Valcke schreef: ↑Gisteren, 17:51
Die laatste zin is juist: alle ware OT-gelovigen leefden uit het geloof in de komende Middelaar. Grotendeels ook eens met wat je verder schrijft. Maar dan moeten we er aan toevoegen dat deze belofte van de Messias tot het genadig verbond behoorde dat in Abraham (of zelfs reeds in het paradijs) met hen gemaakt was. En tevens, dat de besnijdenis een teken was van dit genadige verbond waarin vooruitgezien werd op de Middelaar, niet anders dan dat de doop nu het teken is van het nieuwe verbond waarin deze Middelaar gekomen is.
Als je het zo zou beschouwen, dan vallen er heel andere accenten in jouw theologie, waaronder de sacramentsleer.
Het is fijn dat we het voor een groot deel eens zijn.

Verder moet ik ervoor waken om niet een ander 'systeem' tegenover het jouwe (als ik het zo zeggen mag) te willen zetten. Ik weet ook niet of je Bijbelse gegevens in een systeem onder moet willen brengen.
Maar goed, dit gezegd hebbende, kom ik op dit moment tot het volgende:
1. Het verbond met Abraham was Gods genadige belofte aan Abraham en zijn zaad - en bovenal aan hét Zaad.
2. De instelling van de besnijdenis en later het Sinaïverbond en de bevestigingen daarvan vormen het 'oude verbond'. Daarin wordt Abrahams zaad, voortgezet in het zaad van Izak en Jakob, in een genadige verbintenis door God aangenomen om Zijn volk te zijn. Dit volk krijgt daarbij de verplichting om in Gods wegen te wandelen, juist omdat ze Zíjn volk zijn.
3. In het oude verbond werd het hele vleselijke nageslacht van Abraham opgenomen, en nog degenen die daaraan toegevoegd werden, zoals slaven, etc.
4. De verplichting om God te dienen lag op het héle volk, maar alleen degenen die waarlijk God vreesden, voldeden aan die eis.
5. Daarom wordt gezegd dat het oude verbond door het volk Israël verbroken werd en dat er een nieuw verbond moest komen.
6. Dat nieuwe verbond geeft wat het oude eiste: een nieuw hart waarin de wet van God staat ingegrift, zodat iemand naar Gods wil gaat leven.
7. In dat nieuwe verbond deelt ieder die aan Christus toebehoort. Vleselijke afkomst maakt nu niet meer uit, het gaat om een geestelijke geboorte.
Hoe je al deze gegevens met elkaar in harmonie moet brengen, weet ik ook niet precies. Twee dingen zijn voor deze discussie van belang: 1. Dat je tot het oude verbond behoorde door geboorte (of anderszins door de besnijdenis). en 2. Dat je tot het nieuwe verbond behoort als je in Christus bent.
Dát is de reden waarom je m.i. de situatie van het oude verbond niet één op één kunt overbrengen op de situatie van het nieuwe verbond.
En hoe je dit alles aan en in elkaar moet passen en hoe alles zich precies tot elkaar verhoudt, zou ik zo ook niet kunnen zeggen. De vraag is of we dat precies moeten willen weten.
Ter rechterzijde van de gereformeerde gezindte wordt in elk geval - terecht - geleerd dat je alleen door wedergeboorte in wat men dan het genadeverbond noemt, wordt opgenomen. Dat is m.i. een correctie op de gedachte in de gereformeerde theologie dat het verbond is opgericht met 'de gelovigen en hun zaad'.