Tiberius schreef:Hoezo val je 'buiten de boot' als je geen ambtsdrager bent? Dat lijkt me wel een hele bijzondere visie.
En nee, een gemeentelid dat door aanvechting slechts af en toe deelneemt, is m.i. niet geschikt om een ambt te vervullen. Laat hij eerst maar eens tot vastigheid opgroeien. Vol van de heilige Geest, is misschien wat lastig te zeggen van jezelf, maar een baar der zee als ambtsdrager lijkt me niet Bijbels.
En ik weet ook dat iedereen aanvechtingen heeft. Daarom is er de week van zelfbeproeving. Dat onderzoek is niet bedoeld om uiteindelijk rustig in de bank te blijven zitten, maar om zonden te belijden en uiteindelijk toch de dood van de Heere te verkondigen.
Anderzijds kan het ook zijn, dat je - ook als ambtsdrager - zo in het donker zit door de zonde en daar niet uit komt, dat je tot je grote smart geen deel durft te nemen aan het avondmaal. Daar spreek ik zeker geen oordeel over uit, integendeel. Maar dat is geen situatie die maandenlang voor mag duren.
Ik laat jouw opmerking over mijn formulering even voor wat het is. Hoe je dat invult, is niet wat ik er mee bedoel.
Verder staan onze meningen denk ik minder ver van elkaar dan deze discussie zou doen vermoeden. Goed beschouwd is het noodzakelijk dat kerkeraadsleden, en vooral ouderlingen, wederomgeboren moeten zijn. God roept geen bokken om Zijn schapen te leiden, en wie niet via de Deur naar binnengaat is een rover en een moordenaar, en geen herder, zegt de Heere Jezus.
War ik wel moeite mee hebt is zijn de volgende rederneringen die er kunnen zijn:
* De lijn: je hebt belijdenis gedaan, en dus ga je automatisch aan het avondmaal
* De lijn: iemand gaat aan het avondmaal, dus is hij geschikt als ambtsdrager (zonder naar het volledige "plaatje" te kijken)
* De lijn: iemand gaat niet aan het avondmaal, dus hij is niet geschikt als ambtsdrager (zonder naar het volledige "plaatje" te kijken)
Vanuit mijn oogpunt moet het ook mogelijk zijn om de gebroken werkelijkheid, en de avondmaalcultuur (mijding) te verdisconteren, en naar het geheel van iemands leven te kijken, in plaats van alleen naar de avondmaalsgang. Dan kan het naar mijn mening zijn dat in een gemeente waar de avondmaalsmijdende cultuur zeer sterk is, toch een broeder gevonden word die niet aan het avondmaal gaat, maar wel een teer leven heeft, als er geen andere kandidaten zijn die een godvrezend leven hebben en aan het avondmaal gaan.
We zijn het er dus over eens dat om de kudde te wijden, de Herder gekend moet worden. Echter hang ik dat niet alleen op aan de avondmaalsgang.