, ook even neer te zetten (of staat het al ergens?).
Opvallend is dat Van Vlastuin het bijna alleen maar over annihilatie heeft terwijl Van Holten daar met geen woord over rept.
„Grote verlegenheid rond leerstuk hel”
14-02-2008 10:57 | A. de Heer
Dr. van Holten spreekt donderdagavond voor het Leidse CSFR-dispuut Panoplia in het kader van het jaarthema ”Tussen hemelvaart en wederkomst - hier en nu in toekomstlicht”.
LEIDEN - ”Geloven in de hel?” luidt de titel van de lezing die dr. Wilko van Holten donderdagavond voor het Leidse CSFR-dispuut Panoplia hoopt te houden. Hij zal daarin enkele „gedachten” ontvouwen over „het vraagstuk van de hel.” Dr. Van Holten: „Ik stel een gematigde interpretatie voor.”
Panoplia organiseert donderdagavond de vijfde lezing in het kader van haar jaarthema ”Tussen hemelvaart en wederkomst - hier en nu in toekomstlicht”. In Van Holtens lezing zal, aldus de aankondiging, de vraag centraal staan hoe een gelovige het leerstuk van de hel in deze tijd (nog) een plaats kan geven in zijn of haar leven. „De lector zal hierbij vanuit een originele invalshoek betogen dat de hel in zijn opinie de uiterste consequentie van Gods liefde is.”
Dr. Van Holten, systematisch theoloog, promoveerde in 2003 op het proefschrift ”Explanation within the Bounds of Religion”. Al geruime tijd houdt hij zich daarnaast intensief bezig met het vraagstuk van de hel.
„Het gaat hier om een belangrijk en vitaal stuk uit de christelijke geloofsleer”, zegt Van Holten in een toelichting. „Maar veel gelovigen, theologen incluis, kunnen er niet of nauwelijks meer mee uit de voeten. Zelf ben ik lid van de Protestantse Kerk, het midden daarvan, maar ik heb al jaren geen goede preek over de hel meer gehoord. En mijn indruk is dat er ook in de rechterflank van christelijk Nederland steeds minder expliciet over de hel wordt gesproken.”
Terwijl deze kerken toch vaak wordt verweten slechts „hel en verdoemenis” te preken.
„Ik vind dat meevallen, in die zin: het is alweer een tijd geleden dat ik in een reformatorische kerk ben geweest, maar vanuit mijn jeugd herinner ik me dat er over de hel toch vooral met een zekere terughoudendheid werd gesproken. De hel werd veeleer stilzwijgend verondersteld. En sindsdien is de verlegenheid alleen maar toegenomen.”
Hét „probleem” met dit leerstuk, stelt de theoloog, „is de vraag hoe we de notie van een eeuwige straf kunnen rijmen met de liefde en goedheid van God. Naar mijn mening vált dit ook niet in overeenstemming met elkaar te brengen. Ik verdedig daarom niet de hel als plaats van eeuwige straf, maar stel een gematigde interpretatie voor. Zoals bijvoorbeeld ook de Anglicaanse Kerk dat doet - zij heeft een tijd geleden afstand genomen van het oude denken over de hel, en hanteert sindsdien de annihilatietheorie, een soort voorwaardelijke onsterfelijkheidsgedachte. Overigens heeft dat met name in evangelicale kring veel discussie opgeroepen.
Ik verbind de hel helemaal met de liefde en goedheid van God. En het is inmiddels al verschillende keren gebeurd dat mensen tegen me zeiden: Als ik zo over de hel kan denken als jij erover schrijft, dan kan ik beter met dit leerstuk uit de voeten.”
Uit een onderzoek van het opinieblad CV.Koers in 2004 kwam naar voren dat een niet gering aantal predikanten uit „orthodoxe kring” eigenlijk niet meer gelooft in een hel als plaats van eeuwig lijden.
„Dat onderzoek ken ik niet. Interessant. Maar het bevestigt wat ik al aangaf: Er bestaat grote verlegenheid rond dit leerstuk. De doordenking is ook lange tijd afwezig geweest. Wel merk ik dat er de laatste tijd in filosofisch-theologische kringen weer meer over wordt nagedacht.”
Naar aanleiding van het CV.Koersonderzoek merkte preses ds. J. Westerink bij de afsluiting van de generale synode 2004 van de Christelijke Gereformeerde Kerken op dat als er Eén is geweest Die veel gesproken heeft over de hel als plaats van eeuwige ondergang, het de Heere Jezus Zelf is geweest.
„Hij heeft daar een terecht punt. Ik vind ook dat je niet zomaar terzijde kunt schuiven wat de Heilige Schrift en de traditie van de kerk hierover zeggen. Berkhof zegt dan: Als jij op theologisch gebied iets gaat vertellen wat nog nooit iemand voor jou heeft gezegd, ga er dan maar van uit dat ook na jou niemand het meer zal zeggen. Ik wil mezelf dus verstaan met de bronnen van het geloof. Maar, we moeten niet selectief met de Bijbel omgaan, en bijvoorbeeld ook kijken naar het Oude Testament en verwerken wat Paulus zegt.”
Paulus zegt: Wie de Heere Jezus Christus niet liefheeft, die zij een vervloeking.
„Dat zou ik moeten nakijken. Maar deze tekst impliceert nog niet direct eeuwig lijden, dunkt me. In mijn lezing verwijs ik naar tal van teksten. En enerzijds zijn er veel teksten die, inderdaad, pleiten vóór de gedachte van een hel als plaats van eeuwig lijden. Maar er zijn ook andere teksten. Ik vind daarom dat we elkaar niet moeten proberen te overtuigen door over en weer allerlei teksten aan te voeren. Als systematisch theoloog zeg ik: Laten we kijken wat het meest samenhangt met het geloof in een goede God. Als de Heere God mensen eeuwig op zo’n plaats laat verblijven, is dat dan rechtvaardig? Strijdt dat dan niet met Zijn liefde?
Overigens wil ik de hel wel met straf blijven verbinden. Maar dan in die zin dat er ooit gerechtigheid zal komen, na alle, vaak ondraaglijk, onrecht nu. Diepgewortelde intuïties, zal ik vanavond betogen, vertellen ons dat excessieve misdaden als van de Hitlers, de Mengeles en de Saddam Husseins uit onze wereldgeschiedenis; maar ook van een man die een meisje jarenlang seksueel misbruikt, niet ongestraft kunnen blijven. Zonder hel geen gerechtigheid.”
Toch laat de Bijbel er, bijvoorbeeld in de gelijkenis van de rijke man en Lazarus, geen twijfel over bestaan dat er een „buitenste duisternis” is, waar „wening zal zijn en knersing der tanden.” Voor eeuwig, en om eigen schuld.
„Dat laatste voegt u er zelf aan toe. Ik betwijfel of dit de hoofdlijn van de Bijbel is. Ik denk dat de Bijbel meerduidig is op dit punt. In Handelingen 3 wordt bijvoorbeeld gezegd dat er een herstel van alle dingen zal zijn. En in 1 Korinthe 15 dat God alles zal zijn in allen. Misschien is dát wel de hoofdlijn: God is uit op het heil van de mensen. Daar komt bij: de Bijbel is één bron. Maar we hebben ook nog de traditie en de rede. En dan is mijn voorstel: er is een hel, maar geen eeuwig lijden.”
De kennis is mij te wonderbaar, zij is hoog, ik kan er niet bij. Ps. 139,6.