'Geen vuile handen door politiek compromis'
AMSTERDAM - Veel christenen zijn actief in de politiek. Houdt dat in dat ze zich dus verenigen in een christelijke partij? Over die oeroude vraag organiseerde het VU-podium, samen met het CDA, woensdag een symposium.
Het compromis in de politiek hoort erbij. Dat is echter niet hetzelfde als vuile handen maken. Het is het wezen van de politiek om op vreedzame wijze verschillende standpunten te verenigen in een gemeenschappelijk belang. Op 'Donneriaanse' wijze gaf CDA-denker Piet Hein Donner zijn visie op het thema christenen in de politiek. Het was alsof hij meteen de theoloog Bernard Reitsma van repliek wilde dienen. Reitsma nam ook deel aan het debat en herhaalde zijn eerder geuite waarschuwing aan christenen in de politiek. Met aanhaling van C.S. Lewis zei hij dat veel christelijke misdaden zijn voortgekomen uit verwarring van christelijke godsdienst en politiek. Politiek is, aldus Reitsma, alleen te bedrijven vanuit het besef van voorlopigheid. Een gevaar dat christenen in de politiek bedreigt, is de claim die elke religie kenmerkt, namelijk de ware religie te zijn.
Donner zette daar tegenover dat politiek nu eenmaal wordt bedreven door en voor mensen. Het geloof haal je niet uit de mens, dus zijn geloof en politiek niet van elkaar te scheiden. Wel erkende de CDA'er dat geloof nooit een maatstaf kan zijn om anderen in de politiek aan af te meten.
Donner zette zich af tegen fundamentalistische gelovigen, die slechts uit zijn op hun eigen gelijk en tegen kluizenaars die uit angst besmet te worden zich terugtrekken, ook uit de politiek. Beide houdingen acht hij ,,onchristelijk, want niet dienstbaar aan de samenleving''. Reitsma herkende zich niet in die twee uitersten. ,,Ik bepleit geen religieloze maatschappij, maar ik pleit voor een bijdrage van het christelijk geloof in de publieke ruimte, desnoods in de politiek.''
Herderlijk
Een tweede botsinkje van opvattingen was er tussen twee oude dispuutgenoten van Jumbo, een vereniging van VU-studenten, Bas de Gaay Fortman en Piet Hein Donner. Donner ziet het belang van christenen in de politiek vooral in het hebben van een visie. Met een bepaalde bril op kijken ze naar de samenleving. Die bril bepaalt hoe je als christen in de samenleving staat en daarin actief bent, ook in politieke zin.
De Gaay Fortman, twintig jaar lid van Tweede en later Eerste Kamer voor de PPR, greep terug op een herderlijk schrijven van de Nederlandse Hervormde Kerk uit 1955. Daarin wordt gewaarschuwd om de wil van God niet te vereenzelvigen met de praktijk van een van de partijen in Nederland. Verder zegt dat synodale schrijven dat christen-zijn een wijze van bestaan is. Het is het volgen van de weg door het leven naar de door God bedoelde humaniteit. De Gaay Fortman kon zich daarin goed vinden en haalde ook Handelingen 11:26c aan. Je hoeft je zelf niet te profileren als christen in de politiek, laten anderen dat maar van jou zeggen.
Donner gaf aan dat het voor een christen werkzaam in de politiek relativerend werkt dat het perfecte niet bereikt kan worden. Dat vond De Gaay Fortman te gemakkelijk. ,,Excuseer je niet bij voorbaat voor je politieke handelen, zeker niet als je politieke partij christelijk heet te zijn.''
Ook de Amsterdamse burgemeester en sociaaldemocraat en atheïst Job Cohen was uitgenodigd zijn mening te geven. Al vele jaren heeft Cohen er blijk van gegeven oog te hebben voor het belang van religie in de publieke ruimte. Met enige zelfspot noemde Cohen zich een ,,visionair''.
Hij kan zich best voorstellen dat christenen een bijdrage aan de samenleving willen geven en zich daarvoor verenigen in een christelijke politieke partij. ,,Maar of dat nou voldoende visie biedt of een richtsnoer kan zijn voor het dagelijks handelen en tot oplossingen leidt, dat weet ik niet.'' Cohen vreest ook een beetje de claim van christenen dat hun standpunt het beste is. Hij blijft liever twijfelen. ,,Ik heb niet het idee dat mijn standpunten beter zijn, ik laat me graag door andere argumenten overtuigen.''
bron: http://www.nd.nl