Ik ken geen voorbeelden van een curatorium uit de tijd van de Reformatie, wat oordeelde over het innerlijk. De dopers deden dit wel, en zijn hierom scherp door de Reformatoren aangevallen. Het komt de mens niet toe om te oordelen over het innerlijk van de ander, aldus de Reformatoren. Een voorbeeld hoe men dit toepaste, vinden we in de DL, en vele andere reformatorische geschriften.Erasmiaan schreef:Ze oordelen zeker over het innerlijk, over de bekering en roeping. Criteria heb ik hier al meerdere keren genoemd. Dat zijn goed gereformeerde criteria. Daar is niets dopers aan.3. De curatoren geven, in wat door de jaren geschreven is, toch sterk de indruk dat zij het innerlijk oordelen, en zich daarbij laten leiden door het overbuigen van hun harten door de Geest. Zulk soort uitdrukkingen vragen toch om een antwoord op de vorige 2 vragen, anders kan de conclusie niet anders zijn, dan dat men in deze Dopers, en niet gereformeerd, handelt. En wie bekend is met de geschriften van de Reformatoren tegen de Dopers, weet hoezeer de Reformatoren dit soort ideeën bestreden hebben. Dat deden zij niet omdat zij het zo leuk vonden om de Dopers te bestrijden, maar omdat zij de gevaren daarvan in de praktijk zagen...
Nogmaals, de Reformatie stelde wel dat een curatorium nodig is. Maar dan een curatorium wat NIET oordeelde over het innerlijk, maar over leer, leven en bekwaamheid. Maar als je bij hen iets anders aantreft, dus een oproep om over het innerlijk te oordelen van een ander, hoor ik t graag...