Het dictum van de motie is als volgt:Philip schreef:Wat een niveau van argumenteren.Herman schreef:Aha, dat is natuurlijk geen aanval op de trias politica, maar een vraag aan de wetgevende macht om de representativiteit van 3.305a nader in te vullen. De tegenstand komt ook niet partijen die uit rechtsfilosofische motieven bezorgt zijn voor de trias politica, maar die een gemeenschappelijk belang hebben met de stichting Urgenda.newton schreef:De ophef betreft deze motie https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken ... 2023D04882Philip schreef:Aangezien SGP-Kamerlid Chris Stoffer vanmorgen in de Tweede Kamer pleitte voor het beperken van de trias politica en daarop werd aangevallen door D66, CDA, GL, PvdA en PvdD kan ik het met mijn geweten niet verenigen om SGP te stemmen.
https://www.nieuwnieuws.nl/5159278/vide ... ntploffen/
1. Voor de eerste zin ontbreekt elk argument. 2. Er staat niets over 'representativiteit' in art. 3:305a BW. 3. Voor de verdachtmaking in de tweede zin is eveneens geen bewijs.
Chris Stoffer beweerde in het debat het volgende:Dit is een frontale aanval op de rechterlijke macht. Die heeft immers als taak om toe te zien of de uitvoerende macht (het kabinet) het landsbestuur uitvoert conform wet- en regelgeving.Wat ik beoog, is dat wij bepaalde plannen die wij van het kabinet krijgen, toetsen en zeggen hoe we daarmee omgaan, dat het kabinet ze vervolgens uitvoert en dat wij dan als parlement controleren of het kabinet dat goed doet of niet. Dat moet wat mij betreft niet elke keer in een rechtszaal.
En het zijn PvdA, GL en D66 die juist die rechtstaat verdedigen. Hun verkiezingsprogramma's staan vol ideeën om die te verbeteren. Zie het rapport van de Nederlandse Orde van Advocaten dat elke keer voor de verkiezingen verschijnt.
En taal als:past niet bij de SGP.Nu staan GroenLinks en PvdA samen, voorzitter, dus ik zou zeggen: laten ze maar even doorgaan. Ik lust ze rauw.
‘verzoekt de regering te onderzoeken op welke wijze een indringender toets op de representativiteit van belangenorganisaties binnen het huidige artikel 3:305a BW gerealiseerd kan worden,’
Lid twee van art 3:305a spreekt als volgt:
‘De belangen van de personen tot bescherming van wier belangen de rechtsvordering strekt, zijn voldoende gewaarborgd, wanneer de rechtspersoon als bedoeld in lid 1, voldoende representatief is, gelet op de achterban en de omvang van de vertegenwoordigde vorderingen en beschikt over:…enz’
Volgens mij zijn jouw grote woorden @Philip niet terecht. Een volstrekt logische vraag over representativiteit, die in gevallen wel degelijk kan ontbreken.