Ambtenaar schreef:Zeeuw schreef:
Post dat formulier dan maar eens. Erg benieuwd wat erin stond.
De wederzijdse afhankelijkheid in het huwelijk
Ten derde mogen jullie nooit uit het oog verliezen, dat jullie je aan elkaar moeten onderwerpen, uit ontzag voor Christus. De verhouding tussen man en vrouw binnen het huwelijk wordt in de Bijbel vergeleken met de verhouding van Christus, de Bruidegom, tot zijn gemeente, de bruid. Paulus wijst er dan op, dat Christus zijn gemeente heeft liefgehad en zich voor haar prijsgegeven heeft om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden. Daarom: heb elkaar lief met de liefde die we van Christus leerden. Hij is in zijn liefde onvoorwaardelijk trouw en hij vraagt dat ook van jullie. Zijn liefde is gevende liefde en dat zullen jullie ook van elkaar moeten merken. Bovenal bewees hij ons vergevende liefde en in alle dagen die nog volgen zul je ook vergeving tegenover elkaar nodig hebben. Als de zorgen van het leven op jullie afkomen, mag je er samen mee naar de Heer gaan. Draag elkaar zo in het gebed, dat de levensader van een christelijk huwelijk is. Leef samen naar al Gods geboden, opdat jullie huwelijk een huis op de rots mag zijn. Laat Christus je Heer zijn, opdat de deuren van het huis open zullen zijn voor je naaste. En laat Gods Geest erin wonen, zodat hij jullie kracht geeft om je taak als christenen te vervullen, thuis, in de gemeente en in de samenleving.
Ok. Dat is een heldere 'man en vrouw zijn exact hetzelfde' formulering. Niet gelijkwaardig, maar echt gelijk. Wij hoorden:
Ten derde, zult gij weten, hoe zich de één jegens den ander, naar Gods Woord schuldig is te houden.
Eerstelijk, zult gij, man, weten, dat God u gezet heeft tot een hoofd der vrouw; opdat gij haar naar uw vermogen, verstandig leidende, zoudt onderwijzen, troosten en beschermen, ge- lijk het hoofd het lichaam regeert, ja gelijk Christus het Hoofd, de wijsheid, troost en bijstand zijner gemeente is. Bovendien zult gij uw huisvrouw liefhebben als uw eigen lichaam, gelijk Christus zijn gemeente liefgehad heeft. Gij zult niet bitter tegen haar zijn, maar bij haar wonen met verstand, en aan de vrouw, als het zwakkere vat, haar eer geven; als die ook mede- erfgenamen der genade des levens zijt, opdat uw gebed niet verhinderd worde. En naardien het Gods bevel is, dat de man in het zweet zijns aanschijns zijn brood eten zal, zo zult gij getrouw en naarstig in uw Goddelijk beroep arbeiden; opdat gij uw huisgezin met God en met eer moogt onderhouden en ook daarenboven iets hebt, om aan de nooddruftigen mede te delen.
Ten andere, zult gij, vrouw, weten, hoe gij u, naar het Woord van God, houden zult jegens uw man. Gij zult uw wettige man liefhebben, eren en vrezen, ook hem gehoorzaam zijn in alle dingen, die recht en billijk zijn, als uw heer; gelijkerwijs het lichaam aan het hoofd en de gemeente aan Christus onderdanig is. Gij zult geen heerschappij gebruiken over uw man, maar stil zijn; want Adam is eerst gemaakt, daarna Eva, Adam tot hulp. En na de val heeft God tot Eva, en in haar persoon, tot het ganse vrouwelijk geslacht gesproken: Tot uw man zal uw begeerte zijn, en hij zal over u heerschappij hebben. Deze ordinantie van God zult gij niet tegenstaan, maar veel meer het gebod van God gehoorzaam zijn en het voorbeeld der heilige vrouwen navolgen, welke op God hoopten en aan hun mannen onderdanig waren; gelijkerwijs Sara gehoorzaam geweest is aan haar man Abraham, hem noemende haar heer. Gij zult ook uw man in alle goede en oprechte dingen behulpzaam zijn, op uw huishouding goede acht hebben en in alle zedigheid en eerbaarheid, zonder wereldlijke pracht, wandelen, opdat gij anderen een goed voorbeeld der zedigheid moogt geven.