Lessen uit de Psalmen

Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 2
5 Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, en in Zijn grimmigheid zal Hij hen verschrikken.
6 Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, den berg Mijner heiligheid.

MATTHEW HENRY:
De vijanden woeden, maar kunnen God niet verontrusten. God zit stil, en toch verontrust Hij hen, brengt hen in ontsteltenis, doet hen ten einde raad komen.

Vers 6:

a. David werd meester van de burcht Zion in weerwil van de onrust, die hem veroorzaakt werd door de ontvredenen in zijn rijk, inzonderheid door de beledigingen, die hij ontving van de bezetting van Zion, die hem beschimpten met hun blinden en kreupelen, zie 2 Samuel 5:6
b. De Heere Jezus is verhoogd aan de rechterhand des Vaders, heeft alle macht in de hemel en op de aarde; Hij is het Hoofd der gemeente boven alle dingen, in weerwil van de rusteloze pogingen van Zijn vijanden om Zijn verhoging te voorkomen.

MATTHEW POOLE
SION. Correct en strikt genomen, was het een heuvel in het noordelijke deel van Jeruzalem, Psalm 48: 2, waar een sterk fort was dat David, toen hij het had ingenomen de stad David noemde, 2 Samuël 5:7, 9 , en maakte het het hoofd van zijn koninkrijk. Maar in ruimere zin wordt het vaak gebruikt voor de stad Jeruzalem, Psalm 48:12 87:2 110: 2; en voor de tempel van Jeruzalem, Psalm 137: 3 Jesaja 18:7 Jeremia 51:10 , gebouwd op de heuvel van Moria, die deel uitmaakte van de berg Sion, of een andere aangrenzende heuvel; en voor de Joodse tempel, Psalm 65: 16 9:35 97: 8
Panny
Berichten: 1809
Lid geworden op: 02 okt 2013, 16:08

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Panny »

Nog enkele opmerkingen uit de Reformation Study Bible over Psalm 2:

Psalm 2 geeft de algehele boodschap van het Psalmenboek weer: God regeert.
Terwijl de meeste koningspsalmen gaan over het Goddelijke of over het menselijke koningschap integreert Psalm 2 beide.
Psalm 2 zet de hemelse Koning en Zijn aardse tegenhanger (de Davidische koning) in contrast tegenover de vijandige koningen van de aarde.
Het NT verwijst veel naar deze Psalm: Mattheus 3:17, 17:5, Handelingen 4:25-27, 13:33, Romeinen 1:4, Hebreeën 1:5, 5:5.
Jezus Christus is de Zoon van David en de Zoon van God. De belofte gegeven aan David wordt vervuld in Hem.

Psalm 2:1
*bedenken: Het Hebreeuwse woord wat hier gebruikt wordt is dezelfde als in Psalm 1:2.
Waar de rechtvaardige mediteert op de Wet van de HEERE om die te gehoorzamen bedenkt de goddeloze in contrast hiermee hoe hij tegen Gods Wet kan rebelleren.

Psalm 2:2
*Gezalfde: hebreeuws 'mashiach' (Messias). De Davidische koning werd gezalfd met olie als een symbool van de afdaling van de Heilige Geest op hem om wijsheid en macht te geven om zijn rol als koning te kunnen vervullen.
Hoewel dit tijdelijk geldt voor de aardse Davidische koningen wijst dit ook duidelijk heen naar Christus.

Psalm 2:4
*Lachen: De aardse koningen zijn geen partij voor de Koning van de hemel. God bespot hun rebellie tegen Hem.

Psalm 2:6
*Mijn Koning: God beantwoord de opstand van de koningen door te wijzen naar de instelling van de Messiaanse Koning. Vooraf afgebeeld in de koningen in de lijn van David.

Psalm 2:7
*Gij zijt Mijn Zoon: God spreekt hier tot Zijn Goddelijke Zoon met David als getuige en God komt terug op de belofte uit 2 Samuel 7:11-17: het verbond met David. Dit verbond ging niet alleen over het aardse koningshuis van David maar ook over de goddelijke Zoon die uit David geboren zou worden.

Psalm 2:10
*handelt verstandiglijk... laat u tuchtigen: zoals in het hele boek Spreuken opgeroepen wordt om wijs te zijn is ook hier de oproep om de wijze paden te volgen die leiden naar het leven en niet te gaan op de dwaze paden die leiden tot de dood.

Psalm 2:12
*kust de Zoon: het kussen van de koning is een daad van onderwerping (Zie 1 Samuël 10:1 en 1 Koningen 19:18).

*vergaat....welgelukzalig: dezelfde woorden zoals gebruikt in respectievelijk Psalm 1:6 en 1:1.
We worden weer opgeroepen te kiezen tussen twee wegen: de weg van rebellie tegen de Zoon die leidt tot de dood.
Of de weg van vertrouwen op Hem die leidt tot het leven.
Laatst gewijzigd door Panny op 21 jan 2020, 22:20, 2 keer totaal gewijzigd.
Mannetje
Berichten: 7693
Lid geworden op: 23 mei 2014, 09:54
Locatie: Tholen

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Mannetje »

Dit topic vind ik leerzaam. Vanuit diverse invalshoeken rustig een Bijbelgedeelte doornemen.
-
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 2
Vers 7 Ik zal van het besluit verhalen: de HEERE heeft tot mij gezegd: Gij zijt mijn zoon, heden heb ik u gegenereerd.
Vers 8 Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot uw erfdeel en de einden der aarde tot Uw bezitting.
Vers 9 Gij zult hen verpletteren met een ijzeren scepter; Gij zult hen in stukken slaan als een pottenbakkers vat.

C.H. SPURGEON
Er is iets dramatisch in de vorm van deze psalm, want thans treedt een andere persoon sprekend voor ons op. Thans zien wij de Gezalfde, Zijn soevereine rechten hooghoudend, en de verraders waarschuwende voor het lot dat hen te wachten staat.

Gij zijt Mijn Zoon
Dit is een heerlijk bewijs van de Godheid van onze Immanuel. "Want tot wie van de engelen heeft Hij ooit gezegd: Gij zijt mijn Zoon, heden heb ik U gegenereerd?

-----
KANTTEKENINGEN SV

Eis van Mij
De kanttekenaren leggen de link naar Johannes 12, waar het gaat on de vraag van de Grieken (wij wilden Jezus wel zien) en hèt moment dat de Heere Jezus beseft dat op dat moment het uur gekomen was, dat Hij, de Zoon des mensen, verheerlijkt zou worden.

Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Indien het tarwegraan in de aarde niet valt, en sterft, zo blijft hetzelve alleen; maar indien het sterft, zo brengt het veel vrucht voort. Die zijn leven liefheeft, zal hetzelve verliezen; en die zijn leven haat in deze wereld, zal hetzelve bewaren tot het eeuwige leven. Zo iemand Mij dient, die volge Mij; en waar Ik ben, aldaar zal ook Mijn dienaar zijn. En zo iemand Mij dient, de Vader zal hem eren. Nu is Mijn ziel ontroerd; en wat zal Ik zeggen? Vader, verlos Mij uit deze ure! Maar hierom ben Ik in deze ure gekomen. Vader, verheerlijk Uw Naam. Er kwam dan een stem uit den hemel, zeggende: En Ik heb Hem verheerlijkt, en Ik zal Hem wederom verheerlijken.

Alleen door te sterven als het tarwegraan, zou Hij eisen en zouden de heidenen tot Zijn erfdeel gegeven worden en de einden der aarde tot Zijn bezitting

Kanttekenaren zeggen: einden der aarde Dat is, niet alleen de Joden, maar ook alle inwoners des aardrijks, zullen uw Koninkrijk onderworpen zijn; waarvan Gij de gelovigen zult behouden. Hierbij dacht ik ook aan de opdracht die de Heere Jezus gaf aan Zijn discipelen: „En gij zult Mijne getuigen zijn, zo te Jeruzalem, als in geheel Judea en Samaria en tot aan het uiterste der aarde". Hand. 1:8a.
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 2
Nu dan, gij koningen, handelt verstandiglijk; laat u tuchtigen, gij rechters der aarde!
Dient den HEERE met vreze, en verheugt u met beving.
Kust den Zoon, opdat Hij niet toorne, en gij op den weg vergaat, wanneer Zijn toorn maar een weinig zou ontbranden. Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.

Tuchtigen: laat u onderwijzen

Dient den HEERE met vreze, en verheugt u met beving. De psalmist roept de koningen van de aarde op om zich aan God over te geven en Hem de juiste eerbied te schenken. Als zij tot deze overgave komen, mogen zij zich verheugen - maar met de juiste eerbied.

Kus de Zoon: Dit omschrijft in de eerste plaats de kus van onderwerping (Genesis 41:14), waarbij een hoogwaardigheidsbekleder de bescheiden kus van een lagergestelde ontvangt. Het verwijst ook naar de genegenheid die God wil in relatie tot Hem. God wil dat wij onze juiste plaats voor Hem erkennen, maar ook dat wij ons in Hem verheugen.

De Kanttekeningen:
Kust de Zoon: Dat is, eert Hem als mijn eeuwigen Zoon, en neemt Hem voor uwen Koning aan, gelooft in Hem, weest Hem onderdanig.
Verheugt u: Over de grote zaligheid, die u van den groten en zeer genadigen God, tegen al uwe verdiensten, wordt voorgedragen, om door geloof te genieten in zijn eniggeboren Zoon, wiens verachters schrikkelijk zullen ontkomen. Link: Filipp. 2:12.

Dit doet me denken aan de Westminster Catechismus:
Vraag: Wat is het hoogste doel van de mens?
Antwoord: Het hoogste doel van de mens is om God te verheerlijken en zich eeuwig in Hem te verheugen.
----
Susan
Berichten: 417
Lid geworden op: 18 sep 2019, 19:19

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Susan »

Laatste gedeelte van laatste vers: Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.

Het woord welgelukzalig is ook het woord waarmee psalm 1 begonnen is. Met het einde van psalm 2 lijken we weer uit te komen bij het begin van psalm 1.
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

Susan schreef:Laatste gedeelte van laatste vers: Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.

Het woord welgelukzalig is ook het woord waarmee psalm 1 begonnen is. Met het einde van psalm 2 lijken we weer uit te komen bij het begin van psalm 1.
Mooi. Allen die op Hem betrouwen. Ik las het zo in de OJB:

Kiss the Bar (Ben, Son, [T.N. see Hebrew Proverbs 31:2; Ben HaElohim Moshiach; see 2:2,7, above]), lest he be angry, and ye perish from the Derech, for his wrath can flare up in a moment. Ashrei are all they that take refuge in him [Moshiach].

Gelukkig zijn allen die hun toevlucht tot Hem nemen: asiel of onderdak zoeken. Cambridge Bible Commentaar zegt dat Nahum 1:7 dit vers met die van Psalm 1: 6 a combineert. "De HEERE is goed, Hij is ter sterkte in den dag der benauwdheid, en Hij kent hen, die op Hem betrouwen."
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 3

1 Een psalm van David, als hij vlood voor het aangezicht van zijn zoon Absalom.
2 O HEERE! hoe zijn mijn tegenpartijders vermenigvuldigd; velen staan tegen mij op.
3 Velen zeggen van mijn ziel: Hij heeft geen heil bij God. Sela.
4 Doch Gij, HEERE! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.

....
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door -DIA- »

Arja schreef:PSALM 3

1 Een psalm van David, als hij vlood voor het aangezicht van zijn zoon Absalom.
2 O HEERE! hoe zijn mijn tegenpartijders vermenigvuldigd; velen staan tegen mij op.
3 Velen zeggen van mijn ziel: Hij heeft geen heil bij God. Sela.
4 Doch Gij, HEERE! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.

....
Een psalm van David.
Vluchten.
En niet allen voor zijn vijand, maar voor zijn eigen kind
Hoe zijn mijn tegenpartijders vermedigvuldigd.
Velen staan tegen mij op.
Velen zeggen van mijn ziel: Hij heeft geen heil bij God.
Even stilstaan bij het woordje: velen...
zij staan tegen mij op, en hij heeft geen heil bij God..
Velen --> Sela

Is dat niet de praktijk in het leven van de levende en ontdekte Kerk?
Velen... En geen kracht tegen zulk een grote menigte.
Wie zijn die velen? Is het niet de mens, onder aanvoering van hun overste?
En toch... David ziet verder, mág verder zien.
Doch...
Daar komt een verandering.
Doch -->

Doch Gij, o HEERE!
Mijn Schild, mijn Eer, mijn Vast Betrouwen, die mijn hoofd uit de verdrukkingen opheft.

Is het niet de weg van de Kerk?
Voetstappen drukken?
Gewillig? Tegenwerken? Gelaten, of... Gewillig gemaakt?
Voetstappen drukken...
Zij hebben Mij eer gehaat dan ulieden?
Als zij dit aan het groene hout doen, wat zal aan het dorre geschieden?

Een psalm die veel te overdenken geeft.
David gaat toch geen vreemde weg.
Zij hadden mij omringd als bijen
Zie mijn haters, daar het getal steeds vermeerderd
En zo zijn er vele Schriftplaatsen te noemen over de weg van een kind des Heeren.

Ik zal het hier nu bij laten.
Welgelukzalig die met David verder mag zien, over alles heen: Doch...
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
gallio
Berichten: 1963
Lid geworden op: 14 jan 2004, 16:01

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door gallio »

-DIA- schreef:
Is dat niet de praktijk in het leven van de levende en ontdekte Kerk?
Wat is de 'ontdekte Kerk' ?
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door -DIA- »

gallio schreef:
-DIA- schreef:
Is dat niet de praktijk in het leven van de levende en ontdekte Kerk?
Wat is de 'ontdekte Kerk' ?
Zoals David, de Kerk (de levende Kerk dus) die is gaan zien, en verstaan, en ondervinden.

Wij weten dat wij van nature niet zien. Het is noodzakelijk dat onze ogen worden geopend.
Dat we gaan zien dat we moeten sterven aan alles van onszelf.
Als we niet leerden sterven, hoe zou er dan leven kunnen zijn?
De levende kerk was dood, maar is levend gemaakt. Dat is de hele Kerk met een hoofdletter.

David, die in de Psalm aan het woord is, was van jongs aan een levende.
We lezen dat hij elders zegt: Op U ben ik geworpen van mijns moeders schoor aan.
Dat zegt wel dat hij heel jong, misschien wel (als Johannes) voor zijn geboorte.
De psalmen geven overal blijk dat hij een levend kind van God was.
Dat hoeft eigenlijk niet gezegd te worden, immers zijn psalmen spreken door de inspiratie door de Heilige Geest.

Hier is dus het Leven aan het woord. Het door God levend gemaakte. Dat was David.
De levende Kerk, dat in tegenstelling van hen die zich met de naam van kerk bedekken.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 3

1 Een psalm van David, als hij vlood voor het aangezicht van zijn zoon Absalom.
2 O HEERE! hoe zijn mijn tegenpartijders vermenigvuldigd; velen staan tegen mij op.
3 Velen zeggen van mijn ziel: Hij heeft geen heil bij God. Sela.
4 Doch Gij, HEERE! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.

... als hij vlood voor het aangezicht van zijn zoon Absalom.
David leed om zijn zonde in de zaak van Uria. Dit was het kwaad, hetwelk God om die zonde dreigde over hem te zullen verwekken uit zijn huis (2 Samuel 12:11). Hij zal het ongetwijfeld opgemerkt hebben, waaruit hij aanleiding nam om zijn berouw erover te vernieuwen. Maar toch heeft hij zijn vertrouwen in de Goddelijke macht en goedheid niet weggeworpen en aan Zijn hulp niet gewanhoopt.

Les: Zelfs onze smart over de zonde die we in het verleden gedaan hebben moet onze blijdschap in God, noch onze hoop op God in de weg staan.

Matthew Henry, psalm 3
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

Rashi Commentary, Psalm 3
2 O HEERE! hoe zijn mijn tegenpartijders vermenigvuldigd; velen staan tegen mij op.
Grote mannen staan ​​op tegen mij: mannen groot in de Thora, groot in wijsheid, groot in rijkdom, lang in gestalte, zoals Saul; de kinderen van Raphah; Doeg en Ahitophel.

3. Velen zeggen van mijn ziel: Hij heeft geen heil bij God. Sela.
Velen zeg over mijn ziel: "Hij heeft geen redding in God tot in de eeuwigheid". (Omdat hij intiem was met een getrouwde vrouw).

Calvijn, Psalm 3:
David drukt de de trotsheid van zijn vijanden duidelijker en met meer nadruk uit. Hij zegt dat zij hem aanvallen als een verloren en wanhopig man. Hij wijst namelijk aan dat hun stoutmoedigheid groeide (hoe zijn zijn vermenigvuld) omdat zij vertrouwden, dat hij door God verworpen was.

Het was een bewijs van zeldzaam geloof, dat David, geslagen met zo grote vrees, zijn klacht in de schoot van God durfde neerleggen. En voorwaar, dit is het enige middel om onze vrees te stillen, welke zorg ons ook beklemt.

David Guzik
Shimei was een voorbeeld van iemand die zei dat God tegen David was, en dat hij kreeg wat hij verdiende (2 Samuël 16:7-8). Deze gedachte was het meest pijnlijk voor David - de gedachte dat God misschien tegen hem was en dat er geen hulp voor hem was bij God.
Aldus nu zeide Simeï in zijn vloeken: Ga uit, ga uit, gij, man des bloeds, en gij, Belials man! De HEERE heeft op u doen wederkomen al het bloed van Sauls huis, in wiens plaats gij geregeerd hebt; nu heeft de HEERE het koninkrijk gegeven in de hand van Absalom, uw zoon; zie nu, gij zijt in uw ongeluk, omdat gij een man des bloeds zijt.
C. H Spurgeon
Het is het bitterste van alle leed, wanneer men er toe gebracht wordt om te vrezen dat er bij God geen heil is voor ons. Herinner u (remember - gedenk), dat onze gezegende Heiland die dit in de grootste mate ondervonden heeft, toen Hij uitriep: "mijn God, mijn God waarom hebt U mij verlaten!" Hij wist door een ontzettende ervaring wat het was, om in donkerheid te wandelen en geen licht te zien. Dit was de vloek van de vloek. Verlaten te wezen van Zijn Vader was erger dan veracht te zijn door de mensen. Voorwaar, hoe zouden we Hem moeten beminnen, die deze bitterste van alle verzoekingen en beproevingen om onzentwil heeft gesmaakt! Het zal een zalige en leerrijke oefening zijn voor het liefhebbend hart om de Heere gade te slaan in zijn angsten en smarten, gelijk zij ons hier worden beschreven, want het gaat hier, gelijk in veel andere Psalmen, oneindig meer over Davids Heere, dan van David zelf .
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 3

4 Doch Gij, HEERE! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.

Kanttekening: Of, om mij heen, dat is, mijn beschermer, van welke zijden de vijanden mij mogen bestrijden.
Zie: Gen. 15:1; Deut. 33:29; Ps. 84:12.
Gebruikersavatar
Arja
Berichten: 2059
Lid geworden op: 30 mei 2019, 15:57
Locatie: Provincie Utrecht
Contacteer:

Re: Lessen uit de Psalmen

Bericht door Arja »

PSALM 3

4 Doch Gij, HEERE! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.

De Korte Verklaring
Die mij weer tot eer en aanzien brengt, vgl Gen. 40:13 (de schenker), 2 Kon. 25:27 (Jojachin). Die mij doet triomferen, vgl Ps 27:6, 110:7. Misschien staat op de achtergrond de tegenstelling: met het gelaat in het stof liggen (houding van een vernederde, vgl. 72:9).

Met omhuld gelaat trok David Jeruzalem uit (2 Samuel 15:30). Dit was een teken van rouw, schaamte en vernedering. Maar in deze psalm hij zegt: U bent Degene die mijn hoofd opheft.
Plaats reactie